14 MEI 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 1997 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid artikel 11, § 1, vervangen door de wet van 22 juli 1993;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 3, § 1, 3°, en op artikel 7, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 mei 1976;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 juli 1997 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 juni 1999 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 8 juni 1999;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 19 mei 1999;

Gelet op het protocol van 6 december 1999 van het Sectorcomité XII;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Een artikel 5bis, luidend als volgt, wordt in het koninklijk besluit van 7 juli 1997 tot vaststelling van de weddeschalen verbonden aan de bijzondere graden bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, ingevoegd : «

Art. 5bis.De weddeschaal verbonden aan de graad van adjunct-adviseur van de sociale zekerheid wordt vastgesteld als volgt : 1.143.431 - 1.610.918 3 x 1 x 24.933 9 x 2 x 43.632 (Kl. 24 j. - N.1 - G.B.) »

Art. 2.Een artikel 5ter, luidend als volgt, wordt in hetzelfde koninklijk besluit ingevoegd : «

Art. 5ter.Aan de graad van adviseur van de sociale zekerheid is de weddeschaal 13 B verbonden. »

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 1998.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE