14 MEI 2000. - Koninklijk besluit tot erkenning van het opleidings- en vervolmakingscentrum « Brussels Hoofdstedelijk Gewestelijk Instituut voor de opleiding in de dringende Medische Hulpverlening »

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening, inzonderheid artikel 6bis, ingevoegd bij de wet van 22 februari 1994;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 februari 1998 betreffende de opleidings- en vervolmakingscentra voor hulpverleners-ambulanciers, inzonderheid artikel 2, gewijzigd bij koninklijk besluit van 23 maart 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 juni 1999 tot erkenning van het opleidings- en vervolmakingscentrum « Brussels Hoofdstedelijk Gewestelijk Instituut voor de opleiding in de dringende Medische Hulpverlening »;

Gelet op het advies van de gezondheidsinspecteur, bevoegd voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, uitgebracht op 21 maart 2000;

Overwegende dat de wijzigingen die het koninklijk besluit van 9 juni 1999 tot erkenning van het opleidings- en vervolmakingscentrum « Brussels Hoofdstedelijk Gewestelijk Instituut voor de opleiding in de dringende medische Hulpverlening » in artikel 1, § 2 oplegt, werden aangebracht in de statuten van de IFAMURBC ASBL tijdens haar buitengewone algemene vergadering van 22 december 1999;

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De erkenning bedoeld in het koninklijk besluit van 9 juni 1999 tot erkenning van het opleidings- en vervolmakingscentrum « Brussels Hoofdstedelijk Gewestelijk Instituut voor de opleiding in de dringende Medische Hulpverlening » wordt verlengd.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 31 oktober 1999.

Art. 3.Onze Minister van Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, Mevr. M. AELVOET