12 MEI 2011. - Koninklijk besluit besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de gemeenten die over een brandweerdienst beschikken, in aanmerking komen voor een Staatsbijdrage voor het aankopen van brandweermaterieel

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming, artikel 12, gewijzigd bij de wet van 28 februari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de gemeenten die over een brandweerdienst beschikken, in aanmerking komen voor een Staatsbijdrage voor het aankopen van brandweermaterieel;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 december 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris van Begroting, gegeven op 20 januari 2011;

Gelet op advies 49.322/4 van de Raad van State, gegeven op 23 maart 2011;

Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder gemeenten die over een brandweerdienst beschikken, in aanmerking komen voor een Staatsbijdrage voor het aankopen van brandweermaterieel, worden de woorden « De gemeente moet 25 % of 50 % betalen naargelang zij al dan niet een gewestelijk groepscentrum is. » vervangen door de woorden « De gemeente moet 25 % of 50 % betalen naargelang zij al dan niet werkzaam is binnen een hulpverleningszone zoals bedoeld in artikel 10bis van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming. »

Art. 2.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de woorden « De subsidie is gelijk aan 75 % of 50 % van de kostprijs van het materieel, naargelang de gemeente al dan niet een gewestelijk groepscentrum is. » vervangen door de woorden : « De subsidie is gelijk aan 75 % of 50 % van de kostprijs van het materieel, naargelang de gemeente al dan niet werkzaam is binnen een hulpverleningszone zoals bedoeld in artikel 10bis van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming. »

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2010.

Art. 4.De Minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 mei 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM