gepubliceerd op 20 september 2013
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 maart 2010 betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen
15 SEPTEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 maart 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/03/2010 pub. 18/03/2010 numac 2010011101 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen sluiten betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 28 mei 1956 betreffende ontplofbare en voor de deflagratie vatbare stoffen en mengsels en daarmede geladen tuigen, artikel 1, eerste lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 maart 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/03/2010 pub. 18/03/2010 numac 2010011101 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen sluiten betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat sommige pyrotechnische artikelen, met name pyrotechnische artikelen voor voertuigen zoals gasontwikkelaars voor airbags, kleine hoeveelheden commerciële springstoffen en militaire explosieven bevatten en dat na de vaststelling van Richtlijn 2007/23/EG duidelijk is geworden dat het niet mogelijk is deze stoffen als additieven in zuivere ontvlambare mengsels, waar zij worden gebruikt om de energiebalans te versterken, te vervangen en dat de essentiële veiligheidseis waarin het gebruik van commerciële springstoffen en militaire explosieven wordt beperkt, derhalve moet worden gewijzigd en dat om het ononderbroken gebruik van bepaalde pyrotechnische artikelen, met name in de automobielindustrie, te waarborgen, punt 4 van bijlage 1 van toepassing moet zijn met ingang van 4 juli 2013 en dat Richtlijn 2013/29/EU verwacht dat de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen om te voldoen aan punt 4 van bijlage 1 uiterlijk op 3 oktober 2013 vastgesteld en bekendgemaakt worden en met ingang van 4 juli 2013 toegepast worden;
Gelet op het advies 53.997/1/V van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2013/29/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende de harmonisatie van wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van pyrotechnische artikelen.
Art. 2.In de bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 3 maart 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/03/2010 pub. 18/03/2010 numac 2010011101 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen sluiten betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen wordt punt 4 vervangen als volgt : « 4. Pyrotechnische artikelen mogen geen andere detonatie-explosieven dan zwart kruit of een samenstelling voor een lichtflits bevatten tenzij het pyrotechnische artikelen van de categorieën P1, P2, T2 en vuurwerk van categorie 4 betreft die aan de volgende voorwaarden voldoen : a) het detonatie-explosief kan niet gemakkelijk uit het pyrotechnisch artikel worden verwijderd;b) met betrekking tot categorie P1 : het pyrotechnisch artikel mag niet als detonator werken of mag, zoals het ontworpen en gefabriceerd is, niet de ontsteking van secundaire explosieven inleiden;c) met betrekking tot de categorieën 4, T2 en P2 : het pyrotechnische artikel is ontworpen en bedoeld om niet als detonator te werken, of, als het is ontworpen om te detoneren, mag het, zoals het ontworpen en gefabriceerd is, niet de ontsteking van secundaire explosieven inleiden.».
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 4 juli 2013.
Art. 4.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 september 2013.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, J. VANDE LANOTTE