gepubliceerd op 26 januari 2010
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 mei 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de brugpensioenen
18 NOVEMBER 2009. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 mei 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de brugpensioenen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 mei 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de brugpensioenen.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 november 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 mei 2009 Brugpensioenen (Overeenkomst geregistreerd op 25 juni 2009 onder het nummer 92705/CO/136) Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters tewerkgesteld in de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking ressorteren.
Voltijds brugpensioen
Art. 2.De leeftijd van het brugpensioen voor de arbeiders en arbeidsters, die voldoen aan de wettelijk voorgeschreven voorwaarden inzake beroepsverleden wordt, in geval van ontslag door de werkgever, uitgezonderd voor dringende redenen, vastgesteld op 58 jaar.
De andere toepassingsmodaliteiten zijn deze bepaald door de overeenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad betreffende de invoering van een stelsel van bijkomende uitkeringen voor sommige oudere werknemers, in geval van ontslag.
De berekeningsbasis van de aanvullende vergoeding van brugpensioen is die van het geplafoneerd voltijdse loon voor die werknemers die op het ogenblik van hun ontslag hetzij in halftijds brugpensioen waren hetzij in deeltijds tijdskrediet waren.
Bij de berekening van het netto-referteloon zal de RSZ-bijdrage berekend worden op het bruto-loon aan 100 pct.
Art. 3.De leeftijd van het brugpensioen wordt, voor de arbeiders en arbeidsters met een beroepsverleden van minimum 33 jaar, waarvan minstens 20 jaar in een arbeidsstelsel zoals voorzien in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van de Nationale Arbeidsraad van 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990, verlaagd tot 56 jaar.
Art. 4.De leeftijd van het brugpensioen wordt, voor de arbeiders en arbeidsters met een effectief beroepsverleden van 40 jaar verlaagd tot 56 jaar volgens de toepassingsmodaliteiten die bepaald werden door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 92 van 20 december 2007 van de Nationale Arbeidsraad en nr. 96 van 20 februari 2009 van de Nationale Arbeidsraad van de Nationale Arbeidsraad.
Art. 5.De aanvullende vergoeding brugpensioen wordt doorbetaald bij werkhervatting, conform de wettelijke bepalingen.
Halftijds brugpensioen
Art. 6.De leeftijd van het halftijds brugpensioen wordt vastgesteld op 55 jaar.
De andere toepassingsmodaliteiten voor het halftijds brugpensioen zijn deze zoals vastgesteld door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55 afgesloten op 13 juli 1993 in de Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 november 1993.
Tussenkomst van het fonds voor bestaanszekerheid
Art. 7.Het fonds voor bestaanszekerheid betaalt aan de ondernemingen de aanvullende vergoedingen van het brugpensioen terug, zoals vastgesteld in de overeenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad voor de bruggepensioneerden van 58 jaar en meer, en de aanvullende vergoedingen zoals vastgesteld in de overeenkomst nr. 55 van de Nationale Arbeidsraad voor de bruggepensioneerden van 55 jaar en meer.
Art. 8.Het fonds voor bestaanszekerheid betaalt aan de ondernemingen de aanvullende vergoedingen van het brugpensioen terug, zoals vastgesteld in de overeenkomst nr. 92 van de Nationale Arbeidsraad voor de bruggepensioneerden die 56 jaar of ouder zijn in de periode die loopt van 1 januari 2009 tot en met 31 december 2009 en in collectieve arbeidsovereenkomst nr. 96 van de Nationale Arbeidsraad voor de periode die loopt van 1 januari 2010 tot 31 december 2010 en die een beroepsverleden van minstens 40 jaar als loontrekkende kunnen laten gelden.
Art. 9.Om de terugbetaling van de tegemoetkomingen voorzien in bovenvermelde artikels 7 en 8 mogelijk te maken, reserveert het fonds hiervoor een bedrag gelijk aan 0,75 pct. van de aan de R.S.Z. aangegeven brutolonen.
Slotbepalingen
Art. 10.De eventuele vertrekken op conventioneel brugpensioen moeten - met uitzondering van de ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering - worden geargumenteerd en in gemeenschappelijk overleg worden geprogrammeerd binnen een redelijke termijn, rekening houdend met de bijzondere omstandigheden.
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2009 en blijft van toepassing tot en met 30 juni 2011. De verlenging tot 30 juni 2011 geschiedt onder voorbehoud van verlenging van de wettelijke basis, noodzakelijk voor de verlenging van de brugpensioenstelsels op 56 jaar.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 november 2009.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET