gepubliceerd op 11 februari 2011
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2010, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot vaststelling van het brugpensioen voor het personeel tewerkgesteld in de ondernemingen van het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden en van de goederenbehandeling voor rekening van derden
12 JANUARI 2011. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2010, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot vaststelling van het brugpensioen voor het personeel tewerkgesteld in de ondernemingen van het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden en van de goederenbehandeling voor rekening van derden (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2010, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, tot vaststelling van het brugpensioen voor het personeel tewerkgesteld in de ondernemingen van het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden en van de goederenbehandeling voor rekening van derden.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 januari 2011.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 mei 2010 Vaststelling van het brugpensioen voor het personeel tewerkgesteld in de ondernemingen van het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden en van de goederenbehandeling voor rekening van derden (Overeenkomst geregistreerd op 15 juni 2010 onder het nummer 99844/CO/140) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers ressorterend onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek en behorend tot de subsector voor het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden en/of tot de subsector voor goederenbehandeling voor rekening van derden alsook op hun werklieden, conform het koninklijk besluit van 7 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/05/2007 pub. 31/05/2007 numac 2007201532 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervoer en van het koninklijk besluit van 6 april 1995 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken sluiten tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 maart 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming van de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervoer en van het koninklijk besluit van 6 april 1995 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken (verschenen in het Belgisch Staatsblad van 31 mei 2007). § 2. Onder "subsector voor het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden", wordt bedoeld de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek en die zich inlaten met : 1° Het goederenvervoer over de weg voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor voor hetwelk een vervoervergunning vereist is die door de bevoegde overheid afgeleverd werd;2° Het goederenvervoer over de weg voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor voor hetwelk geen vervoersvergunning vereist is;3° Het verhuren met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer ten lande, voertuigen voor dewelke een vervoersvergunning vereist is die door de bevoegde overheid afgeleverd werd;4° Het verhuren met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer ten lande, voertuigen voor dewelke geen vervoersvergunning vereist is. Voor de toepassing van deze collectieve arbeids-overeenkomst worden de taxibestelwagens, met name de voertuigen waarvan het laadvermogen gelijk is aan of kleiner is dan 500 kilogrammen en uitgerust met een taximeter, beschouwd als voer-tuigen voor dewelke geen vervoersvergunning vereist is. § 3. Onder "subsector voor goederenbehandeling voor rekening van derden", wordt bedoeld de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek en die, buiten de havenzones, zich inlaten met : 1° alle behandeling van goederen voor rekening van derden ter voorbereiding van het vervoer en/of ter afwerking van het vervoer, ongeacht het gebruikt vervoermiddel;2° en/of alle logistieke diensten ter voorbereiding van het vervoer van goederen voor rekening van derden en/of ter afwerking van dit vervoer, ongeacht het gebruikte vervoermiddel. Onder "logistieke activiteiten" wordt verstaan : ontvangst, opslag, weging, verpakking, etikettering, voorbereiding van bestellingen, beheer van voorraden of verzending van grondstoffen, goederen of producten in de verschillende stadia van hun economische cyclus, zonder dat er nieuwe halfafgewerkte of afgewerkte producten worden voortgebracht.
Onder "voor rekening van derden" wordt verstaan : het uitvoeren van logistieke activiteiten voor andere natuurlijke of rechtspersonen en onder voorwaarde dat de ondernemingen die voor rekening van derden logistieke activiteiten uitoefenen op geen enkel ogenblik eigenaar van de betrokken grondstoffen, goederen of producten worden.
Met ondernemingen die voor rekening van derden logistieke activiteiten uitoefenen worden gelijk-gesteld de ondernemingen die bij verbonden vennootschappen van de groep grondstoffen, goederen of producten aankopen en deze grondstoffen, goederen of producten verkopen aan verbonden vennootschappen van de groep en in zoverre deze grondstoffen, goederen of producten tevens het voorwerp zijn van logistieke activiteiten.
Onder een "groep van verbonden vennootschappen" wordt verstaan : de verbonden vennootschappen die tevens voldoen aan de voorwaarden gesteld in artikel 11, 1° van de wet van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 20/08/1999 numac 1999021323 bron diensten van de eerste minister Wet houdende oprichting van het Paleis voor Schone Kunsten in de vorm van een naamloze vennootschap van publiek recht met sociale doeleinden en tot wijziging van de wet van 30 maart 1995 betreffende de netten voor distributie voor omroepuitzendingen en de uitoefening van televisie-omroepactiviteiten in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad type wet prom. 07/05/1999 pub. 29/06/1999 numac 1999009706 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van sommige bepalingen van het Strafwetboek, van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, van de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidsstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964 sluiten betreffende het Wetboek van vennootschappen.
Het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek is niet bevoegd voor de ondernemingen die voor rekening van derden uitsluitend logistieke activiteiten uitoefenen en de daarmee gelijkgestelde ondernemingen wanneer deze logistieke activiteiten een onlosmakelijk onderdeel vormen van een productie- of handelsactiviteit waarbij deze logistieke activiteiten opgenomen zijn in de bevoegdheid van een specifiek paritair comité. § 4. Onder "arbeiders", wordt bedoeld : de arbeiders en arbeidsters; onder "werknemers" wordt bedoeld : de werknemers en werkneemsters. HOOFDSTUK II. - Begrippen
Art. 2.Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder "sociaal fonds" : het "Sociaal Fonds Transport en Logistiek" opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juli 1973 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds voor het vervoer van goederen met motorvoertuigen" en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 december 1973 (Belgisch Staatsblad van 15 januari 1974), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 1993, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 april 1994 (Belgisch Staatsblad van 16 juni 1994), gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 houdende wijziging van de benaming van het "Sociaal Fonds voor het vervoer van goederen met motorvoertuigen" in "Sociaal Fonds voor het goederenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" en wijziging van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 november 1999 (Belgisch Staatsblad van 28 december 1999), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 september 2004, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 augustus 2005 (Belgisch Staatsblad van 23 november 2005), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 oktober 2007 betreffende de wijziging van de benaming van het "Sociaal Fonds voor het goe-derenvervoer en aanverwante activiteiten voor rekening van derden" in "Sociaal Fonds Transport en Logistiek". HOOFDSTUK III. - Toekenningsvoorwaarden aanvullende conventionele brugpensioen vergoeding
Art. 3.Er wordt een aanvullende conventionele brugpensioenvergoeding ten laste van de werkgever toegekend onder de volgende voorwaarden, waaraan cumulatief moet zijn voldaan : - de arbeider moet toegelaten zijn tot het werkloosheidstelsel; - in alle gevallen van ontslag, behalve om dringende reden; - de arbeiders moeten de vereiste leeftijd hebben bereikt op de dag waarop zij worden ontslagen (laatste dag arbeidscontract); - de ontslagen werklieden en werksters moeten uitdrukkelijk bekend maken van de conventionele brugpensioenmogelijkheid gebruik te willen maken; - zij zullen van het conventioneel brugpensioen kunnen genieten tot op de datum waarop hun rustpensioen ingang vindt; - de arbeiders moeten bovendien op het ogenblik van ontslag voldoen aan één van volgende anciënniteitsvoorwaarden : 1. de arbeider die de leeftijd van 56 jaar bereikt heeft, moet in loondienst gewerkt hebben - hetzij gedurende minstens 33 jaar, waarvan 20 jaar nachtarbeid (in de zin van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 van de Nationale Arbeidsraad); - hetzij een beroepsverleden van 40 jaar kunnen bewijzen, waarvan 78 arbeidsdagen gepresteerd zijn vóór zijn/haar 17de verjaardag (hetzij met volledige RSZ-bijdragen, hetzij als leerling) en dit in de zin van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 92 van de Nationale Arbeidsraad van 20 december 2007 ter uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 2 februari 2007; 2. de arbeider die de leeftijd van 58 jaar bereikt heeft, moet in loondienst gewerkt hebben : a) algemene voorwaarde : - gedurende minstens 37 jaar voor de arbeiders; - gedurende minstens 33 jaar voor de arbeidsters; b) ook de bijzondere voorwaarden voor de mindervaliden of arbeiders met ernstige lichamelijke problemen, voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst nr.91 van de Nationale Arbeidsraad zijn van toepassing; c) de bijzondere voorwaarden voor de arbeiders met een zwaar beroep ( koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten - Belgisch Staatsblad van 8 juni 2007) tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het Generatiepact, zijn eveneens van toepassing : - een loopbaan van 35 jaar kunnen bewijzen en - hetzij gedurende de laatste 10 jaar 5 jaar gewerkt hebben in een zwaar beroep; - hetzij gedurende de laatste 15 jaar 7 jaar gewerkthebben in een zwaar beroep.
Als zwaar beroep wordt enkel erkend : - het werken in wisselende ploegen; - het werken in onderbroken diensten - het werken in een stelsel van nachtarbeid in de zin van collectieve arbeidsovereenkomst nr.°46 van de Nationale Arbeidsraad; 3. de arbeider die de leeftijd van 60 jaar bereikt heeft, moet in loondienst gewerkt hebben : - gedurende minstens 30 jaar voor de arbeiders; - gedurende minstens 26 jaar voor de arbeidsters. HOOFDSTUK IV. - Berekening van de bruto aanvullende conventionele brugpensioenvergoeding
Art. 4.Bruto aanvullende conventionele brugpensioenvergoeding Het bruto bedrag van de aanvullende conventionele brugpensioenvergoeding is gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto refertemaandloon en de werkloosheidsvergoeding.
Art. 5.Bruto refertedagloon Het bruto refertedagloon wordt bekomen door de bruto lonen van de laatste 12 maanden voorafgaand aan de maand waarin het brugpensioen aanvangt, te delen door het aantal dagen met effectieve prestaties in deze periode.
In geval de arbeider gedurende heel de periode van 12 maanden voorafgaand aan de maand waarin het brugpensioen aanvangt, arbeidsongeschikt was, wordt het bruto refertedagloon berekend door het brutobedrag van de verbrekingsvergoeding te delen door het overeenstemmende aantal dagen.
In geval van deeltijds tijdskrediet of deeltijdse tewerkstelling (maar gelijkgesteld met een voltijdse tewerkstelling voor de werkloosheid), is het bruto refertedagloon gelijk aan de som van alle bruto loonelementen (zoals hierboven opgesomd) gedeeld door het resultaat van de volgende bewerking : S aantal effectieve arbeidsdagen/aantal arbeidsdagen per week vermenigvuldigd met (tewerkstellingsbreuk x aantal dagen van het dagenstelsel).
Art. 6.Bruto refertemaandloon Het bruto refertedagloon wordt in het 5 dagenstelsel vermenigvuldigd met 65/3 en in het 6 dagenstelsel met 78/3. Zo bekomt men het bruto refertemaandloon.
In geval van tijdskrediet of van thematisch verlof zal voor de berekening van het bruto refertemaandloon rekening gehouden worden met het dagenstelsel waarin de arbeider voordien werkte.
Art. 7.Netto refertemaandloon Het bruto refertemaandloon (begrensd zoals bepaald in artikel 6 Nationale Arbeidsraad - collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17) wordt verminderd met de persoonlijke RSZ-bijdragen na verrekening van de eventuele werkbonus, alsook met de normale bedrijfsvoorheffing na verrekening van de eventuele verminderingen op de bedrijfsvoorheffing.
Het netto refertemaandloon dat zo wordt berekend, wordt op de euro naar boven afgerond. HOOFDSTUK V. - Terugbetaling van de bruto aanvullende conventionele brugpensioenvergoeding
Art. 8.Voor de werknemers, bedoeld in artikel 3, kan de werkgever terugbetaling bekomen van de bruto aanvullende conventionele brugpensioenvergoeding door tussenkomst van het sociaal fonds mits hij : - sedert minstens 1 jaar voorafgaand aan de aan-vang van het brugpensioen behoort tot de RSZ-categorie 083; - en behoort tot de RSZ-categorie 083 gedurende de periodes waarvoor hij aanvullende vergoeding terugvordert van het sociaal fonds.
Het sociaal fonds kan voor de uitvoering hiervan beschikken over een bijdrage van 0,15 pct. die inbegrepen is in de patronale bijdrage bepaald overeenkomstig artikel 12 van zijn statuten.
Art. 9.De praktische modaliteiten voor de uitvoering van deze overeenkomst zullen uitgewerkt worden door de raad van beheer van het sociaal fonds. HOOFDSTUK VI. - Geldigheidsduur
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2010 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2012. Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 mei 2008 tot vaststelling van het brugpensioen.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 januari 2011.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET