gepubliceerd op 24 oktober 2007
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de ijzernijverheid, tot invoering van een tijdelijke brugpensioenstelsel op 56 jaar
19 SEPTEMBER 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de ijzernijverheid, tot invoering van een tijdelijke brugpensioenstelsel op 56 jaar (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden van de ijzernijverheid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de ijzernijverheid, tot invoering van een tijdelijke brugpensioenstelsel op 56 jaar.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden van de ijzernijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2007 Invoering van een tijdelijke brugpensioenstelsel op 56 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 25 juni 2007 onder het nummer 83391/CO/210) HOOFDSTUK I. - Onderwerp
Artikel 1.Deze overeenkomst is afgesloten in uitvoering van het sectoraal akkoord van 19 juni 2007 in de staalindustrie - bedienden - 2007-2008, en in toepassing van artikel 110, § 1, 1ste lid, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, tenslotte gewijzigd door de wet van 17 mei 2007 houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2007-2008. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied
Art. 2.Deze overeenkomst is van toepassing in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de bedienden van de ijzernijverheid (PC nr. 210) vallen en op de gebaremiseerde werknemers en werkneemsters die door een arbeidsovereenkomst voor bediende aan deze ondernemingen zijn gebonden. HOOFDSTUK III. - Modaliteiten
Art. 3.Deze overeenkomst bepaalt een sectoraal brugpensioenkader waarvan de toepassingsmodaliteiten onderhandeld moeten worden op ondernemingsvlak, in de mate dat de ondernemingen in staat zijn dit kader toe te passen na een voorafgaand onderzoek van hun economische mogelijkheden.
Art. 4.Deze overeenkomst voert tijdelijk, volgens de hierna vermelde modaliteiten, een recht op brugpensioen in ten gunste van ontslagen werknemers van minstens 56 jaar oud die einde contract zijn. Bovendien moeten deze werknemers zowel 33 jaar beroepsverleden aantonen als minstens 20 jaar prestaties in een arbeidsstelsel bedoeld door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46, afgesloten binnen de Nationale Arbeidsraad.
Art. 5.In het raam van het conventioneel brugpensioen heeft de bruggepensioneerde werknemer recht op een aanvullende brugpensioenvergoeding ten laste van de werkgever. Deze vergoeding wordt berekend en toegekend overeenkomstig de bepalingen van de hoofdstukken III en IV van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, afgesloten binnen de Nationale Arbeidsraad.
Art. 6.In toepassing van de artikelen 121 en 122 van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (I) zijn de werkgevers een bijzondere compenserende maandelijkse werkgeversbijdrage verschuldigd op de aanvullende brugpensioenvergoeding, zoals bepaald in artikel 5.
Art. 7.In de lijn van de toepassing in de staalindustrie van de bestaande brugpensioenstelsels om een correcte werking van de ondernemingen op technisch en organisatorisch vlak te waarborgen, verbinden de vakbondsafvaardigingen van de ondernemingen, betrokken door de toepassing van dit tijdelijke stelsel, zich ertoe om mee te werken aan de interne mutaties die het vertrek met brugpensioen mogelijk moeten maken voor de door deze overeenkomst begunstigde werknemers. Ze verbinden zich er eveneens toe mee te werken aan de aanvragen tot vrijstelling van de vervangingsplicht van bruggepensioneerden, die verantwoord worden door de wettelijke criteria. HOOFDSTUK IV. - Toepassingsduur
Art. 8.Deze overeenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde duur. Ze heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007 en treedt buiten werking op 31 december 2008.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN