17 JULI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 november 2012, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de facultatieve methode voor de invoering op ondernemingsvlak van een functieclassificatie aan de hand van de CSB-methode (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 november 2012, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, betreffende de facultatieve methode voor de invoering op ondernemingsvlak van een functieclassificatie aan de hand van de CSB-methode.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 juli 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2012 Facultatieve methode voor de invoering op ondernemingsvlak van een functieclassificatie aan de hand van de CSB-methode (Overeenkomst geregistreerd op 29 november 2012 onder het nummer 112306/CO/209) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en hun werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bedienden die behoren tot het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Onder "bedienden" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke gebaremiseerde en baremiseerbare bedienden. HOOFDSTUK II. - Voorwerp

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in toepassing van artikel 15 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 september 2007 houdende nationaal akkoord 2007-2008, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid met registratienummer 85840/CO/209.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot voorwerp een facultatieve functieclassificatiemethode te voorzien.

Zij is enkel van toepassing wanneer er op ondernemingsvlak tussen de werkgever en de syndicale delegatie voor de bedienden een akkoord is enerzijds om een functieclassificatie op ondernemingsvlak in te voeren en anderzijds om hiertoe de CSB-methode te gebruiken.

Indien deze beide voorwaarden vervuld zijn, zijn de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst integraal van toepassing. HOOFDSTUK III. - Invoering van een functieclassificatie op ondernemingsvlak

Art. 3.Informatieplicht De ondernemingsraad en/of syndicale delegatie voor de bedienden dienen voorafgaandelijk op een gepaste wijze uitgebreid geïnformeerd te worden.

Het personeel moet op een overeen te komen wijze worden geïnformeerd omtrent het hele classificatietraject.

Art. 4.Vorming De leden van de interne begeleidingscommissie moeten voldoende inzicht hebben in het systeem.

De door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige informeert de interne begeleidingscommissie over : - de waarderingscriteria van de CSB-methode; - de werkzijze; - de procedure.

Art. 5.Functiebeschrijvingen De functiebeschrijvingen worden opgemaakt volgens het model overeengekomen in de Paritair Technische Classificatie Commissie (PTCC) in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Dit model is op eenvoudige vraag verkrijgbaar op het secretariaat van de PTCC (p/a Sociaal Departement Agoria, Diamant Building, Reyerslaan 80, 1030 Brussel).

De functiebeschrijvingen worden sekseneutraal opgesteld.

De functiebeschrijvingen worden opgesteld binnen de onderneming onder toezicht van de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige.

Elke functiebeschrijving wordt goedgekeurd door de functiehçouder(s) en hun directe overste(n) en bevat ook de datum van goedkeuring van de functiebeschrijving.

De functiehouder, zijn directe chef en eventueel zijn hiërarchische overste zijn samen verantwoordelijke voor de juistheid en de volledigheid van de informatie die in de functiebeschrijving wordt opgenomen.

Wanneer de functiehouder en directe overste het oneens zijn over de functiebeschrijving, moet deze het voorwerp uitmaken van een grondig onderzoek met als doel om tot een akkoord te komen tussen de betrokken partijen. Bij blijvende onenigheid beslist de interne begeleidingscommissie.

Elke functiehouder krijgt vooraleer wordt overgegaan tot de waardering van de functies een exemplaar van de definitieve functiebeschrijving.

Art. 6.De functiewaardering Na goedkeuring van alle functiebeschrijvingen, opgenomen in de goedgekeurde functieinventaris, start de functiewaardering.

Volgende principes gelden hierbij : a) Elke functie, respectievelijk elke refertentiefunctie, wordt gewaardeerd;b) De waardering gebeurt door de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige;c) Het volledige classificatiedossier bevattende de functiebeschrijvingen, de detailresultaten van de waarderingen, de rangorde en het voorstel van indeling in functieklassen, wordt na afloop door de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige ter beschikking gesteld van de functieclassificatiedeskundigen van de vakbonden;d) Het voorstel van klassenindeling wordt ter toetsing voorgelegd aan de interne begeleidingscommissie.Opmerkingen worden via een verslag en ondersteund met de nodige argumenten gemeld aan de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige, die de waarderingen herbekijkt; e) Indien noodzakelijk wordt een overleg ingepland tussen de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige en de classificatiedeskundigen van de vakbonden om de vastgestelde problemen te bespreken;f) De door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige geeft feedback aan de interne begeleidingscommissie over de gemaakte opmerkingen en het finale resultaat. De door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige is verantwoordelijk voor de juiste toepassing van de CSB-methode.

Art. 7.Toewijzingsprocedure Aan elke bediende wordt de functie en de klasse meegedeeld waartoe die functie behoort.

De alfabetische indeling van alle functies binnen elke klasse (het classificatiemodel) wordt eveneens aan elke bediende meegedeeld.

Art. 8.Beroepsmogelijkheid § 1. Eerste beroep Elke bediende heeft de mogelijkheid beroep aan te tekenen tegen zijn functiewaardering en/of indeling op basis van prodecurefouten en/of vergelijking met andere gewaardeerde en/of ingedeelde functies in de onderneming.

Indienen van een beroep kan via de hiërarchische weg, de syndicale delegatie voor bedienden of de personeelsdienst (voor de coördinatie) door middel van een beroepsformulier met motivatie van het beroep.

De syndicale delegatie voor bedienden is ook gerechtigd om in naam van een groep functiehouders beroep in te dienen.

De interne begeleidingscommissie beslist over de ontvankelijkheid van de beroepen. De ontvankelijk bevonden beroepen worden overgemaakt aan de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige voor de behandeling ervan.

De door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige geeft feedback aan de interne begeleidingscommissie over de beroepenbehandeling en het eventueel aangepast resultaat. § 2. Extern beroep De meest gerede partij, werkgever, bediende of syndicale delegatie voor bedienden, die de uitspraak in eerste beroep niet aanvaardt, kan een beroep indienen bij de externe beroepscommissie.

De beroepsaanvraag moet alle nuttige informatie bevatten nodig om een advies uit te brengen.

De externe beroepscommissie onderzoekt het beroep en hoort eventueel de indiener, de directe overste en, indien nodig de hiërarchische overste of de directie of de syndicale delegatie voor bedienden. Op basis van de bijkomende informatie wordt de voorgestelde waardering nagezien en eventueel bijgestuurd.

De externe beroepscommissie communiceert het resultaat, de eventueel bijgestuurde functieklasse binnen het bedrijfsmodel, aan de werkgever die op zijn beurt het resultaat communiceert aan de leden van de interne begeleidingscommissie en de betrokken functiehouder(s). § 3. Hoger beroep De meest gerede partij kan tegen de uitspraak van de externe beroepscommissie in hoger beroep gaan bij de PTCC. De beroepsaanvraag in hoger beroep moet alle nuttige informatie bevatten nodig om een advies uit te brengen.

De PTCC onderzoekt het beroep en hoort eventueel de indiener, de directe overste en, indien nodig de hiërarchische overste, de direcite of de syndicale delegatie voor bedienden. Zij kijkt de waarderingen na en stuurt eventueel de waarderingen bij.

De uitspraak van de PTCC in hoger beroep is unaniem en definitief.

De PTCC communiceert het resultaat aan de werkgever die op zijn beurt het resultaat, volgens de gemaakte afspraken, communiceert aan de interne begeleidingscommissie en de betrokken functiehouder(s).

Art. 9.Onderhoud § 1. De functieclassificatie moet actueel worden gehouden en moet rekening houden met de wijzigingen en evoluties binnen de onderneming.

Het periodiek onderhoud gebeurt volgens de periodiciteit (bijvoorbeeld jaarlijks) overeengekomen op bedrijfsvlak en opgevolgd door de interne begeleidingscommissie. § 2. Periodiek onderhoud en nieuwe functies binnen de organisatie : a) een functiebeschrijving wordt opgesteld volgens de geijkte procedure en vorm van het functiewaarderingsysteem;b) volgens de overeengekomen periodiciteit en na stabilisatie van de betrokken functie binnen de orgnanisatiestructuur van de onderneming en na goedkeuring door de interne begeleidingscommissie wordt de functiebeschrijving voor waardering aangeboden aan de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige en dit volgens de richtlijnen van deze collectieve arbeidsovereenkomst zoals voorzien in de artikelen 5, 6, 7 en 8. § 3. Periodiek onderhoud en gewijzigde functies binnen de organisatie : a) een aangepaste functiebeschrijving wordt opgesteld volgens de geijkte procedure en vorm van het functiewaarderingsysteem;b) volgens de overeengekomen periodiciteit en na stabilisatie van de betrokken functie binnen de organisatiestructuur van de onderneming en na goedkeuring door de interne begeleidingscommissie wordt de functiebeschrijving voor waardering aangeboden aan de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige en dit volgens de richtlijnen van deze collectieve arbeidsovereenkomst zoals voorzien in de artikelen 5, 6, 7 en 8. § 4. Mededeling van de functiewaardering De door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige waardeert de aangeboden functies en plaatst de betrokken functies in het bestaande classificatiemodel.

De door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige communiceert het resultaat aan de werkgever die het op zijn beurt communiceert aan de interne begeleidingscommissie en de betrokken functiehouder(s).

Tegen de waardering is beroep mogelijk volgens dezelfde modaliteiten, zoals een beroep bij de invoering van een functieclassificatie op bedrijfsvlak, voorzien in artikel 8 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 10.Confidentialiteit Zowel voor de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige als de classificatiedeskundigen van de werknemersorganisaties geldt de confidentialiteit zowel over de debatten als over de details van de waarderingen en de totstandkoming van de besluiten. HOOFDSTUK IV. - Samenstelling van de commissies

Art. 11.Paritaire Technische Classificatie Commissie Deze PTCC is paritair samengesteld uit classificatiedeskundigen van de respresentatieve werkgeversorganisatie(s) en uit classificatiedeskundigen van de representatieve werkemersorganisaties.

De leden van de PTCC worden aangesteld door het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Hun mandaat is van onbepaalde duur.

Een eventuele vervanging van de mandaten gebeurt door het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Art. 12.Externe beroepscommissie De externe beroepscommissie wordt samengesteld uit de classificatiedeskundigen van de vakbonden vertegenwoordigd in de onderneming en de door de CSB-systeemhouder aangeduide classificatiedeskundige.

Art. 13.Interne begeleidingscommissie Een interne begeleidingscommissie wordt op ondernemingsvlak samengesteld uit werkgeversvertegenwoordigers en werknemersvertegenwoordigers. Bij de samenstelling wordt gewaakt over de representativiteit en de maximale betrokkenheid van de departementen/afdelingen van de onderneming.

Het aantal werkgeversvertegenwoordigers kan het aantal werknemersvertegenwoordigers niet overstijgen. Iedere in de ondernemingsraad en/of syndicale delegatie vertegenwoordigde werknemersorganisatie in de onderneming vaardigt 1 effectieve vertegenwoordiger af in de commissie.

Daarnaast wordt eveneens per effectieve vertegenwoordiger een plaatsvervanger aangeduid, die zijn taak enkel opneemt indien de effectieve vertegenwoordiger verhinderd is.

In ondernemingen vanaf 200 bedienden met een meer complexe structuur kunnen de in de ondernemingsraad en/of syndicale delegatie vertegenwoordigde werknemersorganisaties in de onderneming meer effectieve en plaatsvervangende vertegenwoordigers afvaardigen in de commissie, op voorwaarde dat hierover op ondernemingsvlak een paritair akkoord bestaat.

In functie van de toegewezen bevoegdheden van de commissie kunnen daarenboven tijdelijke, en naargelang de werkzaamheden, interne of externe deskundigen, voor de technische ondersteuning van de werkzaamheden, uitgenodigd worden. HOOFDSTUK V. - Opdrachten van de commissies

Art. 14.Paritair Technische Classificatie Commissie De PTCC behandelt de betwistingen en de hogere beroepen binnen het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

In geval van hoger beroep zal de PTCC steeds uitspraak doen binnen het gegeven functieclassificatiemodel van de onderneming.

Art. 15.Externe beroepscommissie De externe beroepscommissie heeft de opdracht om de aangeboden beroepen te onderzoeken en de waarderingen van de betrokken functies te evalueren en eventueel bij te sturen volgens de overeengekomen methode.

Zij deelt haar conclusies mee binnen het gegeven classificatiemodel van de onderneming.

Art. 16.Interne begeleidingscommissie De interne begeleidingscommissie heeft de opdracht om het functieclassificatieproces te sturen en te bewaken op uniformiteit.

Bij invoering van een functieclassificatie op bedrijfsvlak heeft zij de volgende taken : a) goedkeuren van de inventaris van de te beschrijven en te waarderen functies bij integrale- of refertenieanalyse;b) aanduiden van functiewoordvoerders voor de verschillende functies;c) toetsen van het voorstel van functieclassificatie.Hiervoor kan beroep worden gedaan op een extern advies van de door de CSB-systeembeheerder aangeduide classificatiedeskundige en de classificatiedeskundigen van de betrokken representatieve werknemersorganisaties; d) toezien op de stipte uitvoering van de geplande werkzaamheden;e) verzamelen en bespreken van alle mogelijke problemen die de werknemers zouden kunnen ontmoeten tijdens het ganse functiewaarderingsproces en hiervoor voorstellen van oplossing formuleren;f) verstrekken van informatie op regelmatige tijdstippen op een overeengekomen wijze aan het personeel, de ondernemingsraad en/of de vakbondsafvaardiging over de voortgang van de werkzaamheden en de conrete afspraken die in de begeleidingscommissie werden gemaakt;g) bij blijvende onenigheid over het inhoudelijke van de functiebeschrijving, beslissen welke functiebeschrijving aangeboden zal worden voor waardering. Bij het onderhouden van de functieclassficiatie op bedrijfsvlak heeft de interne begeleidingscommissie tot taak : a) opvolgen dat de afspraken over het periodiek onderhoud uitgevoerd worden;b) toezien op de goedkeuring van de functiebeschrijvingen in het geval nieuwe functies in de functieclassificatie moeten opgenomen worden;c) akkoord geven aan een aanvraag tot onderhoud en goedkeuren van de aangepaste functiebeschrijvingen;d) toetsen van het voorstel van functieclassificatie voor de gewijzigde en/of nieuwe functies. Bij beroepsbehandelingen in het kader van functiewaarderingen heeft de interne begeleidignscommisie tot taak : a) het bepalen van de tijdslimiet voor het indienen en het behandelen van eventuele beroepen;b) het beslissen over de ontvankelijkheid van een beroep tot behandeling. De beslissingen van de interne begeleidingscommissie worden in een verslag genotuleerd. De verslagen van de begeleidingscommissie zijn vertrouwelijk en gelden enkel als rapportering ter attentie van de leden van de interne begeleidingscommissie zelf.

Over de communicatie van belangrijke beslissingen of informaties naar de voltallige personeelsgroep worden er in de interne begeleidingscommissie specifieke afspraken gemaakt.

De interne begeleidingscommissie heeft een permanent karakter omdat zij zowel een rol heeft bij de invoering als bij het onderhoud van de functieclassificatie op bedrijfsvlak. HOOFDSTUK VI. - Duurtijd

Art. 17.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur en treedt in werking op 1 januari 2013.

Ze kan worden opgezegd mits een aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, met naleving van een opzegtermijn van zes maanden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 juli 2013.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK