gepubliceerd op 16 maart 2005
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen
17 FEBRUARI 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij de wetten van 22 maart 1989 en van 9 februari 1994;
Gelet op de wet van 21 december 1998 betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid, inzonderheid op artikel 9, 2°, gewijzigd bij de wet van 28 maart 2003;
Gelet op het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 juni 2000, 3 september 2000, 23 januari 2001, 5 april 2001, 4 juli 2001, 26 oktober 2001, 4 februari 2002, 14 april 2002, 17 februari 2003, 25 maart 2003, 14 april 2003, 22 oktober 2003, 24 maart 2004, 20 juli 2004 en 21 oktober 2004;
Gelet op het overleg tussen de Gewestregeringen en de federale overheid van 1 februari 2005;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd door de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het noodzakelijk is zich onverwijld te schikken naar de Richtlijn 2004/95/EG van de Commissie van 24 september 2004 tot wijziging van Richtlijn 90/642/EEG van de Raad wat de daarin vastgestelde maximumgehalten aan residuen van bifenthrin en famoxadone betreft, alsook naar de Richtlijn 2004/115/EG van de Commissie van 15 december 2004 tot wijziging van Richtlijn 90/642/EEG van de Raad wat de daarin vastgestelde maximumgehalten voor bepaalde residuen van bestrijdingsmiddelen betreft;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In de bijlage bij het koninklijk besluit van 13 maart 2000 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 3 worden de bepalingen met betrekking tot de bestrijdingsmiddelen AZOXYSTROBIN, BIFENTHRIN, FAMOXADONE, FENHEXAMID, FENPROPIMORF, IPROVALICARB, MANCOZEB, MANEB, METALAXYL, METALAXYL-M, METHOMYL, METIRAM, MYCLOBUTANIL, PENCONAZOOL, PROPINEB, THIODICARB en ZINEB vervangen door de bepalingen in bijlage I bij dit besluit;2° in punt 3 wordt het bestrijdingsmiddel « DITHIOCARBAMATEN : maneb, mancozeb, metiram, propineb en zineb (som uitgedrukt in CS2) » door het bestrijdingsmiddel « MANEB/MANCOZEB/METIRAM/PROPINEB/ZINEB » vervangen.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 26 maart 2005 voor de bepalingen met betrekking tot de bestrijdingsmiddelen BIFENTHRIN en FAMOXADONE en op 23 juni 2005 voor de bepalingen met betrekking tot de bestrijdingsmiddelen AZOXYSTROBIN, FENHEXAMID, FENPROPIMORF, IPROVALICARB, MANCOZEB, MANEB, METALAXYL, METALAXYL-M, METHOMYL, METIRAM, MYCLOBUTANIL, PENCONAZOOL, PROPINEB, THIODICARB en ZINEB.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 februari 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE Bijlage I Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld