gepubliceerd op 16 november 2005
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, betreffende de toekenning van een syndicale premie
17 SEPTEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, betreffende de toekenning van een syndicale premie (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, betreffende de toekenning van een syndicale premie.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 september 2005.
ALBERT Van Koningswege : Voor de Minister van Werk, afwezig : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE _______ Nota Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004 Toekenning van een syndicale premie (Overeenkomst geregistreerd op 23 juli 2004 onder het nummer 72022/CO/323) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die tot de bevoegdheid behoren van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden.
Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke bedienden, arbeiders en dienstboden.
Art. 2.Aan de in artikel 1 bedoelde werknemers wordt, ten laste van de werkgevers een syndicale premie toegekend. HOOFDSTUK II. - Toepassingsmodaliteiten en bedrag
Art. 3.Het bedrag van de syndicale premie toegekend aan de rechthebbende, is vastgesteld op 1,04 EUR per begonnen maand die krachtens een arbeidsovereenkomst verbonden is bij een in artikel 1 bedoelde onderneming, in de loop van het sociaal dienstjaar dat loopt van 1 juli tot 30 juni.
Het maximum bedrag van de syndicale premie per rechthebbende is bijgevolg vastgesteld op 12,50 EUR per jaar.
Als overgangsmaatregel, en enkel voor de syndicale premie die in 2004 wordt betaald, loopt het sociaal dienstjaar van 1 januari 2004 tot 30 juni 2004, met een uit te betalen bedrag van 2,08 EUR per begonnen maand.
Die syndicale premie geldt zowel voor voltijds als voor deeltijds tewerkgesteld personeel, ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst (voor een bepaalde of een onbepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk).
Het recht op die syndicale premie beperkt zich tot de werknemers die lid zijn van één van de representatieve werknemersorganisaties, vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden.
Art. 4.In december van elk jaar, worden de betrokken werknemers bedoeld in artikel 1, door toedoen van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het beheer van gebouwen", hierna fonds genoemd, in het bezit gesteld van het nodig attest van tewerkstelling (attest van syndicale premie).
Art. 5.Op voorlegging van het door het sociaal fonds afgeleverd attest, betalen de vakorganisaties, vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, binnen de maand de syndicale premie aan de rechthebbende leden uit.
Indien een rechthebbende op het ogenblik van de betaling overleden is, wordt de syndicale premie betaald aan de overlevende echtgeno(o)t(e) of wettelijke samenwonende.
Art. 6.De werknemersorganisaties vertegenwoordigd in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, zenden hun afrekeningen van de uitbetaalde bedragen van de premies aan de vakorganisaties terugbetaalt binnen de dertig dagen na toezending. De vertegenwoordiger van de indienende werknemersorganisatie verklaart elke afrekening voor echt.
De attesten zelf worden door de werknemersorganisaties voor controle ter beschikking gehouden van het fonds gedurende drie kalenderjaren volgend op het sociaal dienstjaar.
Art. 7.Vanaf 1 juli 2004 zal elke werkgever voor elke werknemer een bijdrage ten belope van 0,15 pct. van de brutoloonmassa van elk kwartaal zoals aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, afdragen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. Het eerste kwartaal dat hiertoe in aanmerking komt is het 3e kwartaal van het jaar 2004. De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zal de bijdragen rechtstreeks innen.
Het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het beheer van gebouwen", met als zetel Derbystraat 241, te 9051 Gent, is gemachtigd om deze gelden, geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, in ontvangst te nemen op bankrekeningnummer 290-0508293-34 van het fonds.
Art. 8.De raad van bestuur van het fonds is belast met de praktische uitvoeringsmodaliteiten. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang vanaf 1 juli 2004 en is gesloten voor een onbepaalde duur.
Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 april 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden, betreffende de toekenning van een syndicale premie.
Zij kan worden opgezegd door een van de ondertekenende partijen, met een opzeggingstermijn van ministers drie maanden, bij aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het beheer van gebouwen en voor de dienstboden.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2005.
Voor de Minister van Werk, afwezig : De Minister van Begroting en Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE