gepubliceerd op 30 december 2013
Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 5 en 6 van de wet van 17 augustus 2013 tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid
15 DECEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 5 en 6 van de wet van 17 augustus 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/08/2013 pub. 18/08/2014 numac 2014000611 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling type wet prom. 17/08/2013 pub. 19/09/2013 numac 2013000603 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid sluiten tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Wij hebben de eer ter ondertekening van Uwe Majesteit een ontwerp vankoninklijk besluit tot uitvoering van de wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de
wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
10/04/1990
pub.
08/04/2000
numac
2000000153
bron
ministerie van binnenlandse zaken
Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling
sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid voor te leggen. Dit besluit heeft betrekking op de uitvoering van de artikelen 5 en 6 van de ITS-kaderwet.
Het is dringend noodzakelijk dat België in het kader van zijn internationaal- en Europeesrechtelijke verplichtingen de nodige maatregelen vastlegt opdat de ITS-kaderwet de beoogde uitwerking zou hebben.
Daarnaast is het feit dat intelligente vervoerssystemen (hierna : ITS) een belangrijke tool zijn en zullen blijven om de grensoverschrijdende mobiliteit en vervoer te faciliteren, een evidente verantwoording voor de totstandkoming van dit koninklijk besluit.
Tot slot moet dit koninklijk besluit de nodige flexibiliteit bieden in die zin dat het de Federale overheid zal toelaten om de kaderwetgeving inzake ITS effectief en efficiënt up-to-date te houden.
Artikel 1 vermeldt kort dat dit koninklijk besluit de Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen gedeeltelijk omzet. Er wordt hier verwezen naar de toelichting bij artikel 2.
De in artikel 2 vermelde prioritaire gebieden en prioritaire acties werden overgenomen uit Bijlage I bij de Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen. Hun herhaling in dit ITS-kaderbesluit, en dus niet in de ITS-kaderwet, biedt meer flexibiliteit bij eventuele latere wijzigingen. Vanzelfsprekend wordt het wetgevend kader, in artikelen 5 en 6 ITS-kaderwet, daarbij geëerbiedigd.
De artikelen 3, 4 en 5 behoeven geen commentaar.
Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM De Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, M. WATHELET
ADVIES 54.209/4 VAN 4 NOVEMBER 2013 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT "TOT UITVOERING VAN DE WET TOT CREATIE VAN HET KADER VOOR HET INVOEREN VAN INTELLIGENTE VERVOERSSYSTEMEN EN TOT WIJZIGING VAN DE WET VAN 10 APRIL 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten TOT REGELING VAN DE PRIVATE EN BIJZONDERE VEILIGHEID" Op 27 september 2013 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken verzocht binnen een termijn van dertig dagen verlengd met vijftien dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit "tot uitvoering van de wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid".
Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 4 november 2013.
De kamer was samengesteld uit Pierre Liénardy, kamervoorzitter, Jacques Jaumotte en Bernard Blero, staatsraden, Yves De Cordt en Christian Behrendt, assessoren, en Colette Gigot, griffier.
Het verslag is uitgebracht door Yves Chauffoureaux, eerste auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Pierre Liénardy.
Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 4 november 2013.
Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/04/2003 pub. 14/05/2003 numac 2003000376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van sommige aspecten van de wetgeving met betrekking tot de inrichting en de werkwijze van de afdeling wetgeving van de Raad van State type wet prom. 02/04/2003 pub. 02/05/2003 numac 2003000309 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot regeling van de overdracht van sommige personeelsleden van de Dienst Veiligheid van de Staat op het gebied van de kernenergie sluiten, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.
Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Voorafgaande vormvereisten In het kader van de procedure van het betrekken van de gewestregeringen bij het uitwerken van een regelgevende tekst, heeft de Vlaamse Regering zich op haar vergadering van 20 juli 2012 slechts voorwaardelijk akkoord verklaard met het ontwerp (1).
Opdat geoordeeld kan worden dat rechtsgeldig is voldaan aan dit voorafgaande vormvereiste wat de Vlaamse Regering betreft, moet ze op de hoogte gehouden worden van het gevolg dat gegeven wordt aan haar opmerkingen, en moeten ook de overige twee regeringen daarvan op de hoogte gehouden worden.
