gepubliceerd op 17 januari 2003
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut
18 DECEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken, inzonderheid op artikel 4, gewijzigd bij de wet van 30 maart 1994, het koninklijk besluit van 3 april 1997 en de wetten van 20 mei 1997, 22 maart 1999 en 26 maart 2001;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut, gewijzigd bij de wet van 22 juli 1993 en de koninklijke besluiten van 14 september 1994, 10 februari 1995, 10 april 1995, 6 februari 1996, 5 juli 1996, 27 juli 1997, 9 december 1998, 13 juni 1999, 12 augustus 2000, 13 juli 2001, 17 september 2001 en 28 januari 2002;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 15 juli 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 9 oktober 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van 5 september 2002;
Gelet op het protocol nr. 443 van 25 november 2002 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de Algemene Directie Externe Communicatie van de Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister beoep moet kunnen doen op in de informatietechnologieën gespecialiseerd personeel, en dit op de meest soepele wijze om met de snelle evolutie in deze technologieën rekening te houden;
Overwegende dat genoemde Algemene Directie Externe Communicatie zo vlug mogelijk operationeel dient te zijn;
Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut, wordt aangevuld met volgende rubriek : « 41° aan de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister die de vereiste kwalificaties in externe communicatie bezitten; »
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Eerste Minister is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 december 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen, L. VAN DEN BOSSCHE