Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 mei 2004
gepubliceerd op 28 juni 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, inzake de permanente vorming in de inrichtingen en diensten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004201313
pub.
28/06/2004
prom.
12/05/2004
ELI
eli/besluit/2004/05/12/2004201313/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 MEI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, inzake de permanente vorming in de inrichtingen en diensten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, inzake de permanente vorming in de inrichtingen en diensten.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 mei 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 2003 Permanente vorming in de inrichtingen en diensten (Overeenkomst geregistreerd op 13 januari 2004 onder het nummer 69271/CO/319)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en werkgevers van de inrichtingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten die erkend en/of gesubsidieerd zijn door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Onder "werknemers" wordt het mannelijk en vrouwelijk bedienden- en werkliedenpersoneel verstaan.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan het ministerieel besluit van het Verenigd College bevoegd voor het beleid inzake bijstand aan personen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 11 april 2003 tot toekenning van een subsidie voor de permanente vorming van de gesubsidieerde werknemers van de non-profitsectoren.

Art. 3.De werkgever zal erop toezien dat rekening gehouden wordt met de individuele vraag naar vorming van de werknemer, ofwel om de functie die hij uitoefent in de inrichting te valoriseren, ofwel om vooruit te komen in zijn loopbaanplanning, voor zover deze vormingen passen in de werking of de evolutie van de inrichting.

Art. 4.De organisatie van de vorming zal niet gebeuren ten nadele van het individuele recht bepaald in de van toepassing zijnde wetgeving.

Art. 5.Het vormingsplan van de inrichting wordt opgesteld na overleg met de vakbondsafvaardiging.

Art. 6.Over de aanwending van de vormingsmiddelen die worden toegekend door de subsidiërende overheid in het kader van artikel 1 van hoger genoemd ministerieel besluit zal worden beslist in gemeenschappelijk akkoord tussen de werkgever en de vakbondsafvaardiging.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2001 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door één van de ondertekenende partijen per aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, mits een opzeggingsperiode van drie maanden wordt nageleefd.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 mei 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^