gepubliceerd op 24 november 2009
Koninklijk besluit tot vaststelling van de administratieve en geldelijke bepalingen van de loopbaan van verschillende personeelsleden van de FOD Justitie die deel uitmaken van de bewaking, techniek en logistiek
12 NOVEMBER 2009. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de administratieve en geldelijke bepalingen van de loopbaan van verschillende personeelsleden van de FOD Justitie die deel uitmaken van de bewaking, techniek en logistiek
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 juni 1995 tot vaststelling van administratieve bepalingen ten gunste van sommige ambtenaren van de buitendiensten van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen die behoren tot de niveaus 2, 3 en 4;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 1997 tot vaststelling van de geldelijke bepalingen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal Strafinrichtingen;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 24 juli 2009;
Gelet op het advies van het Directiecomité van de FOD Justitie, gegeven op 16 september 2009;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 18 september 2009;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 21 oktober 2009;
Gelet op de protocollen nr. 340 en nr. 347 van 14 mei 2009 en 26 oktober 2009 van het Sectorcomité III - Justitie;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat op 1 november 2009 de invoering van de nieuwe loopbaan in navolging van de onderhandelingen met de syndicale organisaties moet ingaan, op de noodzaak de budgettaire beperkingen voor de jaren 2010 en 2011 vertrekkend van het budget 2009 van de penitentiaire inrichtingen, dient dit vastgelegd te worden op ten laatste 1 november 2009 bij gebreke waarvan de invoering van de nieuwe loopbaan niet kan doorgaan, en op de in 2009 bereikte overbevolking in de penitentiaire inrichtingen en de door ons personeel gevraagde verhoogde inspanningen is het belangrijk de sociale vrede in de penitentiaire inrichtingen te waarborgen;
Gelet op het advies 47.375/2 van de Raad van State, gegeven op 5 november 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Justitie en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - De nieuwe loopbaan in niveau C Afdeling 1. - Oprichting van de graden in niveau C
Artikel 1.Binnen de buitendiensten van het directoraat-generaal EPI - Penitentiaire Inrichtingen van de Federale Overheidsdienst Justitie, worden volgende graden opgericht in niveau C : - penitentiair bewakingsassistent; - penitentiair technisch assistent; - penitentiair bewakingsassistent ploegchef; - penitentiair technisch assistent ploegchef. Afdeling 2. - Bevordering binnen niveau C
Art. 2.De graden van penitentiair bewakingsassistent ploegchef en penitentiair technisch assistent ploegchef worden toegekend via bevordering naar de hogere graad aan de geslaagden voor een bevorderingsexamen.
Art. 3.Zonder afbreuk te doen aan de andere vereiste reglementaire voorwaarden, mogen de penitentiair bewakingsassistenten of de penitentiair technisch assistent met ten minste twee jaar graadanciënniteit deelnemen aan het bevorderingsexamen.
Art. 4.Enkel de penitentiair bewakingsassistent of de penitentiair technisch assistent, die geslaagd is voor een examen vermeld in artikel 2 van dit besluit en die ten minste vier jaar graadanciënniteit heeft, kan bevorderd worden in de graad van penitentiair bewakingsassistent ploegchef of penitentiair technisch assistent ploegchef. Afdeling 3. - Geldelijke bepalingen
Art. 5.De weddeschaal 20AP is verbonden aan de graad van penitentiair bewakingsassistent en penitentiair technisch assistent.
Art. 6.De penitentiair bewakingsassistent en de penitentiair technisch assistent die vier jaar graadanciënniteit hebben, bekomen de weddeschaal 20BP.
Art. 7.De penitentiair bewakingsassistent en de penitentiair technisch assistent die twaalf jaar graadanciënniteit hebben, bekomen de weddeschaal 20CP.
Art. 8.De weddeschaal 20DP is verbonden aan de graad van penitentiair bewakingsassistent ploegchef en penitentiair technisch assistent ploegchef.
Art. 9.De penitentiair bewakingsassistent ploegchef die ten minste acht jaar graadanciënniteit heeft kan de weddeschaal 20EP bekomen, binnen de grenzen van 25 % van de totaliteit van de betrekkingen voorzien in het personeelsplan in de graad van penitentiair bewakingsassistent ploegchef.
De penitentiair technisch assistent ploegchef die ten minste acht jaar graadanciënniteit heeft kan de weddeschaal 20EP bekomen, binnen de grenzen van 25 % van de totaliteit van de betrekkingen voorzien in het personeelsplan in de graad van penitentiair technisch assistent ploegchef. Afdeling 4. - Integratie in de nieuwe graden
Art. 10.De personeelseden die titularis zijn van de graad van penitentiair beambte en de graad van bewaarder op datum van inwerkingtreding van dit besluit, worden van ambtswege benoemd tot penitentiair bewakingsassistent, met uitzondering van de personeelsleden die genieten van verlof voorafgaand aan pensioen, bij toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 september 2003 tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen.
De berekening van hun graadanciënniteit en hun niveauanciënniteit telt vanaf de datum van hun benoeming in de nieuwe graad.
Art. 11.De personeelseden bekleed met de graad van kwartierchef bewaking op datum van inwerkingtreding van dit besluit, worden van ambtswege benoemd tot penitentiair bewakingsassistent ploegchef, met uitzondering van de personeelsleden die genieten van verlof voorafgaand aan pensioen, bij toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 september 2003 tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen.
De personeelseden die titularis zijn van de graad van technisch kwartierchef op datum van inwerkingtreding van dit besluit, worden van ambtswege benoemd tot penitentiair technisch assistent ploegchef, met uitzondering van de personeelsleden die genieten van verlof voorafgaand aan pensioen, bij toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 september 2003 tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen.
De berekening van hun graadanciënniteit en hun niveauanciënniteit telt vanaf de datum van hun benoeming in de nieuwe graad. Afdeling 5. - Inschaling in de nieuwe weddeschalen
Art. 12.§ 1. De penitentiair beambten bezoldigd in de weddeschaal 3010 worden geïntegreerd in de weddeschaal 20AP. De door de personeelsleden verworven geldelijke anciënniteit wordt geacht verworven te zijn in de nieuwe weddeschaal. § 2. De penitentiair beambten bezoldigd in de weddeschaal 3011 worden geïntegreerd in de weddeschaal 20BP en bekomen de weddentrap waarvan het bedrag onmiddellijk hoger is dan hun jaarlijkse wedde verhoogd met 337 euro . § 3. De penitentiair beambten bezoldigd in de weddenschaal 3012 worden geïntegreerd in de weddeschaal 20CP en bekomen de weddentrap in de schaal 20CP waarvan het bedrag onmiddellijk hoger is dan hun jaarlijkse wedde verhoogd met 337 euro . § 4. De huidige bewaarders in dienst bezoldigd in de weddenschaal 4212 worden geïntegreerd in de weddeschaal 20BP en bekomen de weddentrap in de schaal 20BP waarvan het bedrag onmiddellijk hoger is dan hun jaarlijkse wedde verhoogd met 337 euro . § 5. De geldelijke anciënniteit van de ambtenaren vermeld in paragrafen 2, 3 en 4 wordt vastgesteld in de nieuwe weddeschaal op basis van het resultaat van hun inschaling.
Art. 13.In afwijking van artikel 7, bekomen de personeelsleden die geïntegreerd zijn in de weddeschaal 20BP, na vier jaar in de weddeschaal 20BP, de weddeschaal 20CP.
Art. 14.§ 1. De kwartierchefs bewaking bezoldigd in de weddeschaal 3210 worden geïntegreerd in de weddeschaal 20DP. De door de personeelsleden verworven geldelijke anciënniteit wordt geacht verworven te zijn in de nieuwe weddeschaal. § 2. De technisch kwartierchefs bezoldigd in de weddeschaal 3210 worden geïntegreerd in de weddeschaal 20DP. De door de personeelsleden verworven geldelijke anciënniteit wordt geacht verworven te zijn in de nieuwe weddeschaal.
Art. 15.§ 1. In afwijking van artikel 9, bekomen de kwartierchefs bewaking die geïntegreerd zijn in de weddeschaal 20DP, na vijf jaar de weddeschaal 20EP binnen de grenzen van 35 % van de totaliteit van de betrekkingen voorzien in het personeelsplan in de graad van penitentiair bewakingsassistent ploegchef. § 2. In afwijking van artikel 9, bekomen de technisch kwartierchefs die geïntegreerd zijn in de weddeschaal 20DP, na vijf jaar, de weddeschaal 20EP binnen de grenzen van 35 % van de totaliteit van de betrekkingen voorzien in het personeelsplan in de graad van penitentiair technisch assistent ploegchef.
Art. 16.De personeelsleden bekleed met de graad van bewaarder, penitentiair beambte en kwartierchef, die verlof voorafgaand aan het pensioen genieten met toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 september 2003 tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen, worden bezoldigd in de weddeschalen bedoeld in bijlage 3 van dit besluit. Afdeling 6. - Geldelijke overgangsmaatregelen
Art. 17.Zonder afbreuk te doen aan de artikelen 12, 13 en 14 behouden de personeelsleden in dienst op datum van de inwerkingtreding van dit besluit, het meest voordelige geldelijk statuut als gevolg van de vroegere loopbaan waarbij de baremieke verhoging in de vroegere loopbaan, niet onderworpen werd aan een bevorderingsexamen.
Art. 18.In afwijking van artikel 63 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, wordt de volgorde van bevordering naar weddeschaal 20EP als volgt bepaald : - aan de kandidaat met de grootste graadanciënniteit; - bij gelijke graadanciënniteit, aan de kandidaat met de grootste graadanciënniteit in de geschrapte graad van kwartierchef; - bij gelijke graadanciënniteit in de geschrapte graad van kwartierchef, aan de kandidaat met de grootste dienstanciënniteit; - bij gelijke dienstanciënniteit, aan de oudste kandidaat. HOOFDSTUK 2. - Bevordering van personeelsleden niveau C naar niveau B
Art. 19.In afwijking van artikel 29, § 4, van het koninklijk besluit van 7 augustus 1937 betreffende de evaluatie en de loopbaan van het rijkspersoneel, worden de personeelsleden die op datum van inwerkingtreding van dit besluit, titularis zijn van de afgeschafte graden van penitentiair assistent, hoofdpenitentiair assistent, technisch assistent en hoofdtechnisch assistent, met uitzondering van de ambtenaren die genieten van verlof voorafgaand aan pensioen, in het geval van latere bevordering in de graad van technisch deskundige, geïntegreerd in de weddeschaal BT2. HOOFDSTUK 3. - Geschrapte en afgeschafte graden in niveau 4, D en C
Art. 20.In niveau D, wordt de graad van penitentiair beambte afgeschaft en de graad van kwartierchef wordt geschrapt.
De graad van bewaarder wordt geschrapt.
Art. 21.De graden van adjunct-penitentiair assistent, penitentiair assistent en hoofdpenitentiair assistent worden afgeschaft.
De graden van adjunct-technisch assistent, technisch assistent en hoofdtechnisch assistent worden afgeschaft. HOOFDSTUK IV. - Bijzondere bepalingen en overgangsbepalingen
Art. 22.De lopende aanpassingsperiode, overeenkomstig artikel 29bis van het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de evaluatie en de loopbaan van het rijkspersoneel, wordt voortgezet voor de ambtenaren die bevorderd zijn in niveau C. Na deze periode wordt de ambtenaar bevorderd in de overeenstemmende afgeschafte graad in niveau C.
Art. 23.De laureaat van een vergelijkende selectie in de in dit besluit afgeschafte graad van penitentiair beambte, behoudt het voordeel van het slagen voor de geldigheidsduur van de vergelijkende selectie. Hij wordt toegelaten tot de stage overeenkomstig de bepalingen die toepasselijk waren voor de inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 24.§ 1. De stagiairs die op het moment van inwerkingtreding van dit besluit titularis zijn van de afgeschafte graad van penitentiair beambte in niveau D of die toegelaten zijn tot de stage overeenkomstig artikel 23, doen hun stage overeenkomstig de bepalingen die toepasselijk waren voor de inwerkingtreding van dit besluit.
De laureaten worden op het moment van hun benoeming geïntegreerd in de weddeschalen voorzien in bijlage 1 van dit besluit. § 2. De stagiairs die op het moment van inwerkingtreding van dit besluit titularis zijn van de afgeschafte graad van niveau C, doen hun stage overeenkomstig de bepalingen die toepasselijk waren voor de inwerkingtreding van dit besluit.
Art. 25.De procedures van bevordering in de graad van penitentiair assistent of technisch assistent, of hoofdpenitentiair assistent of hoofdtechnisch assistent, op datum van inwerkingtreding van dit besluit, worden verder gezet op basis van de geldende bepalingen voor deze datum.
Art. 26.§ 1. De personeelsleden die titularis zijn van een van de afgeschafte graden vermeld in artikel 21 van dit besluit, behouden hun graad en de intercalaire verhogingen in de weddenschalen voorzien in bijlage 2 van dit besluit. § 2. De penitentiair assistenten die zich in een administratieve stand bevinden waarin zij hun aanspraak op bevordering door verhoging in weddeschaal kunnen doen gelden, kunnen bevorderd worden in de hoogste weddeschaal na acht jaar graadanciënniteit en binnen de grenzen van de vacante betrekkingen. Het maximum aantal penitentiair assistenten dat de hoogste weddeschaal kunnen bekomen, is vastgelegd op 42.
De penitentiair assistenten die zich in een administratieve stand bevinden waarin zij hun aanspraak op bevordering in graad kunnen doen gelden, kunnen bevorderd worden tot hoofdpenitentiair assistent binnen de grenzen van de vacante betrekkingen. Het maximum aantal hoofdpenitentiair assistenten is vastgelegd op 51.
De hoofdpenitentiair assistenten die zich in een administratieve stand bevinden waarin zij hun aanspraak op bevordering door verhoging in weddeschaal kunnen doen gelden, kunnen bevorderd worden in de hoogste weddeschaal binnen de grenzen van de vacante betrekkingen. Het maximum aantal hoofdpenitentiair assistenten dat de hoogste weddeschaal kan bekomen, is vastgelegd op 13. § 3. De technisch assistenten die zich in een administratieve stand bevinden waarin zij hun aanspraak op bevordering door verhoging in weddeschaal kunnen doen gelden, kunnen bevorderd worden in de hoogste weddeschaal na acht jaar graadanciënniteit en binnen de grenzen van de vacante betrekkingen. Het maximum aantal technisch assistenten die de hoogste weddeschaal kan bekomen, is vastgelegd op 64.
De technisch assistenten die zich in een administratieve stand bevinden waarin zij hun aanspraak op bevordering in graad kunnen doen gelden, kunnen bevorderd worden tot hoofdtechnisch assistent binnen de grenzen van de vacante betrekkingen. Het maximum aantal hoofdtechnisch assistenten is vastgelegd op 79.
De hoofdtechnisch assistenten die zich in een administratieve stand bevinden waarin zij hun recht op bevordering door verhoging in weddeschaal kunnen doen gelden, kunnen bevorderd worden in de hoogste weddeschaal binnen de grenzen van de vacante betrekkingen. Het maximum aantal hoofd technisch assistenten die de hoogste weddeschaal kan bekomen, is vastgelegd op 20. HOOFDSTUK V. - Opheffings- en slotbepalingen
Art. 27.§ 1. Het koninklijk besluit van 23 juni 1995 tot vaststelling van administratieve bepalingen ten gunste van sommige ambtenaren van de buitendiensten van het Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen die behoren tot de niveaus 2, 3 en 4, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 januari 2009, wordt opgeheven.
Art. 28.In het koninklijk besluit van 28 november 1997 tot vaststelling van de geldelijke bepalingen ten gunste van sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal Strafinrichtingen, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 december 2006, worden de artikelen 10, 11, 12, 15, 16, 17, 18, 18bis en 18ter opgeheven.
Art. 29.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 november 2009.
Art. 30.De Minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 november 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK
Bijlage 1 - Nieuwe weddeschaal in niveau C
20AP
20BP
20CP
20DP
20EP
0
15.530,00
1
15.670,00
2
15.810,00
3
15.950,00
4
16.090,00
17.000,00
19.300,00
5
16.230,00
17.150,00
19.440,00
6
16.370,00
17.300,00
19.580,00
7
16.510,00
17.450,00
19.720,00
8
16.610,00
17.600,00
18.450,00
19.860,00
20.100,00
9
16.710,00
17.750,00
18.550,00
20.000,00
20.300,00
10
16.810,00
17.900,00
18.650,00
20.140,00
20.500,00
11
16.910,00
18.050,00
18.750,00
20.280,00
20.700,00
12
17.010,00
18.200,00
18.950,00
20.420,00
20.900,00
13
17.110,00
18.300,00
19.150,00
20.560,00
21.100,00
14
17.210,00
18.400,00
19.350,00
20.700,00
21.300,00
15
17.310,00
18.750,00
19.550,00
20.840,00
21.500,00
16
17.410,00
18.800,00
19.750,00
21.020,00
21.700,00
17
17.610,00
18.950,00
19.950,00
21.200,00
21.900,00
18
17.810,00
19.100,00
20.150,00
21.380,00
22.100,00
19
18.010,00
19.250,00
20.350,00
21.560,00
22.300,00
20
18.210,00
19.400,00
20.550,00
21.740,00
22.500,00
21
18.410,00
19.550,00
20.750,00
21.920,00
22.700,00
22
18.610,00
19.700,00
20.950,00
22.100,00
22.900,00
23
18.810,00
19.850,00
21.150,00
22.280,00
23.100,00
24
19.010,00
20.000,00
21.350,00
22.460,00
23.400,00
25
19.150,00
20.150,00
21.550,00
22.640,00
23.700,00
26
19.290,00
20.300,00
21.750,00
22.820,00
24.000,00
27
19.430,00
20.450,00
21.950,00
23.000,00
24.300,00
28
19.570,00
20.600,00
22.150,00
23.180,00
24.600,00
29
19.710,00
20.750,00
22.350,00
23.360,00
24.900,00
30
19.710,00
20.900,00
22.550,00
23.540,00
25.200,00
31
19.710,00
21.050,00
22.550,00
23.720,00
25.500,00
Bij te voegen bij ons besluit van 12 november 2009 tot vaststelling van de administratieve en geldelijke bepalingen van de loopbaan van verschillende personeelsleden van de FOD Justitie die deel uitmaken van de bewaking, techniek en logistiek.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK
Bijlage 2 - Weddeschalen van de afgeschafte graden in niveau C
Ancienneté/ Ancienniteit
Assistant pénitentiaire/technique adjoint Adjunct penitentiair / technisch assistent
Assistant pénitentiaire/technique Penitentiair/technisch assistent
Assistant pénitentiaire/technique en chef Hoofdpenitentiair/hoofdtechnisch assistent
20A
20B
2011
2012
22A
22B
0
15.743,21
16.473,70
18.105,00
19.335,08
20.190,45
21.068,11
1
16.010,52
16.741,01
18.372,31
19.602,39
20.457,76
21.335,42
2
16.277,83
17.008,32
18.639,62
19.869,70
20.725,07
21.602,73
3
16.545,14
17.275,63
18.906,93
20.137,01
20.992,38
21.870,04
4
16.545,14
17.275,63
18.906,93
20.137,01
20.992,38
21.870,04
5
16.812,45
17.631,97
19.619,57
20.849,65
21.348,72
22.226,38
6
16.812,45
17.631,97
19.619,57
20.849,65
21.348,72
22.226,38
7
17.168,79
17.988,31
20.332,21
21.562,29
21.705,06
22.582,72
8
17.168,79
17.988,31
20.332,21
21.562,29
21.705,06
22.582,72
9
17.881,43
18.611,92
20.955,82
22.185,90
22.417,70
23.295,36
10
17.881,43
18.611,92
20.955,82
22.185,90
22.417,70
23.295,36
11
18.594,07
19.235,53
21.579,43
22.809,51
23.130,34
24.008,00
12
18.594,07
19.235,53
21.579,43
22.809,51
23.130,34
24.008,00
13
19.217,68
19.859,14
22.203,04
23.433,12
23.753,95
24.631,61
14
19.217,68
19.859,14
22.203,04
23.433,12
23.753,95
24.631,61
15
19.841,29
20.482,75
22.826,65
24.056,73
24.377,56
25.255,22
16
19.841,29
20.482,75
22.826,65
24.056,73
24.377,56
25.255,22
17
20.464,90
21.106,36
23.450,26
24.680,34
25.001,17
25.878,83
18
20.464,90
21.106,36
23.450,26
24.680,34
25.001,17
25.878,83
19
21.088,51
21.729,97
24.073,87
25.303,95
25.624,78
26.502,44
20
21.088,51
21.729,97
24.073,87
25.303,95
25.624,78
26.502,44
21
21.712,12
22.353,58
24.430,21
25.660,29
26.248,39
27.126,05
22
21.712,12
22.353,58
24.430,21
25.660,29
26.248,39
27.126,05
23
22.335,73
22.977,19
24.786,55
26.016,63
26.872,00
27.749,66
24
22.335,73
22.977,19
24.786,55
26.016,63
26.872,00
27.749,66
25
22.959,34
23.600,80
25.142,89
26.372,97
27.495,61
28.373,27
26
22.959,34
23.600,80
25.142,89
26.372,97
27.495,61
28.373,27
27
23.582,95
24.224,41
25.499,23
26.729,31
28.119,22
28.996,88
28
23.582,95
24.224,41
25.499,23
26.729,31
28.119,22
28.996,88
29
24.206,56
24.848,02
25.855,57
27.085,65
28.742,83
29.620,49
30
24.206,56
24.848,02
25.855,57
27.085,65
28.742,83
29.620,49
31
24.206,56
24.848,02
26.211,91
27.441,99
29.366,44
30.244,10
Bij te voegen bij ons besluit van 12 november 2009 tot vaststelling van de administratieve en geldelijke bepalingen van de loopbaan van verschillende personeelsleden van de FOD Justitie die deel uitmaken van de bewaking, techniek en logistiek.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK
Bijlage 3 - Weddeschalen van de geschrapte graden van bewaarder, kwartierchef en penitentiair beambte
Ancienneté - Ancienniteit
Surveillant Bewaarder
Agent pénitentiaire Penitentiair beambte
Chef de quartier Kwartierchef
4212
3010
3011
3012
3210
0
15.844,78
15.086,68
15.719,32
16.365,83
18.048,11
1
15.986,35
15.226,77
15.937,98
16.584,49
18.266,77
2
16.127,92
15.366,86
16.156,64
16.803,15
18.485,43
3
16.269,49
15.506,95
16.375,30
17.021,81
18.704,09
4
16.269,49
15.506,95
16.375,30
17.021,81
18.704,09
5
16.520,25
15.701,62
16.654,25
17.288,60
18.970,88
6
16.520,25
15.701,62
16.654,25
17.288,60
18.970,88
7
16.771,01
15.896,29
16.933,20
17.555,39
19.237,67
8
16.771,01
15.896,29
16.933,20
17.555,39
19.237,67
9
17.021,77
16.090,96
17.212,15
17.822,18
19.504,46
10
17.021,77
16.090,96
17.212,15
17.822,18
19.504,46
11
17.272,53
16.285,63
17.491,10
18.088,97
19.771,25
12
17.272,53
16.285,63
17.491,10
18.088,97
19.771,25
13
17.523,29
16.480,30
17.770,05
18.355,76
20.124,28
14
17.523,29
16.480,30
17.770,05
18.355,76
20.124,28
15
17.774,05
16.829,35
18.119,10
18.704,81
20.477,31
16
17.774,05
16.829,35
18.119,10
18.704,81
20.477,31
17
18.024,81
17.178,40
18.468,15
19.053,86
20.830,34
18
18.024,81
17.178,40
18.468,15
19.053,86
20.830,34
19
18.275,57
17.527,45
18.817,20
19.402,91
21.183,37
20
18.275,57
17.527,45
18.817,20
19.402,91
21.183,37
21
18.526,33
17.876,50
19.166,25
19.751,96
21.536,40
22
18.526,33
17.876,50
19.166,25
19.751,96
21.536,40
23
18.878,89
18.225,55
19.515,30
20.101,01
21.889,43
24
18.878,89
18.225,55
19.515,30
20.101,01
21.889,43
25
19.231,45
18.574,60
19.864,35
20.450,06
22.242,46
26
19.231,45
18.574,60
19.864,35
20.450,06
22.242,46
27
19.584,01
18.923,65
20.213,40
20.799,11
22.595,49
28
19.584,01
18.923,65
20.213,40
20.799,11
22.595,49
29
19.584,01
19.272,70
20.562,45
21.148,16
22.948,52
30
19.584,01
19.272,70
20.562,45
21.148,16
22.948,52
31
19.584,01
19.272,70
20.562,45
21.497,21
23.301,55
Bij te voegen bij ons besluit van 12 november 2009 tot vaststelling van de administratieve en geldelijke bepalingen van de loopbaan van verschillende personeelsleden van de FOD Justitie die deel uitmaken van de bewaking, techniek en logistiek.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK