gepubliceerd op 08 augustus 2013
Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten betreffende de vergoeding voor werkelijke onderzoekskosten
18 JULI 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen van het koninklijk besluit van 30 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001000327 bron ministerie van binnenlandse zaken en ministerie van justitie Koninklijk besluit tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten sluiten tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten betreffende de vergoeding voor werkelijke onderzoekskosten
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/12/1998 pub. 05/01/1999 numac 1998021488 bron diensten van de eerste minister Wet tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus sluiten tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, artikel 121, vervangen bij de wet van 26 april 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001000327 bron ministerie van binnenlandse zaken en ministerie van justitie Koninklijk besluit tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten sluiten tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol);
Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 299/8 van het onderhandelingscomité voor de politiediensten, gesloten op 25 oktober 2012;
Gelet op het advies van de Inspecteur-generaal van Financiën, gegeven op 10 augustus 2012;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, d.d. 25 januari 2013;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 19 februari 2013;
Overwegende dat het advies van de Adviesraad van burgemeesters niet regelmatig binnen de voorgeschreven termijn gegeven is en dat geen verzoek om verlenging van de termijn gedaan is, dat er bijgevolg aan is voorbijgegaan;
Gelet op advies 53.508/2 van de Raad van State, gegeven op 12 juni 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel XI.IV.4, § 1, RPPol worden de woorden « met uitsluiting van artikel XI.IV.105 » ingevoegd tussen de woorden « bedoeld in hoofdstuk VII van deze titel » en de woorden « of waarvan de terugbetaling als gerechtskosten niet kan verkregen worden ».
Art. 2.De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en de minister bevoegd voor Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 juli 2013.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke kansen, Mevr. J. MILQUET De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM