gepubliceerd op 19 augustus 2009
Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de bouw van een derde en een vierde spoor op de spoorlijn 50A tussen Gent en Brugge en gelegen op het grondgebied van de gemeente Oostkamp van algemeen nut wordt verklaard
18 JUNI 2009. - Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de bouw van een derde en een vierde spoor op de spoorlijn 50A tussen Gent en Brugge en gelegen op het grondgebied van de gemeente Oostkamp van algemeen nut wordt verklaard
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 26 juli 1962, gewijzigd bij de wet van 6 april 2000, betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte;
Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, artikel 10, § 2, 2°;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 juni 2004 tot hervorming van de beheersstructuren van de spoorweginfrastructuur, artikel 4;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 oktober 2004 houdende vaststelling van de statuten van de naamloze vennootschap van publiek recht Infrabel;
Overwegende dat beleidsmatig wordt gestreefd naar meer duurzame mobiliteit en dat het spoor daarin een belangrijke rol speelt;
Overwegende dat de doelstellingen van groei en stiptheid een verhoging van de capaciteit kunnen noodzaken;
Overwegende dat deze verhoging van capaciteit noodzakelijk is tussen Brugge en Gent zowel voor stiptere en snellere treindiensten voor reizigers als voor een ontsluiting van hogere kwaliteit van de haven van Zeebrugge voor goederen;
Overwegende dat de aanleg van een derde en een vierde spoor de aangewezen oplossing is om deze capaciteit te verhogen;
Overwegende dat het voorstel van Infrabel, zoals weergegeven in de plannen L50A08603WG01b, L50A08703WG01, L50A08803WG01 en L50A08903WG01 de aanleg van een derde en een vierde spoor op het grondgebied van Oostkamp mogelijk maakt;
Overwegende dat het voor de uitvoering van bovengenoemde werken vereist is te beschikken over de percelen aangeduid op de plannen 30-3150-0503-086.000-001 en 30-3150-0503-086.000-002 en gelegen op het grondgebied van de gemeente Oostkamp;
Overwegende de resultaten van het openbaar onderzoek waaraan voornoemde plannen werden onderworpen en het feit dat daarbij kon tegemoet gekomen worden aan de ingediende bezwaren met behoud van de in bezit te nemen percelen zoals aangeduid in deze plannen;
Overwegende dat de start van de werken voorzien is tegen midden 2011 en dat het derde en het vierde spoor van lijn 50A tegen eind 2014 in gebruik dient genomen te worden en dat, derhalve, de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde percelen ten algemenen nutte onontbeerlijk is;
Op de voordracht van de Staatssecretaris voor Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het algemeen nut vordert voor de bouw van het derde en het vierde spoor op het baanvak tussen Beernem en Oostkamp van de spoorlijn 50A de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op het grondgebied van de gemeente Oostkamp en opgenomen in de plannen 30-3150-0503-086.000-001 en 30-3150-0503-086.000-002, gevoegd bij dit besluit.
Art. 2.Bij gebrek aan afstand in der minne, worden de voor de werken benodigde en op de in artikel 1 vermelde plannen aangewezen percelen ingenomen en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962, gewijzigd bij de wet van 6 april 2000, betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte.
Art. 3.De Minister bevoegd voor Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 juni 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Staatssecretaris voor Mobiliteit, E. SCHOUPPE
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld