gepubliceerd op 28 november 2018
Koninklijk besluit tot wijziging van hoofdstuk VII van het koninklijk besluit van 18 maart 2003 houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier
14 NOVEMBER 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van hoofdstuk VII van het koninklijk besluit van 18 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/03/2003 pub. 02/04/2003 numac 2003007090 bron ministerie van landsverdediging Koninklijk besluit houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier sluiten houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen, artikel 9bis, § 2, ingevoegd bij de wet van 27 maart 2003;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/03/2003 pub. 02/04/2003 numac 2003007090 bron ministerie van landsverdediging Koninklijk besluit houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier sluiten houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier;
Gelet op het protocol van onderhandelingen N-453 van het Onderhandelingscomité van het militair personeel, gesloten op 22 juni 2018;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 18 juli 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, d.d. 16 augustus 2018;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 17 september 2018;
Gelet op het advies 64.386/4 van de Raad van State, gegeven op 5 november 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Defensie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In het koninklijk besluit van 18 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/03/2003 pub. 02/04/2003 numac 2003007090 bron ministerie van landsverdediging Koninklijk besluit houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier sluiten houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier wordt het opschrift van titel IV, hoofdstuk VII, vervangen als volgt: "De functietoelage voor het tijdelijk uitoefenen van het ambt van een andere personeelscategorie en/of van een ander niveau".
Art. 2.In artikel 33, § 1, van hetzelfde besluit worden de woorden "die bezoldigd wordt overeenkomstig de tabellen 7, 8 of 9, van de bijlage A bij dit besluit, en" opgeheven.
Art. 3.In titel IV, hoofdstuk VII, van hetzelfde besluit wordt een artikel 33/1 ingevoegd luidende: "
Art. 33/1.§ 1. Aan de vrijwilliger van het actief kader die, wanneer dwingende redenen van omkadering zulks vereisen, tijdelijk aangewezen is om een in het organiek kader opgenomen ambt van een hogere functie van onderofficier of van ambtenaar van niveau B of C uit te oefenen, wordt, onder de voorwaarden bepaald in dit artikel, een functietoelage toegekend, waarvan het jaarlijks bedrag is vastgesteld op 1.000 EUR. § 2. Onverminderd § 3, mag de betrokken vrijwilliger aanspraak maken op de functietoelage vanaf de dag waarop hij het in de organieke tabellen van het personeel voorkomende ambt van de hogere functie van onderofficier of van ambtenaar van niveau B of C, waarvoor hij door de directeur-generaal human resources werd aangewezen, daadwerkelijk uitoefent wegens het tijdelijk gebrek aan een titularis met de graad van onderofficier of de graad van niveau B of C. § 3. Het voordeel van de functietoelage wordt toegekend aan de betrokken vrijwilliger, die gedurende ten minste één werkdag aan de in dit artikel bedoelde toekenningsvoorwaarden beantwoordt. § 4. De minister van Defensie bepaalt de procedure volgens welke de in § 2 bedoelde dienstaanwijzing geschiedt. § 5. De functietoelage wordt geschorst: 1° vanaf de eerste dag van de vierde maand na die waarop de vrijwilliger, die ze geniet, tijdelijk aangewezen wordt om opnieuw het ambt van vrijwilliger uit te oefenen en waarvan bij aanvang blijkt dat de duur van de tijdelijke aanwijzing niet gekend is;2° vanaf het ogenblik dat de vrijwilliger, die ze geniet, tijdelijk aangewezen wordt om opnieuw het ambt van vrijwilliger uit te oefenen en waarvan bij aanvang blijkt dat de duur van de tijdelijke aanwijzing meer dan drie maanden zal bedragen. Zij is opnieuw verschuldigd vanaf de eerste werkdag waarop de betrokken vrijwilliger zijn in het organiek kader opgenomen ambt van een hogere functie van onderofficier of van ambtenaar van niveau B of C heeft heropgenomen. § 6. De functietoelage wordt ten belope van één twaalfde van het jaarlijks bedrag uitbetaald met de wedde van de tweede maand die volgt op de maand, waarin de betrokken vrijwilliger gedurende tenminste één werkdag aan de in dit artikel bedoelde toekenningsvoorwaarden beantwoordt.".
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 5.De minister bevoegd voor Defensie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 14 november 2018.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Defensie, S. VANDEPUT