gepubliceerd op 23 december 1997
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 oktober 1981 tot uitvoering van de artikelen 20, 27, 28 en 38 van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake de pensioenen van de sociale sector
12 DECEMBER 1997. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 oktober 1981 tot uitvoering van de artikelen 20, 27, 28 en 38 van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake de pensioenen van de sociale sector
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 28 mei 1971 tot verwezenlijking van de eenmaking en de harmonisering van de kapitalisatiestelsels ingericht in het raam van de wetten betreffende de verzekering tegen de geldelijke gevolgen van ouderdom en vroegtijdige dood, inzonderheid op artikel 8, gewijzigd bij de herstelwet van 10 februari 1981, het koninklijk besluit n° 415 van 16 juli 1986, de wet van 30 december 1988, de wet van 26 juni 1992 en het koninklijk besluit van 23 april 1997;
Gelet op de herstelwet van 10 februari 1981 inzake de pensioenen van de sociale sector, inzonderheid op de artikelen 20, 27 en 28;
Gelet op het koninklijk besluit n° 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, inzonderheid op artikel 37 gewijzigd door het koninklijk besluit van 19 maart 1990;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 9 december 1997;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Pensioenen gegeven op 15 september 1997;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Hulp- en Voorzorgskas van Zeevarenden, gegeven op 28 november 1997;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat in het kader van de herstructurering en rationalisering van het wettelijk kapitalisatiestelsel de wiskundige reserves van de verschillende verzekeringsorganismen overgedragen moeten worden aan de Rijksdienst voor Pensioenen die de enige toekennings- en uitbetalingsinstelling wordt van de renten in het kader van de wet van 28 mei 1971; dat de organismen reeds het nodige gedaan hebben om de uitbetaling van alle renten reeds te doen gebeuren door de R.V.P. voor het jaar 1998; dat daarom dringend de wettelijke basis moet worden gegeven om de uitbetaling van de renten door de R.V.P. vanaf 1 januari 1998 te doen gebeuren;
Op de voordracht van Onze Minister van Pensioenen en van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het artikel 2 van het koninklijk besluit van 9 oktober 1981 tot uitvoering van de artikelen 20, 27, 28 en 38 van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake de pensioenen van de sociale sector, wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Artikel 2.De Rijksdienst voor Pensioenen wordt belast met de uitbetaling van de renten bedoeld in artikel 8, § 1, 1° van de wet van 28 mei 1971 tot verwezenlijking van de eenmaking en de harmonisering van de kapitalisatiestelsels ingericht in het raam van de wetten betreffende de verzekering tegen de geldelijke gevolgen van ouderdom en vroegtijdige dood, gewijzigd bij artikel 27 van bovengenoemde herstelwet van 10 februari 1981;
De Rijksdienst voor Pensioenen stelt het bedrag vast van de wiskundige reserves van de in het eerste lid bedoelde renten, die de Algemene Spaar- en Lijfrentekas, en de Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden aan genoemde Rijksdienst moeten overdragen. Hij betekent aan elk van die verzekeringsinstellingen het bedrag van de wiskundige reserves, dat zij verschuldigd is.
De in het vorig lid bedoelde overdracht moet ten laatste gebeuren de derde maand volgend op de inwerkingtreding van dit besluit.
De Minister die de pensioenen onder zijn bevoegdheid heeft, kan de modaliteiten bepalen van de in het tweede lid bedoelde overdracht. »
Art. 2.Artikel 3 van hogervermeld koninklijk besluit van 9 oktober 1981 wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Artikel 3.De Rijksdienst voor Pensioenen stelt het bedrag vast van de wiskundige reserves dat de verzekeringsinstellingen aan genoemde Rijksdienst moeten overdragen krachtens artikel 8 van bovengenoemde wet van 28 mei 1971 gewijzigd bij artikel 27 van de herstelwet van 10 februari 1981. Hij betekent aan elke verzekeringsinstelling het bedrag van de wiskundige reserves. »
Art. 3.Het artikel 5 van hogervermeld koninklijk besluit van 9 oktober 1981 wordt opgeheven.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1998.
Art. 5.Onze Minister van Pensioenen en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 december 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, M. COLLA De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN