11 OKTOBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, betreffende de arbeidsvoorwaarden (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, betreffende de arbeidsvoorwaarden.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 oktober 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 1997 Arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 15 september 1997 onder het nummer 44918/CO/215) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en bedienden van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf ressorteren. HOOFDSTUK II. - Beroepenclassificatie

Art. 2.Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden de functies in vier klassen ingedeeld die door de hierna vermelde algemene maatstaven worden bepaald : Eerste klasse : hulppersoneel Normale aanvangsleeftijd : 21 jaar Bepaling : bediende waarvan de functie wordt gekenmerkt door : a) opgedane kennis die overeenstemt met het programma van het lager onderwijs en voldoende is om functies uit te oefenen van het laagste niveau dat door de wet of de rechtspraak worden erkend als zijnde van intellectuele aard;b) juiste uitvoering van eenvoudig secundair werk. Voorbeelden : Huisbewaarder of portier.

Deurwachter.

Bediende voor de post (openmaken, oppervlakkig sorteren, onder omslag steken).

Bediende aan adresseermachines (stempelen en drukken van adresplaatjes) en/of polycopieermachines (steller van offsetmachine uitgezonderd).

Blauwdrukker.

Bediende voor klasseerwerk.

Uitraper van ponskaarten (bediende die steekkaarten uitzoekt zonder behulp van enigerlei machine).

Bediende zonder ervaring, die begint te werken op verschillende kantoor- en mechanografische machines.

Beginneling aan telmachine.

Beginneling operator.

Bediende hulpmagazijnier en hulpbediende bij de goederenreceptie (bijkomstig administratief werk).

Kopietypist.

Schrijver die hoofdzakelijk eenvoudig schrijf- en cijferwerk doet, opsommingen registreert, staten opmaakt of ander elementair werk van gelijk niveau uitvoert, zonder interpretatie.

Tweede klasse : klerk.

Normale aanvangsleeftijd : 21 jaar.

Bepaling : bediende waarvan de functie wordt gekenmerkt door : a) opgedane kennis door onderwijs of praktijk, die kan opwegen tegen de kennis die wordt verworven door volledige studies van de vierde graad of door de eerste drie jaren van de middelbare graad;b) het uitvoeren van eenvoudig en weinig afwisselend werk dat, wegens een rechtstreeks en bestendig toezicht, slechts beperkte verantwoordelijkheid meebrengt;c) een korte leeftijd voldoende om de vereiste vaardigheid in een bepaald werk te verwerven. Voorbeelden : Ponser, verificateur, hulpoperator van statistiekmachines.

Mecanograaf bedreven in het werk op Elliot-Fischer, Burroughs en soortgelijke machines met volledig clavier.

Bediende bedreven in het werk op telmachine.

Bedreven operator.

Magazijnbediende.

Bediende bij de goederenreceptie.

Stockbediende (magazijnen, opslagplaatsen, reserves), administratief werk voor magazijnen waar voorraden of afgewerkte producten zijn opgeslagen, zonder toewijzing inzake boekhouding.

Ervaren typist die keurig werk aflevert zonder spelfouten.

Stenotypist zonder ervaring, bij aanvang van de functie.

Schrijver belast met eenvoudig schrijf- en rekenwerk, het registreren van opsommingen, het opmaken van staten of ander bijkomstig werk van gelijk niveau, dat enige oordeelkunde vereist en onder rechtstreekse controle wordt uitgevoerd.

Telefonist die aan deze bediening een volle werktijd wijdt.

Hulpbediende voor de lonen (onder controle).

Werkplaatsteller die onder meer belast is met het nazien der tijden van aanwezigheid.

Bediende voor de boekhouding (registreren van gegevens betreffende de boekhouding zonder de toewijzing te bepalen).

Facturist : bediende die gewone facturen opmaakt doch geen verantwoordelijkheid draagt voor speciale clausules.

Bediende die verzendingstukken opstelt, zonder te moeten opzoeken welke fiscale of douanerechten van toepassing zijn.

Bediende die een kleine hulpkas houdt waaruit geringe betalingen worden gedaan.

Derde klasse : geschoolde klerk Normale aanvangsleeftijd : 23 jaar Bepaling : bediende waarvan de functie wordt gekenmerkt door : a) een praktische opleiding gelijkwaardig aan de bekwaamheid die wordt verkregen door volledige middelbare studies of door middelbare studies aan de lagere graad aangevuld, hetzij door gespecialiseerde vakstudie, hetzij door een vakbekwaming door middel van stages of door uitoefenen van gelijke of gelijkaardige betrekkingen;b) het zelfstandig uitvoeren van afwisselend werk, dat gewoonlijk initiatief en redenering vereist van degene die het uitvoert en bovendien verantwoordelijkheid vergt. Voorbeelden : Operator aan statistiekmachines.

Mecanograaf, bedreven in het werk op Elliot-Fischer, Burroughs en soortgelijke machines met volledig clavier en die bovendien een goed begrip heeft van de grondbeginselen van nijverheids- of handelsboekhouding.

Bediende verantwoordelijk voor magazijn, voorraden, reserves en opslagplaatsen.

Typist belast met een secretariaat.

Ervaren stenotypist die 80 tot 100 woorden per minuut kan opnemen, 40 woorden per minuut kan typen en keurig werk aflevert.

Bediende belast met het berekenen van lonen en/of wedden.

Hoofdteller van grote werkplaats.

Hulpboekhouder die tot taak heeft aan de hand van basisbescheiden een gedeelte van de boekhouding of van de gewone schrifturen samen te stellen, dat niettemin een homogeen geheel vormt tot voorbereiding van de centralisatie, om het even of dit werk wordt gedaan met de hand of met de machine.

Facturist belast met het opmaken van omslachtige facturen, behelzend onder meer opmetingen, inhoudsmetingen, omrekeningen van waarden, vreemde maten en gewichten, enz.

Kassier die werkt onder de leiding van een hoofdkassier of van een chef.

Tweetalige vertaler die courante teksten kan vertalen.

Vierde klasse : extrageschoolde klerk Normale aanvangsleeftijd : 25 jaar Bepaling : bediende waarvan de functie wordt gekenmerkt door : a) een opleiding die opweegt tegen de bekwaamheid verworven door volledige middelbare studies en gespecialiseerde vakstudies van gelijk niveau of ook een praktische opleiding door middel van stages of door het uitoefenen van gelijke of gelijkaardige betrekkingen;b) een beperkte tijd om zich in te werken;c) meer afwisselend zelfstandig werk waarvoor meer dan gemiddelde vakbekwaamheid en bovendien initiatief en verantwoordelijkheidsbesef zijn vereist;d) de mogelijkheid om : al het mindere werk van de eigen specialiteit uit te voeren;al de elementen voor het hem toevertrouwde werk te verzamelen, gebeurlijk geholpen door bedienden van de voorgaande rangen.

Voorbeelden : Monitor-meconograaf.

Stenotypist-secretaris die het secretariaat van een bestuurspost waarneemt.

Bediende die de verantwoordelijkheid draagt voor het toepassen van alle regelingen betreffende lonen en/of sociale wetgeving.

Boekhouder, dit is de bediende die tot taak heeft alle verrichtingen volgens de boekhouding vast te leggen, samen te brengen en te ordenen om er de algemene balansen van op te maken, welke de vooruitzichten, de balans en de resultaatrekeningen voorafgaan.

Bediende die de verantwoordelijkheid draagt voor de kwaliteit van de inkomende goederen en moet toezien dat deze conform zijn aan de vereisten van de orderbons en bestekken.

Hoofdkassier.

Technisch vertaler.

Toldeclarant.

Hoofdbediende voor het verkeer, die de betrekkingen waarneemt met de verschillende vervoerondernemers voor het in- en uitgaan van goederen (onder meer toezicht op laden, lossen en gebruik van vervoermiddelen, vaststellen van betwistingen, tekorten en averijen).

Algemene opmerkingen :

Art. 3.§ 1. Deze classificatie heeft tot doel aan de bedrijven de toepassing te vergemakkelijken van de in deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde minimumlonen.

De functies of werkzaamheden, die in elke klasse zijn aangegeven, gelden als voorbeelden. De nietgenoemde functies of werkzaamheden worden bij analogie met de aangehaalde voorbeelden ingedeeld. § 2. Begrip van het genoten onderwijs.

Het begrip van het genoten onderwijs komt als beoordelingsfactor slechts in aanmerking bij de aanvang van de loopbaan en bij ontstentenis van de andere factoren die voor elke klasse afzonderlijk als algemene criteria gelden. § 3. Kennis en gebruik van verschillende talen.

De in deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde minima moeten worden aangezien als geldend voor het gebruik van één enkele taal.

Wanneer voor het uitoefenen van een functie de kennis of het gebruik van meer dan één taal wordt vereist, is dit op zichzelf geen reden om naar een hogere klasse op te schuiven wanneer de aard van de functie er niet door verandert, wel past het er rekening mee te houden bij het vaststellen van de lonen. § 4. Verplegers en sociaal assistenten.