Rechtsgrond 1. Het voorliggende ontwerp ontleent zijn rechtsgrond aan de artikelen 5, tweede lid, en 6, tweede lid, van de wet van 17 augustus 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/08/2013 pub. 18/08/2014 numac 2014000611 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling type wet prom. 17/08/2013 pub. 19/09/2013 numac 2013000603 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid sluiten `tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid', waarvan het officiële afgekorte opschrift de "ITS-kaderwet" is (2). Er is dus geen grond om in het eerste lid van de aanhef van het ontwerp naar artikel 108 van de Grondwet te verwijzen. 2. Om nauwkeurig de rechtsgrond van het ontwerp aan te geven, behoort het tweede lid, dat het eerste lid van de aanhef wordt, gesteld te worden als volgt : « Gelet op de ITS-kaderwet, artikel 5, tweede lid, en artikel 6, tweede lid;» (3).
Het opschrift moet in dezelfde zin worden herzien.
Onderzoek van het ontwerp Aanhef en artikel 1 1. In artikel 1 van het ontwerp behoort niet gesteld te worden dat dit artikel de artikelen 5 en 6 van de ITS-kaderwet ten uitvoer legt, aangezien dat reeds in het eerste lid van de aanhef moet staan.2. In dat artikel 1 moet daarentegen vermeld worden dat het ontworpen besluit Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 "betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen' gedeeltelijk omzet (4).Die vermelding komt in de plaats van wat in het derde lid van de aanhef staat, welk lid geschrapt moet worden.
Artikelen 3, 4 en 5 De volgorde van deze artikelen moet als volgt worden gewijzigd : artikelen 5, 3 en 4 van het ontwerp.
Artikel 3 (dat artikel 5 wordt) Artikel 3 van het ontwerp bepaalt dat het ontwerp "de dag na de inwerkingtreding van de ITS-kaderwet" in werking treedt. Aangezien artikel 16 van de wet van 17 augustus 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/08/2013 pub. 18/08/2014 numac 2014000611 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling type wet prom. 17/08/2013 pub. 19/09/2013 numac 2013000603 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid sluiten die kaderwet gedeeltelijk laat terugwerken, is een dergelijke formulering onvoldoende duidelijk.
Het zou beter zijn duidelijk te vermelden dat het ontworpen besluit, net als de artikelen 5 en 6 van de wet van 17 augustus 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/08/2013 pub. 18/08/2014 numac 2014000611 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling type wet prom. 17/08/2013 pub. 19/09/2013 numac 2013000603 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid sluiten, "uitwerking heeft met ingang van 27 februari 2012", indien zulks de bedoeling is van de steller van het ontwerp. Artikel 14 van die wet van 17 augustus 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/08/2013 pub. 18/08/2014 numac 2014000611 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling type wet prom. 17/08/2013 pub. 19/09/2013 numac 2013000603 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid sluiten staat dat uitdrukkelijk toe. (5) (1) Het voorbehoud van de Vlaamse Regering betreft artikel 3, § 1, van het ontwerp.Van dat artikel 3, § 1, van het ontwerp is immers afgestapt als gevolg van de opmerking die in advies 52.783/4 van 4 maart 2013 is gemaakt over artikel 12 van het voorontwerp dat de ITS-kaderwet is geworden. (2) Zie artikel 15 van de ITS-kaderwet. (3) Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling 27, a), tweede streepje. (4) Meer bepaald bijlage 1 daarvan, die overgenomen wordt in artikel 2 van het voorliggende ontwerp.(5) De datum 27 februari 2012 stemt overeen met de einddatum voor de omzetting die is vastgesteld in artikel 18, lid 1, van richtlijn 2010/40/EU. De griffier, C. Gigot.
De voorzitter, P. Liénardy.
15 DECEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 5 en 6 van de wet van 17 augustus 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/08/2013 pub. 18/08/2014 numac 2014000611 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling type wet prom. 17/08/2013 pub. 19/09/2013 numac 2013000603 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid sluiten tot creatie van het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen en tot wijziging van de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de ITS-kaderwet, artikel 5, tweede lid en artikel 6, tweede lid;
Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 4 april 2012;
Gelet op advies 54.209/4 van de Raad van State, gegeven op 4 november 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Vice-Eerste Minister en Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, van de Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, van de Minister van Justitie en van de Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1.Dit besluit zet de Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli 2010 betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen gedeeltelijk om. HOOFDSTUK 2. - Prioritaire gebieden en prioritaire acties
Art. 2.Op grond van de artikelen 5 en 6 van de ITS-kaderwet zijn volgende gebieden en acties prioritair : - Prioritair gebied I : Optimaal gebruik van weg-, verkeers- en reisgegevens De specificaties en normen voor een optimaal gebruik van weg-, verkeers- en reisgegevens omvatten hetgeen volgt : 1. Specificaties voor prioritaire actie a). De omschrijving van de eisen inzake de accuratesse en het over de grenzen heen ter beschikking stellen van multimodale reisinformatiediensten in de gehele Unie voor ITS-gebruikers, op basis van : - de beschikbaarheid en toegankelijkheid van bestaande, accurate weg- en realtimeverkeersgegevens die worden gebruikt voor multimodale reisinformatie voor ITS-dienstaanbieders, onverminderd de eisen qua veiligheid en verkeersbeheer; - het faciliteren van grensoverschrijdende elektronische gegevensuitwisseling tussen de bevoegde overheden en belanghebbenden en de bevoegde ITS-dienstaanbieders; - het tijdig actualiseren van beschikbare weg- en verkeersgegevens die worden gebruikt voor multimodale reisinformatie door de bevoegde overheid en belanghebbenden; - het tijdig actualiseren van multimodale reisinformatie door de ITS-dienstaanbieders. 2. Specificaties voor prioritaire actie b). De omschrijving van de eisen inzake de accuratesse en het over de grenzen heen ter beschikking stellen van realtimeverkeersinformatie in de gehele Unie voor ITS-gebruikers, op basis van : - de beschikbaarheid en toegankelijkheid van bestaande, accurate weggegevens en realtimeverkeersgegevens die worden gebruikt voor realtimeverkeersinformatie voor ITS-dienstaanbieders, onverminderd de eisen qua veiligheids en verkeersbeheer; - het faciliteren van grensoverschrijdende elektronische gegevensuitwisseling tussen de bevoegde overheden en belanghebbenden en de bevoegde ITS-dienstaanbieders; - het tijdig actualiseren van beschikbare weg- en verkeersgegevens die worden gebruikt voor realtimeverkeersinformatie door de bevoegde overheden en belanghebbenden; - het tijdig actualiseren van realtimeverkeersinformatie door de ITS-dienstaanbieders. 3. Specificaties voor prioritaire acties a) en b). 3.1. De omschrijving van de eisen inzake het door de bevoegde overheden en/of, in voorkomend geval, de particuliere sector verzamelen van weg- en verkeersgegevens (te weten verkeerscirculatieplannen, verkeersregels en aanbevolen routes, met name voor vrachtwagens) en inzake het beschikbaar stellen van die gegevens aan ITS-dienstaanbieders, op basis van : - de beschikbaarheid voor ITS-dienstaanbieders van bestaande weg- en verkeersgegevens (te weten verkeerscirculatieplannen, verkeersregels en aanbevolen routes) die door de bevoegde overheden en/of de particuliere sector zijn verzameld; - het faciliteren van elektronische gegevensuitwisseling tussen de bevoegde overheden en de ITS-dienstaanbieders; - het tijdig actualiseren door de bevoegde overheden en of, in voorkomend geval, de particuliere sector, van weg- en verkeersgegevens (te weten verkeerscirculatieplannen, verkeersregels en aanbevolen routes); - het tijdig actualiseren, door de ITS-dienstaanbieders, van de ITS-diensten en -toepassingen die van deze weg- en verkeersgegevens gebruikmaken. 3.2. De omschrijving van de eisen inzake de accuratesse en het, indien mogelijk, ter beschikking stellen van weg-, verkeers- en vervoersgegevens die voor digitale kaarten worden gebruikt aan makers van digitale kaarten en desbetreffende dienstaanbieders, op basis van : - de beschikbaarheid voor makers en dienstaanbieders van digitale kaarten, van bestaande weg- en verkeersgegevens die worden gebruikt voor digitale kaarten; - het faciliteren van elektronische gegevensuitwisseling tussen de bevoegde overheden en belanghebbenden en de makers van digitale kaarten en dienstaanbieders; - het tijdig actualiseren van weg- en verkeersgegevens voor digitale kaarten door de bevoegde overheden en belanghebbenden; - het tijdig actualiseren van de digitale kaarten door makers en dienstaanbieders van digitale kaarten. 4. Specificaties voor prioritaire actie c). De omschrijving van de minimumeisen voor het, indien mogelijk, kosteloos verstrekken aan alle gebruikers van "universele verkeersinformatie" in verband met verkeersveiligheid, evenals de minimale inhoud daarvan, op basis van : - de vaststelling en het gebruik van een gestandaardiseerde lijst van veiligheidsgerelateerde verkeersgebeurtenissen ("universele verkeersboodschappen") die gratis aan ITS-gebruikers dienen te worden doorgegeven; - de compatibiliteit en de integratie van "universele verkeersboodschappen" in ITS-diensten voor realtimeverkeersinformatie en multimodale reisinformatie. - Prioritair gebied II : Continuïteit van ITS-diensten voor verkeers- en vrachtbeheer De specificaties en normen voor de continuïteit en interoperabiliteit van diensten voor verkeers- en vrachtbeheer, met name op het TEN-V-netwerk, omvatten hetgeen volgt. 1. Specificaties voor andere acties. 1.1. De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn voor het ontwikkelen van een uniale ITS-kaderarchitectuur, met een specifieke regeling voor de interoperabiliteit, continuïteit van diensten en multimodaliteitsaspecten op ITS-gebied, met inbegrip van bijvoorbeeld multimodale interoperabele kaartverkoop, waarbinnen de lidstaten en hun bevoegde instanties, in samenwerking met de particuliere sector, hun eigen ITS-architectuur voor mobiliteit op nationaal, regionaal of lokaal niveau kunnen ontwikkelen. 1.2. De omschrijving van de minimumeisen voor de continuïteit van ITS-diensten, met name grensoverschrijdende diensten, voor het beheer van passagiersvervoer over verschillende vervoerswijzen heen, op basis van : - het faciliteren van elektronische uitwisseling van verkeersgegevens en -informatie tussen de bevoegde verkeersinformatie-/controlecentra en de verschillende belanghebbenden over de landsgrenzen heen en, in voorkomend geval, over de grenzen van de regio's heen, en tussen stedelijke en interstedelijke gebieden; - het gebruik van gestandaardiseerde informatiestromen of verkeersinterfaces tussen de bevoegde verkeersinformatie-/controlecentra en de verschillende belanghebbenden. 1.3. De omschrijving van de minimumeisen voor de continuïteit van ITS-diensten voor het beheer van vrachtvervoer langs vervoerscorridors heen en over verschillende vervoerswijzen heen, op basis van : - het faciliteren van elektronische uitwisseling van verkeersgegevens en -informatie tussen de bevoegde verkeersinformatie-/controlecentra en de verschillende belanghebbenden over de landsgrenzen heen en, in voorkomend geval, over de grenzen van de regio's heen, en tussen stedelijke en interstedelijke gebieden; - het gebruik van gestandaardiseerde informatiestromen of verkeersinterfaces tussen de bevoegde verkeersinformatie-/controlecentra en de verschillende belanghebbenden. 1.4. De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn voor het tot stand brengen van ITS-toepassingen (met name het volgen en traceren van vracht onderweg en voor verschillende vervoerswijzen) voor de vrachtvervoerslogistiek (eFreight), op basis van : - de beschikbaarheid van relevante ITS-technologieën voor en het gebruik ervan door ontwikkelaars van ITS- toepassingen; - de integratie van de resultaten van plaatsbepaling in hulpmiddelen en centra voor verkeersbeheer. 1.5. De omschrijving van de interfaces die nodig zijn om compatibiliteit en interoperabiliteit te garanderen tussen de stedelijke en de Europese ITS-architectuur, op basis van : - de beschikbaarheid voor stedelijke controlecentra en dienstaanbieders, van gegevens over openbaar vervoer, reisplanning, vraag naar vervoer, en verkeers- en parkeergegevens; - het faciliteren van de elektronische uitwisseling van multimodale gegevens tussen de verschillende stedelijke controlecentra en dienstaanbieders voor openbaar of privévervoer; - de integratie van alle relevante gegevens en informatie in één architectuur. - Prioritair gebied III : ITS-toepassingen voor verkeersveiligheid en -beveiliging. De specificaties en normen voor ITS-toepassingen voor verkeersveiligheid en -beveiliging omvatten hetgeen volgt. 1. Specificaties voor prioritaire actie d)..
De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn voor de geharmoniseerde voorziening in de gehele Unie van een interoperabeleeCall, die het volgende omvat : - de beschikbaarheid van de apparatuur aan boord van voertuigen noodzakelijk om een eCall zowel een automatisch als een manueel, te versturen; - de beschikbaarheid van de nodige apparatuur in de eCall alarmcentrales, die de door de voertuigen uitgezonden gegevens ontvangen en evalueren en in de beheerscentrales van de noodoproepen die eCalls behandelen; - het faciliteren van elektronische uitwisseling van gegevens tussen de voertuigen, de eCall alarmcentrales en de beheerscentrales van de noodoproepen. 2. Specificaties voor prioritaire actie e). De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn om ITS-gebaseerde informatiediensten voor veilige en beveiligde parkeerplaatsen voor vrachtwagens en bedrijfsvoertuigen te verlenen, met name op servicestations en rustplaatsen langs de weg, op basis van : - de beschikbaarheid van parkeerinformatie voor gebruikers; - het faciliteren van elektronische uitwisseling van gegevens tussen parkeerplaatsen, centra en voertuigen. 3. Specificaties voor prioritaire actie f). De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn om ITS-gebaseerde reservatiediensten voor veilige en beveiligde parkeerplaatsen voor vrachtwagens en bedrijfsvoertuigen te verlenen, op basis van : - de beschikbaarheid van parkeerinformatie voor gebruikers; - het faciliteren van elektronische uitwisseling van gegevens tussen parkeerplaatsen, centra en voertuigen; - de integratie van relevante ITS-technologieën in zowel voertuigen als parkeerfaciliteiten om de informatie betreffende beschikbare parkeerplaatsen bij te werken met het oog op reserveringen. 4. Specificaties voor andere acties. 4.1. De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn ter ondersteuning van de veiligheid van weggebruikers met betrekking tot de mens/machine-interface aan boord en het gebruik van nomadische apparaten ter ondersteuning van het rijden en/of de vervoersverrichtingen, evenals de beveiliging van de communicatie in voertuigen. 4.2. De omschrijving van de nodige maatregelen om de veiligheid en het comfort van kwetsbare weggebruikers te verbeteren voor alle relevante ITS-toepassingen. 4.3. De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn om geavanceerde rijhulpinformatiesystemen voor bestuurders die buiten het toepassingsgebied van de Richtlijnen 2007/46/EG, 2002/24/EG en 2003/37/EG vallen, in voertuigen en weginfrastructuur te integreren. - Prioritair gebied IV : Koppeling van het voertuig aan de vervoersinfrastructuur De specificaties en normen voor ITS-toepassingen voor het koppelen van het voertuig aan de vervoersinfrastructuur omvatten hetgeen volgt. 1. Specificaties voor andere acties. 1.1. De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn voor het integreren van verschillende ITS-toepassingen in een open platform aan boord van voertuigen, op basis van : - het bepalen van functionele vereisten van bestaande of geplande ITS-toepassingen; - de omschrijving van een open architectuur waarin de functiekenmerken en interfaces worden vastgelegd die nodig zijn voor de interoperabiliteit en/of onderlinge verbinding met infrastructuursystemen en -faciliteiten; - de "plug andplay" integratie van toekomstige nieuwe of opgewaardeerde ITS-toepassingen in een open platform aan boord van voertuigen; - het gebruik van een normalisatieproces voor de goedkeuring van de architectuur en de open specificaties aan boord van voertuigen. 1.2. De omschrijving van de maatregelen die nodig zijn voor het bevorderen van de ontwikkeling en implementatie van coöperatieve (voertuig-voertuig, voertuiginfrastructuur, infrastructuur-infrastructuur)-systemen, op basis van : - het faciliteren van de uitwisseling van gegevens of informatie tussen voertuigen onderling, tussen infrastructuren onderling en tussen voertuig en infrastructuur; - de beschikbaarheid van de uit te wisselen relevante gegevens of informatie voor de respectieve partijen (voertuig of weginfrastructuur); - het gebruik van een gestandaardiseerd berichtformaat voor de uitwisseling van gegevens of informatie tussen het voertuig en de infrastructuur; - de omschrijving van een communicatie-infrastructuur voor uitwisseling van gegevens of informatie tussen voertuigen onderling, tussen infrastructuren onderling en tussen voertuig en infrastructuur; - het gebruik van normalisatieprocessen voor de goedkeuring van de respectieve architecturen. HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 3.Dit besluit wordt geciteerd als « ITS-kaderbesluit ».
Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 27 februari 2012.
Art. 5.De minister bevoegd voor Economie, Consumenten en Noordzee, de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, de minister bevoegd voor Justitie en de minister bevoegd voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 december 2013.
FILIP Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie, Consumenten en Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM De Staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, M. WATHELET