Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 november 2010
gepubliceerd op 15 december 2010

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 januari 1991 tot vaststelling van de nomenclatuur van de revalidatieverstrekkingen, bedoeld in artikel 23, § 2, tweede lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot vaststelling van de honoraria en prijzen van die verstrekkingen en tot vaststelling van het bedrag van de verzekeringstegemoetkoming in die honoraria en prijzen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2010022499
pub.
15/12/2010
prom.
19/11/2010
ELI
eli/besluit/2010/11/19/2010022499/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 NOVEMBER 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 januari 1991 tot vaststelling van de nomenclatuur van de revalidatieverstrekkingen, bedoeld in artikel 23, § 2, tweede lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot vaststelling van de honoraria en prijzen van die verstrekkingen en tot vaststelling van het bedrag van de verzekeringstegemoetkoming in die honoraria en prijzen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 23, § 2, tweede lid, gewijzigd bij de wetten van 22 augustus 2002 en 23 december 2009, en op artikel 37, § 6, gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 januari 1991 tot vaststelling van de nomenclatuur van de revalidatieverstrekkingen, bedoeld in artikel 23, § 2 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot vaststelling van de honoraria en prijzen van die verstrekkingen en tot vaststelling van het bedrag van de verzekeringstegemoetkoming in die honoraria en prijzen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 mei 1996, 28 januari 1999, 26 april 1999, 22 november 1999, 11 december 2001, 15 april 2002, 10 maart 2003, 25 april 2004 en 22 oktober 2010;

Gelet op het advies van het College van Geneesheren-directeurs, ingesteld bij de Dienst voor Geneeskundige Verzorging van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, gegeven op 9 september 2009;

Gelet op het advies van de Raad voor Advies inzake Revalidatie, ingesteld bij de Dienst voor Geneeskundige Verzorging van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, gegeven op 10 september 2009;

Gelet op het advies van de Commissie voor Begrotingscontrole van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, gegeven op 16 oktober 2009;

Gelet op het advies van het Comité van de Verzekering voor Geneeskundige Verzorging van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, gegeven op 19 oktober 2009 en op 15 maart 2010;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 april 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 28 mei 2010;

Gelet op het advies nr. 48.542/2/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2010;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met maatschappelijke integratie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 januari 1991 tot vaststelling van de nomenclatuur van de revalidatieverstrekkingen, bedoeld in artikel 23, § 2 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot vaststelling van de honoraria en prijzen van die verstrekkingen en tot vaststelling van het bedrag van de verzekeringstegemoetkoming in die honoraria en prijzen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 mei 1996 en het koninklijk besluit van 22 oktober 2010, worden de woorden « en VI » vervangen door de woorden « , VI en VII ».

Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 april 2002 en van 22 oktober 2010, worden de woorden « en V » vervangen door de woorden « , V en VII ».

Art. 3.In artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 mei 1996 en 28 januari 1999 worden de woorden « en II » vervangen door de woorden « , II en VII ».

Art. 4.In de bijlage van hetzelfde besluit worden in hoofdstuk II, getiteld « Orthoptische verstrekkingen », in het punt E, 3e lid, de woorden « voor eensluidend verklaard » geschrapt.

Art. 5.In de bijlage van hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk VII ingevoegd, dat als volgt luidt : « HOOFDSTUK VII. - Ergotherapieverstrekkingen A. 784291 (ambulante patiënt) . . . . . R 143,13 784302 (gehospitaliseerde patiënt) . . . . . R 143,13 Observatiebilan dat bestaat uit een onderzoek van de functioneringsmogelijkheden en -beperkingen van de rechthebbende : o in de activiteiten van het dagelijkse leven (zoals de persoonlijke verzorging, het zich voeden, de interpersoonlijke relaties, het zich verplaatsen); o betreffende zijn persoonlijke, schoolse, professionele, socioculturele en vrijetijdsbezigheden; o op fysiek, sensorisch-motorisch, intellectueel en relationeel vlak en op het vlak van het gedrag; o in zijn fysieke, sociale en culturele omgeving; o en dat uitloopt op het opstellen van een schriftelijk verslag van de uitgevoerde onderzoeken, gericht aan de voorschrijvende geneesheer. De ergotherapeut bezorgt het observatiebilan daarnaast ook aan de behandelende huisarts van de betrokken rechthebbende.

Het realiseren van het observatiebilan duurt minstens 180 minuten, verplaatsingstijd van de ergotherapeut inbegrepen. De tijd die besteed wordt aan het opstellen van het schriftelijk verslag kan echter geen deel uitmaken van voormelde minimum duur van 180 minuten.

Een verzekeringstegemoetkoming voor de voormelde verstrekking kan worden toegekend aan elke rechthebbende op voorwaarde dat : - de rechthebbende vooraf (in internaatsverband of in externaatsverband) een volledig programma heeft gevolgd of op het punt staat een volledig programma af te ronden in een revalidatiecentrum dat met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten en de rechthebbende na afloop van dat revalidatieprogramma terugkeert of gaat terugkeren naar zijn gewone leefomgeving.

Een observatiebilan kan reeds worden gerealiseerd op het einde van het revalidatieprogramma (op een ogenblik dus dat dat programma nog niet volledig is beëindigd) om zo vooraf de wederinschakeling van de rechthebbenden in zijn gewone leefomgeving voor te bereiden; - de verstrekking volledig of gedeeltelijk wordt verstrekt in de gewone leefomgeving van de rechthebbende en in aanwezigheid van deze laatste; - de verstrekking wordt uitgevoerd op basis van een verslag dat als voorschrift geldt en dat is opgesteld door het team van het revalidatiecentrum onder de coördinatie van de geneesheer-specialist in revalidatie van dat centrum. Dit verslag / voorschrift moet worden ondertekend door de geneesheer-specialist in revalidatie van dat centrum.

De verzekeringstegemoetkoming wordt beperkt tot één verstrekking per rechthebbende die het revalidatieprogramma van een centrum dat een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering, volledig heeft beëindigd of gaat beëindigen.

B. 784313 . . . . . R 125,63 Oefensessie met functionele training en/of met functionele training inzake het gebruik van orthesen, prothesen en technische hulpmiddelen : o door middel van activiteiten uit het dagelijkse leven, uit het beroeps- en schoolleven, en uit het sociale leven; o door middel van activiteiten in spelvorm, met ambachtelijk en expressief karakter; o door middel van specifieke technieken; met als doel het verwerven, herwinnen of in stand houden van : - de functionele en relationele mogelijkheden en de ontwikkeling van het aanpassings- en compensatievermogen; - de motorische, proprioceptieve, sensorische en cognitieve functies; - de functionele mogelijkheden met als doel het hervatten van de schoolse, professionele en sociale activiteiten en deze van het dagelijkse leven; - het vermogen om iets te ondernemen en te creëren; - de persoonlijke identiteit, de sociale rol en de creatieve mogelijkheden.

De oefensessies duren minimum 180 minuten per sessie, verplaatsingstijd van de ergotherapeut inbegrepen.

Een verzekeringstegemoetkoming voor de voormelde verstrekking kan aan elke rechthebbende worden toegekend op voorwaarde dat : - de rechthebbende vooraf (in internaatsverband of in externaatsverband) een volledig programma heeft gevolgd in een revalidatiecentrum dat met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten en de rechthebbende na afloop van het revalidatieprogramma teruggekeerd is naar zijn gewone leefomgeving; - de verstrekking 784291 of 784302 vooraf is verleend; - de verstrekking volledig of gedeeltelijk wordt verstrekt in de gewone leefomgeving van de rechthebbende; - de verstrekking - na kennis te hebben genomen van het observatiebilan wordt voorgeschreven door de geneesheer-specialist in revalidatie van het revalidatiecentrum waar de rechthebbende een volledig revalidatieprogramma heeft gevolgd, nadat die geneesheer-specialist kennis heeft genomen van het observatiebilan en contact heeft genomen met de behandelende huisarts van de betrokken rechthebbende. Het voorschrift moet worden ondertekend door de geneesheer-specialist in revalidatie van dat centrum.

De verzekeringstegemoetkoming wordt beperkt tot zeven sessies per rechthebbende komende van een centrum dat een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering.

C. 784335 . . . . . R 43,96 Informatie-, advies- en opleidingssessie inzake het gebruik van aanpassingen aan de omgeving, van orthesen, prothesen en functionele hulpmiddelen, met een minimumduur van 60 minuten per sessie.

Een verzekeringstegemoetkoming voor de voormelde verstrekking kan worden toegekend aan elke rechthebbende op voorwaarde dat : - de rechthebbende vooraf (in internaatsverband of in externaatsverband) een volledig revalidatieprogramma heeft gevolgd in een revalidatiecentrum dat met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten en de rechthebbende na afloop van het revalidatieprogramma is teruggekeerd naar zijn gewone leefomgeving; - de verstrekking 784291 of 784302 vooraf is verleend; - de verstrekking volledig of gedeeltelijk wordt verstrekt in de gewone leefomgeving van de rechthebbende; - de verstrekking wordt voorgeschreven door de geneesheer-specialist in revalidatie van het revalidatiecentrum waar de rechthebbende een volledig revalidatieprogramma heeft gevolgd, nadat die geneesheer-specialist kennis heeft genomen van het observatiebilan en contact heeft genomen met de behandelende huisarts van de betrokken rechthebbende. Het voorschrift moet worden ondertekend door de geneesheer-specialist in revalidatie van dat centrum.

De verzekeringstegemoetkoming wordt beperkt tot twee verstrekkingen per rechthebbende komende van een centrum dat een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering.

D. 784357 . . . . . R 70 Functioneel eindbilan dat een beschrijving bevat van de interventies en een evaluatie van de resultaten, ten behoeve van de geneesheer-specialist in revalidatie van het centrum en de behandelende huisarts van de rechthebbende.

De verzekeringstegemoetkoming wordt beperkt tot één verstrekking per rechthebbende komende van een centrum dat een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering en voor wie de verstrekkingen 784313 en/of 784335 voordien zijn voorgeschreven en uitgevoerd.

E. De vermelde minimumduur voor elke verstrekking mag nooit worden uitgesplitst over verschillende tijdstippen of verschillende dagen.

Elke verstrekking moet dus in één keer tijdens eenzelfde dag worden verleend.

F. De voorschriften die noodzakelijk zijn voor de verstrekkingen die zijn vastgesteld in het kader van dit besluit (verstrekkingen 784291, 784302, 784313, 784335) moeten op zijn minst de volgende elementen bevatten : o de identiteit en de gegevens van de betrokken rechthebbende; o de identiteit van de voorschrijvende geneesheer en van de revalidatie-inrichting; o het type van de voorgeschreven verstrekking; o de vermelding van de einddatum van het revalidatieprogramma of de verwachte einddatum (voor de verstrekking 784291 of 784302); o de beschrijving van de aandoening waaraan de betrokken rechthebbende lijdt (voor de verstrekking 784291 of 784302); o de beschrijving van de daaraan verbonden problematische gevolgen op het vlak van de zelfredzaamheid (voor de verstrekking 784291 of 784302).

G. Voor de verstrekking 784291 of 784302 moet een specifiek voorschrift worden opgesteld. Voor de andere verstrekkingen die een voorschrift vereisen (namelijk de verstrekkingen 784313 en 784335), mag één enkel voorschrift worden opgesteld.

H. De ergotherapeut moet de adviserend geneesheer van de betrokken rechthebbende schriftelijk betekenen dat voor deze rechthebbende ergotherapie-verstrekkingen werden voorgeschreven.

Deze betekening moet worden opgesteld door de ergotherapeut nadat de verstrekking 784291 of 784302 is verleend en moet naar de adviserend geneesheer worden gestuurd voordat eventueel andere verstrekkingen worden gerealiseerd (dus vóór de verstrekkingen 784313 en 784335).

Deze betekening zal vergezeld worden van : - het resultaat van de verstrekking 784291 of 784302, met name het vereiste schriftelijk verslag; - de voorschriften (zoals bedoeld in artikel 9, punt F van dit besluit).

In afwijking van artikel 138 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 juli 2000 en voor zover het individueel geval beantwoordt aan alle voorwaarden die zijn vastgesteld in dit besluit, wordt de adviserend geneesheer geacht zijn akkoord te geven, als hij binnen de 15 dagen die volgen op de ontvangst van de voormelde documenten geen weigeringsbeslissing heeft betekend; elke weigeringsbeslissing moet worden gemotiveerd.

De ergotherapieverstrekkingen die werden gerealiseerd gedurende die termijn van 15 dagen, tot de datum dat de weigeringsbeslissing werd betekend, kunnen echter worden aangerekend aan de verzekeringsinstellingen als alle voorwaarden, vermeld in dit koninklijk besluit, zijn nageleefd.

I. De ergotherapieverstrekkingen, vermeld in dit koninklijk besluit, mogen alleen binnen de zes maanden na het einde van het volledige revalidatieprogramma worden voorgeschreven en gerealiseerd (met uitzondering van de verstrekking 784291 of 784302 die al mag worden verricht op het einde van het revalidatieprogramma).

J. Onder « gewone leefomgeving », bedoeld in de verstrekkingen 784291 of 784302, 784313 en 784335 wordt verstaan : elke plaats waar de rechthebbende in zijn dagelijkse leven regelmatig komt, met uitzondering van de revalidatie-inrichting of van elke andere verzorgingsinstelling, verzorgingsdienst, verblijfsinstelling voor personen met een handicap, rustoord, rust- en verzorgingstehuis, psychiatrisch verzorgingstehuis, zorginstelling of praktijkkamer van een zorgverlener.

K. De patiënten die al ergotherapieverstrekkingen hebben genoten nadat ze een volledig revalidatieprogramma hebben gevolgd, kunnen slechts opnieuw in aanmerking komen voor nieuwe ergotherapieverstrekkingen nadat ze een nieuw volledig revalidatieprogramma hebben gevolgd in een revalidatiecentrum dat een overeenkomst voor locomotorische en/of neurologische revalidatie heeft gesloten met het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering en mits de rechthebbende na afloop van dat nieuwe revalidatieprogramma teruggekeerd is of gaat terugkeren naar zijn gewone leefomgeving.

De patiënten die aan een neurodegeneratieve ziekte lijden en die al ergotherapiezittingen hebben genoten nadat ze een volledig revalidatieprogramma hebben gevolgd en wier ziekte zodanig verergert dat ze een nieuw revalidatieprogramma moeten volgen, kunnen echter slechts opnieuw in aanmerking komen voor ergotherapieverstrekkingen wanneer de functionele mogelijkheden van de patiënt na het volgen van dat nieuw revalidatieprogramma beduidend zijn afgenomen in vergelijking met de situatie vóór de verergering van de ziekte. Dat beduidende verlies van functionele mogelijkheden moet duidelijk blijken uit het verslag dat als voorschrift geldt.

In deze twee gevallen blijven alle voorwaarden, vermeld in dit besluit, evenzeer van toepassing.

L. Voor de verstrekkingen 784291 of 784302, 784313, 784335, 784357, is geen enkele verzekeringstegemoetkoming verschuldigd : 1° als de rechthebbende al verstrekkingen die ergotherapie omvatten, geniet in een ander wettelijk of conventioneel kader.Derhalve is geen enkele tegemoetkoming verschuldigd voor de verstrekkingen die worden verricht tijdens het volgen van een revalidatieprogramma in een geconventioneerd revalidatiecentrum (behalve als het de verstrekking 784291 of 784302 betreft); 2° voor verstrekkingen die tijdens een opname in het ziekenhuis worden verricht (behalve als het de verstrekking 784302 betreft);3° als de ergotherapieverstrekkingen die zijn vastgesteld in het kader van dit besluit, verstrekt worden door de ergotherapeut van het revalidatiecentrum waar de rechthebbende een revalidatie heeft gevolgd, alvorens terug te keren naar zijn gewone leefomgeving. M. Door de aflevering van een getuigschrift voor verstrekte hulp verklaart de ergotherapeut dat de geattesteerde verstrekking is uitgevoerd overeenkomstig de voormelde voorwaarden voor een verzekeringstegemoetkoming.

N. Verder komen de verstrekkingen van ergotherapeuten, die in dit besluit zijn vastgesteld, slechts in aanmerking voor een tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging als ze zijn verstrekt door een daartoe erkende zorgverlener.

Tot aan de inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 18 november 2004 betreffende de erkenning van de beoefenaars van de paramedische beroepen, voor het beroep van ergotherapeut wordt de erkenning van de ergotherapeuten verzekerd door de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor zieke- en invaliditeitsverzekering.

Om erkend te worden als ergotherapeut die de verstrekkingen mag uitvoeren, die in dit besluit zijn vastgesteld en die in aanmerking komen voor een tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, moeten de kandidaten een aanvraag indienen bij de Leidend Ambtenaar van die dienst, met : 1° een afschrift van hun diploma dat een opleiding bekroont, die overeenstemt met een opleiding van minstens drie jaar in het kader van het hoger onderwijs met een volledig leerprogramma (opleiding van « gegradueerde in de ergotherapie » of van « bachelor » in de ergotherapie) zoals vastgelegd in het koninklijk besluit van 8 juli 1996 betreffende de beroepstitel en de kwalificatievereisten voor de uitoefening van het beroep van ergotherapeut en houdende vaststelling van de lijst van de technische verstrekkingen.De personen die vóór het academiejaar 1992-1993 met succes een opleiding « gegradueerde in de arbeidstherapie » hebben gevolgd, worden gelijkgesteld met de personen die met succes een opleiding « gegradueerde in de ergotherapie » hebben gevolgd.

De personen die hun diploma hebben behaald in het buitenland, kunnen alleen in aanmerking komen voor een erkenning als ze het bewijs kunnen leveren van een officiële gelijkstelling van het diploma. 2° de verbintenis, op straffe van terugbetaling, om de voormelde voorwaarden na te leven voor het attesteren van de ergotherapieverstrekkingen die zijn vastgesteld in dit besluit;3° de verbintenis om de vastgestelde honoraria voor de verstrekkingen die in dit besluit zijn vastgesteld, toe te passen. De Dienst voor Geneeskundige Verzorging stelt een lijst op van de erkende ergotherapeuten en kent hun een erkenningsnummer toe. »

Art. 6.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid belast met Maatschappelijke Integratie, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 november 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, Mevr. L. ONKELINX

^