16 DECEMBER 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de schoonmaak, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2007 tot vaststelling van de parameters voor een eenvormige berekening van de verplaatsingstijd van de vestigingsplaats van de werkgever naar de eerste werf en de terugkeer van de laatste werf (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de schoonmaak;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de schoonmaak, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2007 tot vaststelling van de parameters voor een eenvormige berekening van de verplaatsingstijd van de vestigingsplaats van de werkgever naar de eerste werf en de terugkeer van de laatste werf.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 december 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de schoonmaak Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2009 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2007 tot vaststelling van de parameters voor een eenvormige berekening van de verplaatsingstijd van de vestigingsplaats van de werkgever naar de eerste werf en de terugkeer van de laatste werf (Overeenkomst geregistreerd op 17 maart 2009 onder het nummer 91390/CO/121) Inleiding Deze overeenkomst heeft tot doel de oorspronkelijke collectieve arbeidsovereenkomst te verduidelijken en transparanter te maken, evenals een aantal misvattingen recht te zetten inzake het gebruik van de routeplanner die uitsluitend wordt gebruikt voor de berekening van het aantal af te leggen kilometers en nooit op het vlak van de tijdsbepalingen.

Artikel 1.Een nieuw punt wordt ingevoegd tussen artikel 1 en artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2007 tot vaststelling van de parameters voor een eenvormige berekening van de verplaatsingstijd van de vestigingsplaats van de werkgever naar de 1e werf en de terugkeer van de laatste werf, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 12 juli 2007, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 6 augustus 2007. "Definities en begripsbepalingen Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder "vestigingsplaats van de werkgever" : 1. De maatschappelijke zetel van de onderneming of 2.De vestigingseenheid die een activiteitslocatie is, bepaalbaar aan de hand van een adres. Op de plaats of vanuit deze plaats, vindt er op zijn minst één hoofdbedrijfsactiviteit of bijkomende bedrijfsactiviteit plaats.

De creatie van nieuwe vestigingsplaatsen is een exclusieve bevoegdheid van de onderneming.

Een werf is een locatie bij een klant waar prestaties worden geleverd en is dus in principe geen vestiging. Een werf kan echter het karakter krijgen van een vestigingsplaats van de werkgever onder volgende strikte voorwaarden die cumulatief moeten vervuld zijn : - Het maakt steeds het voorwerp uit van voorafgaandelijke besprekingen tussen de regionale vakbondssecretarissen en de directie (in aanwezigheid van de syndicale delegatie waar er een is); - Het moet gaan over commerciële contracten van langere duur : minstens 1 jaar met mogelijkheid tot stilzwijgende verlenging; - De veiligheid en gezondheid van de werknemers moeten gegarandeerd en omschreven zijn; - De afspraken worden vastgelegd in een ondertekende overeenkomst tussen partijen en bij wijziging moet opnieuw overlegd worden; - De lijst van de werknemers die aan deze vestigingsplaats zullen worden toegewezen, wordt gevoegd bij de overeenkomst; - Het akkoord mag niet aangewend worden om er voordeel mee te doen in het kader van sociale verkiezingen.

Werknemers zijn toegewezen aan een bepaalde vestigingsplaats. Zij mogen bijgevolg niet unilateraal door de werkgever worden toegewezen aan een nieuwe vestigingsplaats."

Art. 2.Artikel 8 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt vervangen door volgende bepalingen : "

Art. 8.De partijen verbinden zich ertoe de individuele vertrektijden van de vestigingsplaats van de werkgever naar de 1e werf, zoals ze werden vastgesteld op 1 maart 2007, niet te wijzigen omwille van de invoering van het nieuwe systeem.

In geval van unilaterale wijziging van het vertrekuur door de werkgever, en indien daardoor voor de werknemer wachttijden ontstaan die niet via de mobiliteitsvergoeding voorzien bij artikel 3, 2e alinea gedekt zijn, zal de tijdsduur waarmee het vertrekuur unilateraal werd verschoven, vergoed worden als arbeidstijd, behalve in geval de werknemer zijn effectieve prestaties mag aanvangen, aangezien hier geen sprake is van wachttijd.

Eventuele files die niet via de mobiliteitsvergoeding, voorzien bij artikel 3, 2de alinea gedekt zijn, zullen als arbeidstijd worden vergoed."

Art. 3.Tussen de artikelen 8 en 9 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, worden 2 nieuwe artikels ingevoegd luidende als volgt : "

Art. 8bis.Inzake oproepen na de voorziene prestaties voor werknemers van de categorieën 8 kunnen volgende gevallen onderscheiden worden : 1. De prestatie op de werf neemt meer tijd in beslag dan voorzien : Toepassing van de gewone regels 2.De werknemer komt toe op de vestiging en wordt teruggestuurd of verder gestuurd om een andere taak uit te voeren : Toepassing van de gewone regels 3. De werknemer heeft zich na zijn dagtaak afgemeld en wordt opgeroepen voor een bijkomende prestatie : De verplaatsing van thuis naar de vestiging = woonwerk verkeer (vervoerskosten). De verplaatsing van de vestiging naar de werf + de prestatie op de werf + de verplaatsing naar de vestiging worden betaald in effectief gepresteerde uren.

Dit betekent dat het systeem van parameters voor de berekening van de verplaatsingstijd niet van toepassing is. Bovendien mag niet overgegaan worden tot uitputting van de 120 km per dag.

Er mag geen bijkomende dagvergoeding, voorzien bij artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 maart 2007 tot invoering van een dagvergoeding voor dienstreizen en de vergoeding voor "slaapuren", worden uitgekeerd.

De werknemer heeft recht op de startpremie, voorzien bij artikel 14 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2007 betreffende de lonen, loontoeslagen en premies.

Art. 8ter.Bij de loonafrekening van de werknemers behorend tot de categorieën 8, wordt een bijlage gevoegd die dag aan dag een overzicht geeft van de volgende elementen : 1. Aantal km van de vestiging naar de werf en van de laatste werf naar de vestiging;2. Eventuele overschrijding van de 120 km per dag;3. Aantal werfuren;4. Bedrag van de mobiliteitsvergoeding; 5. Bedrag van de dagvergoeding."

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2009 en is aangegaan voor onbepaalde duur. Zij wordt eventueel opgezegd door een der partijen, mits inachtneming van een opzeggingstermijn van 3 maanden. Opzegging geschiedt bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de schoonmaak.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 december 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET