gepubliceerd op 21 oktober 2008
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1992 tot oprichting van een paritair vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken en vaststelling van de statuten
12 JUNI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1992 tot oprichting van een paritair vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken en vaststelling van de statuten (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1992 tot oprichting van een paritair vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken en vaststelling van de statuten.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 juni 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 2007 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1992 tot oprichting van een paritair vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken en vaststelling van de statuten (Overeenkomst geregistreerd op 29 mei 2007 onder het nummer 82977/CO/308)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en werknemers die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie.
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden-, bediende- en kaderpersoneel.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wijzigt de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1992 tot oprichting van een "Paritair Vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken" en vaststelling van de statuten, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 1 april 1993, nadien gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1995 en bij collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 1999.
Art. 3.Het artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1992 tot oprichting van een paritair vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken en vaststelling van de statuten wordt als volgt vervangen : «
Art. 3.Met ingang van 1 januari 1992 wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht. De naam van het fonds is "Paritair Vormingsfonds voor risicogroepen voor de spaarbanken. » De verkorte naam is "EPOS". »
Art. 4.In artikel 6 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt de derde alinea geschrapt.
Art. 5.In artikel 7 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst worden de woorden "het beheersorgaan" vervangen door de woorden "de raad van bestuur".
Art. 6.De tekst van artikel 8 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, gewijzigd door artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 1999, wordt als volgt vervangen : «
Art. 8.§ 1. Het fonds wordt bestuurd door een raad van bestuur. De leden van de raad van bestuur worden benoemd door het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie. De raad is paritair samengesteld en bestaat uit vier werkgeversvertegenwoordigers en vier werknemersvertegenwoordigers.
Het paritair comité duidt voor beide vertegenwoordigingen evenveel plaatsvervangende leden aan. De plaatsvervangende leden kunnen alleen zetelen ter vervanging van de effectieve leden die verhinderd zijn. § 2. Het mandaat van een lid van de raad van bestuur neemt een aanvang vanaf de datum van de aanstelling door het paritair comité. Het mandaat eindigt door ontbinding van het fonds, door ontslag, door overlijden, of als gevolg van het door de verantwoordelijke organisatie gegeven ontslag.
De mandaten in de raad van bestuur zijn onbezoldigd. § 3. De raad van bestuur duidt onder zijn leden twee ondervoorzitters aan, waarvan één op voordracht van de werknemersvertegenwoordiging en één op voordracht van de werkgeversvertegenwoordiging.
In de oneven jaren vervult de ondervoorzitter verkozen uit de werkgeversvertegenwoordiging de functie van voorzitter. In de even jaren wordt het voorzitterschap vervuld door de ondervoorzitter gekozen uit de werknemersvertegenwoordiging.
De voorzitter draagt zorg voor de goede werking van de raad en doet het reglement naleven.
In het geval dat de voorzitter afwezig of verhinderd is, oefent de ondervoorzitter de voorzittersfunctie uit. »
Art. 7.Artikel 9 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, gewijzigd door artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1995 en artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 1999 wordt vervangen door volgende tekst : «
Art. 9.§ 1. De raad van bestuur vergadert minstens eenmaal per jaar, op uitnodiging van de voorzitter of van de helft van het totale aantal leden van de raad van bestuur.
De uitnodiging voor de vergadering wordt minstens tien werkdagen voor de vergadering verstuurd naar alle leden, met vermelding van de agenda.
De agenda omvat minstens eenmaal per jaar : - evaluatie van de voorbije en lopende projecten; - goedkeuring van nieuwe projecten; - goedkeuring van de jaarrekening en van het jaarverslag. § 2. Nieuwe projecten worden ingediend door de gezamenlijke werkgeversafvaardiging of de gezamenlijke werknemersafvaardiging.
Elk voorstel omvat minimaal : - doelgroep; - doelstelling; - inhoud van de opleiding; - raming van de kostprijs; - praktische informatie (wijze van selectie deelnemers, plaats van organisatie, enz.). § 3. De raad van bestuur kan slechts geldig beslissen wanneer minstens de helft van elke vertegenwoordiging aanwezig is.
In geval er een stemming plaatsvindt moet telkens een gelijk aantal leden van elke vertegenwoordiging aan de stemming deelnemen. De beslissingen worden bij gewone meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen genomen.
De ondervoorzitters behouden hun stemrecht zelfs als ze tijdelijk of punctueel het voorzitterschap waarnemen. § 4. Indien voor een geldig opgeroepen vergadering minder dan de helft van de werkgevers- of werknemersvertegenwoordiging aanwezig is, wordt een nieuwe vergadering van de raad van bestuur door de voorzitter samengeroepen binnen de maand na datum van de ongeldige vergadering en met de zelfde agenda. Deze oproeping moet per aangetekende brief gebeuren. Op deze vergadering kan over de zelfde agendapunten geldig worden beslist, ongeacht het aantal aanwezige leden.
Indien noch het effectief noch het plaatsvervangend lid op deze vergadering aanwezig kunnen zijn, mag het effectief lid een ander lid van de raad van bestuur volmacht geven om hem op deze vergadering te vertegenwoordigen. Dit schriftelijk mandaat dient ten laatste voor het begin van de vergadering aan de voorzitter te worden overgemaakt. »
Art. 8.De tekst van artikel 10 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, gewijzigd door artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1995, wordt vervangen als volgt : «
Art. 10.Het dagelijks bestuur en het secretariaat van het fonds wordt waargenomen door de Belgische Spaarbankenvereniging. De Belgische Spaarbankenvereniging kan deze taken laten uitvoeren door een lid van de vereniging, ressorterend onder de bevoegdheidsomschrijving van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, na goedkeuring door de raad van bestuur.
Tegenover derden wordt het fonds geldig vertegenwoordigd door minstens twee personen waaronder de voorzitter van het fonds, samen met één van volgende personen : - de ondervoorzitter van het fonds; - de voorzitter van het directiecomité van de Belgische Spaarbankenvereniging; - het lid van het directiecomité van de onderneming belast met het dagelijks bestuur en het secretariaat die HR onder zijn bevoegdheid heeft.
Bij deze vertegenwoordiging is steeds vereist dat volgens de principes van pariteit van de twee afvaardigingen wordt gehandeld.
De voorzitter of de ondervoorzitter die afkomstig is uit de werknemersvertegenwoordiging kan zich, in het geval dat hij verhinderd is, laten vertegenwoordigen door een effectief lid van de raad van bestuur dat in overeenstemming met artikel 8, § 1 door de werknemersafvaardiging is voorgedragen.
Het secretariaat zal jaarlijks een verslag opmaken, inclusief de jaarrekening, en deze voor goedkeuring aan de raad van bestuur voorleggen. »
Art. 9.Artikel 11 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst wordt vervangen door de volgende tekst : «
Art. 11.De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de raad van bestuur, evenals de gemandateerden van de BSV voor het dagelijks bestuur, zijn slechts verantwoordelijk voor de uitvoering van hun mandaat, en zij gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan ten opzichte van de verbintenissen van het fonds. »
Art. 10.De tekst van artikel 12 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, gewijzigd door artikel 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 1995, wordt als volgt vervangen : «
Art. 12.De uitoefening van de controle en het toezicht op de financiële toestand, de boekhouding en de jaarrekening van het fonds wordt toevertrouwd aan een revisor conform de regeling voorzien in de wetgeving met betrekking tot de fondsen van bestaanszekerheid.
Het paritair comité benoemt en ontslaat de revisor en bepaalt de vergoeding. De revisor wordt benoemd voor de hernieuwbare termijn van drie jaren.
De revisor mag op geen enkele manier verbonden zijn met de onderneming die, tijdens de uitoefening van zijn mandaat, belast is met het dagelijks bestuur en het secretariaat van het fonds.
De raad van bestuur en de revisor brengen eenmaal per jaar verslag uit aan het paritair comité. »
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2007 en is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd, onder volgende voorwaarden : - een opzeggingstermijn van minstens drie maanden; - ten vroegste op 1 oktober 2007; - door een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie.
De algemeen verbindend verklaring wordt aangevraagd.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 juni 2008.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET