Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 december 2001
gepubliceerd op 10 januari 2002

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 54 van 25 februari 1996 met betrekking tot de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot bedoeld in artikel 39quater van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde

bron
ministerie van financien
numac
2002003002
pub.
10/01/2002
prom.
20/12/2001
ELI
eli/besluit/2001/12/20/2002003002/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 54 van 25 februari 1996 met betrekking tot de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot bedoeld in artikel 39quater van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, goedgekeurd bij de wet van 2 december 1957, inzonderheid op artikel 99;

Gelet op de Zesde richtlijn 77/388/EEG van de Raad van 17 mei 1977 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der Lid-Staten inzake omzetbelasting - Gemeenschappelijk stelsel van belasting over de toegevoegde waarde : uniforme grondslag;

Gelet op de richtlijn 95/7/EG van de Raad van 10 april 1995 tot wijziging van richtlijn 77/388/EEG en tot invoering van nieuwe vereenvoudigingsmaatregelen op het gebied van de belasting over de toegevoegde waarde - werkingssfeer en praktische regeling voor de toepassing van bepaalde vrijstellingen;

Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, inzonderheid op artikel 39quater, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 december 1995 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 november 1996;

Gelet op het koninklijk besluit nr. 54 van 25 februari 1996 met betrekking tot de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot bedoeld in artikel 39quater van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 december 1998 en 8 oktober 1999;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, uitgebracht op 22 november 2001;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 13 december 2001;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit dat het aangewezen is : - de rechtszekerheid te verzekeren wat de opslag betreft van andere goederen dan accijnsproducten die bestemd zijn voor de productie of de verwerking van accijnsproducten; - het kader te verduidelijken binnen hetwelk de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot van toepassing is voor accijnsproducten teneinde de totstandkoming van fraudecircuits te vermijden;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 18 december 2001, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 54 van 25 februari 1996 met betrekking tot de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot bedoeld in artikel 39quater van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde wordt vervangen als volgt : «

Art. 2.Voor de andere goederen dan accijnsproducten, worden als ander entrepot dan douane-entrepot beschouwd : 1° voor de goederen die bestemd zijn voor de productie of de verwerking van accijnsproducten, de plaatsen die aangemerkt worden als belastingentrepots in de zin van artikel 4, b, van de richtlijn 92/12/EEG waar accijnsproducten worden geproduceerd of verwerkt onder schorsing van accijnsrechten;2° voor de andere goederen dan die bedoeld onder 1°, en die in België worden ingevoerd in de zin van artikel 23 van het Wetboek, de overeenkomstig de communautaire douanereglementering als douane-entrepot gedefinieerde plaatsen;3° voor de andere goederen dan die bedoeld onder 1° en 2°, de plaatsen erkend door of vanwege de Minister van Financiën.».

Art. 2.Artikel 4 van hetzelfde besluit, opgeheven bij het koninklijk besluit van 8 oktober 1999, wordt hersteld in de volgende lezing : «

Art. 4.Wanneer accijnsproducten of goederen die bestemd zijn voor de productie of de verwerking van accijnsproducten, overeenkomstig artikel 3 toegelaten worden tot de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot, en worden opgeslagen of zich bevinden in een in België gelegen plaats die aangemerkt wordt als belastingentrepot in de zin van artikel 4, b, van de richtlijn 92/12/EEG, worden ze geacht zich onder de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot te bevinden. De regeling wordt beëindigd bij de aangifte ten verbruik van de goederen voor de toepassing van de accijnsrechten of bij de daadwerkelijke uitslag van de goederen uit het belastingentrepot. ».

Art. 3.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid : « Wat de goederen betreft die overeenkomstig artikel 4 geacht worden zich onder de andere regeling van entrepot dan douane-entrepot te bevinden, geldt de vergunning inzake belastingentrepot uitgereikt door of vanwege de Minister van Financiën aan de erkende entrepothouder als vergunning inzake ander entrepot dan douane-entrepot in de zin van het eerste lid. ».

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.

Art. 5.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 december 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS

^