gepubliceerd op 05 februari 2004
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en van het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het Rijkspersoneel
19 JANUARI 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en van het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het Rijkspersoneel
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, inzonderheid op artikel 20bis ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 december 2000 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 september 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het Rijkspersoneel, inzonderheid op artikel 6;
Overwegende dat het onrechtvaardig is dat kandidaten die zijn opgenomen in de wervingsreserves, het voordeel van de duur van de reserve verliezen, doordat ze niet te gelegener tijd werden opgeroepen om in dienst te treden;
Overwegende dat het, omwille van functionele en budgettaire redenen, tevens belangrijk is te voorzien in de mogelijkheid om de geldigheidsduur van een wervingsreserve te verlengen, zodat een federale overheidsdienst die dringend nood heeft aan personeel, een beroep kan doen op kandidaten zonder nieuwe vergelijkende selecties te moeten aanvragen;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 19 september 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 24 oktober 2003;
Gelet op het protocol nr. 473 van 17 november 2003 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;
Gelet op het advies 36.130/1 van de Raad van State, gegeven op 4 december 2003;
Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Aan artikel 20bis van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, vervangen door het koninklijk besluit van 22 december 2000 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 september 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 wordt het derde lid opgeheven;2° er wordt een § 3 toegevoegd, luidende : « § 3.De geldigheidsduur van een wervingsreserve wordt bepaald op twee jaar. De minister bevoegd voor ambtenarenzaken kan deze termijn telkens met een jaar verlengen op degelijk gemotiveerd verzoek van de betrokken Minister of diens afgevaardigde. »
Art. 2.Artikel 6, eerste lid, van het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de selectie en de loopbaan van het Rijkspersoneel wordt opgeheven.
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2003.
Art. 4.Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 januari 2004.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, Mevr. M. ARENA