gepubliceerd op 14 oktober 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -dien-sten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd
17 SEPTEMBER 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -dien-sten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 september 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019 Uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd (Overeenkomst geregistreerd op 30 augustus 2019 onder het nummer 153516/CO/330) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de hierna vermelde inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd : -de categorale ziekenhuizen (dit is elk ziekenhuis dat uitsluitend beschikt over een G-dienst (revalidatie van geriatrische patiënten) en/of een Sp-dienst (gespecialiseerde dienst voor behandeling en revalidatie) als vermeld in artikel 5, § 1, I, eerste lid, 3° en 4° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen); - de rusthuizen voor bejaarden, de rust- en verzorgingstehuizen, de dagverzorgingscentra, de assistentiewoningen, de centra voor kortverblijf voor bejaarden; - de psychiatrische verzorgingstehuizen; - de initiatieven van beschut wonen; - de revalidatiecentra met uitsluiting van, de instellingen waarmee het Verzekeringscomité van het Riziv op voorstel van het College van geneesheren directeurs, in uitvoering van artikel 22, 6° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, een overeenkomst heeft gesloten en die niet vallen onder de toepassing van artikel 5, § 1, I, 5° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op leidinggevend personeel zoals bedoeld in artikel 4, 4° van de wet van 4 december 2007 betreffende de sociale verkiezingen, behoudens wanneer het een sectorale referentiefunctie betreft zoals bedoeld in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie (135642/CO/330), noch op de artsen. HOOFDSTUK II. - Doel
Art. 2.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel nieuwe loonschalen vast te stellen ten behoeve van ondernemingen en hun werknemers, behorend tot het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt de loonschalen voor de functiecategorieën zoals deze zijn vastgelegd in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie (135642/CO/330). § 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt alle noodzakelijke maatregelen om een gefaseerde invoering van de nieuwe loonschalen tot stand te brengen. § 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan hoofdstuk 2.1.1. van het vijfde Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018 voor de social/non profitsectoren voor de periode 2018-2020, afgesproken tussen de sociale partners enerzijds en de Vlaamse regering anderzijds. HOOFDSTUK III. - Inleidende begrippen
Art. 3.§ 1. Doelbarema : Het "doelbarema" is de te bereiken finale sectorale loonschaal die per sectorale functiecategorie wordt bepaald.
Het doelbarema wordt in fasen bereikt. Het doelbarema wordt verder beschreven in hoofdstuk V van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Startbarema : Het "startbarema" is de loonschaal die het vertrekpunt vormt voor het bepalen van het IFIC-barema.
Het startbarema wordt verder beschreven in hoofdstuk VI, afdeling 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. Delta : De "delta" is het verschil in loon tussen het startbarema of, in voorkomend geval het referentiebarema, enerzijds en het doelbarema anderzijds. De delta wordt berekend voor elk anciënniteitsjaar. De delta wordt gebruikt voor de gefaseerde invoering van het IFIC-barema, met het oog op het bereiken van het doelbarema.
De delta wordt verder beschreven in hoofdstuk VI, afdeling 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 4. IFIC-barema : Het "IFI- barema" is de minimale loonschaal waarop de werknemer recht heeft en die wordt opgemaakt voor elke fase. Bij het bereiken van het doelbarema stemt het IFIC-barema overeen met het doelbarema.
Zolang het doelbarema niet is bereikt, wordt het IFIC-barema gebaseerd op de combinatie van het startbarema of referentiebarema en het doelbarema dat aan de werknemer is toegekend.
Het IFIC-barema, alsook een verdere verduidelijking van de rechthebbende werknemers, worden verder beschreven in hoofdstuk VI en hoofdstuk VII van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 5. Referentiebarema : Het "referentiebarema" vormt het vertrekpunt voor het bepalen van het IFIC-barema in de situaties waarin het startbarema niet bepaald kan worden.
Het referentiebarema, alsook de situaties waarin het van toepassing is, worden verder beschreven in hoofdstuk VII van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 6. Haard- of standplaatstoelage : Het aan de werknemer toegekende voordeel conform : - de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2002 (koninklijk besluit van 23 oktober 2002 - Belgisch Staatsblad van 5 november 2002) betreffende de toekenning van een haard- of standplaatstoelage, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten (64175/CO/305); - de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2000 betreffende de toekenning van een haard- en/of standplaatstoelage (56976/CO/305). § 7. Functiecomplement : Het aan de werknemer toegekende voordeel conform : - de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2006 (koninklijk besluit van 1 oktober 2008 - Belgisch Staatsblad van 27 november 2008) betreffende de toekenning van een functiecomplement voor sommige werknemers, diensthoofden in functie, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten (83936/CO/305). § 8. Functietoeslag : Het aan de werknemer toegekende voordeel conform : - de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 1992 betreffende de functietoeslag voor de hoofden, afgesloten tussen de werknemersorganisaties en de werkgeversorganisaties (uitgezonderd Becoprivé), vertegenwoordigd in het Paritair Subcomité voor de privé-ziekenhuizen; - de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 augustus 1992 betreffende de toekenning van een functietoeslag voor de diensthoofden, afgesloten in het Paritair Subcomité voor de gezondheidsinrichtingen- en diensten (31034/CO/305.02). § 9. Premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid (BBK) en/of bijzondere beroepstitel (BBT) : Het aan de werknemer toegekende voordeel conform : - hoofdstuk I van het koninklijk besluit van 28 december 2011 betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties, zoals gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 2016 tot wijziging van artikel 1 van het koninklijk besluit van 28 december 2011 betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties. HOOFDSTUK IV. - Algemene voorafgaande principes
Art. 4.§ 1. De invoering van de nieuwe loonschalen gebeurt in fasen.
De invoering van de nieuwe loonschalen mag, op geen enkele wijze, aanleiding geven tot een verlaging van het salaris voor de werknemers die in dienst zijn op uiterlijk 31 oktober 2019. § 2. De werknemer heeft bij de start van elke fase van invoering van de nieuwe loonschalen de keuze tussen het behoud van zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, of een overstap naar het IFIC-barema van die fase, met uitsluiting van de werknemer die in een vorige fase gekozen heeft om in IFIC te stappen. De keuze voor het IFIC-barema is onomkeerbaar. De werknemer die kiest voor het IFIC-barema heeft bijgevolg geen recht meer op de loonschalen zoals opgenomen in het startbarema conform artikel 7 of het referentiebarema conform artikel 12 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.
