gepubliceerd op 22 oktober 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en de vaststelling van zijn statuten en tot vaststelling van de RSZ-bijdragepercentages die de werkgevers aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" verschuldigd zijn
17 SEPTEMBER 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en de vaststelling van zijn statuten en tot vaststelling van de RSZ-bijdragepercentages die de werkgevers aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" verschuldigd zijn (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het glasbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en de vaststelling van zijn statuten en tot vaststelling van de RSZ-bijdragepercentages die de werkgevers aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" verschuldigd zijn.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 september 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het glasbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 september 2019 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten en vaststelling van de RSZ-bijdragepercentages die de werkgevers aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" verschuldigd zijn (Overeenkomst geregistreerd op 24 oktober 2019 onder het nummer 154750/CO/115) Voorwoord
Artikel 1.In toepassing van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, heeft het Paritair Comité voor het glasbedrijf een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, waarvan de statuten hierna worden vastgelegd.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor het glasbedrijf.
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 26 september 2019 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan worden opgezegd door één der partijen, mits een opzegging van zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter en aan de organisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het glasbedrijf.
Deze overeenkomst is het resultaat van de coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 september 1997, gesloten in het Paritair comité voor het Glasbedrijf, tot oprichting van een fonds van bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten (nr. 46462/CO/115), van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2015, gesloten in het Paritair comité voor het glasbedrijf, waarin de RSZ-bijdragen die door de werkgevers verschuldigd zijn aan het "Fonds van bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" worden vastgesteld op basis van artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 september 1997 betreffende de statuten van het fonds (nr. 126176) en het aanvullend protocol bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 april 1987 tot oprichting van een fonds van bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten.
De huidige collectieve arbeidsovereenkomst vervangt en heft de twee collectieve arbeidsovereenkomsten die hierboven vermeld zijn op evenals het bovenvermelde aanvullend protocol.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 september 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het glasbedrijf, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en de vaststelling van zijn statuten en tot vaststelling van de RSZ-bijdragepercentages die de werkgevers aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" verschuldigd zijn HOOFDSTUK I. - Benaming en zetel Artikel l. Met ingang van l oktober 1987 wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" genaamd, hierna genoemd het fonds, waarvan de zetel gevestigd is Hoogstraat 26-28, 1000 Brussel. HOOFDSTUK II. - Doel
Art. 2.Het fonds verzekert de financiering, de toekenning en de vereffening van sociale voordelen vastgesteld door collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in het Paritair Comité voor het Glasbedrijf, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit, ten voordele van de arbeiders en arbeidsters tewerkgesteld in de ondernemingen die ressorteren onder het voornoemd paritair comité en die lid zijn van één van de representatieve interprofessionele werknemersorganisaties welke op nationaal vlak zijn verbonden, alsook de financiering van de economische, sociale en technische vorming, georganiseerd door de ondertekenende partijen van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK III. - Financiering
Art. 3.Het fonds beschikt over de bijdragen en de patronale stortingen gestort door de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het glasbedrijf en de opbrengst van de interesten van de kapitalen.
Art. 4.§ 1. Behalve anders vermeld, worden de bijdragen die de werkgevers moeten betalen berekend op de brutolonen van de arbeiders en arbeidsters bedoeld in artikel 2 die in België tewerkgesteld zijn.
Het brutoloon wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen die van kracht zijn voor het opstellen van de aangifteformulieren bestemd voor de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.
De bedragen van de bijdragen worden bepaald door het Paritair Comité voor het glasbedrijf. Zij worden afzonderlijk geïnd. § 2. Vanaf 1 januari 2017, worden de bijdragen, berekend op de brutolonen van de arbeiders en arbeidsters bedoeld in artikel 2 die in België tewerkgesteld zijn, op jaarbasis als volgt vastgesteld : - 0,50 pct. voor de vakbondspremies; - 0,065 pct. voor de vakbondsvorming; - 0,10 pct. voor de risicogroepen; - 0,55 pct. voor de beroepsopleiding.
De hierboven bedoelde bijdragen zullen door de Rijksdienst voor sociale zekerheid voor het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de glasnijverheid" op de volgende wijze geïnd worden : - eerste en tweede kwartaal van elk jaar : 1,22 pct.; - derde en vierde kwartaal van elk jaar : 1,21 pct..
Art. 5.§ 1. Wat de actieve werknemers betreft, moet het product van de bijdragen geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, overeenstemmen met de bedragen vastgesteld in artikel 4, § 2 van de huidige overeenkomst of met de bedragen vastgesteld bij collectieve ondernemingsovereenkomst, indien zij op dat ogenblik hoger liggen.
Er wordt derhalve afgesproken dat : - indien het bedrag van de bijdrage geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid hoger is dan het bedrag van de verschuldigde patronale stortingen van een bepaalde onderneming, het verschil zal terugbetaald worden door het fonds voor bestaanszekerheid aan de betrokken onderneming, op haar verzoek; - indien het bedrag van de bijdrage geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid lager is dan de bedoelde patronale stortingen, het verschil door de betrokken onderneming zal gestort worden aan het fonds voor bestaanszekerheid, op zijn verzoek. § 2. Wat de werknemers betreft die genieten van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (voorheen "prepensioen" genoemd), worden de patronale stortingen voorzien door de overeenkomsten aangegaan op het niveau van bepaalde ondernemingen, gehandhaafd.
Art. 6.De bijdragen worden geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid bij toepassing van artikel 7 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.
Art. 7.De administratie kosten van het fonds worden jaarlijks vastgesteld door het beheerscomité, waarvan de samenstelling en de bevoegdheden in artikel 11 en volgende van deze overeenkomst zijn vastgelegd. Deze kosten worden gedekt door de renten van de kapitalen voortkomende van de storting van de bijdragen voorzien in de artikelen 3 en 4 en eventueel door een afhouding op deze bijdragen, waarvan het bedrag wordt vastgesteld door het Beheerscomité. HOOFDSTUK IV. - Rechthebbenden, toekennings- en uitkeringsmodaliteiten
Art. 8.De arbeiders en arbeidsters waarvan sprake in artikel 2 hebben recht op sociale voordelen waarvan het bedrag, de aard, de toekennings- en uitkeringsmodaliteiten worden bepaald op voorstel van het Beheerscomité via collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in het Paritair Comité voor het Glasbedrijf en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit.
Art. 9.De vereffening van de sociale voordelen ten gunste van de arbeiders en arbeidsters van de glasindustrie kan in geen geval afhankelijk worden gemaakt van de betaling van de bijdragen verschuldigd door de werkgevers en vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 4.
Art. 10.De uitbetaling van de sociale voordelen wordt toevertrouwd aan de V.Z.W. "Sociaal Fonds der Arbeiders van de glasnijverheid", waarvan de statuten in het Belgisch Staatsblad van 4 maart 1965, onder het nr. 1017 bekendgemaakt werden. HOOFDSTUK V. - Beheer
Art. 11.Het fonds wordt beheerd door een beheerscomité dat paritair samengesteld is uit vertegenwoordigers van de meest representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties. Het beheerscomité bestaat uit 12 effectieve en uit een gelijk aantal plaatsvervangende leden.
De helft van deze leden wordt aangeduid door een onder de leden van het Paritair Comité voor het glasbedrijf benoemd op voordracht van de beroepsorganisatie van de werkgevers, de andere helft van de leden wordt aangeduid door een onder de effectieve en plaatsvervangende leden van hetzelfde paritair comité die de werknemers vertegenwoordigen.
De leden van dit beheerscomité worden aangesteld voor een periode gelijk aan deze van hun mandaat van lid van het Paritair Comité voor het glasbedrijf.
De plaatsvervangende leden vervangen de afwezige leden met dezelfde bevoegdheden.
De mandaten van effectief of plaatsvervangend lid eindigt door ontslag, overlijden, wanneer het mandaat bij het Paritair Comité voor het glasbedrijf een einde neemt of wegens ontslag gegeven door de verantwoordelijke organisatie. Het nieuwe lid voltooit het mandaat van degene die hij vervangt.
De mandaten van effectief of plaatsvervangend lid zijn hernieuwbaar, onder dezelfde voorwaarden als waaronder zij worden aangeduid.
Het mandaat van de leden van het beheerscomité is onbezoldigd.
Art. 12.De beheerders van het fonds gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan in het kader der verbintenissen van het fonds. Hun verantwoordelijkheid beperkt zich tot de uitvoering van het mandaat van beheerder dat zij hebben ontvangen.
Art. 13.Elk jaar kiest het beheerscomité onder de leden behorend tot de afvaardiging van de werkgevers een voorzitter en twee ondervoorzitters onder de leden behorend tot de afvaardiging van de werknemers. Het duidt eveneens de persoon(personen) aan die met het secretariaat wordt(worden) belast.
Art. 14.Het beheerscomité beschikt over de meest uitgebreide rechten en machten voor het beheer en de administratie van het fonds en voor de verwezenlijking van zijn doel, zonder nochtans te schaden aan de wettelijke bepalingen of aan deze welke door de statuten worden voorbehouden aan het Paritair Comité voor het glasbedrijf.
Art. 15.Het beheerscomité vergadert minstens éénmaal per jaar, in de zetel van het fonds, hetzij op uitnodiging van de voorzitter ambtshalve handelend, hetzij op aanvraag van minstens de helft van de leden van het beheerscomité of op aanvraag van één van de vertegenwoordigde organisaties.
Art. 16.Het beheerscomité kan slechts geldig beslissen in aanwezigheid van minstens de helft van de leden behorende tot de werknemersafvaardiging en minstens de helft van de leden behorende tot de werkgeversafvaardiging.
Art. 17.De beslissingen worden met éénparigheid van uitgebrachte stemmen genomen. Alleen de effectieve en plaatsvervangende leden zijn stemgerechtigd. Het Beheerscomité stelt een huishoudelijk reglement op dat de modaliteiten van zijn werking nader omschrijft. HOOFDSTUK VI. - Sectie "beroepsopleiding"
Art. 18.Teneinde de tewerkstelling en de vorming van risicogroepen en de beroepsopleiding van arbeiders en arbeidsters tijdens de werkuren zoals bepaald in artikel 6 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 mei 1997 betreffende de werkgelegenheidsakkoorden, de risicogroepen en het conventioneel brugpensioen in 1997 en 1998 te organiseren, wordt de sectie "beroepsopleiding'', hierna de sectie genoemd, opgericht.
Commentaar : Normaliter gaat deze vorming door gedurende de werkuren. Nochtans, ingeval deze buiten de werkuren doorgaat, zal compensatieverlof, te verrekenen op de normale werktijd, worden toegestaan.
De Sectie wordt onder het bestuur van het fonds gebracht.
Het beheerscomité van het fonds beheert de sectie en stelt de werkings- en beheersregels van de sectie vast.
De boekhouding van de sectie en die van het fonds zijn totaal gescheiden.
Aan het einde van het kwartaal stort het fonds de bijdragen bepaald in artikel 4, § 2 of voorschotten op deze bijdragen die door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan de sectie worden gestort.
De administratie van de sectie wordt toevertrouwd aan de VZW Verbond van de Glasindustrie. De administratieve kosten die van de inkomsten moeten worden afgetrokken worden in het jaarlijks budget bepaald.
Art. 19.De sectie heeft als doel : - het financieren van de initiatieven voor de vorming en de tewerkstelling ten gunste van de risicogroepen; - het bevorderen en het financieren van de beroepsopleiding van de arbeiders en arbeidsters van de glasindustrie.
Dit doel mag op alle manieren worden bereikt : de sectie mag gelijk welke handeling verrichten die met dit doel verband houdt en zijn bijdrage op de meest doeltreffende manier toevertrouwen aan de instituten en ondernemingen die hetzelfde doel nastreven.
De sectie mag alle roerende en onroerende goederen bezitten of verwerven die noodzakelijk zijn om haar doel te verwezenlijken en een zaak aanspannen.
Art. 20.In de schoot van de sectie wordt een technisch comité opgericht. Het beheerscomité van het fonds bepaalt de regels inzake samenstelling en werking.
Het technisch comité is paritair samengesteld uit 6 effectieve en 6 plaatsvervangende leden. Het delibereert met eenparigheid van stemmen van de aanwezige leden van de patronale en de personeelsdelegatie.
De opdrachten van het technisch comité zijn de volgende : - een huishoudelijk reglement opstellen dat zo spoedig mogelijk door het beheerscomité moet worden goedgekeurd; - een berekeningsmethode bepalen voor de tussenkomsten van het fonds ten gunste van de ondernemingen van de glasindustrie; - de eventuele coördinatie beogen van opleidingen georganiseerd bij de sectie zelf, een organisme, de ondernemingen of ondernemingsgroep(en) die ressorteren onder het Paritair Comité voor het glasbedrijf; - de opleidingstypes bepalen die in aanmerking komen voor het terugbetalen van de kosten; - technisch en kwalitatief advies geven over de dossiers die steun vragen; - normen en criteria bepalen voor de terugbetaling van de opleidingskosten en van de financiële steun aan de ondernemingen die werkzoekenden uit de risicogroepen aanwerven; - normen en criteria bepalen voor de terugbetaling van de kosten voor beroepsopleiding; - de samenwerkingsbanden met andere fondsen of instituten ontwikkelen; - eigen initiatieven nemen in het kader van het globale doel dat aan de sectie wordt toegewezen; - handelen in naam van het fonds bij de Europese, nationale en regionale of communautaire instanties; - handelen in naam van het Paritair Comité voor het glasbedrijf voor elke aanvraag om erkenning in het kader van het systeem van het betaald educatief verlof.
Opleidingen die beantwoorden aan de hierbovenvermelde criteria die aan de syndicale delegatie van de vragende onderneming of bij ontstentenis, aan de regionale vrijgestelden voorgelegd werden, zullen worden weerhouden.
Het huishoudelijk reglement waarin de modaliteiten van de tussenkomsten van het fonds worden verduidelijkt zal ter beschikking zijn van de ondernemingen bij het Verbond van de Glasindustrie. HOOFDSTUK VII. - Controle
Art. 21.Overeenkomstig artikel 12 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid duidt het Paritair Comité voor het glasbedrijf een expert-boekhouder aan om het beheer van het fonds te controleren. Deze moet minstens éénmaal per jaar verslag uitbrengen bij het Paritair Comité voor het glasbedrijf.
Bovendien licht hij het beheerscomité regelmatig in over de resultaten van zijn onderzoek en doet de aanbevelingen die hij nodig acht. HOOFDSTUK VIII. - Balans en rekeningen
Art. 22.Het sociale dienstjaar van het fonds en van de sectie loopt van 1 januari tot 31 december. De rekeningen van het verlopen sociaal dienstjaar worden op 31 december van elk jaar afgesloten.
Het beheerscomité, evenals de door het Paritair Comité voor het glasbedrijf krachtens artikel 21, aangeduide expert-boekhouder, overhandigen elk aan het Paritair Comité voor het glasbedrijf een schriftelijk verslag betreffende de uitvoering van hun opdracht tijdens het verlopen sociaal dienstjaar.
De balans, evenals de voornoemde jaarlijkse verslagen, moeten uiterlijk in de loop van het tweede kwartaal van het burgerlijk jaar ter goedkeuring aan het Paritair Comité voor het glasbedrijf worden voorgelegd. HOOFDSTUK IX. - Ontbinding en vereffening
Art. 23.Het fonds kan slechts worden ontbonden door een éénparige beslissing van het Paritair Comité voor het glasbedrijf. Dit laatste beslist over de bestemming van de goederen en waarden van het fonds na betaling van het passief en geeft aan deze goederen en waarden een bestemming die in overeenstemming is met het doel waartoe het fonds werd opgericht.
Het Paritair Comité voor het glasbedrijf duidt de vereffenaars aan onder de effectieve leden van het beheerscomité en bepaalt hun machten en hun verloning.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE