Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 december 1998
gepubliceerd op 06 maart 1999

Koninklijk besluit houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
1999014004
pub.
06/03/1999
prom.
16/12/1998
ELI
eli/besluit/1998/12/16/1999014004/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 11, § 1, vervangen door de wet van 22 juli 1993;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 tot vaststelling van het statuut van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 3, § 1, 37°, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 14 september 1994 en gewijzigd bij het koninklijk besiuit van 10 april 1995, en 39°, ingevoegd bij het koninkiijk besluit van 10 april 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 december 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart kunnen titularis zijn;

Gelet op het advies van de Commissaris, die de bevoegdheden uitoefent welke aan de directieraad van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart verleend zijn;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 26 november 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 26 november 1997;

Gelet op het protocol van 2 september 1998 waarin de conclusies van de onderhandelingen gevoerd in het sectorcomité VI « Verkeer en Infrastructuur » zijn vermeld;

Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1 vervangen bij de wet van 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de aanpassing van de administratieve loopbaan van de ambtenaren die titularis zijn van bijzondere graden op dezelfde wijze dient te geschieden als die van de ambtenaren die titularis zijn van gemene graden;

Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. De ambtenaren die op 1 januari 1994 titularis zijn van één van de geschrapte graden vermeld in bijlage I van het koninklijk besluit van 16 december 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart titularis kunnen zijn en die hiema opgenomen zijn in de linkerkolom, worden ambtshalve benoemd in één van de gemene graden die in de rechterkolom opgenomen worden : Chef beurtkantoor 1e klasse Bestuurschef Technische beambte Bestuursassistent Administratief adjunct 2e klasse § 2. Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren, die in de graad van bestuurschef (rang 22) worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 24 en 25 geacht verricht te zijn in de nieuwe graad van rang 22. § 3. Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren, die in de graad van bestuursassistent (rang 20) worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 20, 21 en 22 geacht verricht te zijn'in de nieuwe graad van rang 20. § 4. De door de ambtenaar verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

Art. 2.§ 1. De ambtenaren die op de datum van inwerkingtreding van dit besluit titularis zijn van één van de geschrapte graden vermeld in bijlage II van het koninklijk besluit van 16 december 1998 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart titularis kunnen zijn en die hierna opgenomen zijn in de linkerkolom, worden ambtshalve benoemd in de graad die in de rechterkolom voorkomt : Adjunct-commissaris Adjunct-commisaris Inspecteur hoofd van dienst Adjunct-adviseur § 2. Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren, die in de graad van adjunct-commissaris (rang 13) worden benoemd, worden de in aanmerking komende' diensten die gepresteerd zijn in een graad van rang 11 geacht verricht te zijn in de nieuwe graad van rang 13. § 3. Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren, die in de graad van adjunct-adviseur (rang 10) worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 10 en 11 geacht verricht te zijn in de nieuwe graad van rang 10. § 4. De door de ambtenaar verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 24 maart 1998 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Dienst voor Regeling der Binnenvaart, met uitzondering van artikel 1, dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 1994.

Art. 4.Onze Minister van Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 december 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Vervoer, M. DAERDEN

^