Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 januari 2011
gepubliceerd op 10 februari 2011

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 2010, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de bijzondere werkgeversbijdragen op het brugpensioen (1)

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010206492
pub.
10/02/2011
prom.
12/01/2011
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 JANUARI 2011. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 2010, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de bijzondere werkgeversbijdragen op het brugpensioen (toevoeging aan de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid) (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 2010, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de bijzondere werkgeversbijdragen op het brugpensioen (toevoeging aan de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid).

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 januari 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 2010 Bijzondere werkgeversbijdragen op het brugpensioen (toevoeging aan de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid) (Overeenkomst geregistreerd op 15 juni 2010 onder het nummer 99840/CO/111) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw.

Art. 2.Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke arbeiders. HOOFDSTUK II Toevoeging aan de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid

Art. 3.In het artikel 19septies van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid opgenomen in de collectieve arbeids overeenkomst van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/12/2009 pub. 05/02/2010 numac 2010022067 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten, wordt volgende § 3 toegevoegd : « § 3. In afwijking van artikel 17, § 1 van het koninklijk besluit van 29 maart 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/03/2010 pub. 31/03/2010 numac 2010201753 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot uitvoering van het hoofdstuk 6 van Titel XI van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen , betreffende sociale zekerheidsbijdragen en inhoudingen verschuldigd op brugpensioenen, op aanvullende vergoedingen bij sommige sociale zekerheidsuitkeringen en op invaliditeitsuitkeringen sluiten tot uitvoering van hoofdstuk VI van titel XI van de wet van 27 december 2006 inzake de harmonisering van de bijdragen op de aanvullende vergoedingen bij brugpensioen, wordt vanaf 1 april 2010 het fonds van bestaanszekerheid beschouwd als de debiteur van de aanvullende vergoeding, voor zover het brugpensioen is ingegaan na 30 juni 2007 en voor zover het bedrag van de bijzondere werkgeversbijdragen gelijk of lager is dan 75 EUR per maand. In dat geval zal het fonds voor bestaanszekerheid instaan voor de aangifte en betaling van de bijzondere werkgeversbijdrage brugpensioen voor de periode waarvoor hij een aanvullende vergoeding verschuldigd is conform artikel 19ter. Voor de brugpensioenen ingegaan vóór 1 juli 2007 wordt dit bedrag van 75 EUR aangepast aan het bedrag van de forfaitaire bijzondere werkgeversbijdrage die vóór 1 juli 2007 op deze brugpensioenen verschuldigd waren.

Voor zover het brugpensioen is ingegaan na 30 juni 2007 en voor zover het fonds voor bestaanszekerheid een aanvullende vergoeding verschuldigd is conform artikel 19ter, wordt de werkgever beschouwd als de debiteur van de aanvullende vergoeding, in geval de bijzondere werkgeversbijdrage brugpensioen hoger is dan 75 EUR. In dat geval zal hij moeten instaan vóór de volledige aangifte en betaling van de bijzondere werkgeversbijdrage. Voor de brugpensioenen ingegaan voor 1 juli 2007 wordt dit bedrag van 75 EUR aangepast aan het bedrag van de forfaitaire bijzondere werkgeversbijdrage die vóór 1 juli 2007 op deze brugpensioenen verschuldigd waren.

De werkgever wordt altijd geacht de debiteur van de aanvullende vergoeding te zijn in de gevallen waar het fonds voor bestaanszekerheid statutair geen aanvullende vergoeding verschuldigd is.

De werkgever is gehouden tot het tijdig en correct overmaken van de noodzakelijke inlichtingen volgens onderrichtingen opgesteld door het fonds voor bestaanszekerheid, die het fonds voor de bestaanszekerheid in staat moeten stellen om enerzijds de debiteur van de hoogste aanvullende vergoeding te bepalen, zoals bepaald in alinea's 1 en 2, en anderzijds een tijdige en correcte aangifte en betaling van de bijzondere werkgeversbijdrage te kunnen doen, indien het fonds voor bestaanszekerheid zelf de voornaamste debiteur is.

De werkgever zal door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aansprakelijk gesteld worden voor alle verhogingen, boetes en/of interesten die het gevolg zijn van : - het niet of niet tijdig of onvolledig aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangeven en/of betalen van de bijzondere werkgeversbijdragen op de brugpensioenen, waarvoor hij gehouden is zelf deze werkgeversbijdrage aan te geven en te betalen; - het niet of laattijdig doorgeven van noodzakelijke inlichtingen aan het fonds voor bestaanszekerheid, zoals bepaald in vorige alinea; - het doorgeven van foute of onvolledige inlichtingen aan het fonds voor bestaanszekerheid, zoals bepaald in vorige alinea. » HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 4.Duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 april 2010 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door één van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair comité.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 januari 2011.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^