Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 juli 2004
gepubliceerd op 06 september 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot wijziging van de statuten van het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijproducten"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004202396
pub.
06/09/2004
prom.
16/07/2004
ELI
eli/besluit/2004/07/16/2004202396/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 JULI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot wijziging van de statuten van het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijproducten" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot wijziging van de statuten van het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijproducten".

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 juli 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 14 mei 2003 "Wijziging van de statuten van het Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijproducten" (Overeenkomst geregistreerd op 10 juli 2003 onder het nummer 66780/CO/118) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de suikernijverheid en haar bijproducten. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Wijziging van de statuten

Art. 2.Het artikel 13 van de statuten van het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijproducten", opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomsten van 28 juni 1973 en 10 april 1974, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid tot oprichting van het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijprodukten" en tot vaststelling van de statuten ervan, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 4 oktober 1974 (Belgisch Staatsblad van 26 november 1974) wordt vervangen door de volgende bepalingen : "

Art. 13.§ 1. Vanaf 1 januari 2001 en voor onbepaalde duur is de bijdrage van de werkgevers vastgelegd op 0,38 pct. van de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, bestemd voor het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de suikernijverheid en haar bijproducten". § 2. De volgende bijkomende bijdragen worden geïnd, bestemd voor de financiering van een bijkomende vergoeding bovenop de ziekteuitkering volgens de modaliteiten die bepaald worden door de raad van beheer van het fonds : - vanaf 1 oktober 2003 tot 31 december 2003 is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,20 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid; - vanaf 1 januari 2004 tot 30 juni 2005 is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,10 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. § 3. De volgende bijkomende bijdragen worden geïnd voor het Instituut voor Professionele Vorming van de voedingsnijverheid, hierna genoemd "IPV" : - vanaf 1 oktober 2003 tot 31 december 2003 is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,35 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zijnde 0,05 pct. voor de financiering van het IPV en 0,30 pct. voor vormings- en tewerkstellingsinitiatieven voor de risicogroepen; - vanaf 1 januari 2004 tot 30 juni 2004 is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,15 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor vormings- en tewerkstellingsinitiatieven voor de risicogroepen; - vanaf 1 juli 2004 en voor onbepaalde duur is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,20 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zijnde 0,05 pct. voor de financiering van het IPV en 0,15 pct. voor vormings- en tewerkstellingsinitiatieven voor de risicogroepen. § 4. De volgende bijkomende bijdragen worden geïnd voor de financiering van de ontwikkelingsprojecten in de derde wereld : - vanaf 1 oktober 2003 tot 31 december 2003 is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,20 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid; - vanaf 1 januari 2004 tot 31 december 2004 is de bijdrage van de werkgevers per arbeider vastgesteld op 0,05 pct. berekend op de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.

De projecten zullen betrekking hebben tot de verbetering van de voedselketen. De projecten dienen ingediend te worden door Belgische organisaties voor ontwikkelingssamenwerking. De modaliteiten van deze financiering zullen vastgelegd worden door de raad van beheer van het fonds voor bestaanszekerheid. § 5. De bijdragen vermeld in §§ 1, 2, 3 en 4 worden geïnd en ingevorderd door het Waarborg- en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar bijproducten. Deze maakt de bijdrage bepaald in § 3 over aan het IPV. ». HOOFDSTUK III. - Geldigheidsduur

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 oktober 2003 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door elk der ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzegging van zes maanden, gericht per aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de erin vertegenwoordigde organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 juli 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^