Ten aanzien van de verscheidenheid van de functies, die worden uitgeoefend door bedienden die de titel dragen van "verpleger" en "sociaal assistent" heeft het paritair comité ervan afgezien deze te classificeren.

Gelet evenwel op de eisen die tegenwoordig inzake studies worden gesteld, is het paritair comité van oordeel dat de verplegers en sociaal assistenten die een verantwoordelijkheid dragen die beantwoordt aan hun opleiding, principieel niet lager dan in de vierde klasse dienen te worden ingedeeld. HOOFDSTUK III. - De lonen van de schaal, per klasse. a) Lonen van het personeel Art.4. De minimum maandlonen per klasse van het personeel dat met een voltijdse arbeidsovereenkomst is tewerkgesteld, zijn op 1 januari 1997 als volgt vastgesteld : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 5.§ 1. De minimum maandlonen vastgesteld in artikel 4 evenals de effectieve maandlonen van het personeel dat met een voltijdse arbeidsovereenkomst is tewerkgesteld en ingedeeld is in een beroepencategorie wordt verhoogd met 500 F op 1 januari 1998.

Voor de bedienden die zijn tewerkgesteld met een deeltijdse arbeidsovereenkomst en ingedeeld zijn in een beroepencategorie, worden de minimummaandlonen evenals de effectief uitbetaalde lonen verhoogd pro rata van hun arbeidstijdsregeling. § 2. In ondernemingen die reeds vóór de datum van afsluiten van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst en tijdens de geldigheidsduur ervan voordelen hebben toegekend die minstens gelijk zijn aan de in deze collectieve arbeidsovereenkomst overeengekomen voordelen, dienen deze laatste niet meer te worden toegekend.

Art. 6.Alle schaalverhogingen in functie van de leeftijd worden toegepast op 1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober na de verjaardag van de bediende. b) Bedienden die na de normale aanvangsleeftijd in dienst treden.

Art. 7.In afwijking van de artikelen 4 en 5 zijn de volgende bepalingen van toepassing op de bedienden die na de normale aanvangsleeftijd van hun klasse worden aangeworven en geen ondervinding in een gelijkaardig werk in een andere onderneming bezitten : 1. bij hun indiensttreding is het loon van die bedienden gelijk aan het loon van de schaal voorzien voor hun klasse en voor hun leeftijd, verminderd met twee jaar;2. het loon van de schaal dat met hun leeftijd en klasse overeenstemt, moet progressief worden bereikt, ten laatste twee jaar na de indiensttreding.Te dien einde wordt hun aanvangsloon om de zes maanden dienst verhoogd met 25 pct. van het verschil tussen dit loon en datgene dat overeenstemt met hun leeftijd en hun klasse. c) Bijzondere bepalingen voor sommige bedienden.

Art. 8.§ 1. De bepalingen van artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn niet van toepassing op de geranten, aanhuisverkopers en handelsvertegenwoordigers.

Wanneer deze bedienden de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt en voor zover zij met een volledige dienstbetrekking door eenzelfde werkgever worden tewerkgesteld, moet hun loon ten minste worden vastgesteld als volgt : a) geranten en aanhuisverkopers : het loon dat is bepaald voor de normale aanvangsleeftijd van de tweede klasse;b) handelsvertegenwoordigers die de leeftijd van 25 jaar niet hebben bereikt : het loon dat is bepaald voor de normale aanvangsleeftijd van de tweede klasse;c) handelsvertegenwoordigers die de leeftijd van 25 jaar hebben bereikt : het loon dat is bepaald voor de normale aanvangsleeftijd van de derde klasse. § 2. Gedurende de proeftijd is het maandelijks gewaarborgde minimum voor de bedienden, bedoeld in het eerste lid van § 1, ten minste gelijk aan het loon dat is bepaald voor de normale aanvangsleeftijd van de eerste klasse, voor zover zij met volledige dienstbetrekking zijn tewerkgesteld. § 3. Voor de bedienden, bedoeld in het eerste lid van § 1, waarvan het loon commissieloon omvat dat wordt vastgesteld volgens het bedrag van de handelsomzet, worden de minimumlonen welke zijn vastgesteld bij §§ 1 en 2 maandelijks uitbetaald als voorschot op het commissieloon.

De eindrekening wordt vastgesteld op basis van de lonen berekend op een gemiddelde van twaalf maanden. HOOFDSTUK IV Koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen

Art. 9.De lonen van de bedienden, tewerkgesteld in de bij artikel 1 bedoelde ondernemingen, worden volgens de hierna vastgestelde modaliteiten aangepast aan de schommelingen van het rekenkundig gemiddelde van de indexcijfers van de consumptieprijzen van de laatste 4 maanden, dat maandelijks door het Ministerie van Economische Zaken in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, zoals voorzien bij artikel 4 van het koninklijk besluit nr 180 van 30 december 1982, houdende bepaalde maatregelen inzake loonmatiging.

Het rekenkundig gemiddelde van de indexcijfers der consumptieprijzen van de laatste 4 maanden, wordt hierna het sociaal indexcijfer genoemd.

Art. 10.§ 1. De baremieke en effectief uitbetaalde lonen worden verhoogd of verlaagd telkens het rekenkundig gemiddelde van het sociaal indexcijfer van de twee maanden van een kalenderkwartaal waarin het sociaal indexcijfer het hoogst is, binnen een indexschijf valt die 2 pct. hoger of lager is dan de schijf die van toepassing was tijdens het voorgaande kwartaal. § 2. De verhoging of verlaging is gelijk aan 2 pct. van de schaallonen die van kracht zijn tijdens de laatste betaalperiode van het eerste in § 1, bedoeld kwartaal. § 3. De verhoging of verlaging van de lonen ingevolge de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt van kracht de eerste dag van de maand volgend op het verstrijken van het kalenderkwartaal waarop het referentie-indexcijfer, dat aanleiding geeft tot een loonswijziging, betrekking heeft.

Art. 11.De effectieve lonen, van kracht op 1 januari 1997, en de bij artikel 4 vastgestelde minimum maandlonen stemmen overeen met de gezondheidsindexschijf 119,932 - 122,329 op 1 januari 1997.

Art. 12.De minimumwaarden van de opeenvolgende indexschijven worden zonder afronding tot op drie decimalen berekend.

Met het oog op het vergelijken met het door het Ministerie van Economische Zaken bekendgemaakte sociale indexcijfer, worden zij tot op twee decimalen afgerond overeenkomstig de hiernavolgende regel : - de tweede decimaal blijft ongewijzigd, indien de derde decimaal 4 of minder bedraagt; - de tweede decimaal wordt afgerond naar de hogere eenheid, indien de derde decimaal 5 of meer bedraagt. HOOFDSTUK V. - Ontslag en wederindienstneming

Art. 13.Zonder aan het principe van het gezag van de werkgevers te willen tornen en om de vastheid van de betrekking te verzekeren naargelang van de economische mogelijkheden van de onderneming, is het wenselijk dat, bij gebeurlijk ontslag van bedienden, bepaalde regelen van billijkheid in acht worden genomen.

Er wordt aanbevolen, wanneer bijzondere economische omstandigheden tot het ontslag van bedienden nopen, een orde van voorrang in acht te nemen, waarbij onder meer rekening wordt gehouden met de bekwaamheid, de verdienste, de leeftijd, de anciënniteit en de gezinslasten.

Bij wederindienstneming wordt insgelijks voorrang gegeven aan ontslagen bedienden maar in omgekeerde volgorde als aangenomen voor het ontslag.

Inzonderheid wat betreft de bedienden die de leeftijd van 40 jaar of een anciënniteit van 15 jaar in de onderneming hebben bereikt of overschreden, wordt aanbevolen ze niet te ontslaan om redenen die uitsluitend op hun leeftijd of hun anciënniteit betrekking hebben.

Bij eventueel noodzakelijk ontslag van bedienden, komen in de eerste plaats in aanmerking de bedienden waarvan de wedde wordt gecumuleerd met een pensioen ten laste van de Schatkist en de bedienden die naast een onvolledige dienstbetrekking als loontrekkenden, buiten de onderneming een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefenen. HOOFDSTUK VI. - Eindbepalingen

Art. 14.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Elk van de contracterende partijen kan ze opzeggen, mits een opzeggingstermijn van drie maanden, te betekenen bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het paritair comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf.

Art. 15.Tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst waarborgen de ondertekenende partijen de inachtneming van de sociale vrede, hetgeen het volgende inhoudt : 1) alle bepalingen betreffende de lonen en arbeidsvoorwaarden worden stipt nageleefd en kunnen niet in betwisting worden gebracht door de werknemers- of de werkgeversorganisaties, noch door de bedienden of de werkgevers;2) de werknemersorganisaties en de bedienden verbinden zich er toe geen eisen te stellen op nationaal noch op gewestelijk vlak, noch op dat van de onderneming aangezien alle individuele normatieve bepalingen geregeld zijn door onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 11 maart 1980 gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf, betreffende de arbeidsvoorwaarden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 maart 1981, laatst gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 22 mei 1991, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 oktober 1993.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 oktober 1999.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX