Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 oktober 1998
gepubliceerd op 26 november 1998

Koninklijk besluit ter uitvoering van de richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
1998014282
pub.
26/11/1998
prom.
19/10/1998
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 OKTOBER 1998. - Koninklijk besluit ter uitvoering van de richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 10 augustus 1960 houdende goedkeuring van het Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (A.D.R.) en van de bijlagen, ondertekend te Genève op 30 september 1957;

Gelet op de richtlijn 95/50/EG van de Raad van 6 oktober 1995 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg;

Gelet op de wet van 18 februari 1969 betreffende de maatregelen ter uitvoering van de internationale verdragen en akten inzake vervoer over de weg, de spoorweg of de waterweg, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de wetten van 21 juni 1985 en 28 juli 1987, en op artikel 3;

Gelet op de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig voor vervoer te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de wetten van 5 april 1995, 4 augustus 1996 en 27 november 1996, en op artikel 3;

Gelet op het advies van de raadgevende commissie administratie-nijverheid, gegeven op 27 maart 1996;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 juni 1997;

Overwegende dat de Gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit zijn betrokken;

Gelet op het advies van de Europese Commissie, gegeven op 16 september 1996;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 30 april 1998 over de adviesaanvraag binnen een termijn van een maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 1 juli 1998 met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, vervangen bij de wet van 4 augustus 1996;

Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Financiën, Onze Minister van Vervoer en de Staatssecretaris voor Veiligheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de controles op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg. Het is niet van toepassing op het vervoer van gevaarlijke goederen met voertuigen gebruikt door de strijdkrachten of die onder de verantwoordelijkheid van de militaire overheid vallen.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° "A.D.R. » : het Europees Verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg en zijn bijlagen, ondertekend op 30 september 1957 en goedgekeurd door de wet van 10 augustus 1960; 2° "voertuig" : ieder voor deelname aan het wegverkeer bestemd compleet of niet compleet motorvoertuig op ten minste vier wielen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van meer dan 25 km/u, alsmede aanhangwagens daarvan, met uitzondering van voertuigen die zich over rails voortbewegen, landbouw- en bosbouwtrekkers, alle mobiele machines en de voertuigen die toebehoren aan de strijdkrachten of onder hun verantwoordelijkheid vallen; 3° "vervoer" : ieder vervoer over de weg door een voertuig dat geheel of gedeeltelijk plaatsvindt via het openbare wegennet, met inbegrip van de onder het A.D.R. vallende laad- en losactiviteiten, onverminderd de bij de wetgevingen voorgeschreven regeling betreffende de uit deze verrichtingen voortvloeiende verantwoordelijkheid; 4° "onderneming" : iedere natuurlijke persoon, iedere rechtspersoon, met of zonder winstoogmerk, iedere vereniging of groepering van personen zonder rechtspersoonlijkheid en met of zonder winstoogmerk, alsmede iedere onder de overheid ressorterende instelling met een eigen rechtspersoonlijkheid of behorende tot een instantie met rechtspersoonlijkheid, die zich bezighoudt met hetzij het vervoeren, laden, lossen of laten vervoeren van gevaarlijke goederen, hetzij het tijdelijk opslaan, bijeenbrengen, verpakken of in ontvangst nemen van dergelijke goederen in het kader van een vervoersactiviteit; 5° "gevaarlijke goederen" : de in het A.D.R. gedefinieerde goederen; 6° "controle-ambtenaar" : een van de ambtenaren die gelast zijn met het toezicht op de naleving van de voorschriften van het ADR of van de nadere regels vastgesteld voor de uitvoering van die voorschriften, dan wel met de vaststelling van de overtredingen van die voorschriften of nadere regels; 7° "bevoegde overheid" : - de Minister van Economie, voor de controle van het vervoer van goederen die behoren tot de klassen 1, 3, 6°, 4.1, 21° tot 25° en 5.1,20° en 21° van gevaarlijke goederen omschreven in het ADR; - de Minister van Binnenlandse Zaken, voor de controle van het vervoer van goederen die behoren tot klasse 7 van gevaarlijke goederen omschreven in het ADR; - de Minister van Vervoer, voor de controle van het vervoer van de andere gevaarlijke goederen.

Art. 3.De controle-ambtenaren oefenen de in artikel 1 vermelde controles uit aan de hand van de controlelijst vervat in bijlage I van dit besluit. De bestuurder van het voertuig krijgt een ingevuld exemplaar van die lijst en toont het bij elke latere controle. Hetgeen voorafgaat laat het recht onverlet om ad hoc specifieke controles uit te voeren.

De controles mogen niet langer duren dan redelijk is.

Art. 4.Indien, bij een controle in een onderneming, één of meer van de in bijlage II vermelde inbreuken zijn vastgesteld, moet het betrokken vervoer in overeenstemming met de voorschriften zijn gebracht alvorens de onderneming te verlaten.

Art. 5.Ten einde de controles te bepalen en te verbeteren, wordt geregeld overleg gepleegd tussen de controle-instanties en de bevoegde overheden, op initiatief en onder de leiding van de Minister tot wiens bevoegdheid het Bestuur van de Verkeersreglementering en van de Infrastructuur behoort.

Art. 6.Onverminderd artikel 290 van het koninklijk besluit van 23 september 1958 houdende algemeen reglement betreffende het fabriceren, opslaan, onder zich houden, verkopen, vervoeren en gebruiken van springstoffen, mogen de door de bevoegde overheid erkende instellingen monsters nemen van de vervoerde producten en deze monsters analyseren.

De kosten die er uit voortvloeien zijn ten laste van de overtreder.

De bevoegde overheid mag nadere regels vaststellen voor de monsterneming.

Art. 7.Indien tijdens een controle over de weg één of meer van de in bijlage II vermelde inbreuken worden vastgesteld, mag de controle-ambtenaar de bestuurder van het betrokken voertuig bevelen zijn voertuig op een plaats te parkeren die de in het randnummer 10.321 van het A.D.R. bepaalde veiligheidsgaranties biedt, zolang de tekortkomingen niet zijn verholpen. De bestuurder is verplicht de bevelen van de controle-ambtenaar op te volgen. De kosten die te wijten zijn aan het doorrijverbod, zijn ten laste van de overtreder.

De bevoegde overheid mag nadere richtlijnen vaststellen met betrekking tot het doorrijverbod.

Art. 8.De controle-instanties zenden uiterlijk op het einde van het 1ste trimester volgend op het jaar in kwestie een jaarverslag naar het Bestuur bedoeld in artikel 5 dat de gegevens vermeld in bijlage III bevat.

Dit Bestuur maakt een algemeen jaarverslag op ten behoeve van elke bevoegde overheid en van de Minister tot wiens bevoegdheid de verkeersveiligheid behoort.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 10.Onze Minister van Economie, Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Financiën, Onze Minister van Vervoer en de Staatssecretaris voor Veiligheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 oktober 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, E. DI RUPO De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR De Minister van Vervoer, M. DAERDEN De Staatssecretaris voor Veiligheid, J. PEETERS

Bijlage 1 - Annexe 1 ADR Controle/Contrôle ADR Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 oktober 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, E. DI RUPO De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR De Minister van Vervoer, M. DAERDEN De Staatssecretaris voor Veiligheid, J. PEETERS

Bijlage II Inbreuken 1. de goederen mogen niet worden vervoerd;2. het ontbreken van een verklaring van de verzender over het conform zijn van de stoffen en van de verpakking voor het vervoer;3. het voertuig vertoont, bij de controle, lekkage van gevaarlijke stoffen ten gevolge van het niet hermetisch gesloten zijn van de tanks of van de verpakking;4. het certificaat van goedkeuring van het voertuig ontbreekt of is niet-reglementair;5. de passende oranje borden ontbreken of zijn niet-reglementair;6. de veiligheidsinstructies ontbreken of zijn ontoereikend;7. het voertuig of de verpakking is ongeschikt;8. de bestuurder beschikt niet over een voorgeschreven vakbekwaamheidscertificaat voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg;9. de brandblusapparaten ontbreken of zijn niet-reglementair;10. de voorgeschreven gevaarsetiketten ontbreken op de voertuigen of colli;11. het vervoersdocument/begeleidend document ontbreekt of de verklaringen betreffende de vervoerde gevaarlijke goederen ontbreken of zijn niet-reglementair;12. de bilaterale/multilaterale overeenkomst ontbreekt of de overeenkomst is niet-reglementair;13. de tank is te hoog gevuld. Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 oktober 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, E. DI RUPO De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR De Minister van Vervoer, M. DAERDEN De Staatssecretaris voor Veiligheid, J. PEETERS

Bijlage III Verslag over inbreuken en sancties BELGIE Jaar :...................

Uitgevoerde controles langs de weg Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 oktober 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, E. DI RUPO De Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR De Minister van Vervoer, M. DAERDEN De Staatssecretaris voor Veiligheid, J. PEETERS

^