Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 maart 2013
gepubliceerd op 10 april 2013

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de sociale programmatie voor de personeelsleden op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2013012103
pub.
10/04/2013
prom.
13/03/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 MAART 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de sociale programmatie voor de personeelsleden op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritair comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf;

Op de voodracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de sociale programmatie voor de personeelsleden op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 13 maart 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2012 Sociale programmatie voor de personeelsleden op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is (Overeenkomst geregistreerd op 8 juni 2012 onder het nummer 109798/CO/326) HOOFSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de gebaremiseerde werknemers, op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 1 september 2004 en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 oktober 2004 en op de ondernemingen die hen tewerkstellen. HOOFDSTUK II. - Begrippen en definities

Art. 2.Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder : § 1. « gebaremiseerde werknemer », de werknemer : a) aangeworven vanaf 1 januari 2002 bij : - ondernemingen, die vallen onder het toepassingsgebied van artikel 1, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf vóór 1 januari 2004; - onderndemingen, die vallen onder het toepassingsgebied van artikel 1, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, die voortkomen uit de hiervoorgenoemde; - ondernemingen, die vallen onder het toepassingsgebied van artikel 1, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf die personeel overnemen, op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 32bis van 7 juni 1985, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de waarborg van rechten van de werknemers in geval van verandering van werkgever wegens een conventionele transfer van de onderneming en die de rechten regelt van de werknemers die overgenomen worden in geval van overnamen van het actief na faillissement of gerechtelijk concordaat door afstand van het actief; b) aangeworven bij : - ondernemingen, die vallen onder het toepassingsgebied van artikel 1, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf vanaf 1 januari 2004; - ondernemingen, die vallen onder het toepassingsgebied van artikel 1, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, die voortkomen uit te hiervoorgenoemde ondernemingen; - ondernemingen, die vallen onder het toepassingsgebied van artikel 1, ressorterend onder de bevoegdheid van het Partiair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, die, op basis van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 32bis personeel hebben overgenomen; c) aangeworven vanaf 1 januari 2004 bij : - de onderneming EDF Luminus; - een onderneming, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, en die voortkomt uit de onderneming EDF Luminus; - een onderneming, ressorterend onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, die, op basis van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 32bis personeel van EDF Luminus heeft overgenomen. § 2. « onderneming » : de juridische entiteit. HOOFDSTUK III. - Maatregelen betreffende de koopkracht

Art. 3.Recurrente loonsverhoging.

Ongeacht elke impact van performance management of promotie wordt op januari 2012 een recurrente verhoging van 0,3 pct. toegekend op het barema en op het reële individuele maandloon dat van kracht is. HOOFDSTUK IV. - Sociale maatregelen

Art. 4.Verlof geven bloedplasma of bloedplaatjes.

De werknemers kunnen maximum tweemaal per jaar genieten van een halve dag toegelaten en betaalde afwezigheid in geval van een gift van bloedplasma of ploedplaatjes tijdens deze halve dag en bewezen door een officieel attest.

Deze wijziging treedt in werking op 1 januari 2012.

Art. 5.Hospitalisatieverzekering.

De ondernemingen engageren zich ertoe om de bestaande voorwaarden van de hospitalisatieverzekering, zoals uitgebreid door de collectieve arbeidsovereenkomst van sociale programmatie 2009-2010, te verlengen tot de ondertekening van de collectieve arbeidsovereenkomst van sociale programmatie 2013-2013 (92667/CO/326). HOOFDSTUK V. - Verplaatsingen

Art. 6.Fietsvergoeding.

Dit artikel vervangt het artikel 6, A, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst « Verplaatsingen » van 28 mei 2009 (93498/CO/326).

Indien de afstand woonplaats-standplaats wordt afgelegd met de fiets, wordt een fietsvergoeding toegekend ten belope van 0,21 EUR/km of naar keuze van de werknemer een vergoeding voor de verplaatsing woon-werk overeenkomstig de tabel gedefinieerd in het volgende artikel.

Deze wijziging treedt in werking op 1 januari 2012.

Art. 7.Verplaatsing woon-werk met een privé-voertuig.

Overeenkomstig artikel 6, A van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 mei 2009 betreffende de dienstverplaatsingen, verplaatsingen woon-werkverkeer en overplaatsingen, wordt de werkgeverstussenkomst in de verplaatsing woon-werk met een privé-voertuig bepaald in toepassing van de tabel in bijlage die per verplaatsingafstand de percentages van de werkgeverstussenkomst herneemt op basis van de tarieven van het maandelijks treinabonnement 2e klasse. De tussenkomsten van de werkgever worden aangepast bij elke wijziging van de tarieven van het maandelijks treinabonnement door de NMBS. HOOFDSTUK VI. - Tewerkstellingsmaatregelen

Art. 8.Proefperiode opeenvolgende contracten.

Indien een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur volgt op een interim-contract van tenminste twaalf maanden in dezelfde functie in dezelfde onderneming : - bevat de arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur geen proefperiode en worden de baremische anciënniteit van de periode onder interim-contract overgenomen; - op voorwaarde dat er niet meer dan 3 maanden onderbreking is tussen de overeenkomsten.

Art. 9.Aandachtsgroepen.

Voor de jaren 2011 en 2012 wordt de inspanning met betrekking tot de aandachtsgroepen behouden op 0,10 pct. van de loonmassa. HOOFDSTUK VII. - Aanvullende pensioenen en groepsverzekering

Art. 10.Pensioenstelsel werknemers AvW 2002.

Een paritaire werkgroep, buiten paritair comité, zal opgericht worden teneinde een verbeteringsvoorstel van het aanvullend pensioenregime uit te werken in het kader van de volgende sociale programmatie.

Art. 11.Toekenning van een overlijdensverzekering na de 24e maand arbeidsongeschiktheid.

De overlijdensdekking toegekend aan de werknemers door artikel 10 van het Sectoriaal Aanvullend Pensioenreglement van het Gebaremiseerd Personeel van de Vennootschappen uit de Gas- en Elektriciteitssector wordt verlengd na afloop van de periode van 24 maanden arbeidsongeschiktheid en dit ten laatste tot de pensioendatum.

Het reglement zal dienovereenkomstig worden aangepast. HOOFDSTUK VIII. - Overige bepalingen

Art. 12.Taalpremie en regeling 9/10-dagen.

De toepassingsmodaliteiten van de taalpremie, zoals geregeld door het Nationaal Patronaal Reglement van 1979, en van de regeling 9/10-dagen, zoals ingevoerd door artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomsten van 30 oktober 2003 betreffende de sociale programmatie voor de personeelsleden op wie de nieuwe arbeidsvoorwaarden toepassing zijn, behoren tot de bevoegdheid van de ondernemingen.

Art. 13.Werkgroepen.

De ondertekenende partijen verbinden er zich toe de besprekingen binnen de bestaande werkgroepen (rechthebbenden gezondheidszorgen en tariefvoordeel) verder te zetten en in de mate van het mogelijke af te ronden tegen het einde van 2010. HOOFDSTUK IX. - Syndicale premie

Art. 14.Voor de duurtijd van deze sociale programmatie wordt de syndicale premie behouden op 135 EUR. HOOFDSTUK X. - Geldigheidsduur

Art. 15.Tenzij andersluidende bepalingen, wordt deze collectieve arbeidsovereenkomst gesloten voor onbepaalde duur en heeft ze uitwerking met ingang van 1 januari 2011.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan geheel of gedeeltelijk worden opgezegd, door elk van de partijen, middels een opzeggingstermijn van 6 maanden, per aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité van het gas- en elektriciteitsbedrijf. HOOFDSTUK XI. - Sociale vrede

Art. 16.De ondertekenende partijen engageren zich ertoe de sociale vrede te respecteren zoals opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2012 betreffende de sociale vrede, de syndicale premie en het syndicaal vormingsfonds.

Paritaire commentaren sociale programmatie 2011-2012.

De verhoging van het sectoraal barema voorzien in deze collectieve arbeidsovereenkomst van sociale programmatie 2011-2012 is toepasselijk op alle barema's die zich baseren op dit sectoraal barema.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 maart 2013.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 2012, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de sociale programmatie voor de personeelsleden op wie de collectieve arbeidsovereekomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is Het percentage van de werkgeverstussenkomst in de verplaatsing woonwerk van de werknemer met een privé-voertuig vermeld in artikel 7 wordt bepaald (op basis van de tarieven van het maandelijks treinabonnement 2de klasse) in toepassing van de volgende tabel :

(km)

(p.c./pct.)

(km)

(p.c./pct.)

(km)

(p.c./pct.)

(km)

(p.c./pct.)

(km)

(p.c./pct.)

(km)

(p.c./pct.)

Distance Afstand

Part patronale Patr. bijdrage

Distance Afstand

Part patronale Patr. bijdrage

Distance Afstand

Part patronale Patr. bijdrage

Distance Afstand

Part patronale Patr. bijdrage

Distance Afstand

Part patronale Patr. bijdrage

Distance Afstand

Part patronale Patr. bijdrage

1

56,0

13

56,8

25

57,6

49-51

61,7

101-105

63,9

161-165

64,9

2

56,0

15

56,8

26

57,8

52-54

62,0

106-110

64,1

166-170

64,9

3

56,0

15

56,8

27

57,8

55-57

62,0

111-115

64,2

171-175

64,9

4

56,0

16

57,0

28

57,8

58-60

62,4

116-120

64,5

176-180

64,9

5

56,0

17

57,0

29

57,8

61-65

62,4

121-125

64,5

181-185

64,9

6

56,0

18

57,0

30

57,8

66-70

62,7

126-130

64,6

186-190

64,9

7

56,0

19

57,2

31-33

58,2

71-75

62,9

131-135

64,8

191-195

64,9

8

56,0

20

57,2

34-36

59,0

76-80

63,0

136-140

64,8

196-200

64,9

9

56,0

21

57,2

37-39

59,6

81-85

63,3

141-145

64,8


10

56,0

22

57,4

40-42

30,1

86-90

63,4

146-150

64,9


11

56,4

23

57,6

43-45

30,8

91-95

63,7

151-155

64,9


12

56,4

24

57,6

46-48

31,2

96-100

63,7

156-160

64,9


Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 maart 2013.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^