12 JULI 2013. - Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen, van cabinebemanning en van luchtverkeersleiders

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG;

Gelet op de Verordening (EU) nr. 805/2011 van de Commissie van 10 augustus 2011 tot vaststelling van gedetaileerde regels voor vergunningen en bepaalde certificaten van luchtverkeersleiders, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad;

Gelet op de Verordening (EU) nr. 1178/2011 van de Commissie van 3 november 2011 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot de bemanning van burgerluchtvaartuigen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad;

Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, artikel 5 gewijzigd bij de wet van 2 januari 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën van 11 januari 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 1 maart 2013;

Gelet op de omstandigheid dat de gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;

Gelet op advies nr. 52.891/4 van de Raad van State, gegeven op 13 maart 2013 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de aanvaardbare wijzen van naleving uitgevaardigd door de Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA) in toepassing van artikel 18 van de bovenvermelde Verordening (EG) nr. 216/2008 die bekendgemaakt worden op de website van EASA;

Op de voordracht van Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen en de Staatssecretaris voor Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : TITEL 1. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Aanvaardbare wijzen van naleving (Acceptable Means of Compliance, AMC) : niet-bindende normen die het agentschap heeft aangenomen ter illustratie van methoden om overeenstemming te breiken met de basisverordening en de uitvoeringsvoorschriften daarvan;

Alternatieve wijzen van naleving : wijzen die een alternatief voorstellen op een bestaande aanvaardbare wijze van naleving of die een nieuwe methode voorstellen om overeenstemming te bereiken met basisverordening en de uitvoeringsvoorschriften daarvan waarvoor het Agentschap geen bijbehorende aanvaardbare wijzen van naleving (AMC) heeft vastgesteld;

Agentschap : Europees agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA);

Basisverordening : Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 20 februari 2008 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Europees agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart, houdende intrekking van Richtlijn 91/670/EEG, Verordening (EG) nr. 1592/2002 en Richtlijn 2004/36/EG;

Bedrijfsarts : arts die voldoet aan de voorwaarden van de Verordening (EU) nr. 1178/2011 om in te staan voor de medische evaluatie van cabinebemanning;

Luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) : medisch centrum waar luchtvaartmedische keuringsartsen (AME) onder het gezag van het hoofd van het luchtvaartgeneeskundig centrum luchtvaartmedische onderzoeken en evaluaties uitvoeren;

Medisch certificaat : certificaat uitgereikt aan de aanvrager of houder van een bewijs van bevoegdheid die geschikt verklaard werd na een luchtvaartmedische evaluatie;

Onderzoek klasse 4 : luchtvaartmedisch onderzoek dat ondergaan wordt door de aanvrager of houder van : - een toelating voor het oefenen met of het besturen van een ultralicht motorluchtvaartuig; - een toelating voor het besturen van een paramotor;

AME-certificaat : certificaat van luchtvaartmedische keuringsarts (AME) met de voorrechten voor de afgifte, verlenging en hernieuwde afgifte van medische certificaten;

Beperking : maatregel die de voorrechten van het bewijs van bevoegdheid of toelating beperkt;

Afwijking : maatregel die toelaat om een kandidaat, die niet volledig aan de vereiste medische voorwaarden voldoet, toch geschikt te verklaren;

Luchtvaartmedische keuringsarts (AME) : geneesheer die alle of een gedeelte van de onderdelen van het luchtvaartmedisch onderzoek van klasse 1, 2, LAPL, 3 of 4 uitvoert;

Hoofd van het luchtvaartgeneeskundig centrum : erkende luchtvaartmedische keuringsarts die aan het hoofd staat van een luchtvaartgeneeskundig centrum en verantwoordelijk is voor het functioneren en voor de beslissingen van een luchtvaartgeneeskundig centrum;

Verlenging : verlenging van een medisch certificaat waarbij onderzoeken en/of beoordelingen gebeuren gedurende de 45 dagen voorafgaand aan de vervaldatum van het medisch certificaat;

Hernieuwde afgifte : afgifte van een medisch certificaat indien het onderzoek en/of de beoordeling gebeuren na de vervaldatum van het medisch certificaat;

Verordening (EU) nr. 1178/2011 : de Verordening (EU) nr. 1178/2011 van de Commissie van 3 november 2011 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot de bemanning van burgerluchtvaartuigen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad;

LAPL : bewijs van bevoegdheid als recreatief vlieger;

Directeur-generaal : de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart;

Minister : de minister bevoegd voor de luchtvaart.

TITEL 2. - Algemeen HOOFDSTUK 1. - Bevoegde autoriteit

Art. 2.Het Directoraat-generaal Luchtvaart is de bevoegde autoriteit voor : 1° luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC) waarvan het hoofdkantoor in België gevestigd is;2° luchtvaartmedische keuringsartsen (AME) : a) waarvan het hoofdkantoor in België gevestigd is;b) waarvan het hoofdkantoor in een derde land gevestigd is maar die het certificaat aanvragen in België;3° bedrijfsartsen die, in België, de medische geschiktheid van cabinebemanning beoordelen. HOOFDSTUK 2. - Geneeskundige instanties Afdeling 1. - Algemeen

Art. 3.De Minister duidt op eensluidend advies van de Directeur-generaal binnen het Directoraat-generaal Luchtvaart twee artsen aan als medische beoordelaars die voldoen aan de voorwaarden van de Verordening (EU) nr. 1178/2011 waarbij rekening gehouden wordt met de aanvaardbare wijzen van naleving.

Art. 4.Een medische toetsingscommissie, een beroepscommissie alsook een medisch secretariaat, alle met zetel te Brussel, worden opgericht bij de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer. Afdeling 2. - Medische Beoordelaars

Art. 5.De medische beoordelaars hebben de volgende taken : 1° het geven van lezingen in de basis -, voortgezette en opfrissingcursus voor luchtvaartmedische keuringsarten (AME) en voor de luchtvaarmedische keuringsartsen (AME) van de luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC);2° het uitvoeren van toezicht en audits op luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC), luchtvaartmedische keuringsartsen (AME), opleidingsinstellingen voor luchtvaartmedische keuringsartsen (AME) en bedrijfsartsen;3° het uitvoeren van de luchtvaartmedische evaluatie van kandidaten voor of houders van een medisch certificaat na doorverwijzing door het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of de luchtvaartmedische keuringsarts (AME);4° het verlenen van adviezen aan luchtvaartmedische keuringsartsen (AME) en luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC) om, in geval van betwisting, een besluit te nemen over de luchtvaartmedische geschiktheid;5° het opnieuw bekijken van onderzoeks- en evaluatieverslagen ontvangen van een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) en het schriftelijk melden aan hen van eventuele tegenstrijdigheden, vergissingen of fouten in het beoordelingsproces;6° het opnieuw bekijken en in zoverre het nodig is om de vliegveiligheid te waarborgen, het medisch certificaat nietig verklaren indien het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) de vereisten niet naleeft. Ingeval de medische beoordelaar in toepassing van het eerste lid, 6°, het medisch certificaat nietig verklaart, deelt hij per aangetekend schrijven deze beslissing evenals de medische motieven alsook de beroepsmogelijkheid bedoeld in artikel 11 en 12 mee aan de houder van een medisch certificaat, die het onmiddellijk terugstuurt aan de medische beoordelaar. Afdeling 3. - Medische toetsingscommissie

Art. 6.§ 1. De medische toetsingscommissie bestaat uit relevante medische vakspecialisten aangeduid door de Directeur-generaal na advies van de beide medische beoordelaars onder de geneesheren, die bijzonder bevoegd zijn in luchtvaartgeneeskunde.

De medische toetsingscommissie wordt voorgezeten door een medische beoordelaar.

Een lid van de medische toetsingscommissie kan er geen deel van uitmaken indien hij in het betrokken dossier tevens optreedt als erkende keuringsarts (AME). § 2. De medische toetsingscommissie is belast met de extra verificatie van grensgevallen en verleent op vraag van de medische beoordelaar adviezen aan de medisch beoordelaar. Afdeling 4. - Beroepscommissie

Art. 7.De beroepscommissie bestaat uit twee kamers, een Franstalige en een Nederlandstalige.

Art. 8.§ 1. Elke kamer bestaat uit drie werkende en drie plaatsvervangende leden gekozen uit geneesheren die bijzonder bevoegd zijn in luchtvaartgeneeskunde en aangeduid worden door de Minister.

Een lid van de beroepscommissie kan niet tegelijkertijd lid zijn van de medische toetsingscommissie. § 2. Elke kamer wordt voorgezeten door een van haar leden aangeduid door de Minister.

Art. 9.Een lid van de kamer van beroep kan niet geldig zetelen als hij kennis heeft gekregen van het dossier als luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of als lid van de medische toestsingscommissie. Afdeling 5. - Secretariaat

Art. 10.De medische beoordelaars, de medische toetsingscommissie en de beroepscommissie worden bijgestaan door een medisch secretariaat dat geleid wordt door de medische beoordelaars.

Het secretariaat verzamelt en bewaart de medische dossiers van de aanvragers en houders van een vergunning of toelating, zowel van deze die geschikt werden bevonden als van deze die ongeschikt werden bevonden of waarvan het beroep werd verworpen.

Het secretariaat stuurt het geneeskundig dossier van de verzoeker, die beroep instelt, zo spoedig mogelijk door naar de voorzitter van de kamer van de beroepscommissie.

Het secretariaat verzekert het dagelijks beheer van alle uit te voeren expertiseformalititeiten en het versturen van de beslissingen naar de personen en organen die ter zake bevoegd zijn of die gemachtigd zijn deze informatie en bescheiden te ontvangen.

De medische beoordelaars regelen, door middel van een huishoudelijk reglement, de bevoegdheden van de leden van het secretariaat die onder hun bevel staan en bij naam aangeduid zijn. HOOFDSTUK 3. - Beroep

Art. 11.§ 1. De verzoeker kan een niet-opschortend beroep instellen tegen de beslissingen in eerste aanleg van een medische beoordelaar, een luchtvaartgeneeskundige centrum (AeMC), een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) en van een bedrijfsarts bij de beroepscommissie. § 2. Het beroep wordt, per aangetekend schrijven, gericht aan de Directeur-generaal binnen de dertig dagen na ontvangst van de beslissing.

De Directeur-generaal stuurt het onmiddellijk door naar de voorzitter van de bevoegde kamer van de beroepscommissie. § 3. Als de verzoeker zich wil laten bijstaan door een geneesheer, dan vermeldt hij in zijn beroep de naam en het adres van deze geneesheer. § 4. De verzoeker of zijn geneesheer stuurt de bevoegde kamer binnen de 15 dagen vanaf het instellen van het beroep een verslag dat de motivering van de beslissing bedoeld in paragraaf 1 weerlegt. § 5. Na ontvangst van dit verslag of na het verstrijken van de termijn vermeld in paragraaf 4 wordt verzoeker opgeroepen om te verschijnen voor de beroepscommissie. Hij mag zich laten vergezellen van een geneesheer van zijn keuze. Deze moet gehoord worden door de beroepscommissie indien hij erom verzoekt. § 6. De geneesheren van de beroepscommissie mogen zelf bijkomende onderzoeken uitvoeren of specialisten daarmee belasten die zij aanwijzen.

