18 MEI 2000. - Koninklijk besluit houdende benoeming van de voorzitters en de plaatsvervangende voorzitters van de Interdepar-tementale raad van beroep

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 20 juli 1990 ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid, gewijzigd bij de wet van 17 juli 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel, inzonderheid op artikel 84, §§ 1, 2 en 5, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 september 1969, 1 augustus 1975, 21 januari 1987, 12 november 1990, 4 maart 1993 en 31 maart 1995;

Overwegende dat het bijgevolg noodzakelijk is dat ook in de Nederlandstalige afdeling een vrouw ten minste de functie van plaatsvervangend voorzitter vervult;

Gelet op de voorstellen van onze Minister van Justitie d.d. 29 juli 1996 en 10 maart 2000;

Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Worden benoemd tot voorzitters van de Interdepartementale raad van beroep : - in de Nederlandstalige afdeling : de heer Alain Winants, substituut-procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel; - in de Franstalige afdeling : de heer Jean de Codt, raadsheer in het hof van cassatie te Brussel.

Art. 2.Worden benoemd tot plaatsvervangende voorzitters van de Interdepartementale raad van beroep : - in de Nederlandstalige afdeling : de heer Wilfried Decrock, eerste advocaat-generaal bij het arbeidshof te Brussel en Mevr. Christiane Van de Putte, vrederechter van de kantons Oudenaarde en Kruishoutem; - in de Franstalige afdeling : Mevr. Eliane Jockmans, substituut-procureur-generaal bij het hof van beroep te Brussel; - in de afdeling belast met de beroepen van ambtenaren van het Duitse taalstelsel : de heer Philippe Gorlé, raadsheer in het hof van beroep te Luik.

Art. 3.Het koninklijk besluit van 8 oktober 1996 houdende benoeming van de voorzitters en de plaatsvervangende voorzitters van de Interdepartementale raad van beroep wordt opgeheven.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 5.Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen, L. VAN DEN BOSSCHE