gepubliceerd op 08 augustus 2018
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel, betreffende de vervoerskosten
11 JULI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeids overeenkomst van 21 december 2017Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/12/2017 pub. 09/01/2018 numac 2017014415 bron brussels hoofdstedelijk gewest Reglement houdende het administratief statuut en bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven sluiten, gesloten in het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel, betreffende de vervoerskosten (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeids overeenkomst van 21 december 2017Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/12/2017 pub. 09/01/2018 numac 2017014415 bron brussels hoofdstedelijk gewest Reglement houdende het administratief statuut en bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven sluiten, gesloten in het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel, betreffende de vervoerskosten.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 juli 2018.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel Collectieve arbeids overeenkomst van 21 december 2017Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/12/2017 pub. 09/01/2018 numac 2017014415 bron brussels hoofdstedelijk gewest Reglement houdende het administratief statuut en bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven sluiten Vervoerskosten (Overeenkomst geregistreerd op 19 februari 2018 onder het nummer 144652/CO/117) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werklieden van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel ressorteren.
Onder "werklieden" worden hierna de werklieden van het mannelijk en het vrouwelijk geslacht verstaan.
Eveneens gebruikt in deze overeenkomst en met een zelfde betekenis is de term "werknemer". HOOFDSTUK II. - Werkgeverstussenkomst in de vervoerskosten
Art. 2.Voor elk ander vervoermiddel dan hetwelk wordt ter beschikking gesteld door de onderneming, worden forfaitaire voordelen ingevoerd.
Deze hebben betrekking op de verplaatsingen met de openbare vervoermiddelen zoals de buurtspoorwegen, de autobussen, de trams en de trein, evenals elk ander privévervoermiddel welk het ook weze (auto, motorfiets, fiets, enz.).
Art. 3.De forfaitaire vergoeding wordt verleend, zonder loonplafond, a rato van 100 pct. van het "trajectabonnement" (vroeger "sociaal abonnement of treinkaart") van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen.
De tarieven worden toegepast per schijf van 5 km.
Het tarief toegepast in elke concentrische zone van 5 km is dit van de hogere grens.
Voorbeelden : van 1 tot 5 km, tarief 5 km; van meer dan 5 tot 10 km, tarief 10 km; van meer dan 10 tot 15 km, tarief 15 km; van meer dan 15 tot 20 km, tarief 20 km; van meer dan 20 tot 25 km, tarief 25 km; van meer dan 25 tot 30 km, tarief 30 km; van meer dan 30 tot 35 km, tarief 35 km; van meer dan 35 tot 40 km, tarief 40 km; van meer dan 40 tot 45 km, tarief 45 km; van meer dan 45 tot 50 km, tarief 50 km; van meer dan 50 tot 55 km, tarief 55 km; van meer dan 55 tot 60 km, tarief 60 km; van meer dan 60 tot 65 km, tarief 65 km; van meer dan 65 tot 70 km, tarief 70 km; van meer dan 70 tot 75 km, tarief 75 km; van meer dan 75 tot 80 km, tarief 80 km; van meer dan 80 tot 85 km, tarief 85 km; van meer dan 85 tot 90 km, tarief 90 km; van meer dan 90 tot 95 km, tarief 95 km; van meer dan 95 tot 100 km, tarief 100 km; van meer dan 100 tot 105 km, tarief 105 km; van meer dan 105 tot 110 km, tarief 110 km; van meer dan 110 tot 115 km, tarief 115 km; van meer dan 115 tot 120 km, tarief 120 km; van meer dan 120 tot 125 km, tarief 125 km; van meer dan 125 tot 130 km, tarief 130 km; van meer dan 130 tot 135 km, tarief 135 km; van meer dan 135 tot 140 km, tarief 140 km; van meer dan 140 tot 145 km, tarief 145 km; van meer dan 145 tot 350 km, tarief 350 km.
Art. 4.De berekening van het toe te passen tarief geschiedt op de basis van concentrische cirkels van 5 km en veelvouden van 5 km, cirkels waarvan het middelpunt is : a) "de werkplaats", indien er geen transport is van de onderneming of de werknemer er geen gebruik van maakt;b) "de verzamelplaats", indien er een ondernemingstransport is, waarvan de werknemer gebruik maakt.
Art. 5.In geval van transport per spoor, gecombineerd met andere publieke of private vervoermiddelen voor de rest van de rit, past men eenvoudig het forfaitair stelsel toe zoals hierboven.
Art. 6.In geval van transport per fiets, wordt een vergoeding toegekend van 0,23 EUR/kilometer, begrensd tot een maximale afstand van 100 kilometer (heen en terug), voor zover begin- en eindpunt van deze verplaatsing de werkplaats is.
Deze vergoeding wordt vanaf 1 januari 2016 automatisch aangepast naar het door de overheid bepaald fiscaal plafond.
De zogenaamde snelle elektrische fietsen zullen van deze vergoeding genieten van zodra de nodige reglementaire aanpassing is gebeurd door de overheid, en dit vanaf het tijdstip bepaald door de overheid, zonder 1 januari 2017 vooraf te kunnen gaan.
Voor het overige blijft het systeem van concentrische cirkels zoals vroeger overeengekomen, ongewijzigd van toepassing.
In uitzonderlijke omstandigheden, per bedrijf te verantwoorden, zou de reële afstand in overweging kunnen genomen worden in plaats van deze in vogelvlucht, hetgeen de regel blijft.
Art. 7.Worden uitgesloten, de gevallen waarin de werknemer : 1° woonachtig is op minder dan één kilometer van de werkplaats;2° een voertuig van de onderneming gebruikt, hetzij dit een vrachtwagen, camionette of personenwagen betreft.
Art. 8.Ingeval, krachtens bijzondere ondernemingsakkoorden, sommige werknemers reeds de toekenning van forfaitaire verplaatsingsvergoedingen zouden genieten die, hetzij deze per uur, per dag, per week, per maand of per jaar worden toegekend, moeten deze worden vergeleken met de stelsels hierboven beschreven.
Het stelsel dat als meest gunstig bestempeld wordt, heeft voorrang.
In geen geval mag het ondernemingsakkoord worden gecumuleerd met het stelsel van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK III. - Geldigheid
Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2017.
Deze overeenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2015, geregistreerd onder het nr. 130547/CO/117.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde duur.
Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzeg van ten minste zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het paritair comité.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 juli 2018.
De Minister van Werk, K. PEETERS