gepubliceerd op 02 september 2024
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende de eindejaarspremie
12 AUGUSTUS 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende de eindejaarspremie (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het koetswerk;
Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2023, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende de eindejaarspremie.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te l'Ile d'Yeu, 12 augustus 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het koetswerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2023 Eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 12 december 2023 onder het nummer 184481/CO/149.02)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor het koetswerk.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden.
HOOFDSTUK II. - Toekenningsmodaliteiten
Art. 2.Onverminderd de in de ondernemingen bestaande voordeliger toestanden wordt, samen met de loonafrekening van de maand december van de referteperiode, door de werkgevers een eindejaarspremie betaald.
Jobstudenten zijn vanaf 1 januari 2024 uitgesloten uit het toepassingsgebied.
Art. 3.Het bedrag van de eindejaarspremie wordt vastgesteld op 8,33 pct. van het effectieve brutoloon, uitbetaald aan 100 pct. tijdens de referteperiode en aangegeven bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.
Art. 4.Voor de toepassing van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, dient onder "referteperiode" te worden verstaan : het beschouwde kalenderjaar.
Art. 5.Voor de berekening van de eindejaarspremie worden volgende periodes van schorsingen van de arbeidsovereenkomst gelijkgesteld met effectieve prestaties : - zwangerschapsverlof, bevallingsrust en geboorte-verlof; - ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval en tijdelijke werkloosheid (ook schoolverlaters in hun wachtperiode).
Voor de berekening van de eindejaarspremie worden, vanaf 1 januari 2020, de periodes van schorsing van de arbeidsovereenkomst wegens profylactisch verlof, adoptieverlof, pleegouderverlof, verlof voor medische bijstand (maximum 3 maanden, per referteperiode, per arbeider) en palliatief verlof eveneens gelijkgesteld met effectieve prestaties.
Per referteperiode wordt de gelijkstelling voor periodes van ziekte, beroepsziekte, ongeval van gemeen recht en arbeidsongeval samen evenwel begrensd tot honderdtwintig arbeidsdagen afwezigheid.
Voor de periodes van tijdelijke werkloosheid wordt de gelijkstelling begrensd tot honderdvijftig arbeidsdagen afwezigheid per referteperiode.
In de berekening van de honderdvijftig dagen wordt geen rekening gehouden met de schorsingen van de arbeidsovereenkomst waarvoor de werkgever gehouden is tot betaling van het loon aan 100 pct., noch met de tweede week gewaarborgd weekloon bij ziekte, noch met de jaarlijkse vakantiedagen.
Het fictief loon dat in aanmerking genomen wordt voor de gelijkgestelde dagen, wordt berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 en haar wijzigingen tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen.
Art. 6.In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag vóór 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste zes maanden vóór het vertrek.
In geval van pensioen of stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag na 30 juni van de referteperiode, is de eindejaarspremie gelijk aan het percentage voorzien bij artikel 3, van de brutolonen uitbetaald tijdens de laatste twaalf maanden vóór het vertrek.
Art. 7.In geval van overlijden van de arbeider, wordt de eindejaarspremie uitbetaald aan de rechthebbenden, volgens de modaliteiten bepaald in artikel 6.
Art. 8.§ 1. Er wordt een pro rata eindejaarspremie betaald naar rata van de geleverde en gelijkgestelde perioden tijdens de referteperiode, ongeacht de wijze waarop er een einde komt aan de arbeidsovereenkomst, behalve indien : - de arbeider ontslagen wordt wegens een dringende reden in zijnen hoofde; - de arbeider ontslag neemt en op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst een anciënniteit van minder dan 3 jaar heeft in de onderneming.
In toepassing van deze paragraaf wordt de pro rata eindejaarspremie betaald ten laatste gedurende de maand die volgt op deze tijdens dewelke de gebeurtenis zich heeft voorgedaan.
Ook de periode gedekt door een verbrekingsvergoeding geeft recht op een pro rata eindejaarspremie. § 2. De arbeiders met een contract van bepaalde duur, of voor duidelijk omschreven werk, of een vervangingsovereenkomst hebben eveneens recht op een pro rata eindejaarspremie.
Zij genieten deze eindejaarspremie op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten. Voor deze gevallen geldt de normale referteperiode niet. Wanneer het een contract van meer dan één jaar betreft, wordt per jaar een eindejaarspremie betaald, op basis van de dat jaar geleverde prestaties en waarbij de laatste afrekening ten laatste gebeurt op het ogenblik van het verlaten van de onderneming.
Art. 9.Deze eindejaarspremie mag niet worden gecumuleerd met de eindejaarsvoordelen welke eventueel op het vlak van de onderneming bestaan en die voordeliger zijn.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt, vanaf 1 januari 2024, de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 maart 2023 inzake eindejaarspremie, geregistreerd onder het nummer 179394/CO/149.02 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 juli 2023 (Belgisch Staatsblad van 18 augustus 2023).
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2024 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door één van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor het koetswerk.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 augustus 2024.
De Minister van Werk, P-Y. DERMAGNE