Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 oktober 1997
gepubliceerd op 09 april 1998

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 februari 1991 betreffende voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1997022813
pub.
09/04/1998
prom.
11/10/1997
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

11 OKTOBER 1997. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 februari 1991 betreffende voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 2 en op artikel 20, § 4, gewijzigd door de wet van 22 maart 1989;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 februari 1991 betreffende voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 27 september 1993 en van 4 december 1995;

Gelet op de richtlijn 96/4/EG van de Commissie van 16 februari 1996 tot wijziging van richtlijn 91/321/EEG inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding;

Gelet op de richtlijn 96/5/EG van de Commissie van 16 februari 1996 inzake bewerkte voedingsmiddelen op basis van granen en babyvoeding voor zuigelingen en peuters;

Gelet op de richtlijn 96/8/EG van de Commissie van 26 februari 1996 inzake voedingsmiddelen die zijn bestemd om in energiebeperkte diëten te worden genuttigd voor gewichtsvermindering;

Gelet op de richtlijn 96/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 december 1996 tot wijziging van richtlijn 89/398/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de Lid-Staten inzake voor bijzondere voeding bestemde levensmiddelen;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd door de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat deze bepalingen dringend moeten vastgelegd worden, overeenkomstig het dwingend advies van de Commissie van de Europese Gemeenschap van 11 juli 1997;

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 1, § 1, 6°, c) van het koninklijk besluit van 18 februari 1991 betreffende voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding, gewijzigd door het koninklijk besluit van 27 september 1993, wordt door de volgende bepaling vervangen : « c) voor het FAO-referentieeiwit in g/100 g eiwit : threonine 0,9 cystine+methionine 1,7 valine 1,3 isoleucine 1,3 leucine 1,9 tyrosine+fenylalanine 1,9 histidine 1,6 lysine 1,6 tryptofaan 0,5 ».

Art. 2.Na artikel 2 van het voornoemde koninklijk besluit van 18 februari 1991 wordt een nieuw artikel 2bis ingevoegd, luidend als volgt : «

Artikel 2bis.Voedingsmiddelen voor bijzondere voeding, die niet voldoen aan de bepalingen in verband met de samenstelling, zoals bedoeld in artikel 2, 1°, mogen in de handel worden gebracht, mits daarvoor een afwijking van de Europese Commissie is verleend. »

Art. 3.In artikel 6, § 1, eerste lid van het voornoemde koninklijk besluit van 18 februari 1991 wordt het 2° door de volgende bepaling vervangen : « 2° de in kJ en kcal uitgedrukte beschikbare energiewaarde en het gehalte aan eiwitten, koolhydraten en vetstoffen per 100 g of 100 ml van de waar zoals deze in de handel wordt gebracht, en in voorkomend geval per aangegeven hoeveelheid van de consumptieklare waar. »

Art. 4.Artikel 6bis van het voornoemde koninklijk besluit van 18 februari 1991, ingevoegd door het koninklijk besluit van 27 september 1993, wordt door de volgende bepaling vervangen : «

Art. 6bis.Onze Minister kan de chemische vormen evenals de zuiverheidscriteria vaststellen, waaronder de nutriënten en de andere voedingsstoffen, bij de fabricage van voedingsmiddelen bestemd voor bijzondere voeding, uitsluitend mogen gebruikt worden. »

Art. 5.Aan de bijlage van het voornoemde koninklijk besluit van 18 februari 1991 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de inhoudstabel wordt aangepast volgens de bepalingen van de bijlage van dit besluit;2° punt 4.wordt vervangen door punt 4. van de bijlage van dit besluit; 3° na punt 5.0.3.1. wordt het punt 5.0.3.2. van de bijlage van dit besluit toegevoegd; 4° de punten 5.1.2.1., 5.1.4.3. en 5.1.4.9. worden respectievelijk vervangen door de punten 5.1.2.1., 5.1.4.3. en 5.1.4.9. van de bijlage van dit besluit; 5° na punt 5.1.4.11. wordt het punt 5.1.4.12. van de bijlage van dit besluit toegevoegd; 6° punt 5.1.5.3. wordt vervangen door punt 5.1.5.3. van de bijlage van dit besluit; 7° na punt 5.1.5.3. worden de punten 5.1.5.4. en 5.1.5.5. van de bijlage van dit besluit toegevoegd; 8° punt 5.1.6.4. wordt geschrapt; 9° de punten 5.2.2.1. en 5.2.4.3. worden respectievelijk vervangen door de punten 5.2.2.1. en 5.2.4.3. van de bijlage van dit besluit; 10° na punt 5.2.4.7. wordt het punt 5.2.4.8. van de bijlage van dit besluit toegevoegd; 11° de punten 5.3. en 5.4. worden respectievelijk vervangen door de punten 5.3. en 5.4 van de bijlage van dit besluit.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Bij wijze van overgangsmaatregel nochtans, en dit tot 31 maart 1999, mogen de voedingsmiddelen, die niet aan de bepalingen van dit besluit voldoen, in de handel worden gebracht mits ze voldoen aan de bepalingen van het voornoemde koninklijk besluit van 18 februari 1991.

Art. 7.Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 oktober 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, M. COLLA

Bijlage Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 11 oktober 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, M. COLLA

^