Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 mei 2010
gepubliceerd op 02 augustus 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan sommige invalide arbeiders van de bouwnijverheid

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010202261
pub.
02/08/2010
prom.
19/05/2010
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 MEI 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan sommige invalide arbeiders van de bouwnijverheid (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een vakantiegeld aan sommige invalide arbeiders van de bouwnijverheid.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 19 mei 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het bouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2009 Toekenning van een vakantiegeld aan sommige invalide arbeiders van de bouwnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 29 oktober 2009 onder het nummer 95398/CO/124) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de arbeiders die, op het ogenblik waarop de arbeidsonderbreking die voorafging aan hun toestand van invaliditeit een aanvang nam, werden tewerkgesteld door een werkgever die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteert.

In deze collectieve arbeidsovereenkomst verstaat men onder : - "arbeiders" : de arbeiders en arbeidsters; - "fonds voor bestaanszekerheid" : het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf". HOOFDSTUK II. - Aard van het voordeel

Art. 2.Het fonds voor bestaanszekerheid kent aan de arbeiders die invalide zijn geworden, een jaarlijks vakantiegeld toe. HOOFDSTUK III. - Toekenningsvoorwaarden

Art. 3.§ 1. De arbeiders moeten gelijktijdig voldoen aan de volgende voorwaarden om aanspraak te kunnen maken op het vakantiegeld ten laste van het fonds voor bestaanszekerheid : 1° tenminste 15 jaar van hun beroepsloopbaan doorgebracht hebben in dienst van één of meerdere ondernemingen bedoeld in artikel 1.Het bewijs van de jaren loopbaan moet worden geleverd door middel van legitimatiekaarten "rechthebbende"; 2° het bewijs leveren dat hun laatste werkgever op het ogenblik waarop de arbeidsonderbreking die voorafging aan hun invaliditeit, een aanvang nam, een in artikel 1 bedoelde onderneming was;3° tenminste 5 legitimatiekaarten "rechthebbende" hebben ontvangen tijdens de laatste 10 jaar die aan de toestand van invaliditeit voorafgaan of 7 legitimatiekaarten "rechthebbende" tijdens de laatste 15 jaar die aan de toestand van invaliditeit voorafgaan;4° het bewijs leveren dat zij zich tijdens het vakantiedienstjaar in een toestand van invaliditeit bevonden, door middel van een attest, met betrekking tot de invaliditeitsperiode van het in aanmerking komende vakantiedienstjaar.Dit attest moet, naargelang het geval, worden afgeleverd door de mutualiteit, het Fonds voor beroepsziekten of de verzekeringsinstelling; 5° het recht op het wettelijke vakantiegeld hebben uitgeput. § 2. Voor de toepassing van artikel 3, § 1, 2°, worden de arbeiders die op het ogenblik waarop de arbeidsongeschiktheid, voorafgaand aan hun toestand van invaliditeit, ingaat, gedurende minder dan zes maanden volledig werkloos waren na een ontslag door een werkgever van de bouwnijverheid, gelijkgesteld met de arbeiders, die als laatste werkgever een werkgever van de bouwnijverheid hebben. HOOFDSTUK IV Bedrag en uitkeringsmodaliteiten van het vakantiegeld

Art. 4.Het bedrag van het vakantiegeld aan de invaliden wordt vastgesteld op 525 EUR.

Art. 5.§ 1. Het vakantiegeld aan invaliden kan niet worden gecumuleerd met het wettelijke vakantiegeld of met de voordelen van bestaanszekerheid die door het fonds voor bestaanszekerheid worden toegekend, met uitzondering van de promotievergoeding. § 2. In geval van cumul gebeurt de toekenning van het vakantiegeld volgens de pro rata-regeling, waarbij 1/12de van het vakantiegeld voor invaliden wordt toegekend voor elke maand die niet wordt gedekt door het wettelijke vakantiegeld of door de in § 1 bedoelde voordelen. § 3. Voor de toepassing van de pro rata-regeling wordt een periode die aanvangt vóór de 16e van de maand, beschouwd als een volledige maand en wordt een periode die aanvangt na de 15e van de maand, geneutraliseerd.

Art. 6.Het vakantiegeld wordt uitbetaald tijdens het vakantiejaar. HOOFDSTUK V. - Procedure

Art. 7.De aanvraag voor toekenning van het door deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde voordeel moet bij het fonds voor bestaanszekerheid worden ingediend via een daartoe bestemd speciaal formulier, dat kan worden bekomen bij het fonds voor bestaanszekerheid.

De aanvraag kan worden ingediend hetzij door toedoen van een werknemersorganisatie die deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft ondertekend, hetzij rechtstreeks door de betrokkene.

Wanneer het om een eerste aanvraag gaat, moet de aanvraag vergezeld worden van de nodige stavende documenten.

Art. 8.Het fonds voor bestaanszekerheid stuurt jaarlijks een hernieuwingsformulier aan de gerechtigden op de aanvullende vergoeding. Het formulier moet behoorlijk ingevuld worden en teruggestuurd worden naar het fonds voor bestaanszekerheid.

De gerechtigde die het hernieuwingsformulier niet ambtshalve ontvangt, kan het bij het fonds voor bestaanszekerheid bekomen. HOOFDSTUK VI. - Algemene bepalingen

Art. 9.De aanduiding van de organismen die belast zijn met de uitbetaling van de sociale voordelen aan de gerechtigden en met de controle met betrekking tot de toekenning van deze voordelen, gebeurt overeenkomstig de artikelen 8 en 23 van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid.

Art. 10.De raad van bestuur van het fonds voor bestaanszekerheid bepaalt de uitvoeringsmodaliteiten en de procedure die moet worden gevolgd bij het indienen en het behandelen van de aanvragen tot tussenkomst.

De bijzondere gevallen die niet op grond van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, worden door de meest gerede partij voorgelegd aan de raad van bestuur van het fonds voor bestaanszekerheid. HOOFDSTUK VII. - Geldigheidsduur

Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 januari 2009. Ze houdt op van kracht te zijn op 31 december 2010.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 mei 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^