gepubliceerd op 16 september 2016
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2015, gesloten in het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar , met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen (1)
15 JULI 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2015, gesloten in het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar (stelsel 33/20), met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2015, gesloten in het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar (stelsel 33/20), met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 juli 2016.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2015 Invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar (stelsel 33/20), met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen (Overeenkomst geregistreerd op 29 september 2015 onder het nummer 129435/CO/113)
Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het ceramiekbedrijf ressorteren, met uitzondering van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen.
Met "werknemers" worden de werklieden en de werksters bedoeld.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in uitvoering van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 30 december 2014.
Ze verwijst eveneens naar de door de Nationale Arbeidsraad op 27 april 2015 gesloten collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 111, tot vaststelling, voor 2015 en 2016, van de voorwaarden voor de toekenning van een bedrijfstoeslag in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers die worden ontslagen en die 20 jaar hebben gewerkt in een regeling van nachtarbeid, die hebben gewerkt in een zwaar beroep of die hebben gewerkt in het bouwbedrijf en arbeidsongeschikt zijn, en nr. 112, tot vaststelling op interprofessioneel niveau, voor 2015 en 2016, van de leeftijd vanaf welke een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag kan worden toegekend aan sommige oudere werknemers die worden ontslagen en die 20 jaar hebben gewerkt in een regeling van nachtarbeid, die hebben gewerkt in een zwaar beroep of die hebben gewerkt in het bouwbedrijf en arbeidsongeschikt zijn.
Art. 3.De leeftijd van de regeling van werkloosheid met bedrijfstoeslag van de werknemers die 33 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen rechtvaardigen, berekend overeenkomstig de reglementering betreffende de werkloosheidsuitkeringen, wordt op 58 jaar gebracht vanaf 1 januari 2015.
Art. 4.Deze regeling van werkloosheid met bedrijfstoeslag zal toegestaan worden voor zover de werknemer een beroepsverleden als loontrekkende van 33 jaar, gelijkstellingsperiodes inbegrepen, kan getuigen en op het einde van de overeenkomst tenminste 20 jaar ploegenarbeid met nachtarbeid kan bewijzen, zoals bepaald in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 gesloten op 23 maart 1990 in de Nationale Arbeidsraad, algemeen verbindend verklaard op 10 mei 1990.
Art. 5.a) Voor de werknemers die gebruik maken van het recht op landingsbaan zoals bepaald in artikelen 8 en 22 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 en overstappen van een landingsbaan naar werkloosheid met bedrijfstoeslag, zal de bedrijfstoeslag berekend worden op basis van een voltijdse arbeidsprestatie. b) De werknemers van 50 jaar of ouder die gebruik hebben gemaakt van een recht op vermindering van prestaties zoals voorzien in artikel 9, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.77bis blijven verder genieten van de toepassing van deze paragraaf.
Art. 6.De algemene maatregelen van toepassing in dit regime zijn deze voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17.
De aftrek van de persoonlijke sociale zekerheidsbijdragen voor de berekening van de bedrijfstoeslag wordt berekend op 100 pct. van het brutoloon.
Art. 7.De bedrijfstoeslag boven de werkloosheidsuitkeringen bedraagt in ieder geval de maximale bedrijfstussenkomst; het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, volgens de toepassingsmodaliteiten inzake de werkloosheidsuitkeringen. Bovendien wordt het bedrag van de toeslag jaarlijks door de Nationale Arbeidsraad herzien, op 1 januari, naargelang de algemene loonevolutie.
Elke andere tussenkomst toegekend aan de werknemers die genieten van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op grond van reglementaire, wettelijke of conventionele maatregelen, huidige of toekomstige, zal in vermindering komen van de werkgeverstussenkomst.
Het recht op bedrijfstoeslag ten laste van het bedrijf is gebonden aan de voorwaarde dat zij recht hebben en genieten van werkloosheidsuitkeringen. De uitbetaling van de aanvullende vergoeding eindigt bij het overlijden van de rechthebbenden.
De modaliteiten van de maandelijkse uitbetaling van de aanvullende vergoeding van de werkloosheid met bedrijfstoeslag zijn bepaald door de directie, in overleg met de betrokkene en de vakbondsafvaardiging.
De werknemer in werkloosheid met bedrijfstoeslag is verplicht zijn bedrijf op de hoogte te houden van alle veranderingen inzake zijn statuut van werkloze met bedrijfstoeslag. Hij moet in het bijzonder : - driemaandelijks het bewijs leveren dat hij werkloosheidsuitkeringen geniet; - de maatschappij op de hoogte stellen van de herneming van beroepsbezigheid.
Art. 8.Met toepassing van de artikelen 4bis, 4ter en 4quater van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, wordt het recht op bedrijfstoeslag toegekend aan de werknemers die ontslagen werden in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden ten laste van de vorige werkgever, wanneer deze werknemers het werk als loontrekkende hervatten bij een andere werkgever dan die welke hen ontslagen heeft en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.
Het recht op bedrijfstoeslag toegekend aan de werknemers die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt eveneens behouden ten laste van de vorige werkgever in geval van uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit, op voorwaarde dat deze activiteit niet uitgeoefend wordt voor rekening van de werkgever die hen ontslagen heeft of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.
De werknemers beoogd in dit artikel behouden het recht op bedrijfstoeslag zodra een einde werd gemaakt aan hun tewerkstelling in het kader van een arbeidsovereenkomst of aan de uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit. Zij leveren in dit geval aan hun vorige werkgever (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel) het bewijs van hun recht op werkloosheidsuitkeringen.
In het geval beoogd in de vorige paragraaf mogen werknemers geen twee of meer aanvullende stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag cumuleren. Wanneer zij zich in de omstandigheden bevinden om verscheidene stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag te genieten, behouden zij het recht op het stelsel dat toegekend werd door de werkgever die hen ontslagen heeft (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel).
Art. 9.De werknemer die geniet van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag zal vervangen worden volgens de wettelijke bepalingen.
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten op nationaal niveau, en treedt in werking op 1 januari 2015 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2016.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juli 2016.
De Minister van Werk, K. PEETERS