gepubliceerd op 26 januari 2007
Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd "Podium", een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij
19 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd "Podium", een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 19 april 2002 tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, en op artikel 6, § 1, 1° en 3°, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Overwegende dat de evolutie van het gedrag van het publiek de Nationale Loterij tot de vaststelling heeft gebracht dat de aantrekkingskracht van de vormen van de door haar georganiseerde openbare loterijen, inzonderheid met biljetten, sneller afneemt dan vroeger, waardoor de levensduur van dergelijke vormen van loterijen sterk wordt verkort;
Overwegende dat een dergelijke verminderde aantrekkingskracht een versnelde vernieuwing van de genoemde vormen van loterijen onontbeerlijk maakt teneinde aan de verwachtingen van de deelnemers te kunnen beantwoorden;
Overwegende dat een versneld aanbod van nieuwe vormen van loterijen met biljetten deel uitmaakt van de opdracht van de Nationale Loterij, in haar hoedanigheid van sociaal verantwoordelijke en professionele aanbieder van speelplezier, om het gedrag van de deelnemers te kanaliseren in de richting van spelen waarvan het verslavingsrisico gering is;
Overwegende dat deze kanalisatieopdracht tot het takenpakket behoort waarmee de Belgische Staat de Nationale Loterij heeft belast, krachtens het beheerscontract dat tussen beide partijen werd gesloten;
Overwegende dat de Nationale Loterij absoluut zeer dringend de vereiste maatregelen moet treffen om deze sociale doelstelling na te komen;
Overwegende dat één van bovengenoemde maatregelen bestaat in de lancering van de vorm van loterij die door dit besluit wordt bekrachtigd;
Overwegende dat de concretisering van deze maatregel belangrijke voorbereidende werkzaamheden vereist, zowel op technisch als op organisatorisch vlak, die onverwijld van start moeten gaan;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gewettigd door de bovenstaande overwegingen;
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit reglement is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven loterij met biljetten, genaamd « Podium ». « Podium » is een loterij met biljetten waarvan de loten uitsluitend zonder enige trekking worden toegewezen door de vermelding op het biljet zelf, volgens een door het toeval bepaalde verdeling, dat een lot al of niet wordt gewonnen. De vermelding in kwestie zit verborgen onder een af te krassen ondoorzichtige deklaag.
Art. 2.Het aantal biljetten van elke uitgifte wordt door de Nationale Loterij vastgesteld hetzij op 500.000, hetzij op veelvouden van 500.000.
De verkoopprijs van een biljet is vastgelegd op 2,50 euro.
Art. 3.Voor iedere hoeveelheid van 500.000 uitgegeven biljetten wordt het aantal loten vastgesteld op 126.628, die worden verdeeld volgens onderstaande tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 4.Op de voorkant van de biljetten worden er vier duidelijk afgebakende spelen onder elkaar afgebeeld. Van boven naar beneden worden deze spelen respectievelijk « wedstrijdlijn 1 », « wedstrijdlijn 2 », « wedstrijdlijn 3 » en « wedstrijdlijn 4 » genoemd.
De vier « wedstrijdlijnen » staan volledig los van elkaar. Voor de eventuele toewijzing van een lot dient ieder van deze vier « wedstrijdlijnen » dus afzonderlijk te worden beschouwd.
Art. 5.Elke « wedstrijdlijn » bestaat uit zes duidelijk afgebakende cirkelvormige ruimten, die « vooruitgangszones » worden genoemd. Deze zes cirkelvormige ruimten zijn bedekt met een door de speler af te krassen ondoorzichtige deklaag, waarop telkens een cijfer wordt vermeld. Dat cijfer is « 1 » voor de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 1 », « 2 » voor de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 2 », « 3 » voor de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 3 » en « 4 » voor de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 4 ». Van links naar rechts wordt de eerste « vooruitgangszone » van iedere « wedstrijdlijn » « STARTZONE » genoemd, terwijl de zesde « vooruitgangszone » telkens « FINISHZONE » wordt genoemd.
Links van elke « STARTZONE » staat er een tekening die kan variëren naargelang de gekozen sporttak, en die een wedstrijddeelnemer voorstelt. Rechts van iedere « FINISHZONE » staat er een met een ondoorzichtige deklaag bedekt vakje dat de vermelding « WINST-GAIN-GEWINN » draagt en dat door de speler dient te worden afgekrast. Het vakje in kwestie wordt « winstvakje » genoemd.
Onderaan op het biljet bevindt er zich een omkaderde lijn die « WEDSTRIJDVERLOOP-DEROULEMENT DE LA COURSE-WETTSTREITVERLAUF » wordt genoemd. Deze lijn bestaat uit twaalf naast elkaar liggende vakjes, die bedekt zijn met een door de speler af te krassen ondoorzichtige deklaag. Op de ondoorzichtige deklaag van elk van deze twaalf vakjes wordt er telkens een vraagteken afgebeeld.
Art. 6.Het afkrassen van de ondoorzichtige deklaag geeft respectievelijk het volgende te zien : 1° in ieder van de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 1 » verschijnt ofwel het cijfer « 1 », ofwel een naar rechts gekeerd pijltje dat de wedstrijdrichting aanduidt.Zowel het aantal « vooruitgangszones » met het cijfer « 1 » of met een pijltje als hun plaats op de « wedstrijdlijn » kunnen van biljet tot biljet verschillen; 2° in elk van de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 2 » verschijnt ofwel het cijfer « 2 », ofwel een naar rechts gekeerd pijltje dat de wedstrijdrichting aanduidt.Zowel het aantal « vooruitgangszones » met het cijfer « 2 » of met een pijltje als hun plaats op de « wedstrijdlijn » kunnen van biljet tot biljet verschillen; 3° in ieder van de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 3 » verschijnt ofwel het cijfer « 3 », ofwel een naar rechts gekeerd pijltje dat de wedstrijdrichting aanduidt.Zowel het aantal « vooruitgangszones » met het cijfer « 3 » of met een pijltje als hun plaats op de « wedstrijdlijn » kunnen van biljet tot biljet verschillen; 4° in elk van de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 4 » verschijnt ofwel het cijfer « 4 », ofwel een naar rechts gekeerd pijltje dat de wedstrijdrichting aanduidt.Zowel het aantal « vooruitgangszones » met het cijfer « 4 » of met een pijltje als hun plaats op de « wedstrijdlijn » kunnen van biljet tot biljet verschillen; 5° in ieder van de twaalf vakjes van de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP » verschijnt een cijfer tussen 1 en 4.Elk van deze cijfers wordt « wedstrijdlijncijfer » genoemd. Zowel het aantal « wedstrijdlijncijfers » « 1 », « 2 », « 3 » en « 4 » als hun plaats op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP » kunnen van biljet tot biljet verschillen; 6° in ieder van de « winstvakjes » verschijnt een in Arabische cijfers uitgedrukt lotenbedrag.Dat lotenbedrag wordt gekozen uit de mogelijkheden bedoeld in artikel 3. Het kan verschillen van « winstvakje » tot « winstvakje ».
Art. 7.§ 1. Voor elke « wedstrijdlijn » bestaat het spelmechanisme erin, de wedstrijddeelnemer te laten vooruitgaan van de « STARTZONE » tot zijn eventuele aankomst in de « FINISHZONE ».
Concreet berust dat spelmechanisme op de volgende instructies : 1° eerst krast de speler de ondoorzichtige deklaag af van de twaalf vakjes van de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP », één voor één en van links naar rechts, om op die manier de « wedstrijdlijncijfers » te zien te krijgen;2° ieder afgekrast « wedstrijdlijncijfer » verwijst de speler naar de « wedstrijdlijn » waarop dat cijfer betrekking heeft.Daar krast hij, van links naar rechts, dus altijd te beginnen met de « STARTZONE », de ondoorzichtige deklaag af van de eerste, nog bedekte « vooruitgangszone » om op die manier de wedstrijddeelnemer te laten vooruitgaan; 3° wanneer een afgekraste « vooruitgangszone » een pijltje te zien geeft, wordt de speler verzocht om de ondoorzichtige deklaag af te krassen van de volgende « vooruitgangszone » van de desbetreffende « wedstrijdlijn ». § 2. Een « wedstrijdlijn » wordt uitsluitend als een winnende « wedstrijdlijn » beschouwd wanneer de zes « vooruitgangszones » van de betrokken « wedstrijdlijn » werden afgekrast in overeenstemming met de opeenvolgende krashandelingen bedoeld in § 1.
In dat geval komt het toegekende lot overeen met het bedrag dat wordt vermeld in het « winstvakje » naast de desbetreffende « wedstrijdlijn ». § 3. Om de toepassing van de in § § 1 en 2 bedoelde reglementsvoorwaarden aanschouwelijk te maken, wordt hieronder, louter ter verduidelijking, een voorbeeld uitgewerkt op basis van een fictief biljet.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 1° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het eerste vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de eerste « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 1 », dus de « STARTZONE ».
Resultaat : het cijfer « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 2°; 2° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het tweede vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de eerste « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 3 », dus de « STARTZONE ».
Resultaat : het cijfer « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 3°; 3° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het derde vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de tweede « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 1 ». Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de derde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 1 ». Resultaat : het cijfer « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 4°; 4° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het vierde vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de tweede « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 3 ». Resultaat : het cijfer « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 5°; 5° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het vijfde vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 2 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de eerste « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 2 », dus de « STARTZONE ».
Resultaat : het cijfer « 2 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 6°; 6° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het zesde vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de vierde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 1 ». Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de vijfde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 1 ». Resultaat : het cijfer « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 7°; 7° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het zevende vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de derde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 3 ». Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de vierde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 3 ». Resultaat : het cijfer « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 8°; 8° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het achtste vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de vijfde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 3 ». Resultaat : het cijfer « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 9°; 9° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het negende vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 4 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de eerste « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 4 », dus de « STARTZONE ».
Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de tweede « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 4 ». Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de derde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 4 ». Resultaat : het cijfer « 4 » verschijnt. Gevolg : de speler gaat over tot de handeling bedoeld in 10°; 10° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het tiende vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 1 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de zesde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 1 », dus de « FINISHZONE ».
Resultaat : het cijfer « 1 » verschijnt. Gevolg : aangezien de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 1 » allemaal konden worden afgekrast, gaat het om een winnende « wedstrijdlijn » die recht geeft op een lot waarvan de speler het bedrag te zien krijgt door de ondoorzichtige deklaag af te krassen van het « winstvakje » naast « wedstrijdlijn 1 » (2,50 euro). Vervolgens gaat de speler over tot de handeling bedoeld in 11°; 11° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het elfde vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 3 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de zesde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 3 », dus de « FINISHZONE ».
Resultaat : het cijfer « 3 » verschijnt. Gevolg : aangezien de zes « vooruitgangszones » van « wedstrijdlijn 3 » allemaal konden worden afgekrast, gaat het om een winnende « wedstrijdlijn » die recht geeft op een lot waarvan de speler het bedrag te zien krijgt door de ondoorzichtige deklaag af te krassen van het « winstvakje » naast « wedstrijdlijn 3 » (7,50 euro). Vervolgens gaat de speler over tot de handeling bedoeld in 12°; 12° de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van het twaalfde vakje te beginnen van links op de lijn « WEDSTRIJDVERLOOP ».Resultaat : het « wedstrijdlijncijfer » « 2 » verschijnt. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de tweede « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 2 ». Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de derde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 2 ». Resultaat : er verschijnt een pijltje. Gevolg : de speler krast de ondoorzichtige deklaag af van de vierde « vooruitgangszone » te beginnen van links op « wedstrijdlijn 2 ».
Resultaat : het cijfer « 2 » verschijnt.
Met deze laatste handeling van de speler wordt het spel afgerond. Het resultaat is het volgende : dit voorbeeldbiljet wint een bedrag van 10 euro, namelijk de optelling van de loten van 2,50 euro en 7,50 euro die respectievelijk worden toegekend door « wedstrijdlijn 1 » en « wedstrijdlijn 3 ». « Wedstrijdlijn 2 » en « wedstrijdlijn 4 » zijn echter niet-winnende wedstrijdlijnen, aangezien hun zes « vooruitgangszones » niet allemaal konden worden afgekrast.
Art. 8.Voor een winnend biljet geldt telkens het volgende : 1° wanneer dat biljet 70.000, 5.000, 1.000, 100, 50 en 2,50 euro wint, bevat het altijd slechts één winnende « wedstrijdlijn »; 2° wanneer dat biljet 15 euro wint, bevat het ofwel één winnende « wedstrijdlijn » die 15 euro oplevert, ofwel twee winnende « wedstrijdlijnen » die respectievelijk 5 euro en 10 euro opleveren, ofwel drie winnende « wedstrijdlijnen » die respectievelijk 2,50 euro, 5 euro en 7,50 euro opleveren;3° wanneer dat biljet 10 euro wint, bevat het ofwel één winnende « wedstrijdlijn » die 10 euro oplevert, ofwel twee winnende « wedstrijdlijnen » die respectievelijk 2,50 euro en 7,50 euro opleveren, ofwel drie winnende « wedstrijdlijnen » die respectievelijk 2,50 euro, 2,50 euro en 5 euro opleveren;4° wanneer dat biljet 7,50 euro wint, bevat het ofwel één winnende « wedstrijdlijn » die 7,50 euro oplevert, ofwel twee winnende « wedstrijdlijnen » die respectievelijk 2,50 euro en 5 euro opleveren;5° wanneer dat biljet 5 euro wint, bevat het ofwel één winnende « wedstrijdlijn » die 5 euro oplevert, ofwel twee winnende « wedstrijdlijnen » die ieder 2,50 euro opleveren. Een niet-winnend biljet is altijd een biljet waarvan de configuratie van de spelen niet overeenstemt met één van de 16 gevallen bedoeld in het eerste lid.
Art. 9.Op de voor- of op de achterkant van de biljetten kunnen de volgende vermeldingen staan, uitsluitend voor de controle en het administratieve beheer van deze biljetten : 1° een reeks zichtbare cijfers;2° een reeks cijfers, bedekt met een ondoorzichtige deklaag;3° twee zichtbare streepjescodes.
Art. 10.In de met een ondoorzichtige deklaag bedekte speelzones kunnen er, onder deze ondoorzichtige deklaag, controlevermeldingen staan in elke door de Nationale Loterij nuttig geachte vorm.
De Nationale Loterij heeft als enige het recht om ter controle de in het eerste lid en in artikel 9, 2°, bedoelde ondoorzichtige deklagen van de onverkochte biljetten af te krassen.
Art. 11.§ 1. Teneinde te waarborgen dat de toewijzing van de loten uitsluitend wordt bepaald door het toeval, wordt elke vorm van stelselmatigheid vermeden bij het drukken van de vermeldingen die op deze loten betrekking hebben, en mogen de biljetten uiterlijk geen enkel verschil vertonen waarmee om het even welk element kan worden onthuld.
In afwijking van de bepalingen van het eerste lid kan er een procédé worden bepaald om te garanderen dat de biljetten waarmee kleine lotenbedragen worden toegewezen, evenwichtig worden verdeeld over alle gedrukte biljetten. § 2. Op de voor- of op de achterkant van de biljetten worden er cijfers en/of letters vermeld ter identificatie van de uitgifte waartoe deze biljetten behoren. Het aantal uitgiften wordt vastgelegd door de Nationale Loterij.
Art. 12.De loten zijn betaalbaar aan de houder tegen afgifte van de winnende biljetten bij de verkopers, vanaf de aankoop van de biljetten tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren. De loten van 70.000 euro zijn ook betaalbaar ten zetel van de Nationale Loterij.
Art. 13.Voor elke biljettenuitgifte worden de afsluitingsdatum van de verkoop en de daarmee samenhangende afsluitingsdatum van de uitbetaling van de loten bekendgemaakt door de Nationale Loterij met alle door haar nuttig geachte middelen.
Art. 14.De loten die niet binnen de in artikel 12 vastgelegde termijn worden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.
Art. 15.Klachten over de uitbetaling van de loten moeten, op straffe van verval, binnen de in artikel 12 bedoelde termijn van twee maanden worden ingediend. Ze moeten per aangetekende brief aan de Nationale Loterij worden gericht of in ruil voor een ontvangstbewijs bij de Nationale Loterij worden afgegeven.
Elke klacht moet vergezeld gaan van het betrokken biljet. Op de keerzijde van het biljet moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden.
Art. 16.Het is alle minderjarigen verboden deel te nemen.
Art. 17.De Nationale Loterij erkent slechts één eigenaar van een winnend biljet, namelijk de houder ervan. De staving van de identiteit wordt evenwel geëist : 1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is.In dat geval wordt het biljet door de Nationale Loterij ingehouden totdat ze een beslissing heeft genomen, en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte; 2° als dat noodzakelijk is voor de door de Nationale Loterij vastgelegde betalingswijze van de loten;3° als het vermoeden bestaat dat de houder van het biljet minderjarig is;4° als het vermoeden bestaat dat de houder het biljet op onrechtmatige wijze heeft verworven;5° als om het even welke wettelijke bepaling daarin voorziet.
Art. 18.Geen enkel bezwaar noch verzet wordt aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een ten gunste van de houder opgesteld bewijs van afgifte.
Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket.
De Nationale Loterij en de tussenpersonen van haar distributienet respecteren de anonimiteit van de deelnemers, behalve wanneer laatstgenoemden daaraan verzaken.
Art. 19.De biljetten kunnen nog de volgende vermeldingen bevatten : 1° uitleg, voorschriften en informatie bestemd voor de deelnemers;2° reclame ten gunste van de Nationale Loterij en, in ruil voor een financiële of andere compensatie, ten gunste van derden met wie de Nationale Loterij het commercieel opportuun acht om samen te werken teneinde haar activiteiten te promoten.
Art. 20.In het kader van promotie-acties die door de Nationale Loterij alleen of samen met derden worden georganiseerd, kunnen er extra loten in natura of in specie worden toegekend, hetzij door een trekking, hetzij door een wedstrijd. De voorwaarden van deze promotie-acties worden door de Nationale Loterij bepaald en bekendgemaakt met alle door haar nuttig geachte middelen.
Het is minderjarigen verboden deel te nemen aan de in het eerste lid bedoelde promotie-acties.
Art. 21.Dit besluit treedt in werking op 29 januari 2007.
Art. 22.Onze Minister van Begroting en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 december 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE De Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, B. TUYBENS