De bestaande loonvoorwaarden blijven van toepassing indien de werknemer niet kiest om het recht op het IFIC-barema te openen. § 3. De werknemers die vanaf 1 november 2019 in dienst treden, genieten geen keuzerecht en vallen onmiddellijk onder de IFIC-barema's. § 4. Dit keuzerecht en de gevolgen ervan worden verder verduidelijkt in hoofdstuk VI, afdeling 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 5.§ 1. De ondertekenende partijen erkennen dat de invoering van de nieuwe loonschalen slechts mogelijk is ten belope van de effectieve tenlasteneming van de globale kost ervan door financiële middelen die de bevoegde voogdijoverheid recurrent garandeert. De ondertekenende partijen engageren zich om binnen dit gegarandeerd budgettair kader te opereren. De door de overheid beschikbaar gestelde budgetten kunnen enkel worden aangewend voor de doeleinden waarvoor ze zijn bedoeld conform hoofdstuk 2.1.1. van het vijfde Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018 voor de social/non profitsectoren voor de periode 2018-2020. § 2. De ondertekenende partijen komen overeen geen volgende fase te starten vooraleer de globale reële kost van de voorafgaande fase volledig is ingedekt door het ter beschikking gestelde budget. § 3. Om te kunnen nagaan hoe het door de overheid beschikbare budget zich verhoudt tot de globale reële kost zal een rapportering van loongegevens worden gedaan. De sociale partners bepalen door middel van een collectieve arbeidsovereenkomst de wijze waarop en welke gegevens door de vzw if-ic worden verzameld. § 4. Ingeval de kost min of meer afwijkt van het ter beschikking gestelde budget, wordt het verschil aangerekend op de buffer voorzien in het vijfde Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018 voor de social/non profitsectoren voor de periode 2018-2020. § 5. Volstaat het budget voorzien binnen de hoger genoemde buffer niet, dan wordt het verschil aangerekend op het budget voorzien voor een volgende fase van uitrol, waardoor de aanvang van deze volgende fase uitgesteld wordt.
Als de buffer niet volledig werd uitgeput, zal het saldo gebruikt worden om de volgende fase vervroegd uit te rollen. HOOFDSTUK V. - Het doelbarema
Art. 6.§ 1. Voor elke functiecategorie zoals vastgelegd in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie (135642/CO/330), legt deze collectieve arbeidsovereenkomst een doelbarema vast. De doelbarema's voor elke functiecategorie worden weergegeven in bijlage 1 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.
De doelbarema's zijn uitgedrukt als brutomaandloon.
Elke sectorale referentiefunctie uitgeoefend door een werknemer situeert zich in een categorie waar (een) doelbarema(s) aan gekoppeld is(zijn). § 2. In de functiecategorie 14 wordt voor de sectorale referentiefuncties verpleegkundige, opvoeder/begeleider en begeleider beschut wonen binnen het functiedepartement verpleging en verzorging, een gedifferentieerd doelbarema bepaald : - 14 voor de verpleegkundigen, opvoeders/begeleiders en begeleiders beschut wonen met een opleiding op bachelor niveau; - 14B voor de verpleegkundigen, opvoeders/begeleiders en begeleiders beschut wonen met een opleidingsniveau dat lager is dan bachelor niveau. HOOFDSTUK VI. - Het IFIC-barema voor de werknemers in dienst ten laatste op 31 oktober 2019 Afdeling 1. - Het bepalen van het startbarema van de werknemer
Art. 7.§ 1. Het startbarema is gelijk aan de op de werknemer van toepassing zijnde loonschaal in de onderneming op 31 oktober 2019, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen.
Het startbarema is, in voorkomend geval, minimaal gelijk aan de van toepassing zijnde sectorale loonschaal, conform de collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten tot en met 31 oktober 2019 in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten- en inrichtingen van toepassing op de ondernemingen en werknemers die gevat worden door het toepassingsgebied van deze arbeidsovereenkomsten.
De sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten die van toepassing zijn, worden opgenomen in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Bijlage 3 bepaalt de barema's die niet zijn opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomsten opgenomen in bijlage 2. § 2. Om het startbarema te bepalen wordt de op de werknemer van toepassing zijnde loonschaal, in voorkomend geval voor elk anciënniteitsjaar van de loonschaal, verhoogd met de looncomponenten waarop de werknemer recht heeft, conform de collectieve arbeidsovereenkomsten en de koninklijke besluiten vermeld in artikel 3, § 6 tot en met § 9. Het betreft meer bepaald : - de haard- of standplaatstoelage; - het functiecomplement; - de functietoeslag; - de premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid en/of een bijzondere beroepstitel. § 3. Behalve de looncomponenten vermeld in § 2 hierboven, mag het startbarema dat van toepassing is op de werknemer slechts verhoogd worden met andere looncomponenten voor zover die cumulatief aan de 3 volgende voorwaarden voldoen : - onderworpen aan de sociale zekerheid (RSZ); - functiegebonden; - collectief toegekend aan alle werknemers die dezelfde functietoewijzing hebben gekregen in de instelling. § 4. De onderdelen van het startbarema vermeld in § 2 en § 3 van dit artikel, die toegekend worden over een andere betaalperiode dan maandelijks, moeten worden omgezet in maandbedragen vooraleer de delta te berekenen.
Het maandbedrag is gelijk aan het door twaalf gedeelde jaarbedrag, met twee decimalen na de komma.
De afrondingen gebeuren door het cijfer na de af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als het gelijk is aan of hoger is dan vijf. § 5. Indien een werknemer meerdere functies uitoefent, vastgelegd in meer dan één arbeidsovereenkomst, dan wordt het startbarema bepaald voor elke arbeidsovereenkomst apart. Afdeling 2. - Het bepalen van de delta
Art. 8.§ 1. De delta wordt berekend door, voor elk anciënniteitsjaar, het doelbarema (cfr. hoofdstuk V van deze collectieve arbeidsovereenkomst) te verminderen met het startbarema (cfr. afdeling 1 van dit hoofdstuk). § 2. De delta wordt, voor elk anciënniteitsjaar, uitgedrukt in euro en kan positief zijn, negatief zijn of gelijk zijn aan 0. Afdeling 3. - Het bepalen van het IFIC-barema
Art. 9.§ 1. Per fase moet voor elke werknemer een IFIC-barema worden berekend. § 2. Elk IFIC-barema krijgt een code. Deze code is de combinatie van de code van de loonschaal opgenomen in het startbarema en de categorie van de sectorale referentiefunctie (bijvoorbeeld 1.55-1.61-1.77/14). § 3. Fase 1 gaat in op 1 november 2019. § 4. Het IFIC-barema wordt berekend door het startbarema, op elk anciënniteitsjaar, te verhogen met een bedrag bekomen door volgende formule : (bedrag van de positieve delta) x D/100 D wordt voor elke fase vastgelegd in een aparte collectieve arbeidsovereenkomst.
Het resultaat van deze berekening is een bedrag met 2 decimalen na de komma. De afronding gebeurt door het cijfer na het af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als het gelijk is aan of hoger is dan vijf. § 5. Wanneer de delta negatief of gelijk aan 0 is op een bepaald anciënniteitsjaar, wordt het IFIC-barema beperkt tot de hoogte van het doelbarema op het overeenstemmende anciënniteitsjaar. § 6. Indien een werknemer meerdere functies uitoefent, vastgelegd in meer dan één arbeidsovereenkomst, dan wordt het IFIC-barema bepaald voor elke arbeidsovereenkomst apart. Afdeling 4. - De keuze van de werknemer
Art. 10.§ 1. De werknemer heeft bij het begin van elke fase van invoering van de nieuwe loonschalen eenmalig de keuze tussen het behoud van zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, of voor het IFIC-barema van de betrokken fase zoals beschreven in artikel 9 van deze overeenkomst, met uitsluiting van de werknemer die in een vorige fase gekozen heeft om in IFIC te stappen. § 2. De keuze voor het IFIC-barema is onomkeerbaar. De werknemer die kiest voor het IFIC-barema heeft bijgevolg geen recht meer op de loonschalen zoals opgenomen in het startbarema conform artikel 7 of het referentiebarema conform artikel 12 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. De werknemer die kiest voor het IFIC-barema, maar zich op het ogenblik van de keuze in een anciënniteitsjaar bevindt waar het startbarema hoger is dan het IFIC-barema, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, tot de maand waarop het IFIC-barema nominaal hoger ligt dan het startbarema, aan eenzelfde tewerkstellingsbreuk. Vanaf die maand volgt hij definitief het IFIC-barema. § 4. De werknemer die op 1 november 2019 recht heeft op het voordeel beschreven in artikel 3, § 9 (premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid (BBK) en/of bijzondere beroepstitel (BBT)) van deze collectieve arbeidsovereenkomst, behoudt in fase 1 zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, alsook de premie BBT en/of BBK. Hij beschikt bijgevolg in fase 1 niet over de keuzemogelijkheid.
De ondertekenende partijen bepalen bij elke volgende fase of deze werknemers de keuze krijgen om over te stappen naar het IFIC-barema. § 5. De werknemer bedoeld in § 1 van dit artikel is verplicht zijn keuze schriftelijk bekend te maken aan de werkgever uiterlijk op 14 juni 2019. De werknemer die binnen deze termijn geen keuze heeft bekend gemaakt, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, en opent niet het recht op het IFIC-barema.
De werknemer die opteert om over te stappen naar het IFIC-barema, geniet de uitbetaling van zijn IFIC-barema voor het eerst vanaf de betaling van het loon van de maand november 2019. § 6. In afwijking op § 5 van dit artikel, kan de werknemer die gebruik maakt van de mogelijkheid tot intern/sectoraal of extern beroep, zoals beschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019 betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie alsook voor de rapportering aan de vzw if-ic, zijn keuze, zoals bedoeld in § 1 van dit artikel, pas maken nadat het besluit van de interne of de externe beroepscommissie schriftelijk aan hem is meegedeeld door de werkgever.
Vanaf de kennisname van het besluit van de interne beroepscommissie heeft de werknemer tot 31 oktober 2019 om zijn keuze schriftelijk bekend te maken aan de werkgever.
Indien de werknemer in extern beroep gaat, heeft hij vanaf de kennisname van het besluit van de externe beroepscommissie tot 31 oktober 2019 om zijn keuze schriftelijk bekend te maken aan de werkgever. Als de externe beroepscommissie na 24 oktober 2019 het besluit meedeelt, heeft de werknemer 7 dagen na de kennisname van de beslissing van de externe beroepscommissie om zijn keuze schriftelijk bekend te maken aan de werkgever.
Deze bekendmaking van de keuze gaat gepaard met een expliciete afstand van recht om het dispuut verder te betwisten.
De werknemer die in dit geval opteert om over te stappen naar het IFIC-barema, geniet de uitbetaling van zijn IFIC-barema voor het eerst de maand volgend op de bekendmaking van zijn keuze. In voorkomend geval dient de werkgever voor de werknemer eenmalig een looncorrectie te berekenen voor de periode tussen 1 november 2019 en de maand van de bekendmaking van zijn keuze.
De werknemer die binnen bovenvermelde termijn geen keuze heeft bekend gemaakt, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen en opent niet het recht op het IFIC-barema. § 7. Werknemers die vanaf 23 april 2019 tot en met 31 oktober 2019 in dienst komen, krijgen de keuze voor het oude barema conform de loonschalen opgenomen in bijlagen 2 en 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst of voor het IFIC-barema, met uitzondering van werknemers waarvan het contract een einde neemt uiterlijk op 31 oktober 2019.
De werknemers zoals bedoeld in deze paragraaf moeten hun keuze schriftelijk bekend maken aan de werkgever ten laatste op 31 oktober 2019.
De werknemer die op 31 oktober 2019 geen keuze heeft bekend gemaakt, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen en opent niet het recht op het IFIC-barema. § 8. Werknemers die vanaf 23 april 2019 tot en met 31 oktober 2019 contractueel van functie wijzigen, krijgen de keuze voor het oude barema conform de loonschalen opgenomen in bijlagen 2 en 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst of voor het IFIC-barema, met uitzondering van werknemers waarvan het contract een einde neemt uiterlijk op 31 oktober 2019.
De werknemers zoals bedoeld in deze paragraaf moeten hun keuze schriftelijk bekend maken aan de werkgever ten laatste op 31 oktober 2019.
De werknemer die op 31 oktober 2019 geen keuze heeft bekend gemaakt, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen en opent niet het recht op het IFIC-barema.
Art. 11.§ 1. De werkgever informeert de werknemer tussen 23 april 2019 en uiterlijk 7 mei 2019 over de keuzemogelijkheid. Hiertoe bezorgt hij de werknemer een overzicht van zijn startbarema en het IFIC-barema en informeert hij de werknemer over de bepalingen van artikel 10.
De werkgever geeft de werknemer een berekening van het cumulatief loon dat hij nog zou verdienen in elk van beide barema's gedurende de resterende loopbaan. Hierbij wordt vertrokken van de baremieke anciënniteit op het ogenblik van de ingang van elke fase, de leeftijd van de werknemer, zijn wettelijke pensioenleeftijd, zijn arbeidstijd, waarbij voor wat betreft deze berekening wordt verondersteld dat de werknemer in dezelfde functie zou blijven en effectieve prestaties levert tot het einde van zijn loopbaan. § 2. De berekening van het cumulatief loon zoals bedoeld in voorgaande paragraaf dient te gebeuren met de tool die door de vzw if-ic ter beschikking wordt gesteld. HOOFDSTUK VII. - Het IFIC-barema voor de werknemers die in dienst treden vanaf 1 november 2019 Dit hoofdstuk is van toepassing op de werknemers die effectief vanaf 1 november 2019 in dienst treden van de onderneming.
Art. 12.§ 1. De werknemer heeft van zodra hij onder het toepassingsgebied van dit hoofdstuk valt, recht op hetzelfde IFIC-barema als de werknemers bedoeld in hoofdstuk VI met dezelfde sectorale referentiefunctie in de onderneming. § 2. Hiervan wordt afgeweken in volgende twee situaties : - Indien de aan de nieuwe werknemer toegewezen sectorale referentiefunctie niet bestaat in de onderneming op het ogenblik van de indiensttreding; - Indien in dezelfde onderneming, voor dezelfde sectorale referentiefunctie, verschillende startbarema's bestaan op het ogenblik van de indiensttreding en bij ontstentenis van een akkoord over het toe te passen startbarema in de ondernemingsraad, bij ontstentenis hieraan in het comité voor preventie en bescherming op de werkplaats, bij ontstentenis hieraan met de vakbondsafvaardiging of bij ontstentenis hieraan middels een collectieve arbeidsovereenkomst.
In deze beide gevallen, heeft de nieuwe werknemer recht op het IFIC-barema bepaald op basis van de bepalingen van artikel 9, met dien verstande dat de delta zoals bedoeld in artikel 8 bepaald wordt op basis van het verschil tussen enerzijds het van toepassing zijnde doelbarema en anderzijds het referentiebarema opgenomen in bijlage 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, in voorkomend geval verhoogd met de looncomponenten beschreven in § 3 en § 4 van dit artikel. § 3. Om het referentiebarema te bepalen wordt de op de werknemer van toepassing zijnde loonschaal, zoals bedoeld in bijlage 4, in voorkomend geval, op elk anciënniteitsjaar van de loonschaal verhoogd met de looncomponenten waarop de werknemer recht heeft, conform de collectieve arbeidsovereenkomsten en de koninklijke besluiten vermeld in artikel 3, § 6 tot en met § 9. Het betreft meer bepaald : - de haard- of standplaatstoelage; - het functiecomplement; - de functietoeslag; - de premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid en/of een bijzondere beroepstitel. § 4. Behalve de looncomponenten vermeld in § 3 hierboven, mag het referentiebarema dat van toepassing is op de werknemer slechts verhoogd worden met andere looncomponenten voor zover die cumulatief aan de 3 volgende voorwaarden voldoen : - onderworpen aan de sociale zekerheid (RSZ); - functiegebonden; - collectief toegekend aan alle werknemers die dezelfde functietoewijzing hebben gekregen in de instelling. § 5. Vallen niet onder het toepassingsgebied van dit hoofdstuk de werknemers die op moment van indiensttreding recht hadden op het voordeel beschreven in artikel 3, § 9 (premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid (BBK) en/of bijzondere beroepstitel (BBT)) van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Zij behouden in fase 1 hun bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, alsook de premie BBT en/of BBK. Zij beschikken bijgevolg in fase 1 niet over de keuzemogelijkheid. De ondertekenende partijen bepalen bij elke volgende fase of deze werknemers de keuze krijgen om over te stappen naar het IFIC-barema. HOOFDSTUK VIII. - Algemene bepalingen
Art. 13.Integratie loonschalen en looncomponenten De werknemer waarop het IFIC-barema van toepassing is, heeft vanaf de start van de uitbetaling van het IFIC-barema en voor de duurtijd van de verdere loopbaan, bovenop het toegekende IFIC-barema geen recht meer op de voordelen zoals bedoeld in de collectieve arbeidsovereenkomsten en de koninklijke besluiten opgenomen in artikel 3, § 6 tot en met § 9, in artikel 7, § 3 en in artikel 12, § 4. Deze voordelen zijn in het IFIC-barema geïntegreerd.
De werknemer die kiest voor het IFIC-barema heeft geen recht meer op de loonschalen opgenomen in het startbarema conform artikel 7 of het referentiebarema conform artikel 12 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief hun toekomstige indexeringen, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 9 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 14.Verloning hybride functies § 1. De werknemer aan wie een hybride sectorale referentiefunctie werd toegekend, conform de bepalingen in bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019 betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie alsook voor de rapportering aan de vzw if-ic, wordt een maandloon toegekend dat samengesteld wordt pro rata de arbeidstijd die de werknemer besteedt aan elk van de sectorale referentiefuncties. § 2. Wanneer de hoogst geklasseerde sectorale referentiefunctie voor 70 pct. of meer deel uitmaakt van de contractuele arbeidstijd van de werknemer, dan wordt de werknemer voor 100 pct. van zijn contractuele arbeidstijd vergoed aan het IFIC-barema voor deze functie.
Art. 15.Index § 1. De in bijlage 1 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst voorziene doelbarema's worden gekoppeld aan het spilindexcijfer 103,04 (basis 2013), 1 juni 2017.
De aanpassing gebeurt overeenkomstig de modaliteiten welke zijn vastgesteld bij de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmede rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid van de arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. § 2. Het geïndexeerde doelbarema is een barema met twee decimalen.
De afronding gebeurt door het cijfer na de af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als het gelijk is aan of hoger is dan vijf.
Art. 16.Uurloon Het geïndexeerde uurloon (in het stelsel van de 38-urenweek) is gelijk aan : maandloon x 12 / 1976 Het resultaat van deze berekening is een uurloon met vier decimalen.
De afronding gebeurt door het cijfer na de af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als het gelijk is aan of hoger is dan vijf.
Art. 17.Informatie aan de werknemer die recht heeft op het IFIC-barema Ten einde de correcte toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst te kunnen verifiëren maakt de werkgever schriftelijk aan de werknemer over : - De code(s) en de titel(s) van de aan de werknemer toegekende sectorale referentiefunctie(s) zoals opgenomen in bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie (135642/CO/330); - De gecombineerde baremacode(s) van het startbarema (of het referentiebarema) en het doelbarema; - Deze baremacode(s) wordt(worden) vooraf gegaan door het woord "IFIC-barema" indien het IFIC-barema wordt toegekend aan de betrokken werknemer; - De baremieke anciënniteit van de werknemer in jaren en maanden; - Voor alle werknemers die het IFIC-barema genieten, dient ook te worden vermeld welke looncomponenten voorzien in artikel 3, § 6 tot en met § 9 in het startbarema (of het referentiebarema) werden geïntegreerd; - In voorkomend geval worden de looncomponenten vermeld die worden bedoeld in artikel 7, § 3 en artikel 12, § 4; - In voorkomend geval wordt het huisbarema vermeld dat van toepassing is op de betrokken werknemer.
Voor de toepassing van dit artikel wordt de incorporatie in een schriftelijke overeenkomst tussen de werkgever en de betrokken werknemer beschouwd als een schriftelijke kennisgeving.
Art. 18.Verworven anciënniteit De werknemer die het recht opent op het IFIC-barema behoudt zijn verworven baremieke anciënniteit als vertrekpunt voor de verdere evolutie van de anciënniteit.
Art. 19.Verworven anciënniteit bij functiewijziging Bij wijziging van functie binnen dezelfde onderneming, heeft de werknemer onmiddellijk recht op de verworven baremieke anciënniteit in de vorige functie. HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen
Art. 20.§ 1. Partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de sectorale implementatie bedongen in onderhavige overeenkomst beperkt wordt ten belope van de effectieve tenlasteneming van de globale kost ervan, die door de bevoegde voogdijoverheid middels structurele financiering ten behoeve van de invoering ter beschikking gesteld wordt aan de sector. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op datum van ondertekening en is gesloten voor onbepaalde duur. § 3. Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij worden herzien of opgezegd met inachtneming van een opzeggingstermijn van twaalf maanden. § 4. De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet in een gewone brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en - diensten de redenen ervan aangeven en amendementsvoorstellen indienen. De andere organisaties verbinden zich ertoe deze binnen een maand na ontvangst ervan in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en - diensten te bespreken.
Bijlagen Bijlage 1 : Doelbarema's Bijlage 2 : Lijst van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten Bijlage 3 : Loonschalen buiten collectieve arbeidsovereenkomst Bijlage 4 : Referentiebarema's per sectorale referentiefunctie Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage 1 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd Doelbarema's
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage 2 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd Lijst van sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten PVT en beschut wonen Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (koninklijk besluit van 7 mei 2010 - Belgisch Staatsblad van 27 juli 2010) betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten (91588/CO/330).
Ouderenzorg Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (koninklijk besluit van 28 juni 2009 - Belgisch Staatsblad van 1 januari 2009) betreffende de harmonisatie van de baremieke weddeschalen van de rustoorden voor bejaarden en van de rust en verzorgingstehuizen met de baremieke weddeschalen voor het personeel van de privé-ziekenhuizen (91044/CO/330).
Revalidatiecentra Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (koninklijk besluit van 3 augustus 2012 - Belgisch Staatsblad van 9 november 2012) betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden in de revalidatiecentra, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten (91047/CO/330).
Collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten voor alle federale gezondheidsdiensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 november 2013 (koninklijk besluit van 12 mei 2014 - Belgisch Staatsblad van 29 oktober 2014) betreffende de harmonisatie van de barema's van de zorgkundigen, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten (118385/CO/330).
Collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 1975 (koninklijk besluit van 27 april 1977 - Belgisch Staatsblad van 17 mei 1977) tot vaststelling van de berekening van de anciënniteit bij de indienstneming van bepaalde werknemers, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten (305).
Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 oktober 2003 (koninklijk besluit van 7 juni 2004 - Belgisch Staatsblad van 7 juli 2004) betreffende de vaststelling van de berekeningswijze van de anciënniteit van de werknemers die met succes een vorming tot verpleegkundige voltooid hebben, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten (69047/CO/305).
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage 3 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd Loonschalen buiten collectieve arbeidsovereenkomst (cfr. artikel 7, § 1, 3° lid) De loonschalen opgenomen in deze bijlage zijn niet opgenomen in andere sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten vermeld in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Wanneer deze loonschalen worden vermeld als referentiebarema in bijlage 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dienen deze loonschalen te worden gebruikt voor de berekening van het IFIC-barema.
De loonschalen in deze bijlage worden geïndexeerd op dezelfde wijze als voorzien in artikel 19 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (koninklijk besluit van 7 mei 2010 - Belgisch Staatsblad van 27 juli 2010) betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten (91588/CO/330).
Bij het sluiten van deze collectieve arbeidsovereenkomst geldt de vereffeningscoëfficiënt van 170,69 pct. die sinds 1 september 2018 van kracht is.
ANC/CODE
1.91
1.92
1.93
1.94
1.95
0
27 420,30
29 400,99
29 705,73
30 619,88
32 082,55
1
28 060,21
30 040,93
31 259,82
2
31 077,00
33 453,80
3
29 180,07
31 023,68
32 379,65
4
32 448,27
34 825,10
5
30 299,90
32 006,40
33 499,49
6
33 819,52
36 196,37
7
31 419,76
32 989,12
34 619,37
8
35 190,79
37 567,62
9
32 539,59
33 971,85
35 739,18
10
36 562,09
38 938,89
11
33 659,45
34 954,60
36 859,04
12
37 933,31
40 310,14
13
34 779,29
35 937,35
37 978,87
14
39 304,61
41 681,41
15
35 899,15
36 920,07
39 098,73
16
40 675,86
43 052,66
17
37 019,01
37 902,77
40 218,57
18
42 047,13
44 423,96
19
38 138,82
38 885,52
41 338,43
20
43 418,38
45 795,18
21
39 258,70
39 868,27
42 458,26
22
44 789,67
47 166,48
23
40 378,53
40 851,02
24
48 537,75
25
26
49 909,00
27
28
51 280,27
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage 4 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 april 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, in uitvoering van het Vlaams intersectoraal akkoord van 8 juni 2018, betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd Referentiebarema's
Code If-Ic
Titel If-Ic/Titre If-Ic
Referentiebarema Barème de référence
Doelbarema Barème cible
Code IFIC-barema Code barème-IFIC
1010
Departementsverantwoordelijke administratie en financiën/ Responsable du département administratif et financier
1.80
19
1020
Dienstverantwoordelijke administratie/ Chef de service administratif
1.78S
16
1030
Adjunct-dienstverantwoordelijke administratie/ Chef-adjoint du service administratif
1.55-1.61-1.77
15
1040
Juridisch stafmedewerker/ Attaché aux affaires juridiques
1.80
18
1041
Kwaliteitscoördinator/ Coordinateur qualité
1.80
17
1042
Verantwoordelijke kwaliteit bloedtransfusiecentrum/ Responsable qualité centre de transfusion sanguine
1.92
16
1043
Stafmedewerker communicatie/ Attaché à la communication
1.80
16
1050
Teamverantwoordelijke adminstratie/ Chef d'équipe administrative
1.55-1.61-1.77
14
1070
Directiesecretaris/ Secrétaire de direction
1.53
14
1071
Bediende medische registratie/ Employé enregistrement médical
1.55-1.61-1.77
13
1072
Medewerker kwaliteit bloedtransfusiecentrum/ Collaborateur à la qualité centre de transfusion sanguine
1.55-1.61-1.77
13
1073
Secretaris op een dienst of departement/ Secrétaire de service ou de département
1.50
12
1074
Medewerker onthaal wijkgezondheidscentrum/ Employé accueil maison médicale
1.39
12
1075
Medewerker onthaal/receptie/telefonie/ Employé accueil/réception/téléphonie
1.22
8
1076
Medisch secretaris/ Secrétaire médical
1.39
12
1077
Medewerker opname/ Employé admissions
1.50
11
1078
Medewerker permanentiedienst/ Employé au service de permanence
1.50
11
1079
Administratief bediende/ Employé administratif
1.50
10
1080
Administratief medewerker archief/ Employé administratif archives
1.22
6
1081
Administratieve hulp secretariaat/ Aide administrative secrétariat
1.12
4
1083
Bloeddonor werver/ Recruteur des donneurs de sang
1.55-1.61-1.77
14
1084
Verantwoordelijke beheer van de bloeddonoren/ Responsable gestion des donneurs
1.95
15
1085
Administratief bediende in de raadpleging/ Employé administratif consultation
1.50
11
1220
Hoofdboekhouder/ Chef comptable
1.80
17
1221
Dienstverantwoordelijke facturatie/ Chef du service facturation
1.78S
16
1222
Dienstverantwoordelijke klachtendienst/ Chef du service contentieux
1.78S
16
1230
Adjunct-hoofdboekhouder/ Chef-adjoint comptable
1.55-1.61-1.77
15
1231
Adjunct-dienstverantwoordelijke facturatie/ Chef-adjoint du service facturation
1.55-1.61-1.77
15
1232
Adjunct-dienstverantwoordelijke klachtendienst/ Chef-adjoint du service contentieux
1.55-1.61-1.77
15
1240
Stafmedewerker budgetbeheer/ Attaché à la gestion budgétaire
1.80
17
1270
Boekhouder/ Comptable
1.55-1.61-1.77
13
1271
Kassier/ Caissier
1.35
10
1272
Medewerker klachtendienst/ Employé contentieux
1.50
12
1273
Bediende facturatie/ Employé facturation
1.50
12
1274
Administratief bediende zakgeldadministratie/ Employé à la gestion de l'argent de poche
1.50
10
1290
Hulp boekhouder/ Aide-comptable
1.50
9
1293
Hulp facturatie/ Aide à la facturation
1.50
8
1420
Dienstverantwoordelijke informatica/ Chef du service informatique
1.80
17
1450
Ploegverantwoordelijke PC support/ Chef d'équipe PC support
1.86
14
1465
Systeembeheerder/ Gestionnaire système
1.67
16
1470
Analist/ Analyste
1.80
15
1471
Netwerkbeheerder/ Gestionnaire des réseaux
1.55-1.61-1.77
14
1472
Operator/ Opérateur
1.53
11
1473
Medewerker PC support/ Employé PC support
1.58
11
1474
Onderhoudsmedewerker PC Employé entretien PC
1.35
10
1476
Programmeur/ Programmeur
1.55-1.61-1.77
13
1610
Verantwoordelijke personeelsdienst/ Responsable du service du personnel
1.80
19
1620
Dienstverantwoordelijke HR ontwikkeling/ Chef du service développement RH
1.80
16
1621
Dienstverantwoordelijke personeelsadministratie/ Chef du service administration du personnel
1.80
16
1640
Stafmedewerker vorming/ Attaché à la formation
1.80
16
1660
Gespecialiseerd medewerker HR ontwikkeling/ Collaborateur spécialisé développement RH
1.55-1.61-1.77
14
1661
Gespecialiseerd medewerker personeelsadministratie/ Employé spécialisé administration du personnel
1.55-1.61-1.77
14
1670
Medeweker HR ontwikkeling/ Collaborateur développement RH
1.55-1.61-1.77
13
1671
Medewerker personeelsadministratie/ Employé administration du personnel
1.50
12
2010
Departementsverantwoordelijke hoteldiensten/ Responsable du département hôtelier
1.80
19
2020
Dienstverantwoordelijke huishoudelijk onderhoud/ Chef du service entretien ménager
1.78S
15
2030
Adjunct-dienstverantwoordelijke huishoudelijk onderhoud/ Chef-adjoint du service entretien ménager
1.54
13
2051
Voorwerker/ Brigadier
1.22
8
2070
Chauffeur patiëntenvervoer/ Chauffeur transport des patients
1.26
9
2071
Kapper/ Coiffeur
1.12
6
2072
Schoonmaker/ Technicien de surface
1.12
4
2073
Naaier/ Couturier
1.12
6
2074
Medewerker wasserij/ Préposé buanderie
1.12
5
2075
Chauffeur/ Chauffeur
1.22
7
2210
Verantwoordelijke technisch departement/ Responsable du département technique
1.80
19
2220
Dienstverantwoordelijke technische dienst/ Chef du service technique
1.78S
16
2221
Preventieadviseur-dienstverantwoordelijke/ Conseiller en prévention-chef du service
1.80
18
2230
Preventieadviseur-adjunct-dienstverantwoordelijke/ Conseiller en prévention - chef-adjoint du service
1.78S
15
2240
Stafmedewerker gebouwenbeheer/ Attaché à la gestion des bâtiments
1.80
17
2250
Ploegverantwoordelijke technische dienst/ Chef d'équipe service technique
1.55-1.61-1.71
14
2260
Gespecialiseerd vakman/ Technicien spécialisé
1.40
12
2261
Biotechnicus/ Biotechnicien
1.55-1.61-1.77
14
2270
Vakman/ Technicien
1.30
10
2271
Polyvalent medewerker technisch onderhoud/ Préposé polyvalent entretien technique
1.30
10
2272
Bewaker/ Garde
1.22
7
2273
Tuinman/ Jardinier
1.22
6
2290
Hulpvakman/ Aide-technicien
1.14
6
2291
Onderhoudsmedewerker/ Préposé maintenance
1.12
5
2420
Dienstverantwoordelijke aankoop/ Chef du service achats
1.80
17
2422
Dienstverantwoordelijke magazijn/ Chef du service magasin
1.62
14
2430
Adjunct-dienstverantwoordelijke aankoop/ Chef-adjoint du service achats
1.78S
16
2432
Adjunct-dienstverantwoordelijke magazijn/ Chef-adjoint du service magasin
1.31
13
2470
Aankoper/ Acheteur
1.55-1.61-1.77
15
2471
Administratief medewerker aankoop/ Employé administratif achats
1.50
10
2472
Magazijnier/ Magasinier
1.26
10
2473
Medewerker economaat/ Employé économat
1.22
9
2492
Hulpmagazijnier/ Aide-magazinier
1.22
5
2620
Dienstverantwoordelijke voeding/ Chef du service alimentation
1.78S
16
2621
Chef-kok/ Chef-cuisinier
1.54
14
2671
Kok/ Cuisinier
1.26
11
2672
Medewerker restaurant/cafetaria/ Préposé restaurant/cafétaria
1.12
5
2690
Hulpkok/ Aide-cuisinier/commis
1.12
6
2691
Keukenhulp/ Aide-cuisine
1.12
4
3010
Hoofdapotheker/ Pharmacien en chef
1.93
20
3030
Adjunct-hoofdapotheker/ Pharmacien en chef-adjoint
1.94
19
3070
Ziekenhuisapotheker/ Pharmacien hospitalier
1.91
18
3071
Magazijnier apotheek/ Magasinier à la pharmacie
1.50
10
3072
Farmaceutisch-technisch assistent/ Assitant pharmaceutico-technique
1.50
11
3073
Medewerker distributie apotheek/ Employé distribution à la pharmacie
1.22
5
3090
Hulp in de apotheek/ Aide en pharmacie
1.22
6
3220
Hoofdtechnoloog medisch laboratorium/ Chef-technologue de laboratoire médical
1.78S + S+C
16
3230
Adjunct-hoofdtechnoloog medisch laboratorium/ Chef-adjoint technologue de laboratoire médical
1.61-1.77
15
3241
Kwaliteitscoördinator laboratorium/ Coordinateur qualité laboratoire
1.80
16
3270
Technoloog medisch laboratorium/ Technologue laboratoire médical
1.55-1.61-1.77
14
3271
Medewerker ontvangst stalen en verdeling/ Employé réception et distribution d'échantillons
1.22
7
3272
Prikker/ Préleveur
1.55-1.61-1.77
13
3290
Hulp-laborant/ Aide-laborantin
1.43-1.55
10
3420
Dienstverantwoordelijke medisch technische dienst/ Chef du service médico-technique
1.78S + S C
16
3421
Diensthoofd fysici/ Chef physicien
1.93
20
3423
Diensthoofd centrale sterilisatie-afdeling/ Chef du service stérilisation
1.78S + S+C
16
3470
Fysicus/ Physicien
1.91
19
3471
Technoloog medische beeldvorming/ Technologue imagerie médicale
1.55-1.61-1.77
14
3472
Technicus medisch technische dienst/ Technicien service médico-technique
1.35
11
3473
Medewerker centrale sterilisatie/ Collaborateur en stérilisation
1.35
11
4020
Dienstverantwoordelijke paramedische diensten/ Chef des services paramédicaux
1.78S + S+C
16
4021
Dienstverantwoordelijke kinesitherapie/ Chef du service kinésithérapie
1.78S + S+C
16
4022
Dienstverantwoordelijke ergotherapie/ Chef du service ergothérapie
1.78S + S+C
16
4024
Dienstverantwoordelijke logopedie/ Chef du service logopédie
1.78S + S+C
16
4025
Dienstverantwoordelijke diëtiek/ Chef du service diététique
1.78S + S+C
16
4026
Dienstverantwoordelijke animatie/ Chef du service animation
1.55-1.61-1.77
14
4027
Coördinator bewegingstherapeuten/ Coordinateur des phychomotriciens
1.78S + S+C
16
4040
Therapeutisch coördinator/ Coordinateur thérapeutique
1.80
17
4071
Kinesitherapeut/ Kinésithérapeute
1.55-1.61-1.77
15
4073
Ergotherapeut/ Ergothérapeute
1.55-1.61-1.77
14
4074
Logopedist/ logopède
1.55-1.61-1.77
14
4075
Diëtist/ Diététicien
1.55-1.61-1.77
14
4076
Animator/ Animateur
1.55-1.61-1.77
12
4077
Activiteitenbegeleider/ Accompagnateur activités
1.35
12
4078
Animator in de residentiële ouderenzorg/ Animateur dans les soins résidentiels aux personnes âgées
1.40
12
4079
Pedicure/ Pédicure
1.35
12
4080
Bewegingstherapeut/ Phychomotricien
1.55-1.61-1.77
14
4081
Audioloog/ Audiologue
1.55-1.61-1.77
14
4086
Kinesitherapeut wijkgezondheidscentrum/ Kinésithérapeute maison médicale
1.55-1.61-1.77
15
5020
Dienstverantwoordelijke psychologische dienst/ Chef du service psychologie
1.80
17
5022
Dienstverantwoordelijke spirituele begeleiding/ Chef du service accompagnement spirituel
1.80
16
5023
Dienstverantwoordelijke sociale dienst/ Chef du service social
1.78S
16
5030
Adjunct-dienstverantwoordelijke sociale dienst/ Chef-adjoint du service social
1.61-1.77
15
5070
Psycholoog/ Psychologue
1.80
16
5071
Psychologisch assistent/ Assistant en psychologie
1.55-1.61-1.77
14
5072
Spiritueel begeleider/ Accompagnateur spirituel
1.55-1.61-1.77
15
5073
Medewerker sociale dienst/ Collaborateur au service social
1.55-1.61-1.77
14
5074
Medewerker sociale dienst - revalidatie/ Collaborateur au service social - revalidation
1.55-1.61-1.77
14
5075
Medewerker sociale dienst - wijkgezondheidscentrum/ Collaborateur au service social - maison médicale
1.55-1.61-1.77
14
5076
Medewerker sociale dienst in een psychiatrische eenheid/centrum/ Collaborateur service social dans une unité/un centre psychiatrique
1.55-1.61-1.77
14
5077
Medewerker sociale dienst in de residentiële ouderenzorg/ Collaborateur service social dans les soins résidentiels aux personnes âgées
1.55-1.61-1.77
14
5078
Bemiddelaar/ Médiateur
1.55-1.61-1.77
15
5079
Intercultureel bemiddelaar/ Médiateur interculturel
1.55-1.61-1.77
14
5080
Ontslagmanager/ Référent hospitalier
1.55-1.61-1.77
14
5081
Gezondheidspromotor wijkgezondheidscentrum/ Promoteur à la santé maison médicale
1.55-1.61-1.77
15
5082
Verantwoordelijke vrijwilligers/ Responsable des bénévoles
1.55-1.61-1.77
13
6010
Verpleegkundige - Diensthoofd/ Infirmier - Chef de service
1.80 + S+C
19
6040
Stafmedewerker zorgbeleid/ Attaché à la gestion des soins
1.80
16
6050
Verpleegkundige eerste verantwoordelijke/ Infirmier premier responsable
1.55-1.61-1.77
15
6071
Logistiek medewerker in een verpleeg- of verblijfseenheid/ Aide logistique dans une unité de soins ou de résidence
1.22
8
6072
Medewerker intern patiëntenvervoer/ Employé transport interne des patients
1.22
8
6073
Begeleider verpleegkundige intreders, herintreders en stagiaires/ Infirmier chargé accueil et encadrement du personnel infirmier nouveau, rentrant et stagiaire
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6111
Hoofdverpleegkundige - coördinator/ Infirmier en chef - coordinateur
1.78S + S+C
18
6120
Hoofdverpleegkundige ziekenhuis/ Infirmier en chef en hôpital
1.78S + S+C
17
6121
Hoofdvroedkundige/ Sage-femme en chef
1.78S + S+C
17
6122
Hoofdverpleegkundige ziekenhuis (kleine afdeling)/ Infirmier en chef en hôpital (petite unité)
1.78S + S+C
16
6124
Verantwoordelijke intern patiëntentransport/ Responsable du transport interne des patients
1.55-1.61-1.77
14
6130
Adjunct hoofdverpleegkundige ziekenhuis/ Infirmier en chef-adjoint en hôpital
1.61-1.77
16
6131
Adjunct-hoofdvroedkundige/ Sage-femme en chef-adjoint
1.61-1.77
16
6161
Referentieverpleegkundige/ Infirmier référence discipline
1.55-1.61-1.77
16
6162
Verpleegkundige ziekenhuishygiënist/ Infirmier-hygiéniste
1.80
17
6163
Studieverpleegkundige/ Infirmier chargé d'études
1.55-1.61-1.77
15
6164
Spoedverpleegkundige/ Infirmier en urgences
1.55-1.61-1.77
15
6165
Verpleegkundige intensieve zorgen/ Infirmier en soins intensifs
1.55-1.61-1.77
15
6166
Referentieverpleegkundige binnen dienst/afdeling/ Infirmier de référence dans une unité/un service
1.55-1.61-1.77
15
6167
MUG verpleegkundige/ Infirmier SMUR
1.55-1.61-1.77
15
6168
Verpleegkundige operatiekwartier/ Infirmier au bloc opératoire
1.55-1.61-1.77
15
6169
Verpleegkundige intensieve neonatale zorgen/ Infirmier en soins néonataux intensifs
1.55-1.61-1.77
15
6170
Verpleegkundige ziekenhuis/ Infirmier en hôpital
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6171
Vroedkundige/ Sage-femme
1.55-1.61-1.77
15
6172
Zorgkundige ziekenhuis/ Aide-soignant hôpital
1.35
11
6173
Ambulancier/ Ambulancier
1.26
11
6174
Transplantcoördinator/ Coordinateur transplantation
1.55-1.61-1.77
15
6175
Verpleegkundige educator diabetologie/ Infirmier expert en auto-gestion du diabète
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6176
Vroedkundige postpartum/ Sage-femme post-partum
1.55-1.61-1.77
14
6177
Verpleegkundige in de raadpleging/ Infirmier en consultation
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6178
Kinderverzorgende/ Puériculteur
1.35
11
6179
Bediende mortuarium/ Employé à la morgue
1.22
8
6180
Gipsverpleegkundige/ Infirmier en salle de plâtres
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6181
Verpleegkundige oncologisch dagziekenhuis/ Infirmier oncologie hôpital de jour
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6182
Verpleegkundige in een oncologische afdeling/ Infirmier dans un service oncologique
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6183
Verpleegkundige hemodialyse/ Infirmier en hémodialyse
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6184
Verpleegkundige palliatieve zorg/ Infirmier en soins palliatifs
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6185
Verpleegkundige geriatrie/ Infirmier en gériatrie
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6186
Verpleegkundige pediatrie/ Infirmier pédiatrie
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6220
Hoofdverpleegkundige in een psychiatrische eenheid/centrum/ Infirmier en chef dans une unité/un centre psychiatrique
1.78S + S+C
17
6221
Coördinator beschut wonen/ Coordinateur habitations protégées
1.78S
18
6230
Adjunct-hoofdverpleegkundige in een psychiatrische eenheid/centrum/ Infirmier en chef-adjoint dans une unité/un centre psychiatrique
1.61-1.77
16
6270
Verpleegkundige in een psychiatrische eenheid/centrum/ Infirmier dans une unité/un centre psychiatrique
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6271
Begeleider beschut wonen/ Accompagnateur habitations protégées
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6272
Zorgkundige in een psychiatrische eenheid/centrum/ Aide-soignant dans une unité/un centre psychiatrique
1.35
11
6273
Opvoeder/begeleider in een psychiatrische eenheid/entrum/ Educateur/accompagnateur dans une unité/un centre psychiatrique
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6320
Hoofdverpleegkundige residentiële ouderenzorg/ Infirmier en chef soins résidentiels personnes âgées
1.78S + S+C
17
6330
Adjunct-hoofdverpleegkundige residentiële ouderenzorg/ Infirmier en chef-adjoint soins résidentiels personnes âgés
1.61-1.77
16
6370
Verpleegkundige residentiële ouderenzorg/ Infirmier soins résidentiels personnes âgées
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6371
Begeleider genormaliseerd wonen/ Accompagnateur CANTOU
1.35
12
6372
Zorgkundige residentiële ouderenzorg/ Aide-soignant soins résidentiels personnes âgées
1.35
11
6420
Hoofdverpleegkundige thuisverpleging/ Infirmier en chef soins à domicile
1.78S + C
17
6430
Adjunct-hoofdverpleegkundige thuisverpleging/ Infirmier en chef-adjoint soins à domicile
1.55-1.61-1.77 + 2 jaar/ans
16
6460
Referentieverpleegkundige thuisverpleging/ Infirmier référence discipline soins infirmiers à domicile
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
15
6461
Psychiatrisch verpleegkundige in de thuiscontext/ Infirmier psychiatrique à domicile
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6462
Verpleegkundige educator diabetologie thuisverpleging/ Infirmier expert en auto-gestion du diabète soins à domicile
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6470
Verpleegkundige thuisverpleging/ Infirmier soins à domicile
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6472
Zorgkundige thuisverpleging/ Aide-soignant soins à domicile
1.35
11
6601
Huisarts wijkgezondheidscentrum/ Médecin généraliste dans une maison médicale
1.91
20
6610
Algemeen coördinator wijkgezondheidscentrum/ Coordinateur général maison médicale
1.91
18
6620
Zorgcoördinator wijkgezondheidscentrum/ Coordinateur des soins maison médicale
1.80
17
6670
Verpleegkundige wijkgezondheidscentrum/ Infirmier maison médicale
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6672
Zorgkundige wijkgezondheidscentrum/ Aide-soignant maison médicale
1.35
12
6720
Hoofdverpleegkundige bloedtransfusiecentrum/ Infirmier en chef - centre de transfusion sanguine
1.78S + S+C
17
6730
Adjunct-hoofdverpleegkundige bloedtransfusiecentrum/ Infirmier en chef-adjoint centre de transfusion sanguine
1.61-1.77
16
6750
Ploegverantwoordelijke verpleegkundige bloedtransfusiecentrum/ Infirmier chef d'équipe centre de transfusion sanguine
1.55-1.61-1.77
14 of/ou 14B
6770
Verpleegkundige bloedtransfusiecentrum/ Infirmier centre de transfusion sanguine
1.55-1.61-1.77 of/ou 1.43-1.55
14 of/ou 14B
6771
Bloedafname assistent/ Assistant "Prise de sang"
1.35
11
+S : functietoeslag +C : functiecomplement Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE