gepubliceerd op 02 april 2003
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 20 februari 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 13 maart 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende managementsondersteuning en omkaderende functies
17 JANUARI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 20 februari 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 13 maart 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende managementsondersteuning en omkaderende functies (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op 20 februari 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 13 maart 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende managementsondersteuning en omkaderende functies.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 januari 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 20 februari 2001 in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap en goedgekeurd op 13 maart 2001 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten Managementsondersteuning en omkaderende functies (Overeenkomst geregistreerd op 15 juli 2002 onder het nummer 63333/CO/319)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap.
Onder « werknemers » wordt verstaan het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.
Art. 2.Onder « managementsondersteuning » wordt verstaan de ondersteuning van de taken die behoren tot het management van een voorziening zoals onder meer het financieel, personeels-, milieu- en kwaliteitsbeheer, preventiebeleid en informaticaondersteuning. Hiertoe wordt ondermeer ook in omkaderende functies voorzien.
Art. 3.In uitvoering van het « Vlaams Intersectoraal Akkoord 20002005 » worden de Vlaamse middelen en de middelen sociale maribel lineair en via de geëigende subsidiekanalen toegekend aan de voorzieningen naar rato van het aantal tewerkgestelde personeelsleden, uitgedrukt in voltijds equivalenten.
Art. 4.Meerdere voorzieningen kunnen deze middelen gezamenlijk aanwenden om gemeenschappelijke organisatiegerichte functies te creëren.
Art. 5.De middelen worden voor minimaal 75 pct. omgezet in tewerkstelling. Maximaal 25 pct. van de middelen kan ingezet worden voor werkingskosten.
Afwijking op deze verhouding is mogelijk indien aan één van volgende voorwaarden voldaan is : de middelen worden ingezet voor screening, onderzoek, investeringen of welbepaalde tijdelijke projecten die het management van de voorziening op lange termijn optimaliseren.
Art. 6.In overleg met de werknemers (ondernemingsraad of comité voor preventie en bescherming of vakbondsafvaardiging en bij ontstentenis daarvan het personeel) wordt toezicht gehouden op de aanwending van de middelen alsook over de toepassing van artikel 4 en artikel 5.
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd, mits een opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 januari 2003.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX