11 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de overgang van de beursvennootschappen van Paritair Comité voor de beursvennootschappen naar Paritair Comité voor de banken (1)

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de banken;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de overgang van de beursvennootschappen van Paritair Comité voor de beursvennootschappen naar Paritair Comité voor de banken.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 januari 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de banken Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2023 Overgang van de beursvennootschappen van Paritair Comité voor de beursvennootschappen naar Paritair Comité voor de banken (Overeenkomst geregistreerd op 10 augustus 2023 onder het nummer 181556/CO/310) Inleiding Na de opheffing van het Paritair Comité voor de beursvennootschappen (koninklijk besluit van 18 juni 2023 tot wijziging, wat het Paritair Comité voor de beursvennootschappen en het Paritair Comité voor de banken betreft, van het koninklijk besluit van 9 februari 1971 tot oprichting van sommige paritaire comités en tot vaststelling van hun benaming en bevoegdheid en, wat het Paritair Comité voor de beursvennootschappen betreft, van het koninklijk besluit van 17 januari 1972 tot vaststelling van het aantal leden van bepaalde paritaire comités - Belgisch Staatsblad van 29 juni 2023), resssorteren deze ondernemingen vanaf 1 juli 2023 onder het toepassingsgebied van het paritair comité voor banken, spaarbanken en beursvennootschappen (het PC 310).

Om deze redenen gelden de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst uitsluitend voor de werknemers, die uiterlijk op 30 juni 2023 in dienst waren van de werkgevers van het opgeheven Paritair Comité voor de beursvennootschappen of die daar zullen worden tewerkgesteld of zullen worden ingeschreven in het personeelsregister tijdens een overgangsperiode van vijf jaar dewelke afloopt op 31 december 2027.

Vanaf 1 januari 2028 zullen alle werknemers van de bedrijven waarnaar in artikel 1 wordt verwezen volledig onder de collectieve regeling van Paritair Comité voor de banken vallen. HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen van het Paritair Comité voor de banken, die op 30 juni 2023 geressorteerd onder het opgeheven Paritair Comité voor de beursvennootschappen evenals op de werknemers die zullen worden tewerkgesteld of zullen worden ingeschreven in het personeelsregister van deze werkgevers tijdens een overgangsperiode van vijf jaar dewelke afloopt op 31 december 2027.

Onder "werknemers" wordt verstaan : ongeacht het geslacht, arbeiders, bedienden en kaderpersoneel. HOOFDSTUK II. - Voorwerp

Art. 2.In uitvoering van artikel 27 van de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités regelt deze collectieve arbeidsovereenkomst de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomsten van het Paritair Comité voor de banken op de in artikel 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst omschreven werkgevers en werknemers zoals gespecificeerd in de onderstaande artikelen.

Art. 3.De binnen Paritair Comité voor de banken gesloten collectieve overeenkomsten die nog van toepassing zijn op 1 juli 2023 (opsomming in bijlage) zijn onverkort van toepassing op de werknemers omschreven in artikel 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst mits naleving van de transitie bepalingen van artikel 4 hieronder.

Art. 4.De overgangsregelingen van toepassing op de in artikel 1 bedoelde werkgevers en werknemers zijn als volgt : A. Basisprincipe - De voorwaarden en voordelen die de in artikel 1 bedoelde werknemers reeds genoten op het moment van de overgang naar Paritair Comité voor de banken krachtens de bepalingen van ondernemings-collectieve arbeidsovereenkomsten of het arbeidsreglement, blijven behouden voor zover zij niet in strijd zijn met de uitdrukkelijke bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - Deze voordelen en/of voorwaarden kunnen geenszins - behoudens uitdrukkelijke afwijking door deze collectieve arbeidsovereenkomst - met de voordelen of rechten geput uit de collectieve arbeidsovereenkomsten van het Paritair Comité voor de banken worden gecumuleerd; - Indien, in deze context, uit de vergelijking van beide stelsels een verschil blijkt, dan wordt dit als volgt opgelost : - onder alle omstandigheden wordt naar een kostenneutraliteit gestreefd. Om deze redenen wordt in de eerste plaats de financiële tegenwaarde of de tegenwaarde in arbeidsduur van het desbetreffende voordeel in kaart gebracht; - kunnen beide voordelen in arbeidsduur worden uitgedrukt, dan worden deze vervolgens met elkaar vergeleken. Indien het nieuwe voordeel groter is dan het bestaande voordeel, dan kan de financiële tegenwaarde ervan door bestaande voordelen (waarvan de financiële waarde wordt berekend), worden gecompenseerd; - kunnen beide voordelen in een financiële tegenwaarde worden uitgedrukt, dan worden deze vervolgens met elkaar vergeleken. Indien het nieuwe voordeel groter is dan het bestaande voordeel (PC 309), dan kan de financiële tegenwaarde ervan door bestaande voordelen in arbeidsduur, worden gecompenseerd. De syndicale afvaardiging is op dit vlak bevoegd om een eventuele afwijkende regeling op bedrijfsniveau te implementeren. Bij gebrek aan overeenstemming geldt evenwel de regeling van deze collectieve arbeidsovereenkomst; - voor wat de berekening van de financiële tegenwaarde betreft, geldt als basisregel dat de netto-tegenwaarde van een bepaald voordeel, eerst naar een brutotegenwaarde wordt geconverteerd (bijvoorbeeld de nettowaarde van maaltijdcheques wordt in een brutoloon geconverteerd), zodat eenzelfde brutotegenwaarde (1) als vergelijkingsbasis kan worden gehanteerd; - deze methodiek geldt ongeacht de aard of oorsprong van de loon- en arbeidsvoorwaarden, hetgeen impliceert dat ook voordelen die louter op bedrijfsniveau werden toegekend, eveneens in de vergelijkende analyse en compensatie worden betrokken; - mocht uit de vergelijkende analyse blijken dat een voordeel (PC 310) uiteindelijk groter blijkt en geen compensatie mogelijk is, dan wordt dit voordeel (van het PC 310) toegekend; - deze algemene regeling doet geen afbreuk aan de bijzondere regelingen voor specifieke voordelen en/of omstandigheden, die in punt B hieronder voorkomen. (1) Inclusief werknemersbijdrage RSZ, exclusief patronale RSZ-bijdragen. B) Concrete toepassingen - Arbeidsduur Vanaf 1 juli 2023 geldt binnen de betrokken ondernemingen een reële arbeidsduur van 37 uur/week, of anders uitgedrukt van 231 dagen op jaarbasis van 7 uur 24 minuut/dag.

Hierbij worden volgende berekeningselementen in aanmerking genomen : 365 kalenderdagen, verminderd met 104 zaterdagen en zondagen, 20 wettelijke vakantiedagen en 10 wettelijke feestdagen.

Daarnaast zullen de werknemers overeenkomstig de afspraken in het Paritair Comité voor de banken bij de overgang recht hebben op : - 4 banksluitingsdagen (waarvan gemiddeld 2 banksluitingsdagen ter vervanging komen van een wettelijke feestdag) cfr. artikel 58 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 februari 1977 tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden; - 1 regionale feestdag cfr. artikel 65 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 februari 1977 tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden; - 1 extra dag voor medewerkers die meer dan 6 maanden in dienst zijn cfr. artikel 57 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 februari 1977 tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden.

Vanaf 1 januari 2027 dient een gemiddelde arbeidsduur te worden bekomen van 35 uur per week, ofwel door de reële wekelijkse arbeidsduur te verlagen, ofwel door toekenning van arbeidsduurverminderingsdagen.

Om tot deze 35 uur per week te komen worden overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van het Paritair Comité voor de banken van 22 april 1959 betreffende de arbeidsduur in eerste instantie de hiervoor vermelde 2 banksluitingsdagen, 1 regionale feestdag en 1 extra vakantiedag voor medewerkers die meer dan zes maanden in dienst zijn mee in rekening gebracht.

Om uiteindelijk op 1 januari 2027 tot een gemiddelde arbeidsduur van 35 uur per week te komen via arbeidsduurverminderingsdagen, zullen bijgevolg nog 8 bijkomende arbeidsduurverminderingsdagen moeten toegekend worden. Dit gebeurt tijdens een overgangsfase in verschillende stappen op volgende wijze : - 2024 : 2 extra ADV-dagen; - 2025 : 2 extra ADV-dagen (4 dagen in totaal); - 2026 : 2 extra ADV-dagen (6 dagen in totaal); - 2027 : 2 extra ADV-dagen (8 dagen in totaal); - Voor de periode van 1 juli 2023 tot 31 december 2023 geldt de volgende overgangsregeling : - 1 banksluitingsdag, vrij te kiezen door de medewerker; - 1 ADV; - 1 regionale feestdag; - vervangingsfeestdag van 11 november wordt op het niveau van de onderneming vastgelegd. Hier geldt nog niet de regeling die voorzien is in het Paritair Comité voor de banken voor 2023. - Anciënniteitsverlof De werknemers die in dienst zijn vóór 1 juli 2023 vormen een gesloten groep waarbinnen voor onbepaalde tijd de regels met betrekking tot anciënniteitsverlof behouden blijven zoals bepaald in artikel 6 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 2002 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (PC 309), algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 21 januari 2003, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 2 april 2003. Op hen blijven deze regels ook in de toekomst integraal van toepassing. Deze regeling kan bijgevolg niet worden gecumuleerd met de binnen het Paritair Comité voor banken (PC 310) toepasselijke regelgeving.

Medewerkers in dienst vanaf 1 juli 2023 zullen de regels zoals vastgelegd in het Paritair Comité voor de banken met betrekking tot anciënniteitsverlof volgen.

De regels met betrekking tot anciënniteitsverlof bepaald in artikel 6 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 februari 2002 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden (PC 309) zijn : "

Art. 6.Op 1 januari 2002 wordt de volgende regeling voor anciënniteitsverlof van kracht : a) 5 jaar anciënniteit : 1 verlofdag;b) 10 jaar anciënniteit : 2 verlofdagen;c) 15 jaar anciënniteit : 3 verlofdagen;d) 20 jaar anciënniteit : 4 verlofdagen;e) 25 jaar anciënniteit : 5 verlofdagen. De anciënniteit wordt berekend op 1 januari van het vakantiejaar.

Gunstiger regelingen inzake anciënniteitsverlof die eventueel in bepaalde ondernemingen kunnen bestaan, blijven uiteraard behouden. - Klein verlet De regeling zoals voorzien in collectieve arbeidsovereenkomst van het Paritair Comité voor de banken van 21 juni 1979 betreffende de toegelaten afwezigheden worden tijdens een overgangsfase in verschillende stappen toegepast : - 2023 : maximum 1 dag betaald klein verlet bij ongeval/ziekte kinderen; - 2024 : 1 extra dag betaald klein verlet bij ongeval/ziekte kinderen, 2 in totaal; - 2025 : 1 extra dag betaald klein verlet bij ongeval/ziekte kinderen, 3 in totaal; - 2026 : 1 extra dag betaald klein verlet bij ongeval/ziekte kinderen, 4 in totaal. - Functieclassificatie De in artikel 1 bedoelde werknemers ressorteren vanaf 1 juli 2023 inzake de minimale barema's onmiddellijk onder de binnen het Paritair Comité voor banken (PC 310) (2) toepasselijke regelgeving. Dit onverminderd de toepassing van bestaande huisbarema's of analoge loonschalen die minimaal gelijk of hoger zijn dan de toepasselijke sectorale barema's, en zonder afbreuk te doen aan de mogelijkheid tot compensatie overeenkomstig punt A van dit artikel.

Inschalingen in het bankbarema gebeuren minimaal in dezelfde klasse als momenteel van toepassing in de beursvennootschappen. Uiteraard geldt hierbij als algemeen basisprincipe dat de werkelijk uitgeoefende functie de toepasselijke klasse bepaalt.

Indien de inschaling in het bankbarema aanleiding geeft tot een loonsverhoging, dan is de concrete toepassing ervan in de tijd door de werkgever programmeerbaar, met dien verstande dat aan de volgende twee voorwaarden is voldaan : a) de bankschaal van toepassing op 1 juli 2027 in het Paritair Comité voor de banken moet uiterlijk worden toegekend tijdens een overgangsperiode eindigend op 30 juni 2027;b) de delta tussen het reële loon ontvangen vanaf 30 juni 2023 en de schalen van toepassing in het Paritair Comité voor de banken kan tijdens deze overgangsperiode niet stijgen. - Loon- en arbeidsvoorwaarden Als basisregel geldt dat bestaande voordelen op ondernemingsvlak, en die niet voortvloeien uit de collectieve arbeidsovereenkomsten van het Paritair Comité voor de beursvennootschappen, eveneens verrekenbaar zijn op eventuele voordelen, die ingevolge de wijziging van het toepasselijke paritaire comité aan de werknemers dienen of zouden dienen te worden toegekend. Als basisregel geldt dat elk voordeel waarvan de tegenwaarde berekenbaar is, en dit ongeacht de aard en oorsprong van het voordeel, kan worden in rekening gebracht.

De recurrente premie van 148,74 EUR bedoeld in artikel 3, § 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 1999 ondertekend in Paritair Comité voor de banken (koninklijk besluit van 27 september 2001; Belgisch Staatsblad van 29 december 2001) geldt binnen het Paritair Comité voor de banken. Hiervoor hebben de werkgevers die op 1 juli 2023 overstappen van Paritair Comité voor de beursvennootschappen naar Paritair Comité voor de banken de vrijheid om dit naar een gelijkwaardig voordeel over te zetten. Indien er geen gelijkwaardig voordeel wordt toegekend zal deze premie jaarlijks worden uitbetaald aan alle medewerkers. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2023 en geldt voor onbepaalde duur.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elk van de ondertekenende partijen bij aangetekend schrijven gericht aan elk der partijen, en dit mits inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden, worden opgezegd.

De partijen verbinden zich ertoe tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst geen bijkomende eisen te stellen over de punten, die in deze collectieve arbeidsovereenkomst voorkomen. (2) collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2008 tot vaststelling van het verloningssysteem in de banksector, koninklijk besluit van 15 juni 2009 - Belgisch Staatsblad van 1 oktober 2009; Commentaar van 18 december 2008 van de sociale partners - Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2008 tot vaststelling van het verloningssysteem in de banksector;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2016 tot vaststelling van de functieclassificatie van het uitvoerend personeel, koninklijk besluit van 20 januari 2017 - Belgisch Staatsblad van 24 februari 2017;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 september 1976 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van het kaderpersoneel, koninklijk besluit van 7 juli 1977 - Belgisch Staatsblad van 28 juli 1977.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 januari 2024.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de banken, betreffende de overgang van de beursvennootschappen van Paritair Comité voor de beursvennootschappen naar Paritair Comité voor de banken Overeenkomsten gesloten binnen het Paritair Comité voor de banken die nog van kracht zijn op 1 juli 2023 Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 1959 betreffende de arbeidsduur (koninklijk besluit van 27 april 1959 - Belgisch Staatsblad van 30 april 1959);

Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 juli 1972 tot vaststelling van het statuut van de syndicale afvaardigingen 1409/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 juli 1972 betreffende de syndicale vorming 1410/CO/71;

Interpretatieve overeenkomst van 7 november 1974 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 9 betreffende de aan de ondernemingsraden te verstrekken inlichtingen inzake werkgelegenheid;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 februari 2011 inzake de economische en financiële informatie te verstrekken aan de ondernemingsraden over het risicobeleid;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 september 1976 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van het kaderpersoneel 4211/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 februari 1977 tot vaststelling van de arbeids- en loonvoorwaarden 4827/CO/310;

Gewaarborgde bezoldiging voor ziekte of ongeval - Protocol van 17 februari 1977;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 1979 betreffende de "toegelaten afwezigheden" 5882/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 1980 betreffende de overgangsexamens van 1ste naar 2de categorie 6717/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 1980 betreffende de overgangsexamens van de 2de naar 3de categorie 6718/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 1991 betreffende de hervorming van het paritair fonds voor de syndicale en professionele vorming afgesloten in het Paritair Comité voor de banken 28280/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1997 betreffende de jaarlijkse gratificatie 45528/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1997 betreffende de overuren 45529/CO/310;

Aanbeveling van 30 juni 1997 betreffende het ontslag van syndicale afgevaardigden;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 december 1999 betreffende de koopkracht 45529/CO/310;

Collectieve arbeids overeenkomst van 5 februari 2018Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 05/02/2018 pub. 16/01/2019 numac 2018015652 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot vaststelling van de minimale dienstverlening voor verstrekkingen opgenomen in artikel 31 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen type overeenkomst prom. 05/02/2018 pub. 03/04/2018 numac 2018030454 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 16 juni 2014 tot vastlegging van de formulieren met betrekking tot de aanvraagprocedures inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van implantaten en invasieve medische hulpmiddelen, opgenomen in de lijst van verstrekkingen van vergoedbare implantaten en invasieve medische hulpmiddelen sluiten inzake tijdskrediet, 1/5de loopbaanvermindering, vermindering van de arbeidsprestaties en deeltijds werk 144655/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 14 september 2017 betreffende de overgang van de spaarbanken van Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie naar Paritair Comité voor de banken 144331/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2004 voor 2003 en 2004 138940/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 februari 2005 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement voor het Paritair Comité voor de banken 2005-688/R/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 februari 2005 betreffende de procedure tot regeling van sociale conflicten 74356/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007 houdende bepalingen inzake werkgelegenheid in de banksector 84243/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007 ter invoering van een nieuw loonbeleid in de banksector 84247/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2018 tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 juli 2007 ter invoering van een nieuw loonbeleid in de banksector 147281/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2008 tot vaststelling van het verloningssysteem in de banksector 88953/CO/310;

Commentaar van 18 december 2008 van de sociale partners;

Charter inzake de diversiteit in de banksector (2 juli 2007) (2007-2721/SAS/310);

Collectieve arbeids overeenkomst van 30 september 2019Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 30/09/2019 pub. 04/10/2019 numac 2019042088 bron rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 type overeenkomst prom. 30/09/2019 pub. 13/11/2019 numac 2019042323 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 16 juni 2014 tot vastlegging van de formulieren met betrekking tot de aanvraagprocedures inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van implantaten en invasieve medische hulpmiddelen, opgenomen in de lijst van verstrekkingen van vergoedbare implantaten en invasieve medische hulpmiddelen sluiten betreffende de bijdrage van de werkgevers in de vervoerkosten van het personeel 154768/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 augustus 2011 inzake werkgelegenheid, vorming en loonbeleid voor 2011 en 2012 106150/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2015 inzake het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag 127763/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst en beslissing van 29 maart 2022 betreffende de vaststelling van de banksluitingsdagen en de vervanging van de feestdagen voor de periode van 1 januari 2023 tot 31 december 2025 174140/CO/310;

Protocol van 2 december 2021 tot vaststelling van een nieuw sectorinitiatief voor opleiding in de banksector voor 2022 en 2023.

Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2016 tot vaststelling van de functieclassificatie van het uitvoerend personeel 133123/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2020 betreffende het loon van de studenten 159660/CO/310;

Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 september 2022 ter vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 december 2021 voor de periode 2021-2022 175939/CO/310;

Suppletieve collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 2022 betreffende het recht op deconnectie 176766/CO/310.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 januari 2024.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE