gepubliceerd op 27 december 2021
Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 18, § 3, van het KB/WIB 92 op het stuk van de forfaitaire raming van de voordelen van alle aard voor de kosteloze verstrekking van verwarming en van elektriciteit
19 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 18, § 3, van het KB/WIB 92 op het stuk van de forfaitaire raming van de voordelen van alle aard voor de kosteloze verstrekking van verwarming en van elektriciteit
   VERSLAG AAN DE KONING    Sire,    De regering zal in uitvoering van het regeerakkoord een bredere    fiscale hervorming voorbereiden om het belastingstelsel te    moderniseren, te vereenvoudigen en meer rechtvaardig en meer neutraal    te maken. Met betrekking tot de personenbelasting zal er worden    gestreefd naar een vereenvoudiging waarbij onder meer een geleidelijke    verschuiving van alternatieve verloningsvormen naar verloning in    euro's. In het kader van een cafetariaplan, een vorm van (para)fiscaal    voordelige loonflexibilisering, worden vaak uitgaven van een werknemer    ten laste genomen door zijn werkgever. De werknemer wordt dan belast    op een voordeel van alle aard. Een voorbeeld dat recent in het nieuws    kwam is een plan dat de mogelijkheid biedt aan werknemers van    deelnemende bedrijven om hun elektriciteitsfactuur fiscaal voordelig    te laten betalen door hun werkgever via een cafetariaplan. Dergelijke    loonflexibilisering gaat in tegen het voornemen van de regering. Een    van de elementen waarop dergelijke plannen gebaseerd zijn, is de    forfaitaire waardering van het voordeel van alle aard voor het    kosteloos verstrekken van elektriciteit (artikel 18, § 3, punt 4,    KB/WIB 92). Er wordt dan ook voorgesteld om, in afwachting van de    fiscale hervorming, de forfaitaire waardering van het voordeel van    alle aard voor het kosteloos verstrekken van elektriciteit en    verwarming alvast te beperken tot de gevallen waarin die waardering    momenteel in de regel wordt gebruikt. Dat zijn met name de gevallen    waarbij kosteloos elektriciteit en/of verwarming wordt verstrekt samen    met het kosteloos ter beschikking stellen van een woning, (artikel 1,    1°, van het ontwerp). Deze bijkomende precisering is van toepassing op    de voordelen die vanaf 1 januari 2022 worden verleend (artikel 2 van    het ontwerp).
Door het voordeel van de tussenkomst van de werkgever in de energiekosten in het kader van cafetariaplannen tegen de werkelijke waarde van het voordeel te waarderen, wordt ook een verdere stap gezet naar de harmonisering van het sociaal en fiscaal loonbegrip.
De wijzigingen die worden aangebracht door artikel 1, 2° tot 4°, van het ontwerp zijn louter technische aanpassingen.
Dit is, Sire, de draagwijdte van het besluit dat U wordt voorgelegd.
Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM
19 DECEMBER 2021. - }Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 18, § 3, van het KB/WIB 92 op het stuk van de forfaitaire raming van de voordelen van alle aard voor de kosteloze verstrekking van verwarming en van elektriciteit FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 36, § 1, tweede lid;
Gelet op het KB/WIB 92;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 15 oktober 2021;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 27 oktober 2021;
Gelet op advies 70.398/3 van de Raad van State, gegeven op 29 november 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 18, § 3, punt 4, van het KB/WIB 92, vervangen bij het koninklijk besluit van 23 februari 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/02/2012 pub. 28/02/2012 numac 2012003068 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 18, § 3, KB/WIB 92 op het stuk van de forfaitaire waardering van de voordelen van alle aard voor de kosteloze beschikking over onroerende goederen en de kosteloze verstrekking van verwarming en elektriciteit sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° vóór het eerste lid, dat het tweede lid wordt, wordt een lid ingevoegd, luidende: "Het voordeel van de kosteloze verstrekking van verwarming en/of van elektriciteit gebruikt tot andere doeleinden dan verwarming wordt enkel forfaitair geraamd op het overeenkomstig het tweede en derde lid bepaalde bedrag wanneer degene die het voordeel verleent ook het onroerend goed waarvoor het voordeel wordt verleend, ter beschikking stelt."; 2° in het eerste lid, dat het tweede lid is geworden, worden de woorden "Het voordeel wordt geraamd op: " vervangen door de woorden "In het in het eerste lid bedoelde geval wordt het voordeel geraamd op: ";3° in het tweede lid, dat het derde lid is geworden, worden de woorden "eerste lid" vervangen door de woorden "tweede lid";4° in het tweede lid, dat het derde lid is geworden, worden de woorden "artikel 178, § 3, 2° " vervangen door de woorden "artikel 178, § 3, eerste lid, 2° ".
Art. 2.Artikel 1, 1° tot 3°, treedt in werking op 1 januari 2022 en is van toepassing op de voordelen die vanaf diezelfde datum worden verleend.
Art. 3.De minister die bevoegd is voor Financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 december 2021.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM