gepubliceerd op 30 januari 2018
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het stelsel van werkloosheid met toeslag van het FBZ ETAW op 58 jaar met een beroepsverleden van minstens 40 jaar in de Duitstalige Gemeenschap
16 JANUARI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het stelsel van werkloosheid met toeslag van het FBZ ETAW op 58 jaar met een beroepsverleden van minstens 40 jaar in de Duitstalige Gemeenschap (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het stelsel van werkloosheid met toeslag van het FBZ ETAW op 58 jaar met een beroepsverleden van minstens 40 jaar in de Duitstalige Gemeenschap.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 16 januari 2018.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Beilage Paritätische Unterkommission für die Beschützten Werkstätten der Wallonischen Region und der Deutschsprachigen Gemeinschaft Kollektives Arbeitsabkommen vom 25. November 2015 Regelung der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung des Existenzsicherheitsfonds mit 58 Jahren und einer beruflichen Laufbahn von mindestens 40 Jahren in der Deutschsprachigen Gemeinschaft (Abkommen eingetragen am 22. Dezember 2016 unter der Nummer 136778/CO/327.03).
Artikel 1 - Vorliegendes kollektive Arbeitsabkommen ist ausschlie?lich anwendbar auf die Arbeitgeber und Arbeitnehmer der beschützten Werkstätten in der Deutschsprachigen Gemeinschaft, anerkannt und bezuschusst durch die Dienstelle für Personen mit Behinderung, die der Paritätischen Unterkommission für die Beschützten Werkstätten der Wallonischen Region und der Deutschsprachigen Gemeinschaft unterliegen.
Unter "Arbeitnehmer" versteht man : die Arbeiter und Angestellten, männlich oder weiblich.
Art. 2 - Unbeschadet der Bestimmungen des königlichen Erlasses vom 30.
Dezember 2014 zur Abänderung des königlichen Erlasses vom 3. Mai 2007 zur Festlegung der Regelung der Arbeitslosigkeit mit Betriebszuschlag und der am 27. April 2015 abgeschlossen kollektiven Arbeitsabkommen Nr. 115 und Nr. 116 des Nationalen Arbeitsrates, wird der Grundsatz der Anwendung einer Regelung der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung des Existenzsicherheitsfonds des Typs des kollektiven Arbeitsabkommen Nr. 17 in vorliegenden Sektor für aktives Personal anwendbar, das für diese Formel optiert und das Alter von 58 Jahren zwischen dem 1. Januar 2016 und dem 31. Dezember 2016 erreicht, und das eine berufliche Laufbahn von 40 Jahren als Gehaltsempfänger rechtfertigen kann, wovon mindestens drei Jahre im Sektor.
Art. 3 - Die Zusatzentschädigung, den Arbeitnehmern in der Regelung der Arbeitslosigkeit mit Betriebszuschlag mit 58 Jahren gewährt wird, ist, individuell, mindestens gleich der Entschädigung festgelegt durch das im Nationalen Arbeitsrat abgeschlossene kollektive Arbeitsabkommen Nr. 17. Sie versteht sich brutto, ohne jeglichen Sozial- und/oder Steuerabzug.
Art. 4 - Der Betrag dieser Zusatzentschädigung ist an die Indexentwicklung der Verbraucherpreise gemä? den Anwendungsmodalitäten in Sachen Arbeitslosenunterstützung gebunden, entsprechend den Bestimmungen des Gesetzes vom 2. August 1971 (Belgische Staatsblatt vom 20. August 1971).
Weiterhin wird der Betrag dieser Zusatzentschädigung aufgrund des Koeffizienten, der vom Nationalen Arbeitsrat in Funktion der Gehaltentwicklung festgelegt wird, jedes Jahr am 1. Januar neu berechnet.
Art. 5 - Zwecks Lastenaufteilung der zu gewährenden Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung haben die sozialen Verhandlungspartner beschlossen, dem "Fonds de sécurité d'existence pour les entreprises de travail adapté en Région wallonne et Communauté germanophone (FSE ETAW) (Existenzsicherheitsfonds für die beschützten Werkstätten der Wallonischen Region und der Deutschsprachigen Gemeinschaft) die Verantwortung zu übertragen, eine Übernahme der Auszahlung der Zusatzentschädigung und der eventuellen Sozialbeiträge bis zu ihrem Ablauf (d.h. bis zu dem Alter, in dem der Arbeitslose mit Betriebszuschlag die Altersrente in Anspruch nehmen kann) zu erkennen oder abzulehnen.
Die sozialen Verhandlungspartner haben die feste Absicht, dieses Ziel im Rahmen des Budgets zu verwirklichen, das ihnen zu diesem Zweck von der Dienststelle für Personen mit Behinderung zur Verfügung gestellt wird. Sie erklären, dass die Verwaltungsratsmitglieder des Existenzsicherheitsfonds nach diesem Gesichtspunkt handeln sollten.
Art. 5bis - Die Übernahme der Zusatzentschädigung im Rahmen der Regelung der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung ist Gegenstand eines schriftlichen Abkommens zwischen dem Existenzsicherheitsfonds und dem Arbeitgeber. Wenn der Arbeitgeber angesichts der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung entlässt, ohne vorheriges Abkommen mit dem Fonds, wird die Zusatzentschädigung zu seinen Lasten sein.
Art. 6 - Der Arbeitslose mit Zusatzentschädigung wird entsprechend den gesetzlichen Bestimmungen ersetzt.
Art. 7 - Die Regelung der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung ist fakultativ. Der Arbeitgeber verpflichtet sich dazu, dem Arbeitnehmer in nutzbarer Zeit die Regelung der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung anzubieten und überlässt diesem die Entscheidungsfrist.
Den Übergang in die Regelung der Arbeitslosigkeit mit Zusatzentschädigung zu den in Artikel 6 angegebenen Bestimmungen veranlasst den Arbeitnehmer zur Leistung seiner Kündigungsfrist.
Art. 8 - Das vorliegende Kollektive Arbeitsabkommen tritt am 1. Januar 2016 in Kraft und endet am 31. Dezember 2016.
Gesehen, um der Königlichen Erlass von 16. Januar 2018 beigefügt zu werden.
Der Minister für Beschäftigung K. PEETERS
Bijlage Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 november 2015 Stelsel van werkloosheid met toeslag van het FBZ ETAW op 58 jaar met een beroepsverleden van minstens 40 jaar in de Duitstalige Gemeenschap (Overeenkomst geregistreerd op 22 december 2016 onder het nummer 136778/CO/327.03) Article 1er. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is uitsluitend van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de beschutte werkplaatsen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap gevestigd in de Duitstalige Gemeenschap, erkend en gesubsidieerd door de "Dienststelle für Personen mit Behinderung".
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.
Art. 2.Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het koninklijk besluit van 30 december 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag en van de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 115 en nr. 116 van de Nationale Arbeidsraad gesloten op 27 april 2015, wordt het principe van de toepassing van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag van het type collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 toegestaan in deze sector voor het actief personeel dat voor deze formule opteert en dat de leeftijd van 58 jaar bereikt tussen 1 januari 2016 en 31 december 2016 en een beroepsloopbaan bewijst van minimaal 3 jaar in de sector.
Art. 3.De toeslag van het fonds voor bestaanszekerheid die wordt toegekend aan de werkloze met toeslag van 58 jaar oud is, individueel, tenminste gelijk aan de toeslag waarin wordt voorzien door de in de Nationale Arbeidsraad gesloten collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17.
Hieronder wordt verstaan het brutobedrag, vóór enige wettelijke sociale en/of fiscale afhouding.
Art. 4.Het bedrag van de toeslag van het FBZ ETAW is gekoppeld aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen volgens de modaliteiten die gelden voor de werkloosheidsvergoedingen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/08/1971 pub. 20/02/2009 numac 2009000070 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1971).
Bovendien wordt het bedrag van de toeslag van het FBZ ETAW op 1 januari van ieder jaar herzien op basis van de coëfficiënt die door de Nationale Arbeidsraad in functie van de evolutie van de lonen werd vastgesteld.
Art. 5.Teneinde de lasten van de toe te kennen werkloosheidsstelsels met toeslag van het FBZ ETAW te verdelen, hebben de sociale partners besloten om het "Fonds de sécurité d'existence pour les entreprises de travail adapté de la Région wallonne et de la Communauté germanophone" te belasten met het onderzoek van de dossiers betreffende het werkloosheidsstelsel met toeslag van het FBZ ETAW in functie van de door de reglementering gestelde voorwaarden en met het betalen van de toeslag van het FBZ ETAW. De sociale partners zullen dit doel realiseren in het kader van het budget dat hen hiertoe ter beschikking wordt gesteld door de "Dienststelle für Personen mit Behinderung". Zij verklaren dat ook de leden van de raad van bestuur van het fonds in deze context moeten handelen.
Art. 5bis.De tenlasteneming van de toeslag van het FBZ ETAW is het onderwerp van een schriftelijke overeenkomst tussen het fonds voor bestaanszekerheid en de werkgever. Indien de werkgever ontslaat met het oog op het werkloosheidsstelsel met toeslag van het FBZ ETAW zonder het akkoord van het fonds, valt de toeslag van het FBZ ETAW te zijnen laste.
Art. 6.De werkloze met bedrijfstoeslag van het FBZ ETAW zal worden vervangen volgens de wettelijke bepalingen.
Art. 7.Het werkloosheidsstelsel met toeslag van het FBZ ETAW is facultatief.
De werkgever verbindt er zich toe te gelegener tijd het werkloosheidsstelsel met toeslag van het FBZ ETAW voor te stellen aan de werknemer die ter zake de vrije keuze heeft.
Art. 8.Het vertrek in werkloosheidsstelsel met toeslag van het FBZ ETAW onder de hierboven in het artikel 6 vermelde voorwaarden geeft voor de werknemer aanleiding tot het presteren van zijn opzeggingstermijn.
Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt inwerking op 1 januari 2016 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2016.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 januari 2018.
De Minister van Werk, K. PEETERS