Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 april 2010
gepubliceerd op 25 juni 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord 2009-2010

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010201884
pub.
25/06/2010
prom.
19/04/2010
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 APRIL 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord 2009-2010 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord 2009-2010.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 april 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 2009 Nationaal akkoord 2009-2010 (Overeenkomst geregistreerd op 5 augustus 2009 onder het nummer 93399/CO/142.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Kader

Art. 2.Voorwerp Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 november 1969Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/11/1969 pub. 06/04/2007 numac 2007000224 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit nr. 2 met betrekking tot de vaststelling van forfaitaire grondslagen van aanslag voor de belasting over de toegevoegde waarde. - Duitse vertaling sluiten tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de collectieve arbeidsovereenkomsten.

De ondertekenende partijen vragen de algemeen bindend verklaring bij koninklijk besluit van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 3.Uitvoering interprofessioneel akkoord Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2009-2010 van 22 december 2008. HOOFDSTUK III. - Inkomenszekerheid

Art. 4.Koopkracht Afdeling 1. - Indexering

Alle minimumuurlonen en de effectieve uurlonen worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de reële index volgens de formule "sociale index" (= 4-maandelijks gemiddelde) december van het voorgaande kalenderjaar tegenover december van het kalenderjaar daarvoor. Afdeling 2. - Sectoraalsysteem ecocheques

In uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2009-2010 van 22 december 2008 en in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 98 betreffende de ecocheques, gesloten in de Nationale Arbeidsraad van 20 februari 2009, wordt een kader uitgewerkt van een sectoraalsysteem ecocheques, rekening houdend met volgende principes : - Betaling aan elke voltijds tewerkgestelde arbeider van 3 semestriële schijven van ecocheques, elk ter waarde van 125,00 EUR. - De betaling van deze ecocheques vindt plaats op volgende tijdstippen : - ten laatste op 31 december 2009 en behelst de referteperiode van 1 juli 2009 tot en met 31 december 2009; - ten laatste op 30 juni 2010 en behelst de referteperiode van 1 januari 2010 tot en met 30 juni 2010; - ten laatste op 31 december 2010 en behelst de referteperiode van 1 juli 2010 tot en met 31 december 2010. - Een alternatieve besteding dan deze ecocheques op ondernemingsvlak is mogelijk op voorwaarde dat het bedrag van 3 x 125 EUR gegarandeerd wordt en mits een akkoord op ondernemingsvlak vóór 30 juni 2009, en dit via een collectieve arbeidsovereenkomst.

Een kopie van deze collectieve arbeidsovereenkomst dient ter informatie te worden overgemaakt aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, en dit vóór 30 september 2009.

Indien er geen akkoord wordt gesloten op het vlak van de onderneming vóór 30 juni 2009, dient het sectoraalsysteem van de ecocheques te worden toegepast.

Bovendien dienen in deze ondernemingsenveloppe minstens dezelfde gelijkstellingen te worden voorzien die ook zijn opgenomen binnen het sectoraalsysteem van ecocheques. - Er wordt een pro rata uitbetaald in volgende gevallen : - Arbeiders die in de loop van het betrokken semester in dienst of uit dienst treden, hebben recht op een pro rata van de semestriële schijven zoals hierboven vermeld, a rato van 1/25e per week, met een maximum van 25/25sten. Met week wordt bedoeld, elke week waarin minimum 1 dag wordt gewerkt of gelijkgesteld. - Deeltijdse arbeiders hebben recht op een pro rata in functie van de tewerkstellingsbreuk. De tewerkstellingsbreuk is de verhouding tussen de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van de arbeider en de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van een voltijdse arbeider. - Met gewerkte dagen worden gelijkgesteld alle dagen die opgenomen zijn in artikel 6 van de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 98.

Bovendien worden ook met gewerkte dagen gelijkgesteld, de dagen bij tijdelijke werkloosheid en de dagen ziekte of (arbeids)ongeval. - Uitzendkrachten, tewerkgesteld in een onderneming behorende tot het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, krijgen op de hierboven vermelde tijdstippen ecocheques uitbetaald ten laste van het uitzendkantoor dat hen tewerkstelt, mits 5 dagen tewerkstelling in de onderneming binnen de referteperiode. Het bedrag van 125 EUR wordt aangepast in functie van het aantal tewerkgestelde dagen, en dit volgens het pro rata principe van in- en uitdiensttreders, zoals hierboven vermeld.

Opmerking Rekening houdend met bovenvermelde principes dient een collectieve arbeidsovereenkomst inzake een sectoraal systeem ecocheques te worden uitgewerkt, met ingang van 1 juli 2009 voor onbepaalde duur.

Elke vorm van invulling van de koopkracht geldt voor onbepaalde duur.

De waarde van de koopkracht bedraagt 250 EUR per jaar (inclusief RSZ-bijdragen voor werkgever en werknemer) vanaf 2011.

Na de interprofessionele evaluatie van het nettovoordeel in uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2009-2010 en eventuele beslissingen over de wijzigingen, dient een sectorale evaluatie te worden voorzien om de recurrentie van de premie van 250 EUR in te vullen vanaf 1 januari 2011.

Art. 5.Eindejaarspremie - Het aantal gelijkgestelde dagen in geval van tijdelijke werkloosheid wordt begrensd tot 60 dagen per referteperiode. - Het aantal gelijkgestelde dagen in geval van ongeval of ziekte wordt begrensd tot 60 kalenderdagen per referteperiode voor zover deze arbeidsongeschiktheid een ononderbroken duur van 14 kalenderdagen heeft.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake eindejaarspremie van 26 juni 2007 zal vanaf 1 december 2009 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.

Art. 6.Sociaal fonds § 1. Vanaf 1 januari 2010 worden de aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid geïndexeerd volgens het principe zoals opgenomen in § 2 van artikel 6 en tegelijkertijd verhoogd. Hierdoor bedraagt deze aanvullende vergoeding vanaf 1 januari 2010 6,00 EUR per werkloosheidsvergoeding en tot 3,00 EUR per halve werkloosheidsvergoeding. § 2. Vanaf 1 januari 2010 worden alle aanvullende vergoedingen geïndexeerd op basis van de reële loonindexering op 1 januari 2008 en op 1 januari 2009 (de sociale index van de maand december van het voorgaande kalenderjaar wordt vergeleken met de sociale index van de maand december van het kalenderjaar daarvoor).

Door deze berekening, met name 1,99 pct.op 1 januari 2008 en 4,34 pct. op 1 januari 2009 worden de aanvullende vergoedingen met 6,42 pct. geïndexeerd.

Hierdoor worden de aanvullende vergoedingen vanaf 1 januari 2010 als volgt verhoogd : - aanvullende vergoeding bij volledige werkloosheid, voor oudere werklozen en oudere zieken : - 5,73 EUR per werkloosheids- en ziekte-uitkering; - 2,86 EUR per halve werkloosheids- en ziekte-uitkering; - aanvullende vergoedingen bij ziekte : - 62,67 EUR na 60 dagen; - 85,27 EUR na 120 dagen; - 110,74 EUR bij een langere ziekteperiode.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten sociaal fonds van 26 juni 2007 zal vanaf 1 januari 2010 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst dient bovendien op een aantal technische punten verder te worden verduidelijkt.

In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten Sociaal fonds dient de collectieve arbeidsovereenkomst inzake syndicale premie voor 2008 van 12 februari 2008 onder dezelfde voorwaarden te worden verlengd van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2010.

Art. 7.Sectoraal pensioenfonds Vanaf 1 januari 2011 wordt de bijdrage van 1,2 pct. van de brutobezoldigingen van de arbeiders voor het sectoraal pensioenstelsel verhoogd tot 1,4 pct.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst van 18 september 2007 inzake het sectoraal pensioenstelsel zal vanaf 1 januari 2011 in die zin voor onbepaalde duur worden aangepast.

Art. 8.Vervoerskosten § 1. Wanneer de arbeider zich naar het werk verplaatst met het openbaar en gemengd vervoer, heeft hij recht op een vergoeding conform de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van 20 februari 2009. § 2. Wanneer de arbeider zich naar het werk verplaatst met het eigen vervoer of te voet, heeft hij recht op een dagvergoeding, gebaseerd op de werkgeversbijdrage in het weekabonnement, zoals opgenomen in de tabel gevoegd bij artikel 11 van bovenvermelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies.

De verplaatsing met het eigen vervoer heeft betrekking op alle mogelijke eigen vervoermiddelen.

Er dient conform de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies, ook een volwaardige vergoeding te worden betaald voor de afstanden van minder dan 3 kilometer.

Deze dagvergoeding dient jaarlijks op 1 februari te worden geïndexeerd overeenkomstig de jaarlijkse indexering van de treintarieven van de NMBS, conform het advies van de Centrale raad voor het bedrijfsleven. § 3. Indien een leerling zich verplaatst naar de werkplaats met om het even welk vervoermiddel heeft hij recht op terugbetaling van de vervoerskosten door de werkgever. Deze terugbetaling is conform de regels die gelden voor de verplaatsingen van de arbeiders uit de sector.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake vervoerkosten van 27 juni 2003 zal vanaf 1 juli 2009 in die zin worden aangepast voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK IV. - Werkzekerheid

Art. 9.Werkzekerheidsclausule Afdeling 1. - Principe

Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst zal in geen enkele onderneming overgegaan worden tot meervoudig ontslag vooraleer andere tewerkstellingsbehoudende maatregelen - met inbegrip van tijdelijke werkloosheid - uitgeput zijn. Voor de arbeiders ouder dan 45 jaar zal prioritair naar tewerkstellingsbehoudende maatregelen worden gezocht. Afdeling 2. - Definitie

Wordt als "ontslag" beschouwd elk ontslag om economische en/of technische redenen.

Als "meervoudig" wordt beschouwd een ontslag van ten minste 3 arbeiders in ondernemingen met 29 werknemers en minder en van ten minste 10 pct. arbeiders in ondernemingen met 30 werknemers en meer, dit alles in de loop van een periode van zestig kalenderdagen. Afdeling 3. - Procedure

Indien een onderneming zich in onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of financiële/technische omstandigheden bevindt, waardoor bijvoorbeeld tijdelijke werkloosheid of andere equivalente maatregelen sociaal economisch onhoudbaar worden, is de werkgever gehouden de volgende sectorale overlegprocedure na te leven. Tijdens deze overlegprocedure kan niet tot ontslag worden overgegaan. - Wanneer de werkgever - die zich dus in onvoorzienbare en onvoorziene economische en/of financiële/technische omstandigheden bevindt zoals hierboven beschreven - voornemens is over te gaan tot ontslag van meerdere werknemers, dat als meervoudig ontslag kan worden beschouwd, licht hij voorafgaandelijk de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, de vakbondsafgevaardigde in. Ingeval er geen ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging bestaat, licht hij voorafgaandelijk en individueel de betrokken werknemers schriftelijk in. - Binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie aan de syndicale vertegenwoordigers van de arbeiders dienen partijen op ondernemingsvlak de besprekingen te starten over de maatregelen die ter zake kunnen worden genomen. Indien dit overleg niet tot een oplossing leidt, dan wordt binnen de acht kalenderdagen na het vaststellen van een niet-akkoord op ondernemingsvlak, beroep gedaan op het verzoeningsbureau op initiatief van de meest gerede partij. - Ingeval er geen ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging bestaat in de onderneming, kan, binnen de vijftien kalenderdagen na de informatie aan de werknemers, dezelfde overlegprocedure worden ingeleid op initiatief van de vakbondsorganisaties die de arbeiders vertegenwoordigen.

Deze procedure is eveneens van toepassing bij faillissement. Afdeling 4. - Sanctie

Bij niet-naleving van de procedure bepaald in afdeling 3, dient de in gebreke zijnde werkgever, naast de normale opzeggingstermijn, aan de betrokken arbeiders een vergoeding te betalen.

Deze vergoeding is gelijk aan het loon verschuldigd voor de genoemde opzeggingstermijn.

Ingeval van betwisting wordt beroep gedaan op het verzoeningsbureau op vraag van de meest gerede partij.

De afwezigheid van een werkgever op de in deze procedure voorziene bijeenkomst van het verzoeningsbureau wordt beschouwd als een niet-naleving van de bovenstaande procedure. De werkgever kan zich laten vertegenwoordigen door een bevoegde afgevaardigde behorende tot zijn onderneming.

Indien de overlegprocedure niet is gevolgd is de sanctie eveneens van toepassing in geval van faillissement.

De sanctie is eveneens van toepassing op de werkgever die een unaniem advies van het verzoeningsbureau niet toepast.

Opmerking Een collectieve arbeidsovereenkomst inzake werkzekerheid zal vanaf 1 januari 2010 worden opgemaakt voor onbepaalde duur.

Art. 10.Uitzendarbeid en onderaanneming Voor de duur van het akkoord 2009-2010 worden de aanbevelingen verlengd inzake werkzekerheid, zoals voorzien in artikel 9 van het nationaal akkoord 2007-2008. § 1. Het beroep op de contracten voor uitzendarbeid zal beperkt worden tot de in de wet van 24 juli 1987Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/07/1987 pub. 13/02/2007 numac 2007000038 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers. - Duitse vertaling sluiten voorziene gevallen, met inachtname van het uitzonderingskarakter van dit regime. § 2. De raadplegingprocedure, zoals voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 36, 58 en 58bis van de Nationale Arbeidsraad waarbij de vakbondsafvaardiging, en bij ontstentenis de werknemersorganisaties, voorafgaand haar/hun toestemming moeten verlenen inzake het gebruik van uitzendkrachten in de onderneming, zal strikt worden toegepast.

Partijen bevelen aan het beroep op contracten van onderaanneming te beperken en engageren zich om alle maatregelen te nemen om praktijken inzake schijnzelfstandigheid uit te roeien.

Art. 11.Contracten bepaalde duur, bepaald werk en uitzendarbeid § 1. Indien een arbeider aangeworven wordt met een contract van onbepaalde duur na één of meerdere contracten van bepaalde duur, na één of meerdere contracten voor een duidelijk omschreven werk, of na één of meerdere uitzendcontracten, wordt de anciënniteit opgebouwd tijdens deze contracten van bepaalde duur, deze contracten voor een duidelijk omschreven werk en deze uitzendcontracten, meegerekend. § 2. Indien een arbeider wordt aangeworven met een contract van onbepaalde duur na één of meerdere uitzendcontracten, blijft gedurende de eerste 3 maanden van zijn tewerkstelling met een contract van onbepaalde duur, een verkorte opzegtermijn mogelijk indien dit wordt ingeschreven in de individuele arbeidsovereenkomst. § 3. Indien een arbeider wordt aangeworven met een contract van onbepaalde duur aansluitend op één of meerdere contracten van bepaalde duur, voor een duidelijk omschreven werk of uitzendarbeid, mag er geen proefperiode worden opgenomen. § 4. Teneinde oneigenlijk gebruik van uitzendarbeid te weren uit de sector worden uitzendcontracten omwille van tijdelijke vermeerdering van het werk, na een periode van zes maanden omgezet in een contract van onbepaalde duur.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake contracten bepaalde duur, bepaald werk en uitzendarbeid van 26 juni 2007 zal vanaf 1 juli 2009 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK V. - Vorming en opleiding

Art. 12.Algemene bepalingen De sociale partners engageren zich dat de paritaire sectorale stuurgroep die in de schoot van Educam in uitvoering van het nationaal akkoord 2007-2008 werd opgericht, verder uitvoering geeft aan volgende opdrachten : - beter afstemmen van de opleidingsbehoeften binnen de ondernemingen op het opleidingsaanbod; - onderzoek om een individueel recht op permanente vorming in te voeren en dit binnen het kader van het collectief recht op vorming en opleiding; - onderzoeken op welke manier een systeem van opleidings CV kan worden ingevoerd binnen de sector.

Art. 13.Permanente vorming Opmerking Artikel 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en opleiding van 18 september 2007 wordt verlengd van 1 juli 2009 tot en met 30 juni 2011. HOOFDSTUK VI. - Arbeidstijd en flexibiliteit

Art. 14.Tewerkstellingsbevorderende maatregel De ondernemingen kunnen in het geval van herstructurering of indien de arbeidsorganisatie kan versoepeld worden, via een collectieve arbeidsovereenkomst de tewerkstelling bevorderen door onder meer collectieve arbeidsduurvermindering toe te passen.

Ze kunnen hiervoor gebruik maken van de bestaande wettelijke en decretale aanmoedigingspremies en de omzetting van de loonsverhogingen. HOOFDSTUK VII. - Loopbaanplanning

Art. 15.Eindeloopbaan § 1. Het brugpensioen in de sector wordt onder dezelfde voorwaarden en binnen de wettelijke mogelijkheden verlengd van 1 januari 2010 tot en met 30 juni 2012.

Opmerking In die zin zullen de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten inzake brugpensioen van 26 juni 2007, met name verlenging bestaande ondernemingsakkoorden brugpensioen, verlenging van het sectorale brugpensioenakkoord voor arbeiders en arbeidsters vanaf 58 jaar en verlenging van het sectorale brugpensioenakkoord voor arbeiders en arbeidsters vanaf 57 jaar worden verlengd van 1 januari 2010 tot en met 30 juni 2012. § 2. Het recht op brugpensioen vanaf 56 jaar mits 40 jaar loopbaan wordt onder dezelfde voorwaarden verlengd van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake het recht op brugpensioen vanaf 56 jaar van 15 januari 2008 wordt verlengd van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2010 en zal in die zin worden aangepast. § 3. Voor de duur van het akkoord 2009-2010 worden de aanbevelingen inzake brugpensioen - procedure, zoals voorzien in artikel 16, § 5, van het nationaal akkoord 2007-2008 verlengd.

Op vlak van brugpensioen bevelen de partijen in het kader van de arbeidsherverdelende maatregelen op ondernemingsvlak volgende procedure aan : minstens 1 maand vóór het bereiken van de brugpensioenleeftijd nodigt de werkgever de betrokken arbeider (bij aangetekende brief) uit tot een onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Bij dit onderhoud kan de arbeider zich laten bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. Bij dit onderhoud zullen zowel naar timing van het brugpensioen als naar opleiding van de vervanger van de bruggepensioneerde sluitende afspraken gemaakt worden. HOOFDSTUK VIII. - Inspraak en overleg

Art. 16.Statuut van de vakbondsafvaardiging Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuut van de vakbondsafgevaardigden van 26 juni 2007 zal vanaf 1 juli 2009 worden aangepast aan de bevoegdheden van de vakbondsafgevaardigden conform de Europese richtlijn, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK IX. - Sectorale projecten 2009-2010

Art. 17.Paritaire sectorale stuurgroep De sociale partners engageren zich tot de oprichting van een paritaire sectorale stuurgroep omtrent onderstaande thema's : - onderzoek naar de mogelijkheden om een sectorale hospitalisatieverzekering uit te werken. - onderzoek naar de ziektedagen en het ziekteverzuim in de sector en in de ondernemingen. Dit onderzoek dient als basis voor besprekingen in het kader van de carenzdag. - uitwerken van een aantal sectorale hulpmiddelen rond anti-stress en veiligheidsbeleid in de onderneming, onder meer een campagne gevaarlijke producten. De aanbeveling omtrent antistress- en veiligheidsbeleid in de ondernemingen, zoals opgenomen in artikel 18 van het nationaal akkoord 2007-2008 kan hiervoor als basis dienen.

Art. 18.Technische aanpassingen § 1. Collectieve arbeidsovereenkomst inzake kort verzuim : - in artikel 4, punt 2 (huwelijk van een familielid van de arbeider) slaat het begrip "wonend onder hetzelfde dak" enkel op "gelijk welk ander familielid"; - in artikel 8 (vaderschapsverlof) dient te worden toegevoegd dat de eerste 3 dagen afwezigheid ook in halve dagen kunnen worden opgenomen.

Indien voor ploegenarbeid dit niet kan worden toegepast om organisatorische redenen, dient op ondernemingsvlak een oplossing te worden gezocht.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake kort verzuim van 26 juni 2007 zal vanaf 1 juli 2009 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. § 2. Collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten sociaal fonds : - Wanneer een oudere werkloze, die een aanvullende vergoeding ontvangt van het sociaal fonds, het werk hervat, dient deze aanvullende vergoeding te worden doorbetaald. - De aanvullende vergoeding bij tijdelijke werkloosheid dient te worden betaald voor alle vormen van tijdelijke werkloosheid, ook bij jeugdvakantie en seniorenvakantie. - De aanvullende vergoeding bij ziekte dient ook te worden betaald bij zwangerschapsverlof.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten sociaal fonds van 26 juni 2007 zal vanaf 1 januari 2010 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. § 3. Collectieve arbeidsovereenkomst inzake anciënniteitstoeslag : In de collectieve arbeidsovereenkomst inzake anciënniteitstoeslag dienen volgende elementen te worden toegevoegd : - deze anciënniteitstoeslag wordt beschouwd als loon, niet als een premie; - op de loonfiche dient de anciënniteitstoeslag apart te worden vermeld.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake anciënniteitstoeslag van 26 juni 2007 dient vanaf 1 juli 2009 in die zin te worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK X. - Sociale vrede en duurtijd akkoord

Art. 19.Sociale vrede Deze collectieve arbeidsovereenkomst verzekert de sociale vrede in de sector tijdens heel de duur van het akkoord. Bijgevolg zal geen enkele eis van algemene of collectieve aard voorgelegd worden, noch op nationaal, noch op regionaal, noch op vlak van de individuele onderneming.

Art. 20.Duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde duur, gaande van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2010, tenzij anders bepaald.

De artikelen die van toepassing zijn voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen en aan de ondertekenende organisaties.

Artikel 4, geldig voor onbepaalde duur, dat van toepassing is op het sociaal fonds, kan worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen en aan de ondertekenende organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 april 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota

Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen, betreffende het nationaal akkoord 2009-2010 PREMIES VLAAMSE GEWEST De ondertekenende partijen verklaren dat de arbeiders ressorterend onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen en die inzake domicilie en tewerkstelling voldoen aan de omschrijving van het Vlaamse Gewest gebruik kunnen maken van de aanmoedigingspremies van kracht in het Vlaamse Gewest namelijk : - zorgkrediet - opleidingskrediet - ondernemingen in moeilijkheden of herstructureringen Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 april 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^