gepubliceerd op 10 juni 1999
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 december 1998 waarbij administraties en andere diensten van de ministeries en instellingen van openbaar nut gemachtigd worden contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften
13 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 december 1998 waarbij administraties en andere diensten van de ministeries en instellingen van openbaar nut gemachtigd worden contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken, inzonderheid op de artikelen 4, 13 en 14, respectievelijk gewijzigd bij de wet van 21 december 1994, het koninklijk besluit van 3 april 1997 en de wet van 20 mei 1997;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1998 waarbij administraties en andere diensten van de ministeries en instellingen van openbaar nut gemachtigd worden contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften, inzonderheid op rubriek II, 2., van de bijlage aan dit besluit;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 22 februari 1999;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 15 april 1999;
Gelet op het akkoord van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 15 april 1999;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De rubriek II, 2.2., van de bijlage aan het koninklijk besluit van 2 december 1998 waarbij administraties en andere diensten van de ministeries en instellingen van openbaar nut gemachtigd worden contractuelen in dienst te nemen om te voldoen aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften, wordt vervangen door de volgende rubriek : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 2.De rubriek II, 2.4., van de bijlage aan hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende rubriek : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 1999.
Art. 4.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 mei 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, T. VAN PARYS