16 APRIL 1998. - Koninklijk besluit betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, ten gunste van de personeelsleden van diverse openbare instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 3 juli 1967 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector, inzonderheid op artikel 1, vervangen bij de wet van 20 december 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, inzonderheid op artikel 2, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 juni 1971, 13 juli 1971, 29 mei 1972, 15 juli 1972, 17 oktober 1972, 13 juni 1975, 29 maart 1976, 18 juni 1976, 25 maart 1977, 8 april 1977, 2 juni 1977, 8 december 1977, 30 december 1977, 21 augustus 1980, 9 juni 1981, 16 december 1981, 26 mei 1982, 2 maart 1984, 14 juli 1987, 13 augustus 1990, 18 september 1992, 14 mei 1993, 2 juni 1993, 13 december 1993, 15 april 1994, 13 maart 1995, 25 oktober 1995 en 24 september 1997;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 29 augustus 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 5 november 1997;

Gelet op het protocol nr. 98/4 van 19 maart 1998 van het Gemeenschappelijk Comité voor alle overheidsdiensten;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid die gemotiveerd wordt door het feit dat de rechten van de ambtenaren van de openbare instellingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dienen te worden gevrijwaard en dat de wet van 3 juli 1967 op de schadevergoeding voor arbeidsongevallen en beroepsziekten in de overheidssector zo spoedig mogelijk op hen moet worden toegepast;

Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden van de instellingen van openbaar nut, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 9 juni 1971, 13 juli 1971, 29 mei 1972, 15 juli 1972, 17 oktober 1972, 13 juni 1975, 29 maart 1976, 18 juni 1976, 25 maart 1977, 8 april 1977, 2 juni 1977, 8 december 1977, 30 december 1977, 21 augustus 1980, 9 juni 1981, 16 december 1981, 26 mei 1982, 2 maart 1984, 14 juli 1987, 13 augustus 1990, 18 september 1992, 14 mei 1993, 2 juni 1993, 13 december 1993, 15 april 1994, 13 maart 1995, 25 oktober 1995 en 24 september 1997, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1°) in punt 7°, worden de woorden "en de N.V. Zeekanaal en Haveninrichtingen van Brussel" geschrapt; 2°) punt 11 ° wordt geschrapt; 3°) het artikel wordt aangevuld met de volgende punten: « 47° het Centrum voor Informatica voor het Brussels Gewest; 48° het Brussels Instituut voor Milieubeheer;49° het Gewestelijk Agentschap voor netheid;50° de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp;51° de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij;52° de Brusselse Gewestelijke Dienst voor arbeidsbemiddeling;53° de Gewestelijke vennootschap van de haven van Brussel.»

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 3.Onze Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 16 april 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT