gepubliceerd op 03 maart 2017
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de minimale loondrempel in het hoger onderwijs
13 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de minimale loondrempel in het hoger onderwijs (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de minimale loondrempel in het hoger onderwijs.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 februari 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 Minimale loondrempel in het hoger onderwijs (Overeenkomst geregistreerd op 29 november 2016 onder het nummer 136154/CO/152.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, arbeiders en arbeidsters, hierna "werknemers" genoemd, van de gesubsidieerde vrije hogescholen die onder de bevoegdheid vallen van het paritair subcomité voor de gesubsidieerde instellingen van het vrij onderwijs. HOOFDSTUK II. - Minimale loondrempel
Art. 2.De minimumuurlonen van de werknemers van de vrije gesubsidieerde hogescholen worden voor een wekelijkse arbeidsduur van 38 uren als volgt vastgesteld :
Dienstjaren - Années de service -
Uurloon (100 pct.) - Salaire horaire (100 p.c.) -
0
6,79
1
6,89
2
6,98
3
7,08
5
7,10
7
7,19
9
7,23
11
7,32
13
7,40
15
7,48
17
7,56
19
7,56
21
7,58
23
7,70
25
7,75
27
7,75
De minimumlonen die van toepassing zijn vanaf 1 juli 2016, zijn als bijlage toegevoegd.
Art. 3.De minimumuurlonen, vastgesteld in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, evenals de werkelijk uitbetaalde lonen, worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk. Telkens het indexcijfer van de consumptieprijzen één van de spilindexen bereikt of er op wordt teruggebracht, worden de lonen, gekoppeld aan de spilindex 138,01 van 1 januari 1990, opnieuw berekend door de coëfficiënt l,02n er op toe te passen, waarbij "n" de rang van de bereikte spilindex vertegenwoordigt.
Om deze reden wordt elke spilindex aangeduid met een volgnummer dat zijn rang opgeeft. Het nummer 1 duidt op de spilindex die volgt op de spilindex 138,01.
Voor het berekenen van de coëfficiënt l,02n worden de breuken van een tienduizendste van een eenheid afgerond tot het hogere tienduizendste of weggelaten, naargelang zij al dan niet 50 pct. van een tienduizendste bereiken.
Art. 4.§ 1. Op datum van ondertekening is de spilindex 101,02 met rangnummer 25 en verhogingscoëfficiënt 1,6406. § 2. De eerstvolgende te bereiken spilindex is 103,04 met rangnummer 26 en verhogingscoëffi-ciënt 1,6734.
De geïndexeerde uurlonen en geïndexeerde bedragen voor de berekening van de haard- en standplaatstoelage worden in bijlage opgenomen (de spilindex 101,02 met rangnummer 25 en verhogingscoëfficiënt 1,6406).
De verhoging of vermindering van de lonen wordt toegepast vanaf de tweede maand die volgt op de maand waarvan het indexcijfer de spilindex heeft bereikt.
Art. 5.De minimumuurlonen, zoals bepaald in artikel 2, worden geacht de haard- en standplaatstoelage te omvatten. Door de incorporatie van de haard- en standplaatstoelage herbevestigen ondertekenende partijen de afspraak, dat de haard- en standplaatstoelage, zoals gedefinieerd in de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden, niet van toepassing is op de arbeiders en arbeidsters in de vrije gesubsidieerde hogescholen. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 6.Bestaande overeenkomsten op het niveau van de instelling die voor de arbeiders gunstiger zijn blijven behouden.
Art. 7.De collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op datum van ondertekening en wordt gesloten voor onbepaalde tijd.
Elke partij kan deze overeenkomst beëindigen bij een ter post aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het paritair subcomité voor arbeiders van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, mits een opzeggingstermijn van ten minste zes maanden in acht te nemen.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 februari 2017.
De Minister van Werk, K. PEETERS
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016, gesloten in het Paritair Subcomité voor de gesubsidieerde inrichtingen van het vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de minimale loondrempel in het hoger onderwijs Vanaf 1 juli 2016 gelden volgende geïndexeerde minimumlonen :
Dienstjaren - Années de service -
Uurloon (100 pct.) - Salaire horaire (100 p.c.) -
Uurloon (index juli 2016) - Salaire horaire (indice juillet 2016) -
0
6,79 EUR
11,14 EUR
1
6,89 EUR
11,30 EUR
2
6,98 EUR
11,45 EUR
3
7,08 EUR
11,62 EUR
5
7,10 EUR
11,65 EUR
7
7,19 EUR
11,80 EUR
9
7,23 EUR
11,86 EUR
11
7,32 EUR
12,01 EUR
13
7,40 EUR
12,14 EUR
15
7,48 EUR
12,27 EUR
17
7,56 EUR
12,40 EUR
19
7,56 EUR
12,40 EUR
21
7,58 EUR
12,44 EUR
23
7,70 EUR
12,63 EUR
25
7,75 EUR
12,71 EUR
27
7,75 EUR
12,71 EUR
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 februari 2017.
De Minister van Werk, K. PEETERS