Art. 12.De beroepscommissie stuurt haar advies met de medische motieven naar de medische beoordelaar.

In geval van geschiktheid reikt de medische beoordelaar het medisch certificaat uit.

In geval van ongeschiktheid maakt de medische beoordelaar zijn beslissing tot weigering van de uitreiking van het medisch certificaat per aangetekende brief over aan de betrokkene.

TITEL III. - Stuurpersoneel bedoeld in de Verordening (EG) nr. 216/2008 HOOFDSTUK 1. - Geneeskundige expertise Afdeling 1. - Algemeen

Art. 13.De Minister of zijn gemachtigde kan : 1° alternatieve wijzen van naleving gebruikt door de bevoegde autoriteit bepalen; 2° alternatieve wijze van naleving van organisaties bedoeld in ORA.GEN. 105, (a), (1), die onder het toezicht staan van de bevoegde autoriteit goedkeuren.

Indien organisaties bedoeld in ORA.GEN. 105, (a), (1), die onder het toezicht van de bevoegde autoriteit staan, alternatieve wijzen van naleving wensen te gebruiken richten zij hiervoor een schriftelijke aanvraag aan de Directeur-generaal.

Bij gebreke aan alternatieve wijzen van naleving bedoeld in het eerste lid wordt er voor het stuurpersoneel bedoeld in de basisverordening en de Verordening (EU) nr. 1178/2011 rekening gehouden met de aanvaardbare wijzen van naleving zoals vastgesteld en gepubliceerd door het agentschap.

Art. 14.De luchtvaartgeneeskundige evaluatie is gebaseerd op de eisen inzake medische geschiktheid vastgelegd in de Verordening (EU) nr. 1178/2011 waarbij rekening gehouden wordt met de aanvaardbare wijzen van naleving of desgevallend alternatieve wijzen van naleving, en desgevraagd aangevuld met het advies van de medische beoordelaars in toepassing van artikel 5, 4°. Afdeling 2. - Procedure

Onderafdeling 1. - Algemeenheden

Art. 15.De kandidaat richt zijn schriftelijke aanvraag voor een medisch certificaat tot een luchtvaartgeneeskundige centrum (AeMC) of een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) door gebruik te maken van het luchtvaartmedische formulier vastgesteld door de Directeur-generaal rekening houdend met de aanvaardbare wijzen van naleving.

Art. 16.Het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), de luchtvaartmedische keuringsarts of de medische beoordelaar gebruikt voor het onderzoeksverslag voor aanvragers van klasse 1, klasse 2 of LAPL de luchtvaartmedische formulieren vastgesteld door de Directeur-generaal rekening houdend met de aanvaarbare wijzen van naleving.

Onderafdeling 2. - Dossier

Art. 17.Als besluit van de evaluatie, stuurt de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of het hoofd van het luchtvaartgeneeskundige centrum indien het onderzoek gebeurde in een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), zo spoedig mogelijk het volledige dossier naar de medische beoordelaar.

De Directeur-generaal bepaalt de formulieren die gebruikt worden voor de onderzoeksverslagen.

Onderafdeling 3. - Medisch certificaat

Art. 18.De houder van een medisch certificaat moet dit voorleggen : 1° aan de medische beoordelaar op eenvoudig verzoek;2° aan de beambten van het Directoraat-generaal Luchtvaart op eenvoudig verzoek. Onderafdeling 4. - Weigering om een medisch certificaat uit te reiken

Art. 19.In geval van ongeschiktheid van een kandidaat overhandigt het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of de medische beoordelaar hem tegen ontvangstbewijs een document waarin de weigering tot het uitreiken van het medisch certificaat en de medische motieven worden vastgesteld en waarin het recht op een beroep overeenkomstig artikel 11 en 12 wordt vermeld.

Een kopie van het in het eerste lid bedoelde document en ontvangstbewijs wordt door het luchtvaartgeneeskundig centrum of de luchtvaartmedische keuringsarts overgemaakt aan de medische beoordelaar binnen een termijn van 5 werkdagen. HOOFDSTUK 2 - Gebruik van alcohol of drugs

Art. 20.De houder van een geldig medisch certificaat onthoudt er zich van de voorrechten van zijn vergunning of van zijn toelating uit te oefenen als hij zich onder invloed bevindt van alcoholische dranken of in geval van inname van om het even welke drug.

In geval van twijfel is hij ertoe gehouden advies te vragen aan een medische beoordelaar, een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of een luchtvaartmedische keuringsarts (AME). HOOFDSTUK 3 - Erkenning Afdeling 1. - Luchtvaartgeneeskundige centra

Art. 21.Luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC) worden erkend door de bevoegde autoriteit in toepassing van de Verordening (EU) nr. 1178/2001 waarbij rekening gehouden wordt met de aanvaardbare wijzen van naleving of desgevallend alternatieve wijzen van naleving.

Art. 22.De Directeur-generaal beperkt, schorst of trekt overeenkomstig ARA.GEN.350 de erkenning als luchtvaartgeneeskundige centrum (AeMC) in, in de gevallen bedoeld in ARA.AeMC.150. Afdeling 2. - Luchtvaartmedische keuringsartsen

Art. 23.De aanvraag van een certificaat als luchtvaartmedische keuringsarts (AME) gebeurt schriftelijk door gebruik te maken van het door de Directeur-generaal vastgestelde formulier.

Art. 24.Een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) wordt erkend door de bevoegde autoriteit in toepassing van de Verordening (EU) nr. 1178/2011 waarbij rekening gehouden wordt met de aanvaardbare wijzen van naleving of desgevallend alternatieve wijzen van naleving.

