gepubliceerd op 17 juli 1998
Koninklijk besluit houdende samenstelling van de examencommissie belast met het afnemen van de examens over de kennis van de Nederlandse of de Franse taal voor kandidaten voor het ambt van griffier, adjunct-griffier, opsteller en beambte in een griffie
19 MEI 1998. - Koninklijk besluit houdende samenstelling van de examencommissie belast met het afnemen van de examens over de kennis van de Nederlandse of de Franse taal voor kandidaten voor het ambt van griffier, adjunct-griffier, opsteller en beambte in een griffie
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, inzonderheid op artikel 53;
Gelet op het ter uitvoering van die wet genomen koninklijk besluit van 29 september 1987 tot regeling van de examens waarbij de kandidaten-griffier, adjunct-griffier, opsteller en beambte in een griffie in de gelegenheid worden gesteld te bewijzen dat zij in staat zijn de voorschriften van de wet op het gebruik der talen in gerechtszaken na te leven;
Gelet op de bepalingen van artikel 295 van het Gerechtelijk Wetboek;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De examencommissie belast met het afnemen van de examens over de kennis van de Nederlandse of de Franse taal, voorzien bij het artikel 53, § 6, van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik van de talen in gerechtszaken, wordt als volgt samengesteld : A. Voorzitter : De heer J.P. Collin, raadsheer bij het hof van beroep te Brussel.
B. Plaatsvervangend voorzitter : Mevr. M.-C. Van Cauwelaert, raadsheer bij het hof van beroep te Brussel.
C. Leden : De heren : K. Van de Velde, leraar aan het Koninklijk Atheneum te Antwerpen;
J. Leemans, leraar aan het Sint-Guido Instituut te Anderlecht en aan het Sint-Jan Berchmanscollege te Brussel;
J. Foret, leraar aan het Koninklijk Atheneum te Fleurus;
Mevr. L. Istace, lerares aan het Sint-Jozefsinstituut te Carlsbourg.
D. Plaatsvervangende leden : De heer Ph. Lepas, prefect van het Koninklijk Atheneum te Rochefort;
Mevr. N. Van Tuijcom, lerares aan het Sint-Jozefscollege te Sint-Pieters-Woluwe; de heer J. Janssens, studieprefect aan het Roninklijk Lyceum te Laken.
Art. 2.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 mei 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS