Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 juni 1997
gepubliceerd op 30 juli 1997

Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1997012458
pub.
30/07/1997
prom.
19/06/1997
ELI
eli/besluit/1997/06/19/1997012458/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 JUNI 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, inzonderheid op artikel 61, 1, gewijzigd bij de wet van 20 juli 1991;

Gelet op het voorstel van het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat er dringend aanleiding toe bestaat de opzeggings-termijnen om economische en sociale redenen te wijzigen in het belang van de werklieden tewerkgesteld in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en de werklieden van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren ressorteren.

Art. 2.1. In afwijking van de bepalingen van artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de overeenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten en wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat, de opzeggingstermijn vastgesteld op : 1° achtentwintig dagen wat de werklieden betreft die minder dan vijftien jaren anciënniteit in de onderneming tellen; 2° zesenvijftig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijftien en vijfentwintig jaren anciënniteit in de onderneming tellen;.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3° honderd en twaalf dagen wat de werklieden betreft die vijf-entwintig of meer jaren anciënniteit in de onderneming tellen en de opzegging niet wordt betekend in het kader van een overdracht van een onderneming.2. In geval van opzegging met het oog op brugpensioen gelden de opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Art. 3.De opzeggingen, betekend voor de inwerkingtreding van dit besluit, blijven hun gevolgen behouden.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt en houdt op van kracht te zijn op 1 april 1999.

Art. 5.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 juni 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^