gepubliceerd op 19 september 2008
Koninklijk besluit tot vaststelling voor het jaar 2008 van de verhoging van het bedrag van de alternatieve financiering met de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, bedoeld in artikel 114, § 6, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering
12 AUGUSTUS 2008. - Koninklijk besluit tot vaststelling voor het jaar 2008 van de verhoging van het bedrag van de alternatieve financiering met de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, bedoeld in artikel 114, § 6, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, inzonderheid op artikel 66, § 1, achtste lid, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003, en 66, § 2, 9°, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de wet van 27 december 2004;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de sociale zekerheid gegeven op 4 juli 2008;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 juli 2008;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting d.d. 24 juli 2008;
Overwegende dat het bedrag van 30.911 duizend EUR voor de alternatieve financiering voor de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, zoals het wordt vastgesteld in dit besluit, het resultaat is van de verrekening, op het bedrag van 32.915 duizend EUR dat initieel was voorzien voor het jaar 2008, van het saldo tussen de bedragen die voor de jaren 2006 en 2007 werden gestort op basis van de initieel geraamde behoeften en de uiteindelijk gerealiseerde behoeften voor deze jaren, zijnde een verrekening van de negatieve saldo's van respectievelijk - 1.055 duizend EUR en - 949 duizend EUR;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het bedrag, bedoeld in artikel 66, § 1, achtste lid, van de programmawet van 2 januari 2001, van de verhoging van de alternatieve financiering met de kost van de toeslag van 5 % van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid, bedoeld in artikel 114, § 6, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering, wordt voor het jaar 2008 vastgesteld op 30.911 duizend EUR.
Art. 2.De bedragen worden gestort aan de RSZ-lobaal beheer.
Art. 3.De Minister van Sociale Zaken en de Minister van Werk zijn, ieder wat haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Nice, 12 augustus 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en de Minister van Sociale Zaken, Mevr. L. ONKELINX De Vice-Eerste Minister en de Minister van Werk, Mevr. J. MILQUET