Art. 25.§ 1. De Directeur-generaal beperkt, schorst of trekt een AME - certificaat in, in de gevallen bedoeld in ARA.MED.250, a). § 2. De Directeur-generaal trekt in de gevallen bedoeld in ARA.MED.250, b), een AME-certificaat in.

TITEL 4. - Cabinebemanning HOOFDSTUK 1. - Geneeskundige expertise Afdeling 1. - Algemeen

Art. 26.De Minister of zijn gemachtigde kan : 1° alternatieve wijzen van naleving gebruikt door de bevoegde autoriteit bepalen; 2° alternatieve wijzen van naleving van organisaties bedoeld in ORA.GEN.105, (a), (1), die onder het toezicht van de bevoegde autoriteit staan, goedkeuren.

Indien organisaties bedoeld in ORA.GEN.105, (a), (1), die onder het toezicht van de bevoegde autoriteit staan, alternatieve wijzen van naleving wensen te gebruiken richten zij hiervoor een schriftelijke aanvraag aan de Directeur-generaal.

Bij gebreke aan alternatieve wijzen van naleving bedoeld in het eerste lid wordt er voor de cabinebemanning bedoeld in de basisverordening en de Verordening (EU) nr. 1178/2011 rekening gehouden met de aanvaardbare wijzen van naleving zoals vastgesteld en gepubliceerd door het agentschap.

Art. 27.De luchtvaartgeneeskundige evaluatie van cabinetbenaming is gebaseerd op de eisen inzake medische geschiktheid vastgelegd in de Verordening (EU) nr. 1178/2011 waarbij rekening gehouden wordt met de aanvaardbare wijzen van naleving of desgevallend alternatieve wijzen van naleving, desgevraagd aangevuld met het advies van de medische beoordelaars in toepassing van artikel 5, 4°.

Vooraleer luchtvaartgeneeskundige evaluaties van cabinebemanning uit te voeren dienen bedrijfsartsen aan te tonen aan de medische beoordelaar dat ze voldoen of nog steeds voldoen aan de voorwaarden van de Verordening (EU) nr. 1178/2011. Afdeling 2. - Procedure

Onderafdeling 1. - Algemeen

Art. 28.Een lid van de cabinebemanning richt zijn schriftelijke aanvraag voor een luchtvaartgeneeskundige beoordeling aan een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of de bedrijfsarts al naargelang het geval door gebruik te maken van het luchtvaartmedische formulier vastgesteld door de Directeur-generaal.

Art. 29.Het luchtvaartgeneeskundig centrum, de luchtvaartmedische keuringsarts of de bedrijfsarts gebruikt voor het onderzoeksverslag de luchtvaartmedische formulieren vastgesteld door de Directeur-generaal.

Art. 30.De Minister bepaalt de vorm en inhoud van het medisch rapport dat wordt afgeleverd aan aanvragers en houders van een attest cabinebemanning rekening houdend met de aanvaardbare wijzen van naleving.

Onderafdeling 2. - Dossier

Art. 31.Als besluit van de evaluatie, stuurt de luchtvaartmedische keuringsarts (AME), het hoofd van het luchtvaartgeneeskundig centrum indien het onderzoek gebeurde in een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of de bedrijfsarts zo spoedig mogelijk het volledige dossier naar de medische beoordelaar.

Onderafdeling 3. - Medisch rapport

Art. 32.De houder van een medisch rapport moet dit voorleggen op eenvoudig verzoek : - aan de medische beoordelaar; - aan de beambten van het Directoraat-generaal Luchtvaart.

Onderafdeling 4. - Weigering van een medisch rapport

Art. 33.In geval van ongeschiktheid van een kandidaat overhandigt het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of de bedrijfsarts hem tegen ontvangstbewijs een document waarin de weigering tot het uitreiken van het medisch rapport en de medische motieven worden vastgesteld en waarin het recht op een beroep overeenkomstig artikel 11 en 12 wordt vermeld.

Een kopie van het in het eerste lid bedoelde document en ontvangstbewijs wordt door het luchtvaartgeneeskundig centrum of de luchtvaartmedische keuringsarts overgemaakt aan de medische beoordelaar binnen een termijn van 5 werkdagen. HOOFDSTUK 2. - Gebruik van alcohol en drugs

Art. 34.De houder van een geldig medisch rapport onthoudt er zich van zijn taken en verantwoordelijkheden als cabinebemanning uit te oefenen als hij zich onder invloed bevindt van alcoholische dranken of in geval van inname van om het even welke drug.

In geval van twijfel is hij ertoe gehouden advies te vragen aan een medische beoordelaar, een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of de bedrijfsarts. HOOFDSTUK 3. - Erkenning Afdeling 1. - Luchtvaartgeneeskundige centra

Art. 35.Een luchtvaartgeneeskundig centrum dat instaat voor de medische beoordeling van cabinebemanning wordt erkend overeenkomstig de bepalingen van de Verordening (EU) nr. 1178/2011 rekening houdend met de aanvaardbare wijzen van naleving of desgevallend alternatieve wijzen van naleving.

Art. 36.De Directeur-generaal beperkt, schorst of trekt overeenkomstig ARA.GEN.350 de erkenning als luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) in, in de gevallen bedoeld in ARA.AeMC.150. Afdeling 2. - Luchtvaartmedische keuringsartsen

Art. 37.De aanvraag van een certificaat als luchtvaartmedische keuringsarts (AME) gebeurt schriftelijk door gebruik te maken van het door de Directeur-generaal vastgestelde formulier.

Art. 38.Een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) die instaat voor de medische evaluatie van cabinebenaming wordt erkend overeenkomstig de bepalingen van de Verordening (EU) nr. 1178/2011 waarbij tevens rekening gehouden wordt met de aanvaardbare wijzen van naleving of desgevallend alternatieve wijzen van naleving.

Art. 39.§ 1. De Directeur-generaal beperkt, schorst of trekt een AME-certificaat in, in de gevallen bedoeld in ARA.MED.250, a). § 2. De Directeur-generaal trekt in de gevallen bedoeld in ARA.MED.250, b), het AME-certificaat in.

TITEL 5. - Bestuurders van ultralichte motorluchtvaartuigen en paramotoren HOOFDSTUK 1. - Geneeskundige expertise Afdeling 1. - Algemeenheden

Art. 40.§ 1. Het medisch onderzoek klasse 4 omvat : 1° een anamnese, en;2° de volgende onderdelen : a) een klinisch onderzoek;b) bloeddruk;c) urinetest;d) gezichtsvermogen;e) hoorvermogen;f) elektrocardiogram. § 2. Om te voldoen aan het medisch onderzoek moet de aanvrager of houder van een toelating als lid van het stuurpersoneel van een paramotor of ultra-licht motorluchtvaartuig, vrij bevonden worden van elke lichamelijke of geestelijke aandoening of anomalie die een bepaald functioneel onvermogen zou kunnen teweegbrengen, dat van die aard is dat de veiligheid bij het besturen van een luchtvaartuig of de veiligheid van de vlucht in het algemeen in het gedrang komt.

De aanvrager of houder van een toelating als lid van het stuurpersoneel van een paramotor of ultra-licht motorluchtvaartuig mag in zijn persoonlijke antecedenten geen enkele lichamelijke of geestelijke stoornis vertonen die kan recidiveren en aldus de veiligheid van de vlucht in gevaar kan brengen.

Het medisch onderzoek heeft tot doel vast te stellen of de aanvrager of houder van een toelating voldoet aan de eisen inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid zoals bepaald door de Minister desgevraagd aangevuld met het advies van de medische beoordelaar in toepassing van artikel 5, 4°.

De medische beoordelaar speelt vooral een rol bij de evaluatie van het risico voor de veiligheid van de vlucht, telkens de formulering van het criterium plaats laat voor marge in de interpretatie van de mogelijke gevolgen van de vastgestelde anomalie of deficiëntie.

De bepaling van de geschiktheid gebeurt op basis van een grondig medisch onderzoek op basis van de beste praktijken op luchtvaartgeneeskundig gebied. Bij deze bepaling moet rekening gehouden worden niet alleen met de aard van de functies eigen aan de gevraagde toelating, maar ook met de omstandigheden waarin deze functie zal uitgevoerd worden.

Art. 41.Het medisch onderzoek klasse 4 van de aanvrager of houder toelating moet ondergaan worden in een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of bij een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) klasse 1 of 2.

Indien de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) verbonden is aan een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) moet dit centrum eveneens erkend zijn. Afdeling 2. - Procedure

Onderafdeling 1. - Algemeenheden

Art. 42.De kandidaat richt zijn aanvraag voor een medisch onderzoek schriftelijk tot het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of tot een luchtvaartmedische keuringsarts (AME).

Art. 43.Diegene die een medisch onderzoek klasse 4 wenst te ondergaan, vermeldt op zijn aanvraag de toelating waarvoor hij dit onderzoek wenst te ondergaan.

Art. 44.§ 1. Diegene die een medisch onderzoek klasse 4 wenst te ondergaan, moet identiteitspapieren voorleggen en aan de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) een ondertekende verklaring overhandigen met zijn persoonlijke, familiale en hereditaire medische antecedenten.

De betrokkene zal in deze verklaring eveneens vermelden of hij reeds een onderzoek heeft ondergaan voor het verkrijgen, een verlenging of een hernieuwde afgifte van een medisch certificaat en, in voorkomend geval, welke de uitslag ervan was.

De luchtvaartmedische keuringsarts (AME) wijst betrokkene erop dat zijn verklaring in eer en geweten en conform de waarheid moet zijn. § 2. Elke verklaring of verzwijging gedaan met het doel bedrog te plegen, zal meegedeeld worden aan de medische beoordelaar die de gepaste maatregelen zal nemen, met inbegrip van het meedelen van deze informatie aan de medische luchtvaartautoriteiten van derde Staten.

Art. 45.Een medisch certificaat klasse 1 of 2 is ook geldig als medisch certificaat klasse 4.

Onderafdeling 2. - Verslag

Art. 46.Als besluit van het medisch onderzoek klasse 4, stuurt de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of het hoofd van het luchtvaartgeneeskundig centrum indien het onderzoek gebeurde in een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), zo spoedig mogelijk het volledige dossier naar de medische beoordelaar.

De Directeur-generaal bepaalt de formulieren die gebruikt worden voor de onderzoeksverslagen.

Onderafdeling 3. - Uitreiking van een medisch certificaat

Art. 47.Bij het einde van het medisch onderzoek klasse 4 en na het vaststellen van zijn geschiktheid door het hoofd van het luchtvaartgeneeskundig centrum of de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) geeft deze een medisch certficaat klasse 4 af aan de betrokkene.

Art. 48.Het medisch certificaat klasse 4 bevat de volgende inlichtingen : 1° het refertenummer van het medisch certificaat toegekend door de medische beoordelaar en de nummer van de toelating van de betrokkene;2° de vermelding dat het om een onderzoek klasse 4 gaat;3° de naam, voornamen en het adres van de betrokkene;4° zijn geboortedatum;5° zijn nationaliteit;6° de einddatum en de geldigheid van het medisch certificaat : i.einddatum van de geldigheid van het afgeleverde medisch certificaat; ii. einddatum van de geldigheid van het vorige medische certificaat; 7° de datum van het medisch onderzoek klasse 4;8° de datum van het laatste elektrocardiogram;9° de datum van de laatste audiometrie;10° de afwijkingen of beperkingen;11° de naam, het erkenningsnummer en de handtekening van de luchtvaartmedische keuringsarts (AME);12° de datum van het volgende medisch onderzoek klasse 4;13° de handtekening en adres van de kandidaat.

Art. 49.De houder van een medisch certificaat klasse 4 moet het voorleggen op eenvoudig verzoek : - aan de medische beoordelaar; - aan de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) bij de verlenging of hernieuwde afgifte ervan; - aan de beambten van het Directoraat-generaal Luchtvaart.

Onderafdeling 4. - Weigering om een medisch certificaat uit te reiken

Art. 50.In geval van ongeschiktheid van een kandidaat overhandigt het hoofd van het luchtvaargeneeskundig centrum of de luchtvaarmedische keuringsarts (AME) hem tegen ontvangstbewijs een document waarin de weigering tot het uitreiken van het medische certificaat en de medische motieven worden vastgesteld en waarin het recht op een beroep overeenkomstig artikel 11 en 12 wordt vermeld.

Een kopie van het in het eerste lid bedoelde document en ontvangstbewijs wordt door het hoofd van het luchtvaartgeneeskundig centrum of door de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) overgemaakt aan de medische beoordelaar binnen een termijn van 5 werkdagen.

Art. 51.Vanaf het uitreiken van het document waarin deze weigering wordt vastgesteld, onthoudt betrokkene zich van het uitoefenen van de voorechten van zijn toelating. Afdeling 3. - Medisch certificaat klasse 4

Onderafdeling 1. - Afwijking of beperking

Art. 52.§ 1. Om de vliegveiligheid te waarborgen kunnen de volgende beperkingen worden opgelegd : 1° TML : enkel geldig voor de aangegeven periode;2° VDL : de aanvrager of de houder van een toelating moet correctieglazen of contactlenzen dragen voor gezicht op verre afstand en aan boord over een reservebril beschikken;3° VML : de aanvrager of de houder van een toelating moet multifocale correctieglazen dragen en aan boord over een reservebril beschikken;4° VNL : de aanvrager of de houder van een toelating moet correctieglazen dragen voor gezicht op dichte afstand en aan boord over een reservebril beschikken;5° OSL : de aanvrager of houder van een toelating mag uitsluitend een luchtvaartuig bedienen indien een andere piloot die volledig gekwalificeerd is om op te treden als eerste bestuurder van de desbetreffende klasse of het desbetreffende type luchtvaartuig aan boord is, het luchtvaartuig uitgerust is met dubbele bediening en de medebestuurder een stoel bij het bedieningspaneel bezet;6° CCL : correctie enkel met contactlenzen;7° HAL : enkel geldig indien gehoor hulpmiddelen gedragen worden;8° APL : enkel geldig mits het dragen van goedgekeurde prothese(n);9° OCL : enkel geldig als medebestuurder;10° SSL : speciale beperking zoals gespecificeerd;11° OAL : beperkt tot een bepaald vliegtuigtype;12° AHL : enkel geldig met goedgekeurde handbediening van de stuurorganen;13° SIC : het hood van het luchtvaartgeneeskundig centrum of de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) moet contact opnemen met de medisch beoordelaar alvorens een medisch certificaat te verlengen of over te gaan tot een hernieuwde afgifte;14° RXO : een specialistisch oftalmologisch onderzoek is vereist;15° OPL : de houder of aanvrager van een toelating mag uitsluitend een luchtvaartuig besturen zonder passagiers aan boord. § 2. De beperkingen bedoeld in paragraaf 1, 1° tot 4° worden opgelegd door een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC).

De beperkingen bedoeld in paragraaf 1, 5° tot 15° worden opgelegd door een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) in overleg met de medisch beoordelaar. § 3. De beperkingen bedoeld in paragraaf 1 worden verwijderd van een medisch certificaat door een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) in overleg met de medische beoordelaar.

Art. 53.Elke beperking of afwijking moet vermeld worden op het medisch certificaat klasse 4.

Onderafdeling 2. - Geldigheid

Art. 54.§ 1. Het medisch certificaat klasse 4 heeft een geldigheid van : 1° zestig maanden voor personen jonger dan 40 jaar.Het certificaat uitgereikt vóór de 40ste verjaardag vervalt evenwel op de dag dat betrokkene 42 jaar wordt; 2° vierentwintig maanden, voor personen ouder dan 40 jaar. De leeftijd die in aanmerking wordt genomen, is deze die betrokkene bereikt heeft op de dag van het medisch onderzoek.

Art. 55.§ 1. De geldigheidsperiode van een medisch certificaat klasse 4 vangt aan : 1° op datum van de eerste beoordeling;2° in geval van een verlenging, op de dag het vorige medisch certificaat vervalt;3° in geval van een hernieuwde afgifte, op de dag van het geneeskundig onderzoek. § 2. De duur van de geldigheid van een medisch certificaat klasse 4 kan om medische reden ingekort worden door de luchtvaartmedische keuringsarts in overleg met de medische beoordelaar. § 3. De medische voorwaarden waaraan de verlenging of de hernieuwde afgifte van een medisch attest moet voldoen, zijn dezelfde als deze voor de eerste beoordeling, behalve de uitzonderingen bepaald door de Minister. HOOFDSTUK 2. - Lichamelijke of geestelijke deficiëntie Gebruik van geneesmiddelen of drugs

Art. 56.§ 1. De houder van een toalting mag op geen enkel moment de rechten verbonden aan deze toelating, de bijhorende bevoegdverklaringen of certificaten uitoefenen wanneer hij : 1° zich bewust is van een vermindering van zijn medische geschiktheid die ertoe zou kunnen leiden dat hij niet langer in staat is om deze rechten veilig uit te oefenen;2° voorgeschreven of niet voorgeschreven medicatie neemt of gebruikt die een veilige uitoefening van de aan de toelating verbonden bevoegdheden kan beïnvloeden;3° een medische, operatieve of andere behandeling ondergaat die de vluchtveiligheid kan beïnvloeden. § 2. Daarnaast moeten houders van een toelating direct luchtvaartgeneeskundig advies inwinnen bij een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of een medische beoordelaar wanneer zij : 1° een operatie of een invasieve ingreep hebben ondergaan;2° met regelmatig gebruik van medicatie zijn begonnen;3° significant persoonlijk letsel hebben opgelopen dat ertoe heeft geleid dat ze niet meer als lid van de bemanning van een luchtvaartuig kunnen functioneren;4° aan een ernstige ziekte hebben geleden die ertoe geleid heeft dat ze niet meer als lid van de bemanning van een luchtvaartuig kunnen functioneren;5° zwanger zijn;6° in een ziekenhuis zijn opgenomen;7° voor het eerst corrigerende lenzen nodig hebben;8° aan een ziekte hebben geleden die ertoe geleid heeft dat ze niet meer als lid van de bemanning van een luchtvaartuig hebben kunnen functioneren voor een periode van ten minste 21 dagen. Het luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC), de luchtvaartmedische keuringsarts (AME) of de medische beoordelaar moet de houders van de toelating beoordelen en beslissen of ze geschikt zijn om de uitoefening van hun bevoegdheden te kunnen hervatten. HOOFDSTUK 3. - Erkenning Afdeling 1. - Luchtvaartgeneeskundige centra

Art. 57.Een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) dat overeenkomstig de Verordening (EU) nr. 1178/2011 en rekening houdend met de aanvaardbare wijzen van naleving (AMC) en desgevallend alternatieve wijzen van naleving erkend werd inzake medische certificaten klasse 1, klasse 2 of LAPL is tevens erkend voor de afgifte, verlenging en hernieuwde afgifte van medische certificaten klasse 4 en de medische onderzoeken klasse 4.

Art. 58.De Directeur-generaal beperkt, schorst of trekt overeenkomstig ARA.GEN.350 de erkenning als luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) in, in de gevallen bedoeld in ARA.AeMC.150. Afdeling 2. - Luchtvaartmedische keuringsartsen

Art. 59.Een luchtvaartmedische keuringsarts (AME) die overeenkomstig de Verordening (EU) nr. 1178/2011 en rekening houdend met de aanvaardbare wijzen van naleving en desgevallend alternatieve wijzen van naleving erkend werd inzake medische certificaten klasse 1, klasse 2 of LAPL is tevens erkend voor de afgifte, verlenging, hernieuwde afgifte van medische certificaten klasse 4 en de medische onderzoeken klasse 4.

Art. 60.§ 1. De Directeur-generaal beperkt, schorst of trekt het AME-certificaat in, in de gevallen bedoeld in ARA.MED.250, a). § 2. De Directeur-generaal trekt in de gevallen bedoeld in ARA.MED.250, b), het AME-certificaat in.

TITEL 6. - Luchtverkeersleiders

Art. 61.§ 1. Luchtverkeersleiders moeten houder zijn van een medisch certificaat klasse 3.

De aanvragen voor de afgifte, hernieuwde afgifte of de verlenging van een medisch certificaat klasse 3 worden schriftelijk ingediend bij een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of een erkende luchtvaartmedische keuringsarts (AME) erkend overeenkomstig paragraaf 4. § 2. De beoordeling voor de eerste afgifte van een medisch certificaat klasse 3 vindt plaats in een luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) dat erkend werd inzake medische certificaten klasse 1.

De beoordeling voor de verlenging of hernieuwde afgifte van medische certificaten klasse 3 vindt plaats in luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC) of bij luchtvaartmedische keuringsarten (AME) die erkend werden inzake medische certificaten klasse 1. § 3. De procedure voor de afgifte, verlenging of hernieuwde afgifte van medische certificaten klasse 3 is dezelfde als deze voor de medische certificaten klasse 1 vervat in de Verordening (EU) nr. 1178/2011, rekening houdend met de aanvaardbare wijzen van naleving en desgevallend alternatieve wijzen van naleving. § 4. Luchtvaartgeneeskundige centra (AeMC) erkend inzake medische certificaten klasse 1 zijn tevens erkend voor de afgifte, verlening of hernieuwde afgifte van medische certificaten klasse 3 en de beoordelingen inzake medische certificaten klasse 3 op voorwaarde dat de luchtvaartmedische keuringsartsen (AME) klasse 1 actief binnen deze luchtvaartmedische centra (AeMC) een bijkomende opleiding hebben gevolgd die erkend wordt door de Directeur-generaal op advies van de medische beoordelaar.

Luchtvaartmedische keuringsartsen (AME) erkend inzake medische certificaten klasse 1 zijn tevens erkend voor de afgifte, verlening of hernieuwde afgifte van medische certificaten klasse 3 en de beoordelingen inzake medische certificaten klasse 3 op voorwaarde dat zij een bijkomende opleiding hebben gevolgd die erkend wordt door de Directeur-generaal op advies van de medische beoordelaar. § 5. Het beroep tegen beslissingen inzake medische certificaten klasse 3 gebeurt overeenkomstig de artikelen 11 en 12.

De Minister bepaalt de vereisten inzake medische gschiktheid voor luchtverkeersleiders overeenkomstig de door Eurocontrol vastgestelde « Requirements for European Class 3 Medical Certification of Air Traffic Controllers » (eisen voor Europese medische certificering van klasse 3 voor luchtverkeersleiders).

TITEL 7. - Vergoedingen

Art. 62.§ 1. De leden van de medische toetsingscommissie en de beroepscommissie ontvangen een vergoeding van 75 euro per gepresteerd uur.

Elk uur waarin meer dan 15 minuten is gewerkt, wordt als een gepresteerd uur beschouwd. § 2. De bedragen van de vergoedingen bedoeld in paragraaf 1 worden jaarlijks op 1 januari, aangepast aan het indexcijfer van de gezondheidsindex, op basis van de volgende formule : basistarief opgenomen in dit besluit vermenigvuldigd met het nieuwe indexcijfer en gedeeld door het aanvangsindexcijfer.

Het nieuwe indexcijfer is het indexcijfer van de gezondheidsindex van de maand november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het bedrag van de tarieven wordt aangepast overeenkomstig het eerste lid.

Het aanvangsindexcijfer is het indexcijfer van de gezondheidsindex van november 2012.

Het verkregen resultaat wordt afgerond naar boven op de euro als het decimale gedeelte gelijk aan of meer dan vijftig cent is. Het wordt naar onder afgerond op de euro als dit gedeelte minder is dan vijftig cent.

TITEL 8. - Slot- en overgangsbepalingen

Art. 63.De kosten van de evaluaties, onderzoeken en bijkomende onderzoeken bedoeld in dit besluit vallen geheel ten laste van de betrokkene die de evaluatie, het onderzoek of het bijkomend onderzoek ondergaat.

Art. 64.Het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten tot regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen wordt opgeheven.

Art. 65.De aanvragen voor de afgifte van een medisch attest ingediend voor de inwerkingtreding van dit besluit en de beroepen hangende op datum van inwerkingtreding van dit besluit worden afgehandeld met toepassing van de bepalingen het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten tot regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen.

Art. 66.De hernieuwde afgifte of verlenging van medische attesten afgeleverd met toepassing van het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten tot regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen gebeuren overeenkomstig de bepalingen van dit besluit.

Bij de eerste hernieuwde afgifte of verlenging van medische attesten klasse 1 of 2 afgeleverd met toepassing van het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen na de inwerkingtreding van dit besluit en ten laatste uiterlijk op 8 april 2017, wordt aan de houder een medisch certificaat afgeleverd waarvan het formaat naargelang het geval voldoet aan de bepalingen van de Verordening (EU) nr. 1178/2011 uitgereikt.

Art. 67.Bij de eerste hernieuwde afgifte van een erkenning als geneesheer-examinator afgeleverd in toepassing van het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen na de inwerkingtreding van dit besluit en ten laatste uiterlijk op 8 april 2017, wordt aan de houders van een dergelijke erkenning een AME-certificaat afgegeven waarvan het formaat naargelang het geval voldoet aan de bepalingen van de Verordening (EU) nr. 1178/2011.

Art. 68.Expertisecentra voor luchtvaartgeneeskunde en geneesheren-examinatoren die overeenkomstig het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen erkend zijn op het ogenblik van inwerkingtreding van dit besluit, kunnen hun voorrechten verder uitoefenen gedurende een periode van twaalf maanden vanaf deze datum, voor zover zij binnen een termijn van zes maanden vanaf dezelfde datum een aanvraag voor een certificaat luchtvaartgeneeskundig centrum (AeMC) of luchtvaartmedische keuringsarts (AME) hebben ingediend.

Art. 69.§ 1. In afwachting van de aanduiding van de leden van de medische toetsingscommissie overeenkomstig artikel 6, § 1, voeren de leden van de sectie Luchtvaartgeneeskunde bedoeld in het ministerieel besluit van 26 maart 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 26/03/2012 pub. 04/04/2012 numac 2012014102 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Ministerieel besluit houdende aanduiding van de leden van de sectie luchtvaartgeneeskunde en van de beroepscommissie inzake de medische expertise betreffende de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende aanduiding van de leden van de sectie Luchtvaartgeneeskunde en van de beroepscommissie inzake de medische expertise betreffende de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen, de taken van de leden van de medische toetsingscommissie uit. § 2. In afwachting van de aanduiding van de leden van de beroepscommissie overeenkomstig artikel 8, § 1, voeren de leden van de beroepscommissie bedoeld in het ministerieel besluit van 26 maart 2012Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 26/03/2012 pub. 04/04/2012 numac 2012014102 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Ministerieel besluit houdende aanduiding van de leden van de sectie luchtvaartgeneeskunde en van de beroepscommissie inzake de medische expertise betreffende de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende aanduiding van de leden van de Sectie Luchtvaartgeneeskunde en van de beroepscommissie inzake de medische expertise betreffende de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen de taken van de leden van de beroepscommissie uit.

Art. 70.De indexering van de bedragen bedoeld in artikel 62, § 2, gebeurt in 2013 overeenkomstig de formule bedoeld in artikel 8bis, § 7, van het koninklijk besluit van 5 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 05/06/2002 pub. 21/11/2002 numac 2002014176 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot regeling van de organisatie van de controle van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen sluiten houdende regeling van de voorwaarden inzake lichamelijke en geestelijke geschiktheid van de leden van het stuurpersoneel van burgerlijke luchtvaartuigen.

Art. 71.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 8 april 2013, met uitzondering van Titel 4, dat in werking treedt op 8 april 2014.

Art. 72.De minister die de Luchtvaart in zijn bevoegdheden heeft, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 juli 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET De Staatssecretaris voor Mobiliteit, M. WATHELET